Buma/Stemra probeert het weer: “embedden = betalen”

papier-licentie-huis-buma-stemra.jpgIk word een beetje moe van de BS van B/S. Webwereld bericht over het ‘licentiehuis’ van de collectieve rechtenorganisaties. B/S heeft de muziekgebruikerswereld in een 3×5 matrix in kaart gebracht, die de drie mogelijke manieren van aanbieden op internet afzet tegen de vijf mogelijke businessmodellen voor aanbieders. (Heerlijk toch, zo’n overzichtelijke wereld.) Op elke combinatie kan dan een vergoeding worden geplakt.

Nu wil ik best geloven dat muziekwinkels, radiostations en advertentie-gebaseerde aanbieders zoals Youtube daar in passen. Hoe je het ook wendt of keert, zij verspreiden muziek en als dat B/S-repetoire is dan moeten zij daarvoor betalen. Maar wat me stoort, is de hernieuwde poging om embedded players onder de auteurswet te laten vallen:

Bij embedded players is er namelijk sprake van twee soorten openbaarmaking, stelt De Waij. “Een player embedden noemen we een secundaire openbaarmaking. Nederlandse websites die embedded players gebruiken met muziek en bedrijfmatig van aard zijn zullen we geld gaan vragen”, aldus De Waij. Maar de particuliere blogger hoeft voor het gebruik van ingebedde muziek en muziekvideo’s geen factuur op de mat te vrezen, zo benadrukt hij.

Over dat laatste had ik laatst al geblogd. Zoals ik ook daar al schreef, embedden is geen openbaarmaken. Het werk wordt niet door de embedder verspreidt. Hij faciliteert slechts de openbaarmaking door bijvoorbeeld Youtube. Daarom moet Youtube betalen – en volgens het bericht gaat Youtube dat ook doen.

Is er sprake van openbaarmaking zonder dat de openbaarmaker betaalt, dan moet B/S daar langsgaan. Niet bij degene die met een player verwijst naar dat liedje.

In welk hokje gaan torrentsites vallen trouwens? Of zijn die gewoon per definitie illegaal?

Arnoud

11 reacties

  1. Ik vind het eigenlijk wel een redelijke stellingname van B/S. Wie B/S-muziek op zijn website zet moet daarvoor betalen, ongeacht de technische truc die hij daarvoor gebruikt. Het bestandje kan op zijn website staan, het kan een embedding zijn van dat bestandje elders, het kan een embed zijn van een andere website, het kan ge-(i)framed zijn en wat al niet. Wat maakt het uit? Het gaat niet om de technische vorm, maar om wat er uiteindelijk waar verschijnt en wie daarvoor verantwoordelijk is.

    Is hier al jurisprudentie over, die je helaas onvermeld laat? Of richt je verontwaardiging zich er slechts op dat B/S zich niets van jouw opvattingen aantrekt? 😉 De gevallen die je in je gelinkt webblogbericht noemt (zoals ZoekMP3) lijken me nauwelijks vergelijkbaar, want (diep)linken is n.m.m. iets anders dan embedden.

    En als die jurisprudentie er niet is, dan is dit een gouden kans voor jouw kantoor op gratis publiciteit. Even een prominent B/S-werk op Youtube zetten, embedden op jullie website en een advertentietje voor je eigen kantoor erbij om het commercieel te maken.

  2. Die jurisprudentie had ik de vorige keer al aangehaald. Zie http://blog.iusmentis.com/2008/02/07/bumastemra-treedt-op-tegen-embedded-muziekfilmpjes/

    Inderdaad baseer ik me op Shareconnector en ZoekMP3, waar het linken naar werken als onrechtmatig maar niet als zelfstandige openbaarmakingshandeling werd aangemerkt. Ik zie het verschil niet. In de discussie daar kwam Wouter Rutten met een artikel van Christiaan Alberdingk Thijm, die ook betoogde dat embedden, inline linken en framen een vorm van inbreuk zou zijn. Dit naar analogie van de kabel-TV arresten.

    Ik ben het daar niet mee eens. Zoals ik daar schreef: “Maar welke handeling met het werk verricht ik door <embed src=X> in plaats van <a HREF=X rel=”nofollow”> te typen? In beide gevallen typ ik een code en een URL, en het is de browser van de bezoeker die daar iets mee doet. Ik lever geen faciliteiten of middelen waarmee de browser meer kan dan eerst. Bij Youtube-filmpjes is het Youtube dat de embedded player levert.”

  3. Dan verschillen we daarover van mening. De kwestie is zo oud als de weg naar rome, nou ja, de weg naar port 80. Al sinds het begin van het web is er een verschil tussen (diep)linken, waarbij de bezoeker terecht komt op een andere site, en framen, images leechen, embedden e.d., waarbij de bezoeker content van elders ziet als onderdeel van de huidige site.

    In 1999 zei ene Arnoud daarover al op Usenet “De algemene opinie in dit soort zaken is dat het ‘framen’ van andermans site onder het auteursrecht valt en derhalve niet mag zonder toestemming van de rechthebbende” en “Het ‘framen’ van andermans site is iets wat al twijfelachtig is, omdat je het nu doet voorkomen alsof die content van jou is (doordat de URL niet verandert en jouw logo etc altijd zichtbaar blijft). Bovendien zet je misschien nog advertenties in dat topframe, waardoor jij inkomsten krijgt uit hun werk. En als zij ook frames gebruiken, knip je nu hun advertentie-frame weg waardoor zij inkomsten mislopen.”

    Een andere kwestie weliswaar, maar het onderstreept dat er een verschil is tussen linken en framen. Daarom vind ik dat je een uitspraak over linken niet zonder meer kunt zien als jurisprudentie voor framen (=embedden).

    Daarmee zeg ik niet dat embedden van B/S-materiaal in alle gevallen fout is, maar wel dat het categorische oordeel dat het in alle gevallen toelaatbaar is onvoldoende is onderbouwd. En om dat nou BS te noemen, dat vind ik sterke taal met zwakke argumenten.

  4. Natuurlijk maakt de technische vorm uit. Het embedded tonen van content is iets wezenlijk anders dan het bestand zelf. Dat zou dan ook niet onder het zelfde regiem moeten vallen. Iets is openbaring of iets is dat niet.

    Voor de openbaring op YouTube wordt tegenwoordig betaalt, als ik me niet vergis. Het zou me niets verbazen als dit op basis van het aantal hits gebeurt. Als Brein en consortium hun zin krijgen wordt er dus dubbel betaald. Je hoeft Brein en consortium niet nog een keer te betalen als je een CD als tweede hands door verkoopt, dus waarom zou er online wel dubbel betaald moeten worden?

  5. embedden heeft niets met kopi?ren te maken. als dat het geval is waarom worden de googles en de yahoos en de internet providers met hun proxy’s dan niet aangepakt? die KOPI??REN echt voor hun cachende proxy’s!

    bittorrent-sites illegaal maken is onzin. er wordt heel veel content aangeboden via bittorrent, een prima format. als het protocol illegaal bestempeld wordt dan mogen ze de KPN ook oppakken want moorden worden veelal via de telefoon geraamd enz.

  6. Rene, ik mis enige onderbouwing in je stelling.

    Als ik namelijk een site host, met html er in als en hij wordt bezocht terwijl ik met iets als tcpdump/ethereal/wireshark alle uitgaande netwerkverkeer bekijk, zie ik /niets/ over de media die ge-embed wordt. Dan snap ik nog steeds niet, hoe jij er bij komt dat embedden gelijk zou zijn aan een openbaarmaking door de persoon die embed.

  7. Ik weet dat ik dat in 1999 zei, maar ik ben dus “om” ondertussen. Mag toch? 🙂

    Overigens vind ik wel dat framen onrechtmatig kan zijn, maar dan meer vanuit merkenrechtelijk standpunt: je doet het voorkomen of iets van jou is dan wel met jou geassocieerd is. En net zo goed als ik niet mag zeggen BMW dealer te zijn, mag ik niet andermans content framen en zo doen of het mijn content is. Maar dat heeft verder niets te maken met auteursrecht.

  8. Ik vind ook dat een embedded link geen openbaarmaking door de embedded linker is, maar objectief gezien lijkt er mij op dit punt nog wel enige twijfel mogelijk zolang de Hoge Raad (of desnoods de wetgever) er zich niet over heeft uitgelaten.

    “Overigens vind ik wel dat framen onrechtmatig kan zijn, maar dan meer vanuit merkenrechtelijk standpunt” Ik begrijp wat je bedoelt, maar juridisch heeft die eventuele onrechtmatigheid in ieder geval niets met merkenrecht te maken, en m.i. toch wel met auteursrecht. Ik neem tenminste aan dat je met “andermans content” bedoelt dat die andere man de rechthebbende is op het auteursrecht op die content.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.