Kosten bij acceptgiro onredelijk bezwarend

acceptgiro.jpgIntrigerend. Steeds meer dienstverleners vragen om betaling via automatische incasso. Wie toch graag zelf wil overmaken of een acceptgiro vraagt, krijgt vaak te maken met administratiekosten. En daar maakt de Haarlemse kantonrechter nu een einde aan: in een recent vonnis merkt hij administratiekosten bij acceptgiro’s als onredelijk bezwarend aan.

Wie geld moet betalen, mag dat volgens de wet (art. 6:114 BW) altijd via een bankoverschrijving doen. Zitten er aan zo’n overschrijving kosten, dan moet jij die betalen als schuldenaar. Logisch ook, want jij kiest voor de overschrijving als betaalmiddel. Maar onder zulke “kosten” mag je de administratiekosten van de schuldeiser niet rekenen:

Dat Stadsverwarming Purmerend voor het administreren van inkomende betalingen kosten moet maken ligt voor de hand. Dergelijke kosten behoren echter tot de algemene bedrijfskosten die zij via haar tarieven terug moet zien te verdienen.

Van deze wettelijke regeling kun je afwijken, en dat kan in principe ook in de algemene voorwaarden. Maar dan geldt wel een bijzondere regeling: een algemene voorwaarde mag immers niet onredelijk bezwarend zijn. Is hij dat toch, dan kan de rechter deze ongeldig verklaren. En dat is precies wat hier gebeurt:

Het is immers onredelijk bezwarend te achten om consumenten op straffe van een kostenopslag feitelijk te dwingen tot het afgeven van een machtiging tot automatische afschrijving.

De truc voor veel dienstverleners is nu dus om mensen die voor automatische incasso kiezen, een korting te geven die gelijk is aan de voormalige administratiekosten. 🙂

Arnoud

176 reacties

  1. Dit jaar opnieuw de discussie gevoerd met de Stichting Museumkaart. Een aantal jaren kon ik, door gewoon te doen, de kosten via internetbankieren overmaken en hoefde niet voor de ongevraagd toegestuurde acceptgirokaart te betalen. Zowel voor gebruik acceptgiro als voor automatische incasso zijn er bedrijfskosten. Opmerkelijk is dat de mensen die een automatische incasso hebben niet hoeven te betalen voor de betalingswijze maar dat mensen die op een andere wijze betalen ook de kosten voor een automatische incasso mogen betalen (kosten gebruik acceptgiro bij Stichting Museumkaart: euro 1,50, terwijl een rondje langs de kosten zakelijk betalingsverkeer leert dat dit meer is dan het gebruik van een acceptgiro kost, gebruik automatische incasso is ongeveer euro 0,10). Ik had de kaart net betaald via internetbankieren, zonder 1,50, toen e-mail kwam dat ik toch 1,50 moest betalen. Tot 1 oktober 2014 heb ik tijd het bedrag incl. 1,50 te betalen, anders zou ik geen kaart krijgen. Ik ben benieuwd of ik de kaart krijg.

  2. Het probleem is dat er prachtige wetten worden bedacht, die consumenten moeten beschermen tegen van alles en nog wat, maar in de praktijk lappen bedrijven die wetten aan hun laars. En dan moet er maar weer iemand zo manmoedig zijn om de onrechtmatigheid aan te vechten voor de rechter.

    1. Frustrerend is ook dat als je bijvoorbeeld aggeert tegen een besluit van de overheid en dit via de rechter wil aanvechten, jij verantwoordelijk bent voor de juridisch kosten terwijl de overheid een door jou betaalde jurist in huis heeft. Je bent in feite dubbel gepakt…

      1. En nog frustrerender (nu we toch bezig zijn), als je dan procedeert tegen de overheid en je je gelijk haalt bij de rechter, dat de overheid rustig in hoger beroep kan gaan waardoor de uitspraak van de vorige rechter ‘on hold’ wordt gezet. En de advocaatskosten tikken ondertussen lekker door…

    1. Nee hoor, anno 2014 zijn er meerderen die graag baas op eigen betaalrekening blijven en daarom een papieren acceptgiro vragen. Gewoonweg vanwege het feit dat het incassobeleid van het betreffende bedrijf niet (genoeg) wordt vertrouwd. Niet iedereen is overtuigd van het gemak van automatische inkasso of een digitale accept (waarvoor trouwens “verwerkingskosten” berekend worden …)

  3. Laatste nieuws !!!!!

    RECHTER STELT CONSUMENT ONOMSTOTELIJK IN HET GELIJK: EXTRA KOSTEN ACCEPTGIRO IN REKENING BRENGEN IS ONRECHTMATIGE DAAD…… 21 juli 2016 deed de rechter in Den Haag uitspraak in de zaak KPN/Hendrix Hendrix heeft de facturen voor zijn vaste telefoonlijn altijd tijdig betaald exclusief de in rekening gebrachte extra kosten acceptgiro. Na verloop van tijd heeft dit geresulteerd in een afsluiting van de vaste telefoonlijn door KPN. Hendrix heeft de rechtmatigheid van het in rekening brengen van extra kosten acceptgiro aangevochten bij de rechtbank en deze heeft de consument in het gelijk gesteld. Met deze uitslag in de hand kan eenieder op goede gronden weigeren de extra kosten acceptgiro te betalen !!!!!! Helpt U ook mee het oneigenlijke winstbejag van de grote bedrijven te stoppen? Voor mijn argumenten kunt u kijken op dit forum op de datum 27 januari 2011

  4. Geachte heer Hendrix,

    de lezers van dit forum wachten nog steeds op de tekst van het vonnis van de rechter in Den Haag in de zaak tegen KPN, waarin het in rekening brengen van extra kosten voor een acceptgiro een onrechtmatige daad werd genoemd. Voor mij zou het zeer goed uitkomen als ik Eneco met dit vonnis omn de oren kan slaan, want die brengen ook kosten in rekening voor een acceptgiro, terwijl ik steeds laat weten dat ik die niet gebruik.

  5. Beste Eric, Om niet verklaarbare redenen heeft er geen publicatie plaats gevonden van het vonnis, ik weet niet welke duistere krachten hier aan het werk zijn, mijn advocaat heeft inmiddels contact gezocht met de rechtbank en het verzoek gedaan het vonnis alsnog te publiceren. Gezien het publieke belang lijkt mij publicatie ook gewenst. Ik heb Arnoud een kopie gestuurd wat mij betreft kan hij het publiceren.

  6. ECLI:NL:RBDHA:2016:14101 Permanente link:

    Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 21-07-2016 Datum publicatie 22-11-2016 Zaaknummer 4893657 RL EXPL 16-7503 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg – enkelvoudig Inhoudsindicatie

    Provider berekent ten onrechte kosten van acceptgirokaarten aan klant
    

    Vindplaatsen Rechtspraak.nl

    Uitspraak

    RECHTBANK DEN HAAG

    Zittingsplaats ’s-Gravenhage

    nv

    Rolnr.: 4893657 RL EXPL 16-7503

    21 juli 2016

    [jw.sys.1.rolnummer]

    Vonnis van de kantonrechter in de zaak van: [eiser] , wonende te [woonplaats] , eisende partij, gemachtigde: mr. F.A. Geevers,

    tegen de besloten vennootschap KPN B.V.,

    gevestigd te Den Haag,

    gedaagde partij,

    gemachtigde: mr. drs. S.A.P. van den Berg.

    Partijen worden aangeduid als “ [eiser] ” en “KPN”. Procedure

    1. De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende, hier als herhaald en ingelast te beschouwen stukken, waaruit tevens het procesverloop blijkt:

      de dagvaarding van 2 maart 2016; de conclusie van antwoord; de brief zijdens [eiser] van 30 juni 2016;

      de in het geding gebrachte producties.

    Na de conclusie van antwoord is bij mondeling vonnis een comparitie van partijen gelast voor het verstrekken van inlichtingen en het beproeven van een schikking. Deze heeft plaatsgevonden op 8 juli 2016. Door de griffier zijn zakelijke aantekeningen gemaakt van wat ter zitting is besproken. Bij deze gelegenheid zijn verschenen [eiser] , bijgestaan door zijn gemachtigde, alsmede de heer [ER] namens KPN, bijgestaan door haar gemachtigde. De uitspraak van het vonnis is vervolgens bepaald op heden. Feiten

    1. Op grond van hetgeen door partijen over en weer is gesteld en blijkt uit overgelegde stukken, een en ander voorzover niet of onvoldoende weersproken, kan in deze zaak van het volgende worden uitgegaan:

      [eiser] heeft een abonnement bij KPN (gehad) voor de vaste telefoonlijn in zijn woning. [eiser] heeft het abonnement omstreeks 1996 afgesloten.

      KPN brengt sinds 2007 kosten in rekening bij al haar klanten die betalen met acceptgiro.

    Vordering

    1. [eiser] vordert na vermindering van eis dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,

      wordt verklaard voor recht dat [eiser] jegens KPN niet gehouden is tot vergoeding van de door KPN bij [eiser] in rekening gebrachte kosten ter zake acceptgiro’s;

      KPN wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na vonniswijzing, indien en voor zover deze kosten dan nog niet door KPN zijn voldaan;

      KPN wordt veroordeeld tot betaling van de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente indien en voor zover KPN deze niet binnen twee dagen na betekening van dit vonnis heeft voldaan.

    Naast de voren vermelde feiten heeft [eiser] aan zijn vordering ten grondslag gelegd, dat KPN tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichten uit hoofde van de tussen partijen gesloten overeenkomst, door haar dienstverlening zonder goede grond te staken c.q. op te schorten. Daarnaast heeft KPN onrechtmatig gehandeld jegens [eiser] . Immers heeft KPN het niet door [eiser] betalen van de kosten voor de acceptgiro ten onrechte aangemerkt als een tekortkoming. De overeenkomst bevat namelijk geen bepaling op grond waarvan KPN de kosten voor de acceptgiro bij [eiser] in rekening kan brengen en ook zijn er geen algemene voorwaarden van toepassing waaruit dit volgt. Indien mocht blijken dat er algemene voorwaarden van toepassing zijn, wijst [eiser] erop dat een eventuele bepaling betreffende de kosten voor de acceptgiro onredelijk bezwarend zou zijn en dus vernietigbaar. De plicht om te betalen voor toezending en gebruik van acceptgiro’s volgt evenmin uit de wet. Artikel 6:47 BW gaat in dit geval niet op. Daarnaast mag de vergoeding die KPN rekent voor het gebruik van acceptgiro’s niet hoger zijn dan de kosten die KPN hier zelf voor maakt (6:230k BW), aldus [eiser] . Verweer

    1. KPN heeft bij antwoord aangevoerd dat [eiser] , net als andere klanten van KPN, in juni 2007 een nieuwsbrief heeft ontvangen, waarin is vermeld dat KPN kosten in rekening zou gaan brengen voor het gebruik van acceptgiro’s. Naar aanleiding hiervan heeft [eiser] zijn betalingswijze niet aangepast. Tot 2012 heeft [eiser] de acceptgirokosten voldaan. Door de facturen van KPN zonder protest te betalen heeft [eiser] het vertrouwen gewekt dat hij instemde met de in rekening gebrachte acceptgirokosten. Voor zover KPN voor 2007 al niet gerechtigd was deze kosten door te berekenen, is er door aanbod en aanvaarding een aanvullende afspraak tot stand gekomen. In 2015 is het bedrag voor het betalen per acceptgiro verhoogd. In verband hiermee heeft KPN haar klanten er in de aankondiging van mei 2015 op gewezen dat zij het abonnement om die reden gratis mochten wijzigen of beëindigen. Hiervan heeft [eiser] geen gebruik gemaakt. Gelet op het feit dat er al een overeenkomst was op grond waarvan KPN de acceptgirokosten mocht doorberekenen en gelet op de feiten en omstandigheden brengen de redelijkheid en billijkheid met zich dat KPN gerechtigd was deze tariefsverhoging door te voeren. Voor zover de verplichting tot betaling van de acceptgirokosten niet uit de overeenkomst voortvloeit, wijst KPN op artikel 6:47 BW. [eiser] is niet ingegaan op suggesties van KPN om over te stappen naar automatische incasso. De door KPN in rekening gebrachte kosten betreffen (nagenoeg) de daadwerkelijk gemaakte kosten.

    2. [eiser] betaalt de acceptgirokosten vanaf 2012 niet meer. Hij is dan ook tekort geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst, zodat KPN bevoegd was de nakoming van haar verbintenissen op te schorten. KPN heeft eerst de telefoonaansluiting buiten werking gesteld en toen dit niet tot betaling leidde heeft zij de overeenkomst beëindigd. KPN concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten. Beoordeling

    3. Ter comparitie heeft [eiser] betwist dat hij de nieuwsbrief uit juni 2007 heeft ontvangen, waarin KPN zou hebben aangekondigd dat er vanaf dat moment acceptgirokosten in rekening zullen worden gebracht. Van aanbod en aanvaarding is derhalve geen sprake, aldus [eiser] . KPN heeft hierop aangevoerd, dat zij niet kan bewijzen dat [eiser] de betreffende nieuwsbrief heeft ontvangen. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat reeds daarom tussen partijen geen (aanvullende) overeenkomst tot stand is gekomen, op basis waarvan KPN de acceptgirokosten bij [eiser] in rekening kan brengen. Los daarvan heeft KPN geen facturen overgelegd, waaruit blijkt dat zij de acceptgirokosten vanaf dat moment duidelijk op de facturen heeft vermeld. Naar het oordeel van de kantonrechter mocht KPN er dan ook niet op vertrouwen dat [eiser] door het gedurende langere tijd betalen van de facturen heeft ingestemd met de in rekening gebrachte acceptgirokosten. Gelet hierop zal de kantonrechter het verweer van KPN op dit punt verwerpen.

    Voorts heeft KPN een beroep gedaan op artikel 6:47 BW. Ook dit verweer treft echter geen doel, nu [eiser] deze dienst niet heeft aanvaard en [eiser] onweersproken heeft gesteld dat hij ook geen gebruik heeft gemaakt van de acceptgiro’s bij de betaling van de facturen.

    1. Het voorgaande leidt ertoe dat de kantonrechter de gevorderde verklaring voor recht zal toewijzen. De overige stellingen en weren van partijen kunnen onbesproken blijven.

    2. KPN zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten. De gevorderde nakosten en de wettelijke rente daarover zullen op de hierna in het dictum weergegeven wijze worden toegewezen. Beslissing

    De kantonrechter:

    1. verklaart voor recht dat [eiser] jegens KPN niet gehouden is tot vergoeding van de door KPN bij [eiser] in rekening gebrachte kosten ter zake acceptgiro’s;

    2. veroordeelt KPN in de kosten van het geding tot op heden aan de zijde van [eiser] vastgesteld op € 517,08, waarvan € 200,00 als salaris voor de gemachtigde van [eiser] en bepaalt dat dit bedrag binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis moet zijn voldaan, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf het einde van voormelde termijn tot aan de dag der algehele voldoening;

    3. veroordeelt KPN tot betaling van € 50,00 aan nasalaris, voor zover [eiser] daadwerkelijk nakosten zal maken, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot de dag der voldoening en voorts, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, vermeerderd met de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de dag der voldoening;

    4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

    5. wijst af het meer of anders gevorderde.

    Dit vonnis is gewezen door kantonrechter mr. W. ten Cate en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 21 juli 2016.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.