Wederom inbreuk op domeinnaam

“Inbreuk op een domeinnaam”, een rare zin vind ik. Het klinkt als “inbreuk op een auto”. Inbreuk pleeg je op rechten, bijvoorbeeld het eigendomsrecht op die auto of een merkrecht op die domeinnaam. Vorig jaar bleek in de Thuisbezorgd/Just-Eat-zaak echter dat je ook zonder handelsnaam of merk kunt optreden wanneer de domeinnaam nodeloos veel verwarring sticht ten opzichte van de jouwe. Deze zelfde redenering kwam in januari terug in de Pintaxi-zaak en nu is er weer een vonnis waarin deze lijn wordt voortgezet.

Eiser en gedaagde opereerden in dezelfde branche (opleidingen en cursussen). De gedaagde had diverse domeinnamen geregistreerd waarin een onderdelen van de naam van de eiser waren verwerkt. (Sorry dat ik zo vaag ben maar alles is geanonimiseerd.)

Net als in de Just-Eat-zaak is de claim gebaseerd op handelsnaamrecht, en net als in die zaak wordt die eis afgewezen. De gedaagde trad niet naar buiten onder die domeinnaam, maar gebruikte deze alleen om door te linken naar haar eigen site waar ze haar eigen naam hanteerde. Dat is geen handelsnaaminbreuk.

Vervolgens wordt het algemene artikel over onrechtmatige daad (art. 6:162 BW) van stal gehaald – het juridisch equivalent van “Ok ze maken nergens inbreuk op maar dit moet toch niet mogen?”. En daar gaat de rechter in mee.

Uitgangspunt bij beantwoording van de vraag of dit het geval is, is dat het profiteren van andermans product, inspanning, kennis of inzicht op zichzelf niet onrechtmatig is, ook niet als dit nadeel aan die ander toebrengt. In het onderhavige geval is de voorzieningenrechter echter voorshands van oordeel dat het publiek in verwarring wordt gebracht omtrent de identiteit van de aanbieder van de online dienst (het aanbieden van cursussen en opleidingen).

En het is dat verwarring zaaien dat onrechtmatig is. Dit doet vagelijk denken aan het criterium van slaafse nabootsing: je mag wel andermans product namaken maar je moet dan wel je best doen om nodeloze gelijkenis te voorkomen als daardoor verwarring kan ontstaan.

Hoewel ik de redenering wel snap, heb ik moeite met deze uitkomst. Het gaat hier namelijk stiekem toch om een merkenclaim: verwarring tussen twee woorden of namen. En het Benelux-merkenverdrag is daar duidelijk in: zo’n claim mag alleen als er een merk is gedeponeerd voor de naam of het woord waar het om gaat. Artikel 2.19 BVIE:

(…) niemand [kan], welke vordering hij ook instelt, in rechte bescherming inroepen voor een teken, dat als merk wordt beschouwd (…) tenzij hij zich kan beroepen op een inschrijving van het door hem gedeponeerde merk.

“Verwarring stichten” tussen een teken en een merk is expliciet genoemd in dit verdrag als iets dat je met een gedeponeerd merk kunt voorkomen. Ik zie daarom geen ruimte om via de gewone onrechtmatige daad alsnog hetzelfde te bereiken.

De reden voor deze uitzondering is dat je in het merkenregister kunt nazoeken of een teken dat jij wilt gebruiken, al als merk is gedeponeerd. Die rechtszekerheid is belangrijk. Bij domeinnamen is zo’n register er niet – WHOIS is alleen geschikt om letterlijk dezelfde naam op te kunnen zoeken, maar variaties daarvan zoeken, of op klasse zoeken is volstrekt onmogelijk. Hoe moet je dan controleren of jouw domeinnaam niet per ongeluk lijkt op die van een ander?

Arnoud

15 reacties

  1. Als rechters zich gezien eerdere artikelen hier op iusmentis al op Wikipedia verlaten bij het vormen van hun oordeel, lijkt het mij toch niet onredelijk dat je even via Google kijkt of er al niet een erg gelijkende domeinnaam in gebruik is?

  2. Da’s eigenlijk helemaal geen slecht idee. Hoewel het probleem blijft van de auditieve gelijkenis: ik mag geen fielips.nl registreren om daar televisies te verkopen. Er zijn merkendatabanken waar je wel dat soort overeenstemming kunt zoeken (heb ik me laten vertellen).

  3. Heel erg jammer trouwens dat niet duidelijk is om welke partijen het gaat.

    Maar het uiteindelijke probleem in casu is natuurlijk:

    Eiser en gedaagde opereerden in dezelfde branche (opleidingen en cursussen). De gedaagde had diverse domeinnamen geregistreerd waarin een onderdelen van de naam van de eiser waren verwerkt.

    Dan hoef je helemaal niet te zoeken naar gelijkende / overeenkomende / gelijk klinkende namen. Er wordt, waarschijnlijk doelbewust, aangehaakt bij de reputatie die eiser heeft.

    Ik stel mij een situatie voor waarin een domeinnaam zoals “LOI-cursussen.nl” was geregistreerd door de gedaagde.

  4. Zoiets was het ook, als ik het goed begrijp. Maar we hebben hiervoor een regeling: het merkenrecht. LOI kan dit verbieden omdat haar naam als merk is vastgelegd. Zonder vastlegging geen merkrecht en dus geen mogelijkheid dit te verbieden. Waarom zou je wel bij domeinnamen en niet bij bv. cursusboektitels kunnen optreden? Als ik boeken ga uitgeven onder de serienaam “De LOI serie” dan kan LOI dat echt alleen tegenhouden met haar gedeponeerd merk.

  5. Kennelijk heeft de rechtbank oog op afschaffing van de merken en handelsnaamwet. De rechtbank constateert niet dat er inbreuk is in de zin van deze wetten en toch is er sprake van verwarring omtrent identiteit van de aanbieder van een online dienst. Het gebruik van een teken door een particulier is volgens de rechtbank in het algemeen maatschappelijk verkeer onbetamelijk wanneer het verwarring oplevert omtrent de identiteit van de aanbieder van een dienst. Negatieve reflexwerking, de afwezigheid van aanvullende bescherming van artikel 6:162 BW, is algemeen bekend. Uit de uitspraken blijken geen bijkomende omstandigheden.

  6. Kan iemand mij uitleggen waarom alles hier is geanonimiseerd? Ik dacht dat de rechtspraak in Nederland, met uitzondering van de kinderrechter, openbaar was. Zelfs in het vonnis is amper iets terug te vinden omdat er steeds [domeinnaam] is ingevuld.

    Hoe zit dit?

  7. Ik snap het ook niet, ik heb ook vonnissen gezien waarbij in vergelijkbare situaties veel minder wordt geanonimiseerd. uit de Richtlijnen van rechtspraak.nl:

    – Gegevens van natuurlijke personen die genoemd worden in uitspraken worden geanonimiseerd. <br/> – Namen van rechtspersonen en bestuursorganen worden in civiele en bestuursrechtelijke uitspraken niet geanonimiseerd, zolang die gegevens niet bepalend zijn voor de wijze waarop een individu in het maatschappelijk verkeer wordt beoordeeld. Met andere woorden: er is wel anonimisering nodig als de naam herleidbaar is tot een natuurlijk persoon.
    Niets over domeinnamen.

  8. Oftewel: Verwacht de eiser in dit geval dat klanten weg gaan lopen als zij te hard tekeer gaat tegen de gedaagde???? Waarom dan wel.

    Of gaan de klanten eigenlijk nu al liever naar de gedaagde en krijgt de eiser nu degenen die eigenlijk de verkeerde naam ingetikt hebben?

  9. Ik heb geen idee waarom hierover een rechtszaak is aangespannen. Misschien omdat de eiser principieel was, of omdat er al meer gebeurd is en hij nu gewoon een einde aan het hele gedoe wil?

    De raad voor de rechtspraak beslist bij publicatie op rechtspraak.nl wat er geanonimiseerd gaat worden. Zie hierboven de link naar hun richtlijnen.

  10. Toch heb ik wel een zeer interessante discussie op Vara’s Kassa:

    Buitenlandse partij eist naamsverandering wegens te grote overeekomsten?

    Dat gaat over een bedrijfje in de VS die een Nederlands beginnend bedrijfje wilt verbieden om een domein naam te gebruiken.

    Het Nederlands bedrijfje was op Twitter en op Facebook actief, en de accounts van het Nederlands bedrijfje zijn bij Twitter en Facebook verwijderd.

    Het bedrijfje uit de VS heeft noch in Nederland noch in de VS de handelsnaam als merk gedeponeerd. Het bedrijfje uit de VS beroept zich nu op de handelsnaamwet en aangezien beide bedrijfjes op internet actief zijn, wordt nu het Nederlands bedrijfje gesommeerd om met de activiteiten te stoppen.

    In eerste instantie ging ik uit van de merknamen bescherming, maar als ik het zo bekijk, kan het bedrijfje uit de VS wel degelijk het Nederlands bedrijfje sommeren om de handelsnaam en de domein naam niet meer te gebruiken. Al is het handelsbereik van het Nederlands bedrijfje alleen Nederland, het bedrijfje uit de VS heeft ook klanten uit Nederland.

    Toch een zeer interessante zaak.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.