Auteurswet moet veranderen voor digitale bibliotheek

De Auteurswet moet worden aangepast omdat anders de opbouw van een omvangrijke digitale bibliotheek een illusie is, las ik gisteren in de NRC. In een uitgebreid opiniestuk betogen Martin Bossenbroek en Hans Jansen van de Koninklijke Bibliotheek dat het huidige systeem van opt-in bij gebruik van andermans beschermd materiaal niet werkt.

Opt-in wil zeggen dat je voorafgaand aan digitale publicatie toestemming moet vragen. Kun je de rechthebbende niet vinden, of krijg je geen toestemming, dan houdt het op. En in combinatie met de vaak meer dan 100 jaar durende termijn van het auteursrecht, maakt dat het bijzonder lastig om cultureel erfgoed te digitaliseren.

Het idee van opt-in is op zichzelf misschien nog wel te verdedigen. Maar wat nu als je de auteur niet eens kunt vinden? Dat heet het probleem van de “weeswerken” (orphan works). Diverse landen hebben al gezocht naar oplossingen.

Zo kent Canada een Copyright Board die toestemming kan geven om een verweesd werk te gebruiken, mits de gebruiker ‘reasonable efforts’ heeft ondernomen om de rechthebbende te vinden. Betaling hoeft pas achteraf plaats te vinden, als zich alsnog een rechthebbende meldt. In de Verenigde Staten is een wetsvoorstel ingediend dat niet-commercieel gebruik van een verweesd werk toestaat voor een wetenschappelijk of educatief doel. Wel moet dit gebruik worden gestaakt – lees: het werk moet van de website af – als een rechthebbende daar bezwaar tegen maakt. In Engeland wordt gedacht in dezelfde richting, met een Copyright Tribunal dat, als gebruiker en rechthebbende er onderling niet uitkomen, achteraf de hoogte van de vergoeding bepaalt – en afhankelijk van het soort gebruik(er) kan die ook op nul uitkomen.

Iets dergelijks zou in Nederland ook prima moeten kunnen werken.

De termijn van het auteursrecht terugdraaien is een vrijwel onhaalbare zaak, omdat daarvoor diverse internationale verdragen (Berne, TRIPS) moeten worden aangepast of opgezegd. Maar er is wel degelijk ruimte voor creatieve constructies om gebruik van weeswerken werkbaarder te maken. Lawrence Lessig had eens een alternatief systeem voorgesteld: na een zekere periode moet je als auteur elk jaar je adres doorgeven aan een Copyright Office en 1 dollar betalen. Doe je dat niet, dan komt het werk onder een lichter regime en mogen anderen er op bepaalde manieren gebruik van maken. Nietcommercieel hergebruik zou dan bijvoorbeeld toegestaan worden. Of de schadeclaims zouden beperkt moeten worden tot een redelijke vergoeding.

Arnoud

3 reacties

  1. De schrijvers pleiten voor een “internetuitzondering” op het auteursrecht voor erfgoedinstellingen.

    Waarom moeten erfgoedinstellingen alles op internet kunnen zetten (tenzij expliciet wordt geprotesteerd)? Waarom zouden “normale” webgebruikers dat dan niet ook mogen? Het argument “de auteur heeft recht om gelezen te worden” rechtvaardigt dit verschil niet.

  2. Het is de taak van erfgoedinstellingen om het cultureel erfgoed te bewaken en op adequate wijze beschikbaar te stellen aan het publiek. Nu internet zo’n belangrijk medium is geworden, is aanbieden via internet een goede manier om deze taak uit te oefenen.

    Voor uitlenen in bibliotheken is al een regeling in de Auteurswet, dus waarom niet in “uitlenen” via internet?

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.