Hoe hard zoek je de openbaarheid als je dingen op Facebook zet?

De privacywetgeving hoort niet van toepassing te zijn als iemand zelf de openbaarheid zoekt, las ik bij Netkwesties. Als mensen beslissen allerlei zaken openbaar te maken, betekent dat tegelijkertijd dat zij het ‘risico’ nemen dat anderen, waaronder wellicht potentiële werkgevers, daar kennis van nemen. Een standpunt dat hier ook recent voorbij kwam, zij het op een voor mij wat ergerlijke manier: het is me iets te makkelijk, dat “iedereen kiest voor Facebook dus wat je daar zet is vogelvrij”.

De kern van dit standpunt komt erop neer dat Facebook en andere sociale media inzetten een bewuste keuze is, die weloverwogen wordt gemaakt door een gemiddeld omzichtige consument na zich adequaat geïnformeerd te hebben. Na die keuze is het inderdaad wat raar om ineens te gaan schermen met allerlei privacybezwaren. Wie zijn arts aanklaagt voor een amputatie na middels diverse gesprekken over de beste medische behandeling daar welbewust voor gekozen te hebben, zal ook niet snel gelijk krijgen.

Alleen: dat de gemiddelde burger zo’n omzichtige consument is, klopt natuurlijk van geen kant. Mensen kiezen niet welbewust en na zorgvuldig inlezen voor die diensten, men gebruikt het omdat iedereen het gebruikt, het er netjes en overzichtelijk uitziet en het wel snor lijkt te zitten. Wie zou er immers niet een keurige nette dienst afnemen van een groot beursgenoteerd bedrijf? Betrouwbaarder kan haast niet, zou je denken.

En er zitten ook keurige knopjes in om je privacy mee te bedienen. Alleen, zo makkelijk is dat nog niet. Uit onderzoek blijkt dat slechts een derde van de mensen snapt hoe Facebook-privacyinstellingen werken. De meeste mensen denken te snel dat ze iets privé hebben gemaakt. Je moet er een behoorlijke studie van maken om zeker te weten wat je doet als je dingen dicht wil zetten.

Sterker nog: je kúnt je haast niet adequaat inlezen in wat die diensten doen. De privacyverklaring staat vol wollige taal, en wie dat allemaal door wil spitten is daar 76 werkdagen per jaar mee kwijt. En nog erger, die privacyverklaringen zijn niet volledig dus zelfs als je die 76 dagen er voor gaat zitten, kom je er nog niet uit.

En zelfs als je wél eruit komt, de boel goed dichttimmert en oplet wat je post, dan nog loop je tegen vrienden en kennissen aan die zonder nadenken dingen posten met jouw naam of foto erin. Een fotoverslag van een leuk feestje met als grappig commentaar dat jij weer helemaal teut was “maar je zal je wel ziek gemeld hebben vandaag he” om eens wat te noemen. Of tegen een naamgenoot die het wat minder nauw met de werkethiek neemt.

Natuurlijk zijn er mensen die welbewust hun hele leven delen. Die zullen er ook weinig bezwaar tegen hebben dat hun werkgever dat leest. Maar daar zal ook weinig echt privés te vinden zijn. Deze regels over werknemers googelen zijn natuurlijk niet voor deze groep bedoeld. Het gaat om het gros van de mensen dat niet weet, en eigenlijk ook niet kán weten hoe Facebook en consorten werken, die in een vervelende positie komen als hun socialmediainformatie al te makkelijk gebruikt kan worden.

Die mensen wegzetten als “ze kiezen er welbewust voor” vind ik gewoon wereldvreemd. Hetzelfde geldt voor “je hoeft niet op Facebook te zitten”, waar ik eerder al over tireerde.

(En dat raakt aan een aanverwant punt waar het Netkwesties-stuk overheen scheert: de benodigde zorgvuldigheid om die informatie op waarde te schatten. Weet jij als werkgever of zo’n bericht waar is? Klopt de datum wel? Is het echt je werknemer? En is het opschepperij/stoerdoen naar vrienden of serieus bedoeld?)

Arnoud

31 reacties

  1. Facebook is niet vereist en iets er op plaatsen ook niet. Als in een cv een verwijzing naar Facebook is opgenomen is het bekijken van die account al een stuk minder een probleem. De potentiële werknemer verwijst er zelf naar.

    Voor de volledigheid ik heb geen Facebook net als een deel van de rest van de wereld.

    1. De praktijk:

      ** Googled Mark en kijkt of Facebook voor Mark ivm openstaande vacature **

      Hmm, deze knakker zit niet op Facebook. Zal wel zo’n asociaal type zijn dat geen vrienden heeft of straks gaat zeuren als ik zijn ID wil kopiëren en dan mijn naam op de kopie wil schrijven.

      Laat ik het risico maar niet nemen; ik heb nog 100 andere brieven.

      1. Of:

        “Hmm, ik zie hier een Mark en qua profielinformatie lijkt het heel erg op de Mark die ik zoek. Eigenlijk weet ik het niet zeker, maar ik neem het risico maar en ga ervanuit dat het dé Mark is die ik zoek. Jeetje, wat plaatst hij een rare berichten. Ik weet nog steeds niet of hij het is, maar laat maar, ik heb nog 100 andere brieven.”

        ?

  2. Er speelt bij mij (en wellicht bij anderen ook) op de achtergrond nog iets anders mee. Noem het ouderwets, noem het snobistisch,noem het elitair, noem het wat je wil, maar ik heb gewoon weinig begrip voor mensen die ieder scheet die ze laten met anderen moeten delen, die ieder maaltijd in een restaurant moeten fotograferen of die compromitterende foto’s (van zichzelf en/of van anderen) online moeten zetten.

    Die drang om je hele leven op te dringen aan anderen…..brrrrr.

    Om die reden krijgt dergelijk gedrag bij mij al niet het voordeel van de twijfel, maar ik geef toe dat dat emotioneel is.

    Ook is het natuurlijk zo, dat als je zonodig veel informatie breed wilt verspreiden, je moet accepteren dat je het risico loopt dat het iets breder gaat dan bedoeld. Dat is met off-line zaken zo, en met online zaken ook.

    De moeilijke privacysettings zijn niet de doorslaggevende factor. Je kunt inderdaad van mensen niet verwachten dat ze dat allemaal doorhebben. Maar juist daarom moet je voorzichtig zijn, en ver afblijven van waar het risicovol wordt. Dat de instellingen moeilijk zijn is een drogredenering.

    Als je in een ver buitenland van een bergpad afdondert, is dat dan omdat het waarschuwingsbordje net niet in jouw moedertaal is opgesteld, of omdat je met te weinig voorbereiding jezelf in een risikovolle situatie hebt gebracht?

    Voor mij is het het tweede, maar in het facebook-privacyverhaal lijkt Arnoud wel voor het eerste te kiezen.

    1. Het is een stropop dat iedereen maar gewoon iedere scheet online zet en dat opdringt aan Jan en alleman. Dergelijke mensen bestaan vast, maar ze zijn niet de gemiddelde social media gebruiker en ik vind het ongepast om mensen af te rekenen op gedrag van dergelijke extremiteiten. We gaan de gemiddelde IT’er ook niet afrekenen langs de lat van de stereotype neckbeard.

      Ik zie je punt over risicovol gedrag wanneer je niet weet wat er gaat gebeuren. Het is inderdaad onverstandig een bergpadje te betreden als er een groot bord staat in onbekende taal. Maar voor mij geeft dan de doorslag dat de social media aanbieders wel degelijk met je communiceren, alleen dan misleidend en verzachtend: dit is leuk, alles is fijn, lees gerust 20 pagina’s wollige braaftaal in de privacyverklaring en deel dingen met je vrienden. Alsof er onderaan het bergpad een mannetje van de gemeente zit dat zegt, heel fijn wandelpad en super uitzicht. Stort je halverwege naar beneden, dan had je het bordje maar moeten lezen?

      Enne, hoezo drogredenering? Ik zei niet enkel dat ze moeilijk zijn. Ik zei dat ze zó moeilijk zijn dat een gemiddeld mens ze niet begrijpt (zie het aangehaalde onderzoek, slechts 30% van de mensen begrijpt de privacyinstellingen van Facebook) en dat daarbij Facebook actief mensen misleidt in hoe het werkt (zie AP-besluit dat de privacyverklaring van Facebook onvolledig is).

      1. Het is voor mij een drogredenering dat de privacypolicy van facebook, of de begrijpelijkheid daarvan, belangrijk zijn in de afweging of je wel of niet zelf de openbaarheid gezocht hebt als je dingen op facebook zet.

        Je hebt bewust een risico aanvaard door dingen met veel mensen te te delen. Met hoeveel precies, en onder welke precieze policy, is dan niet eens belangrijk. Dat je daar later spijt van kunt hebben, dat kan best. Ik heb ook wel dingen openbaar gemaakt waar ik niet trots op ben. Maar is dat niet onderdeel van het leven, dat gedane zaken geen keer nemen?

        Juist omdat je niet weet wat er gaat gebeuren, moet je risicovol gedrag vermijden. Als je wist wat er zou gaan gebeuren was het geen risico maar een zekerheid.

        Ik begrijp prima dat het lange geheugen van het internet, en het gemak om verschillende bronnen te combineren, het een en ander veranderen vergeleken met vroeger, en misschien wat extra wettelijke ‘bescherming’ wenselijk maken.

        En als je het over stropoppen hebt…. Ja misschien is mijn beeld een stropop. Maar het is ook een stropop dat bijvoorbeeld werkgevers een diepgaand multi-bronnen onderzoek doen naar een sollicicant en iedere kleine afwijking van ‘de norm’ meteen genadeloos afstraffen. Ja, die zijn er, maar ook daar moeten we niet alle werkgevers op afrekenen. De meeste hebben genoeg gezond verstand.

        1. Die privacypolicy vind ik juist essentieel, dat stuk voorlichting is toch precies hoe je beslist wat je wilt gaan doen? Als je onjuist wordt voorgelicht, dan is je risico-inschatting toch een heel andere dan wanneer je exact weet wat er gaat gebeuren?

          Nee, je hebt niet bewust een risico aanvaard. Je dacht oprecht (en met jou tweederde van de bevolking) dat het wel snor zat en dat het risico minimaal was. Als ik even een extreme vergelijking mag maken, in de jaren vijftig kregen zwangere vrouwen te horen dat softenon een prima middel voor ze was, en tien jaar later bleek dit buitengewoon schadelijk voor de ongeboren vrucht. (Hier was geen sprake van misleiding bij de artsen, die wisten ook niet beter.) Maar zou je dan zeggen, je hebt het risico aanvaard en de gevolgen heb je maar te dragen?

          Het gaat er bij mij niet in dat mensen niet weten wat er gaat gebeuren. Ze denken dat ze het wél weten, namelijk delen met vrienden en niet daarbuiten. Ze denken dat ze de privacyverklaring snappen, en dat grote beursgenoteerde bedrijf verzekert ze op alle mogelijke manieren dat het echt lief en gezellig en privacyvriendelijk is. En dan blijkt je bericht ineens gedeeld door een “privacy is dood”-kennis en ligt het op straat, of blijk je een knopje te hebben moeten omgezet om foto’s echt af te schermen. Dat is geen “welbewust een risico nemen” maar een schending van vertrouwen in een groot, fatsoenlijk bedrijf.

          1. Arnoud, 1) we gaan toch geen wetgeving maken/aanpassen omdat een een groot fatsoenlijk (ahum?) bedrijf rare regels opstelt? En als we dat al zouden doen, dan is dat toch zeker wetgeving om te zorgen dat dat bedrijf zich beter gaat gedragen, toch niet om derden (bijv. potentiele werkgevers) te dwingen met aanvullende regels rekening te houden?

            2) Je denkt oprecht dat vliegen veilig is, en de KLM zegt dat ook. Je denkt oprecht dat de veerboot veilig is, maar toch zijn er reddingssloepen, en toch kan de boot zinken.

            Sommige (alle) omgevingen/activiteiten zijn gewoon niet inherent veilig. En we kunnen regels maken om ze veiliger te maken, maar die kunnen het risico niet tot nul terugbrengen.

            Als je niet wilt neerstorten moet je het vliegtuig niet nemen, als je zaken geheim wilt houden moet je ze niet op facebook zetten.

            Om in vliegtuiganalogie te blijven: jij wilt kunnen uitstappen omdat midden boven de oceaan blijkt dat je de instructies van de stewardess niet begrepen hebt.

            Zo werkt het niet. Informatie is verspreid, of niet. Eenmaal verspreid, is het vrijwel onmogelijk om die info terug geheim te maken.

            1. Het is geen wetgeving ‘maken’ om Facebooknadeel te compenseren. Die wet is ouder dan Facebook, wat de toezichthouder heeft gedaan is gewoon uitleggen hoe het werkt bij Facebook als bron van persoonsgegevens. Je mocht al nooit grasduinen in elektronische databanken bij antecedentenonderzoek tenzij dringende noodzaak et cetera.

              Verschil met de KLM en de veermaatschappij is dat die geen valse voorlichting geven, en dat er objectieve derden zijn die ook weten hoe het zit (zoals de Inspectie Leefomgeving en Transport) waar ik op af kan gaan. Bij Facebook moet ik afgaan op Facebook én die zijn dus op de vingers getikt dat ze het niet goed uitleggen.

              Het punt is dat Facebook de indruk wekt dat dingen binnen beperkte groepen (jouw directe vrienden op Facebook) blijven. Daardoor ontstaat een zeker vertrouwen dat het wel snor zit en dat je gegevens niet bij je werkgever terecht komen. Dat vertrouwen is onterecht want je bent voorgelogen. Plus er is dus al 20 jaar wetgeving die zegt dat je werkgever niet in elektronische databanken mág.

              Over je laatste punt, stel ik breek in bij jouw provider en publiceer al je mail inclusief daarin opgenomen medische details, bekentenissen en wat al niet meer. Zeg je dan ook, “informatie is verspreid, of niet. Eenmaal verspreid, is het vrijwel onmogelijk om die info terug geheim te maken.” Oftewel, die mails zijn nu vogelvrij en had je maar beter uit moeten kijken dat je provider wel goed beveiligd was?

              1. Ik ga lang genoeg mee om te kunnen stellen dat deze wet een wassen neus is. Werkelijk iedereen googlt sollicitanten voor het eerste gesprek en de enige verschuiving die ik daar naar aanleiding van nieuwsberichten en wetten in heb gezien in het afgelopen decennium is dat men het niet meer op papier zet en er niet meer openlijk voor uitkomt. Als men met google iets iets vindt, dan zijn er helaas al voldoende candidaten en kan je wellicht in de tweede ronde mee als er geen geschikte kandidaat bij zit. Of je wordt wel uitgenodig vooor een gesprek zodat men na afloop je kan afwijzen omdat er geen klik was.

                Degene die dit soort wetten verzint is Don Quixote in gevecht tegen de molens.

                Of cg juridisch nu gelijk heeft of niet, praktisch heeft hij het 100% begrepen. Als er iets is waarvan je niet wil dat bepaalde personen er acxhter komen, dan moet je het niet op internet zetten. Achteraf klagen dat het niet gebruikt had mogen worden is mosterd na de maaltijd.

                Ik verzoek zelf af en toe vrienden om foto’s van mij te verwijderen. Ik heb ze al getrained dat ze mijn naam niet noemen en mij niet te taggen, maar gezichtherkenning in foto’s is me inmiddels ook te gangbaar geworden. Als een foto waar ik op sta mij niet bevalt gaat die niet op het internet. Niet alleen solicitanten worden gegoogled, toen ik nog als consultant werkte googlde mijn klanten mij ook. Het ging ze geen drol aan dat ik de avond voor de vergadering in de kroeg was, die vergadering had ik al lang daarvoor voorbereid, dat zij nu alles last minute nog doornemen wil niet zeggen dat ik dat ook zo doe. Maar ik heb het serieus in de praktijk gezien dat een collega daarvoor werd aangesproken door een klant, of hij wel goed voorbereid was!

                1. Volledig mee eens. Ik ben alleen nog steeds bang voor onterechte afwijzingen. Immers, als je geen Facebook of Twitter hebt maar je potentiële werkgever vindt iemand met dezelfde naam en gaat ervanuit dat jij het bent terwijl dat dus helemaal niet waar is, maar wijst je wel af… wat dan? Dat is erg lullig. En als meerdere werkgevers zo te werk gaan, dan kom je dus eigenlijk nooit aan een baan omdat werkgevers alleen maar aannames doen.

              2. Als de samenleving vindt dat A tegen B beschermd moet worden, daar kan ik mee leven. Maar ik vindt het argument dat dit moet omdat C (facebook) zijn zaakjes slecht op orde heeft gewoon absoluut geen relevant argument.

                Natuurlijk is het heel anders als je eerst bij een provider inbreekt. Dan is die info duidelijk tegen mijn wil publiek geraakt. En nu zul jij zeggen dat dat bij die facebooker ook zo is, die dacht dat alleen een select clubje toegang had.

                En dan is het cirkeltje weer rond, en zijn we weer bij de oorspronkelijke vraag van je artikel van vandaag uitgekomen.

                Ik heb nog eens wat nagedacht, en ik denk dat het verschil erin zit dat voor mij de vraag ‘geheim of openbaar’ alleen zwart/wit beantwoord kan worden, en voor jouw allerlei tinten grijs kan hebben.

  3. Een heel ander aspect is dat zelfs de bewuste keuze om iets in de publieke ruimte te doen, niet betekent dat je daarmee alle privacy rond dat gedrag opgeeft.

    Stel dat ik er bewust voor kies tóch zonder zonnebril over straat te gaan met mijn katerhoofd. Die keuze houdt nog niet in dat ik het dan prima vind dat mijn baas foto’s daarvan laat maken of gericht opzoekt. Ook al weet ik dat er op straat foto’s van me gemaakt kunnen worden.

    Zo is ook de keuze om foto’s en mijn indrukken van de Amsterdam Pride te delen met diegenen die mijn FB-pagina willen lezen, daarmee nog geen keuze om potentiële werkgevers daarmee extra afwegingsgronden te bieden. Als een potentiële nieuwe baas wel eens iets van me is tegengekomen, soit. Dat is echter iets heel anders dan dat iemand die me niet kent gericht (maar contextloos) informatie over me gaat inwinnen.

    Nog een andere vergelijking: wat ik aan mijn buren of vrienden vertel over mijn feestweekeinde is niet geheim. Daar mogen ze best met hun partners of met gezamenlijke vrienden over hebben. Maar als een leidinggevende ze er in de supermarkt over zou bevragen zou dat toch gek zijn.

    1. Nee, natuurlijk is de keuze om iets in de publieke ruimte te doen niet gelijk aan het opgeven van privacy.

      Wel is het natuurlijk zo dat je de controle verliest over wie er kennis van neemt. En misschien is die persoon het er niet mee eens , of interpreteert het verkeerd.

      En dan kun je achteraf wel aan damage-control gaan doen, en zeggen dat iemand er niet naar mocht vragen vanwege privacy, of eisen dat iemand zijn negatieve interpretatie kan onderbouwen, maar eigenlijk is dat te laat.

      1. Hoezo? Wat je in de openbare ruimte doet is in beginsel publiek. Maar dat wil nog niet zeggen dat ik structureel gevolgd mag worden, dat alle foto’s die van me genomen zouden kunnen worden daarmee rechtmatig zijn. Daar hebben we regels tegen.

        Privacy is niet een alles-of-niets verhaal. Privacy gaat om autonomie over wat je deelt met wie en wanneer. De keuze om iets niet af te schermen, of beter: om het niet onmogelijk te maken iets op te sporen of terug te vinden of te delen is geen keuze voor het standaard eenvoudig vindbaar en contextloos beoordeelbaar zijn door potentiële werkgevers.

        Net als bij diefstal heb je uiteraard een eigen verantwoordelijkheid. Als je je nieuwe laptop op je dashboard legt en je auto ’s nachts in een ongure buurt parkeert, heb je ook jezelf wat te verwijten als het ding gestolen wordt. Maar dat wil nog niet zeggen dat die diefstal mocht, of dat je die uitlokte, of dat je geen recht van spreken hebt als je probeert de dief te vatten en veroordeeld te krijgen.

        Dat iets kan, wil niet zeggen dat het mag. Dat je iets niet actief met alle middelen coûte-que-coûte onmogelijk maakt, betekent niet dat je het dan maar moet goedvinden, of gedogen. Dat iets dat je niet verhinderd hebt, gebeurt, wil niet zeggen dat je er niet achteraf tegen mag ageren.

        Laat staan dat we er als maatschappij geen regels over mogen stellen of er niet tegen zouden mogen optreden.

        Ik vind het alleszins begrijpelijk en heel goed dat de privacyregels ook kaders stellen in dit soort gevallen.

        1. Sanne, je schrijft ‘Privacy is niet een alles-of-niets verhaal. Privacy gaat om autonomie over wat je deelt met wie en wanneer. De keuze om iets niet af te schermen, of beter: om het niet onmogelijk te maken iets op te sporen of terug te vinden of te delen is geen keuze voor het standaard eenvoudig vindbaar en contextloos beoordeelbaar zijn door potentiële werkgevers. ‘

          Ik ben het in principe, in theorie, met je eens. Alleen is het uitoefenen van die autonomie in de praktijk onmogelijk. Het is een fictie dat je dat kunt. Dan moet je iedere publieke uiting catalogiseren en daar actief van blijven bijhouden wie wel kennis mag hebben van die uiting, en wie niet.

          Nog moeilijker wordt het als iemand niet langer iets mag weten. Dan moet je hem dwingen te vergeten. Dat gaat niet.

          Hat is dan compleet kunstmatig om te zeggen: een werkgever mag de sollicitant niet googlen, of niet op zijn facebookpagina kijken.

          Voor mij is het enige alternatief: 1) voorzichtig zijn en 2) vertrouwen op het gezond verstand van onze medeburgers.

          Ik vind dat hele gehamer op werkgevers ook nogal vervelend. Alsof werkgevers de vijand zijn. Ze staan op het punt een (hopelijk) lange-termijn relatie, met grote financiele gevolgen, aan te gaan, mogen ze dan alsjeblieft een beetje voorzichtig zijn? En mogen ze dan ook eens een fout maken door een goede sollicitant om verkeerde redenen toch af te wijzen?

          Je schrijft verder ‘Dat iets kan, wil niet zeggen dat het mag’. Inderdaad, maar dat werkt twee kanten op. Dat het zo gemakkelijk is een foto van een dronken studentengrap on line te zetten, wil niet zeggen dat het moet.

          1. In een notendop zeg je dus: het is lastig om informatietoegang te beheersen, en daarom moeten we het de werkgevers niet verbieden op Facebook en co. op zoek te gaan naar weetjes. Mocht hier een logische gedachtegang achter zitten, dan is deze mij ontgaan.

            Niemand zegt dat werkgevers de vijand zijn. Maar je moet in gedachten houden dat werkgevers en (potentiële) werknemers soms tegenovergestelde belangen hebben. Je kunt je dan afvragen waarom we werknemers een hand boven het hoofd houden en niet de werkgever. Die laatste betaalt tenslotte het salaris, en zou daarom de macht moeten hebben om te doen en laten wat hem goeddunkt, nietwaar?

            Maar in onze samenleving zoeken we nu eenmaal naar een compromis tussen de twee tegenovergestelde belangen. Dit om bijvoorbeeld verboden discriminatie tegen te gaan, maar ook om het privéleven van sollicitanten en werknemers te beschermen. Dat vinden we als samenleving nu eenmaal belangrijker dan die enkele rotte appel die de deur binnenkomt.

            Overigens ben ik in mijn carrière nog nooit zo’n zich op maandag ziekmeldende comazuiper tegengekomen . Ik heb genoeg “underperformers” gekend, maar die zaten allemaal maandag klokslag 9 uur achter het buro.

  4. Die mensen wegzetten als “ze kiezen er welbewust voor” vind ik gewoon wereldvreemd. Hetzelfde geldt voor “je hoeft niet op Facebook te zitten”, waar ik eerder al over tireerde.

    Maar is dit niet juist de basis waarop de wet werkt en waarop bijv. de voorwaarden voor gebruik worden afgedwongen? Kan je nu nog redelijkerwijs consequenties verbinden aan het zich niet aan de wet/voorwaarden houden als mensen zich absoluut niet kunnen (of in staat zijn om te) realiseren wat de consequenties van hun keuzes zijn?

    1. Dat zou voor mij pas het geval zijn als het doorgronden van de wet zó ingewikkeld is dat de gemiddelde burger het niet kan, en de overheid ook nog eens misleidende of halve informatie verstrekte over hoe de wet in de praktijk werkt. Voor mij weegt erg zwaar dat Facebook aardig z’n best doet om jou niet makkelijk te laten begrijpen hoe het werkt met de privacy-instellingen.

      1. Voor mij weegt erg zwaar dat Facebook aardig z’n best doet om jou niet makkelijk te laten begrijpen hoe het werkt met de privacy-instellingen.

        Maar je vind dat ze die grens nog niet over zijn?

        Wat dat betreft vind ik je link naar het ‘ 76 werkdagen per jaar kwijt aan lezen privacyverklaring’ artikel interessant. Zelf stoor ik me al jaren aan het recht dat fabrikanten hebben om hun voorwaarden eenzijdig aan te passen zonder toestemming/bericht. Om je aan de voorwaarden (wet?) te houden zul je dus bijna dagelijks alle voorwaarden met deze regel moeten controleren of ze niet veranderd zijn om eventueel je gedrag aan te passen. Dat zou je bij 1 overeenkomst nog wel redelijkerwijs kunnen verwachten van iemand, maar als alle fabrikanten dat soort regels opnemen is het niet meer redelijk omdat de tijd (en bij mij ook zin) daarvoor ontbreekt.

        Wat mij betreft gaat die regel dan ook op direct op de zwarte lijst ivm onredelijk bezwarend.

    2. Dat lijkt mij ook. Ik zie ook nog steeds niet in waarom “je hoeft niet op Facebook te zitten” er niet toe doet. Ik bedoel: er zijn veel dingen verplicht in het leven. Zo moeten we allemaal een zorgverzekering hebben, belasting betalen, geen huisvuil midden op straat dumpen, enz., enz. Maar nergens zie ik staan dat je verplicht Facebook moet hebben (of welk ander sociaal medium dan ook). “omdat veel vrienden/kennissen het hebben” is wat mij betreft juist een wassen neus. Dus als je veel vrienden hebt die een dikke Ferrari hebben, dan moet je zelf ook maar eens gaan sparen voor een Ferrari? Het is en blijft je eigen keuze: als je Facebook wilt nemen, dan neem je Facebook. Maar échte vrienden/kennissen zijn ook zonder Facebook gewoon voor je.

      1. Het doet er niet toe omdat de rechtsstaat niet gaat over de sociale wenselijkheid van keuzes. Wil jij naar de kerk, op squaredansen of bij hockey: prima en legaal, en de wet kent je geen sikkepit minder bescherming toe. Idem voor Facebook, ook dat is gewoon een legitieme dienst en dat moet gewoon kunnen zonder rechten te verliezen.

        Stel ik word ziek van een fipronil ei van de supermarkt, dan zeggen we toch ook niet, had maar bij de échte biologische boer gekocht?

        1. “Stel ik word ziek van een fipronil ei van de supermarkt, dan zeggen we toch ook niet, had maar bij de échte biologische boer gekocht?”

          Ik ben tegen legbatterijen, dus ik zou dat wel degelijk zeggen. En mijn ouders idem dito.

          Maar nu vergelijk je appels met peren want dan gaat het om iets wat je al gedaan hebt. Dat is weer hetzelfde als met Facebook: er staat nergens dat je verplicht eieren moet eten. Je kunt ook een eierloos leven leiden. Het is inderdaad een ander verhaal als je er al voor gekozen hebt, maar niemand dwingt je eieren te eten of Facebook te gebruiken.

          1. Nee, dat is geen appels en peren. Beide zijn legitieme, legale keuzes die je als mens kunt maken. Nee, ik hoef geen eieren te eten (el al helemaal niet bij de supermarkt) en ik hoef niet op Facebook, maar we doen dat met z’n allen massaal dus is dat een te respecteren keuze. Beide moeten dus niet ineens inbreuken op je grondrechten opleveren. Dat is het rare, dat kiezen voor iets doodnormaals (Facebook, eieren) ineens zou betekenen dat je je grondrecht privacy / medische zorg kwijt zou zijn.

          2. Maar dan kun je helemaal niks meer en is iedereen vogelvrij. Nergens staat in de wet je dat je de deur uit moet, dus dat je in die 10m diepe kuil bent gelopen die ik voor je deur had gegraven is je eigen schuld. Als je echter expres in een onveilige buurt gaat wonen, dan mag je niet klagen als er af en toe ingebroken wordt. Dat betekent niet dat je juridisch je rechten kwijt bent, maar heel handig is het niet. Hetzelfde geldt voor Facebook: ja, je hebt recht op privacy, ook als je Facebook gebruikt, maar je weet als het goed is dat privacy en Facebook niet echt hand in hand gaan, dus doe voorzichtig.

            Wat betreft werkgevers: hoe zit het als je als werkgever in een ongerelateerde facebook-sessie iemands profiel hebt gezien, en dan later die persoon die je hebt gezien komt solliciteren. Dat valt moeilijk te verbieden, lijkt me.

  5. Volgens mij zijn hier (juridisch dan) een paar zaken door elkaar aan het lopen. Voor mij springen er twee uit.

    In de eerste plaats is er de “reasonable expectation of privacy”. Daar kun je heel lang óf heel kort over praten, want wat “redelijk” is hangt volgens jurisprudentie af van de omstandigheden van het geval. Daarover een algemene uitspraak doen gaat mij niet lukken maar misschien zijn er mensen die het wel durven.

    In de tweede plaats speelt hier ook consumentenbescherming. Als die taal echt zo wollig is, is er misschien sprake van een oneerlijke handelspraktijk van de zijde van de verantwoordelijke om de consument te bewegen tot het aangaan van een overeenkomst, of van een onredelijk beding in de overenkomst zelf. Maar ook dat is weer afhankelijk van de omstandigheden van het geval.

    Deze twee onderwerpen zijn volgens mij minstens zo belangrijk als de rechtmatigheid van de publicatie van persoonsgegevens door facebook en het kennis nemen van die persoonsgegevens door een derde.

    Ik volhard vooralsnog eventjes in mijn standpunt dat als Facebook (de verantwoordelijke) het publiceren van persoonsgegevens tot de omvang van de verwerking rekent waarvoor de facebook-gebruiker een overeenkomst is aangegaan, het kennis nemen daarvan via facebook niet een afzonderlijke verwerking van persoonsgegevens is die een aparte grondslag vereist om rechtmatig te zijn.

  6. De meeste mensen denken te snel dat ze iets privé hebben gemaakt.

    Ik denk niet dat dit het geval is. Volgens mij kan het de meeste mensen niets schelen of ze iets privé hebben gemaakt of niet totdat ze er nadelige gevolgen van ondervinden, en dan roepen dat het privacyschending is.

    Ik verkondig mijn mening ook wel eens op bepaalde publieke blogs 😉 en ga er dan ook volledig vanuit dat eventuele toekomstige werkgevers dit lezen. Mochten ze op basis daarvan denken dat ik geen goede match ben dan is dat pech. Ook zonder mijn publieke verkondigen ben ik wie ik ben, en als ze dat niet kunnen of mogen lezen dan komen ze daar later wel achter. En als een bedrijf het leuk vind om al mijn uitingen 1 voor 1 te bespreken tijdens een sollicitatiegesprek, dan mag dat ook, al zou ik het wat zonde van de tijd vinden.

    1. Ik citeerde uit het gelinkte onderzoek uit mijn blog. De meeste mensen (dikke 60%) konden niet correct hun privacyinstellingen duiden, en de daarbij meest gemaakte fout was dat ze dachten dat iets privé was terwijl het openbaar(der) was. En eerlijk gezegd is mijn ervaring ook wel dat mensen eerder gewoon denken “het zit goed” dan dat ze denken “ach boeien” en achteraf balen.

      1. In dat geval sta ik gecorrigeerd. Mensen zijn over het algemeen gemakzuchtig, dus ook als ze denken “het zit goed” kun je je afvragen of ze daar niet te makkelijk over denken, terwijl de combinatie van de woorden “Facebook” en “privacy” toch vaak genoeg in het nieuws zijn. Je zou dus kunnen weten dat je op moet letten.

  7. Hoe hard zoekt iemand de openbaarheid als die privacy gevoelige dingen op Facebook of ander internetmedium zet? Heeeeeeeeeeel hard als je het mij vraagt.

    Als je deze vraag had gesteld in het prille begin van het internetgebeuren, zou ik er nog enigszins anders op reageren, maar het is al lang geen geheim meer dat alles wat men op het internet zet, gevoelig is voor hacken en met wat pech nog jaren lang zal door denderen in de zoekresultaten. Facebook drukt ook vaak genoeg hun waarschuwing over privacy onder de neus van de ( nieuwe) gebruikers. Als die dat negeren is dat de fout van de gebruiker en niet van Facebook in mijn visie.

    Is de persoon die bv zijn bindende handtekening zet onder de, toch ook zeer langdradige en voor menig leek, moeilijk tot niet te begrijpen, hypotheekakte of koopakte van zijn woning, niet verantwoordelijk voor zijn handtekening? Hoeveel mensen zetten niet hun handtekening onder allerlei onbegrijpelijk lange voorwaarden, zonder alles te begrijpen of zelf gewoon te laks om daar voldoende tijd in te steken. Zal hun dit plots vrijwaren van de eventueel nadelige consequenties? Gaat de rechter dan zeggen: “oh, maar U had gewoon geen zin om al die kleine lettertjes te lezen mevrouw en U begreep niet alles? Oh, nou dan hoeft u nu de consequenties niet te dragen hoor, dat is de fout van de bank, de notaris, uw hypotheekadviseur enz enz… Nee toch?

    Als je niet wilt dat bepaalde dingen aan de grote klok gehangen worden, deel ze dan niet met anderen. Dat geldt trouwens niet alleen voor Facebook of internet, maar in het algemeen. Hiermee wil ik trouwens niet zeggen, dat anderen je privacy niet te respecteren hebben, maar we leven verre van een ideale wereld en hier geen rekening mee houden is verre van realistisch. Ik zou als vrouw in een ideale wereld ook gewoon in een super kort rokje en diepe decolleté s’ nachts in een gure buurt moeten kunnen rondlopen zonder aangerand worden. Heeft de verkrachter dan het recht mij dit aan te doen. Nee, natuurlijk niet, maar ik ben toch ook verre van gezond verstand aan het tonen als ik dat doe, ook al is dat mijn goede recht.

    Als ik er dus voor kies Facebook en aanverwanten te gebruiken en ervoor kies daar compromitterende foto’s of privé informatie te posten, dan moet ik daarna ook niet gaan zeuren dat anderen dat kunnen zien.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.