Een iPad is een computer, fiscaal gezien dan

De Hoge Raad heeft beslist dat de iPad fiscaal gezien een computer is en geen ‘communicatiemiddel’, las ik bij Tweakers. Dat maakt uit, want computers aan werknemers geven is fiscaal belast minstens 90 procent zakelijk gebruikt worden. Althans, tot 2011 dan want daarna zijn die regels aangepast.

Deze zaak speelt al een tijdje. RTL had haar werknemers iPads verstrekt, en claimde dat dit onder de belastingvrijstelling voor communicatieapparatuur viel. Toen de wet werd gemaakt, was het onderscheid tussen computers en communicatieapparatuur vrij duidelijk. Met een telefoon kon je bellen, met een computer niet. Met een computer kon je rekenen en software draaien, met een telefoon niet. Prima dan dat je op dat moment twee fiscale regimes loslaat op de twee categorieën.

Het onderscheid werkt heel wat minder goed als op zeker moment die communicatieapparatuur qua prestaties vergelijkbaar wordt met de traditionele computer. En daar zat het probleem: een iPad is functioneel zeer goed te vergelijken met een desktop (hoewel onhandiger qua toetsenbord). Omgekeerd kun je met een desktopcomputer of laptop prima bellen (bijvoorbeeld Skype). Dus hoe definieer je dan de grens zodanig dat de iPad aan de ene kant valt en een laptop aan de andere kant?

Het Gerechtshof hield het in 2012 nog bij “Het beeldscherm en de invoermogelijkheden zijn bij deze apparaten te beperkt voor langdurig gebruik als computer”. De HR ziet het echter anders. De definitie uit de wet werkt namelijk als een stappenplan: je moet eerst kijken of iets een computer is en pas als dat het niet is, of het dan eventueel een communicatiemiddel of wat anders is.

Een iPad is een computer, want

De in cassatie niet bestreden omschrijving van de iPads in ’s Hofs uitspraak laat geen andere conclusie toe dan dat deze in gelijke of zelfs sterkere mate dan digitale agenda’s en GPS-apparatuur zijn bedoeld voor taken die ook door een computer kunnen worden verricht.

(De digitale agenda’s en GPS apparaten waren genoemd in de toelichting bij de wet als voorbeelden van “computers of daarmee vergelijkbare apparatuur”.)

Ik las nog dat Arno Lodder blogt (hoi) dat ook de smartphone dus een computer is. Immers, die omschrijving hierboven past ook prima op de smartphone. Met als gevolg dat smartphones (onder de oude regels) óók alleen fiscaal belast mogen worden verstrekt, tenzij de werknemer meer dan 90% van de tijd zakelijk telefoneert daarmee. En dát kan nog een naheffingstechnisch staartje krijgen.

Hoe zouden jullie het onderscheid tussen telefoon/communicatieapparaat enerzijds en computer anderzijds definiëren?

Arnoud

14 reacties

    1. Grensgevalletje, < euro 450 gewoon direct als kosten boeken. Anders afschrijven.

      Persoonlijk zie ik ikpad etc meer als wegwerpartikelen 😉 die zelden 5 jaar halen. In dat soort gevallen die technologisch ook nog eens heel snel verouderen is m.i. 3 jaar redelijk en verdedigbaar..

  1. Met de steeds verder vervagende scheidingslijn tussen computer, tablet en smartphone lijkt het me dweilen met de kraan open om de scheidingslijn tussen computer en communicatieapparaat telkens opnieuw te moeten definieren. Het aanpakken van de belastingwetgeving op dit gebied lijkt mij een stuk effectiever.

    Dat doet een keertje wat pijn, zowel aan de wetgevende kant om de boel te herzien, als aan de belasting-betalende kant omdat er ongetwijfeld regelingen zijn die minder gunstig uit pakken na de wijziging. Maar daarna ben je in ieder geval van het gezur af en kunnen smartphones, tablets en computers zorgeloos verder naar elkaar toe groeien.

    1. Helemaal mee eens. Er is vaak de neiging om maar de regelingen te behouden die we hebben en vervolgens steeds krampachtiger mee om te gaan, in plaats van een grondige refactoring waarbij je de oude regels het raam uit gooit en nieuwe bedenkt die wel passen op de huidige situatie. En dus waarin inderdaad dat onderscheid niet meer relevant is.

      Zoiets zag je ook bij de OV-chipkaart. Daar wordt nu via allerlei rare en onhandige sprongen geprobeerd om kortingsregelingen zoals samenreiskorting en vrije reisdagen voor bejaarden toch technologisch mogelijk te maken. Veel handiger lijkt het mij om te bekijken welk betaalmiddel voor het OV we hebben, en welke nieuwe kortingsregelingen we kunnen bedenken die daar goed bij passen.

  2. Het is eigenlijk belachelijk dat je als persoon of bedrijf jarenlang tot in cassatie moet gaat om niet/wel/niet gelijk te halen om iets waar gewoon niet tijdig is gedacht aan passende en duidelijke regelgeving. Het is de overheid die de gebieden grijs laat, maar de gevolgen worden met terugwerkende kracht toegepast… Waarom niet onder het rechtszekerheidsbeginsel en evenredigheidsbeginsel zeggen dat we de dingen laten voor wat ze waren, en nieuwe duidelijkere regels opstellen met ingang van nu?

    Let wel, toen deze zaak begon, was de iPad weer heel wat anders dan wat het nu is. De eerste generatie iPad is m.i. niet een vervanger voor de pc, terwijl de hedendaagse iPad een heleboel taken wél kan overnemen. Want nu heeft ie een (web)cam, meer pixels op het scherm, is ie veel sneller en heeft veel meer apps ter beschikking. Iets wat de eerste iPad niet had.

    Nou, ben benieuwd over dat fiscale staartje voor smartphone houders…

  3. Hoe zouden jullie het onderscheid tussen telefoon/communicatieapparaat enerzijds en computer anderzijds definiëren?

    Dat is de verkeerde vraag, en deze vraag kan zonder bredere context niet beantwoord worden.

    In een ideale wereld dienen alle wetten een moreel doel. Elk onderscheid dat door de wet wordt gemaakt moet dus moreel te verdedigen zijn, en op basis van morele overwegingen moet bepaald kunnen worden waar de grens moet liggen. Helaas worden wetten in de praktijk nogal eens gemaakt op basis van de politieke willekeur van de dag, en wordt er meer gedacht in termen van beleid dan in termen van morele overwegingen.

    Het is vooral een verschil in abstractieniveau. Ook het politiek gemotiveerde beleid is ergens impliciet wel gebaseerd op morele overwegingen, maar men is zich onvoldoende bewust van hoe men die overweging maakt; het resultaat bestaat uit concrete wetten die gemaakt zijn voor de realiteit van dat moment, en niet abstracte wetten die ook in een veranderende realiteit toepasbaar blijven. Het zou natuurlijk ook goed kunnen dat sommige politici zich wel bewust zijn van waarom ze bepaalde keuzes maken, maar dat ze hun echte motieven niet bekend willen maken omdat dat hun populariteit zou schaden.

    De echte vraag is dus niet “wat is het verschil tussen een communicatieapparaat en een computer?”, maar “waarom maakt de wet een verschil tussen een communicatieapparaat en een computer?”. Als het tweede onduidelijk is, dan kan de wet niet toegepast worden, in ieder geval voor zover dit onderscheid juridisch relevant is. Aangezien de default is dat alles is toegestaan als het niet expliciet is verboden, zou het dan voor burgers/bedrijven moeten zijn toegestaan om het lagere van de twee belastingniveaus te betalen.

  4. Het is niet of-of. Grijp terug op de verzamelingenleer (sets) en prioriteiten (specifity).

    • communicatieapparatuur is apparaat waarmee je kan bellen/sms/e.d..

    • computer is apparaat waarop je (zelf geschreven) programma’s kan draaien.

    Regels:

    1. vrijstelling voor communicatieapparatuur

    2. geen vrijstelling voor computers

    2e regel heeft een hoger prioriteit dan 1e, dus apparaten die vallen onder de doorsnede van de twee verzamelingen hebben geen vrijstelling. Dat zijn thans bijna alle mobiele telefoons 😉

  5. Het onderscheid tussen telefoon en computer? Wel, mijn moederheeft een DORO, zo’n bejaarden-telefoon. Ze kan ermee bellen en SMS’en en verder niets. Dat is dus een communicatiemiddel. Geen GPS, geen email, wel een camera en een koppeling voor met de computer (Bluetooth of kabel) en een alarmknop erop. Ik zeg dan wel dat dit een telefoon is maar er zit een camera op. Is een camera een computer? Dat is dus de tweede vraag die je kunt stellen… 🙂 Is ook belangrijk voor beroeps-fotografen in loondienst die een camera van de zaak krijgen. Is dat ook een computer? 🙂 Is daar vrijstelling voor te krijgen?

    En dan de auto van de zaak, met bijbehorende boordcomputer. Nou ja, boordcomputer zegt het al. Dat is geen auto maar een computer. 🙂

    Ik denk dat je niet meer moet kijken of iets een computer is. Alles is tegenwoordig wel min of meer een computer. Telefoons zijn allemaal computers, zonder enige uitzondering. Waar je naar moet kijken zijn de beperkingen van de betreffende computer om tot een beter oordeel te komen. En een computer waar je alleen maar mee kunt communiceren is een communicatie-apparaat. Mijn moeders DORO heeft echter een camera en dan is het de vraag hoe zwaarwegend die extra functionaliteit is.

    En ja, je kunt natuurlijk stellen dat niet alles met een chip erin een computer is. Maar hoe definieer je dan een computer? Wikipedia omschrijft het als een “apparaat waarmee gegevens volgens formele procedures (algoritmen) kunnen worden verwerkt.” Tja, dan telt zelfs de chip in de nek van mijn hond omdat deze een procedure kent om een ID te versturen als daar een signaal voor binnen komt. Met deze definitie zijn alle moderne telefoons dus computers. Zelfs de DORO.

  6. Waarom kijkt men niet naar hoe een apparaat daadwerkelijk wordt gebruikt in een bedrijf?

    Dat doen ze bij de auto van de zaak toch ook? Als die (mede) voor persoonlijke doeleinden wordt gebruikt, heeft dat ook fiscale gevolgen.

    1. Omdat dit best een grote inbreuk is op je privacy, zowel hetgeen je beroepsmatig doet en het enkele prive-mailtje wat je ontvangt op je zakelijke iPad. Bij een auto van de zaak is de administratie relatief eenvoudig doordat je kilometer-standen kunt bijhouden en doorgeven. Je woon-werk afstand is bekend en als je naar klanten moet kun je daar ook de afstand van berekenen. Je hebt ongeveer 500 KM speling en als je naar de Efteling gaat in je zakelijke auto dan is het maar te kopen dat de Efteling jouw klant is en niet dat je er voor je plezier naartoe gaat.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.