Is een disclaimer genoeg tegen het merkenrecht?

tom-smeenk-geen-aupingIk kan niet eens meer een wandeling maken door de stad zonder disclaimers tegen te komen: “Wij zijn geen Auping dealer!” op het etalageraam van beddenhandel Tom Smeenk in Utrecht. Ook de website van Smeenk vermeldt deze tekst in diverse groottes.

Over het gebruik van merken doen veel misverstanden de ronde. De belangrijkste: het zou verboden zijn een merk te voeren, ongeacht omstandigheden, zonder toestemming van de merkhouder. Dat klopt niet, al was het maar omdat in het recht er niets toegestaan of verboden is “ongeacht omstandigheden”. Er zijn áltijd omstandigheden te verzinnen die iets dat in principe legaal is, toch verboden maken. Of andersom.

Je mag zonder toestemming een merk gebruiken wanneer je de merkproducten verkoopt. Je moet dan kunnen aangeven dat je die producten verkoopt, en dat doe je door het merk te tonen. (De merkproducten moeten met toestemming op de Europese markt gebracht zijn door de merkhouder; grijze import uit China mag hier niet worden doorverkocht.)

Wat dan weer niet mag, is het merk gebruiken om de indruk te wekken dat je een band hebt met de merkhouder. Dat is waar het vaak misgaat met webshops van handige jongens die merkproductjes verkopen, wat ik de “Welkom bij merknaam”-sites noem. Het gaat daar mis omdat men geen eigen naam noemt maar alleen “Welkom bij Aupingkopen punt nl, uw goedkope plek voor Aupingbedden – auping goedkoop aanbieding outlet dealer kopen bestellen” of iets dergelijks. Door stilzwijgen kun je verwarring wekken.

Smeenk doet het goed: een eigen bedrijfsnaam, het eigen logo groot linksboven op de site en ook dus nog een disclaimer. Hier is geen sprake van stilzwijgen dus.

Is die disclaimer nodig? In principe heeft een disclaimer geen zin. In 2013 verloor Talensshop een rechtszaak over merkinbreuk, omdat de totaalindruk van de site ten onrechte een affiliatie met verfproducent Talens suggereerde. De rechtbank vond dat een disclaimer daar niet tegenop kon. Hetzelfde bleek in een andere zaak over de term “Porschespecialist”.

Echter, bij twijfelgevallen kán het de doorslag geven. Als hij prominent naast de eigen bedrijfsnaam staat, dan versterkt dat het beeld dat de eigen naam en logo scheppen: dit is zomaar een bedrijf, geen outlet van de merkhouder. Maar ik zou altijd zeggen, bouw je site zónder disclaimer en toets dán of mensen gaan denken dat het een outlet is.

Arnoud

13 reacties

  1. Je kunt toch best een porschespecialist zijn zonder enige zakelijke relatie te hebben met het bedrijf Porsche? Dan moet je toch ook kunnen adverteren dat je een porschespecialist bent? Waar ging het in die zaak dan om? Dat het woord “porschespecialist” in de bedrijfsnaam stond? Ik vind dat zelfs dat nog wel toegestaan zou moeten zijn, als je maar niet de indruk wekt een vestiging van Porsche zelf te zijn. Bij het woord “porschespecialist” zou ik dat juist niet denken: ik denk niet dat Porsche zelf een vestiging / bedrijfs-onderdeel zo zou noemen.

    1. Ik ben het denk ik wel met je eens (net zoals de rechtbank), maar ik kan ook wel begrijpen dat het hof vond dat ergens de grens gelegd moet worden. En die ligt blijkbaar bij het gebruik van het merk in de handelsnaam zelf. Dat lijkt me een goed basisprincipe waarmee de markt goed uit de voeten kan.

      Het hof zegt bovendien nog dit:

      16. Het bovenstaande doet er niet aan af dat het [geïntimeerde] in beginsel vrijstaat om in advertenties bijvoorbeeld te vermelden ‘garagebedrijf [geïntimeerde], gespecialiseerd in reparatie en onderhoud van Porsche’, ‘specialist in Porsche’ en ‘gespecialiseerd in Porsche’. Porsche heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen dergelijke aanduidingen.

    2. Het lijkt me ook voor de markt wenselijk dat er onafhankelijke specialisten zijn in een merk. Ik begrijp die uitspraak in hoger beroep dan ook niet. Als ik het goed begrijp mag het bedrijf ook de domeinnaam porschespecialist.nl niet gebruiken. Dat past niet in wat ik had begrepen uit bijvoorbeeld: Wanneer mag je een productnaam in je domeinnaam opnemen?. Bovendien lijkt het vonnis erop dat het bedrijf zelfs (domein)naam ‘OnafhankelijkPorscheSpecialist(.nl)’ niet mag gebruiken.

      Er zijn áltijd omstandigheden te verzinnen die iets dat in principe legaal is, toch verboden maken. Of andersom.

      Dat lijkt hier vrij makkelijk het geval en dat maakt het recht voor rechtlijnige zielen zoals mij af en toe (tenen)krom(mend). Het lijkt soms wel of rechters net als economen alle kanten op kunnen redeneren … 🙂

  2. Ik kan me goed voorstellen dat (vooral kleinere) bedrijven en bedrijfjes een disclaimer opnemen. Gewoon voor het geval dat. Om te voorkomen dat je ineens een intimiderende blafbrief krijgt van een advocaat. Of een brief van het om of de rechtbank of wie dat dan ook doet waarin staat dat iemand je aangeklaagd heeft.

    “To err on the side of caution”, dus. Voor veel mensen is materie als recht, rechtbanken en rechtzaken totaal onbekend, en de dreiging van een rechtzaak heeft een sterk intimiderende werking. Je moet dan ook ineens allerlei dingen doen: een advocaat zoeken, bij die persoon op bezoek gaan, allemaal dingen die tijd kosten die je liever in je bedrijf steekt.

    1. Volgens mij wordt binnen Nederland over het algemeen met de term ‘outlet’ niet per se naar een met een bepaalde producent verbonden winkel verwezen. ‘Auping outlet’ verwijst naar mijn smaak wel degelijk naar een dergelijke band lijkt wat dat betreft te ver te gaan, ook al betreft het hier slechts een ‘afdeling’ van de webshop.

  3. Een kennis van me die heftrucks repareert en reviseert heeft ergens in 2010 een blafbrief ontvangen van Lindt (merk heftrucks) met de sommatie om binnen 5 werkdagen elk voorkomen van de naam Lindt en van het Lindt logo van de website te halen. Lindt veronderstelde in het schrijven dat alleen officiële verkoop- en reparatiepunten het recht hadden om deze te gebruiken. Nergens op de site deed hij de claim dat zijn bedrijf een dealer was, enkel dat ie alle merken repareert. Waarbij ook tenminste 2 andere merken werden genoemd. Omdat ie geen zin had in problemen heeft ie gehoor gegeven aan de sommatie, maar ergens steekt het wel. Het zal hem wel omzet gekost hebben.

  4. Even terzijde, is Smeenk niet stiekem toch gewoon een “Auping dealer”? Er worden tenslotte gewoon produkten van Auping verkocht. Of zegt het woord dealer iets over exclusiviteit? (Hoewel, menigeen autodealer verkoopt ook gewoon auto’s van verschillende merken.)

    Zou de tekst dus niet moeten luiden: “wij zijn (juist wel) een Auping dealer, maar wij zijn onafhankelijk van de fabrikant”?

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.