Hou op serieus, minister gevraagd om gebruik van ChatGPT in klaslokaal te verbieden

Minister Dijkgraaf van Onderwijs is gevraagd om het gebruik van chatbot ChatGPT in het klaslokaal te verbieden, zo las ik bij Security.nl. Naar aanleiding van berichtgeving dat studenten de chatbot gebruiken voor het maken van hun huiswerk, besloot het parlement 4000 euro stuk te slaan om publiciteit te genereren met het idee dat een verbod hier iets zinnigs toevoegt. En ik trap erin want ik schrijf erover, maar dat is mede omdat ik mijn opleiding wil pluggen natuurlijk.

Op 30 november vorig jaar bracht instituut OpenAI de tool ChatGPT uit. Deze tool is getraind op miljarden woorden en kan gegeven een prompt een serieus klinkend maar puur op statistiek gebaseerd antwoord produceren. Ik vind de tool erg handig als schrijfhulpje, zolang je maar beseft dat je het alleen gebruikt voor mooi klinkende teksten en niet voor kloppende teksten.

Het probleem is natuurlijk dat ChatGPT bij oppervlakkige lezing een best redelijk verhaal produceert, zeg maar wat je krijgt als je zonder inhoudelijke kennis flink googelt voor je essay, liberaal copypaste toepast en dan wat herschrijft zodat het niet direct opvalt in de plagiaatcontrole. En ik zie hoe dat in het onderwijs een nakijk-uitdaging oplevert, mede omdat leraren niet de tijd of de middelen (zoals een ChatGPT-detector) hebben om hier adequaat op te reageren.

Je kunt ook als school de vlucht naar voren nemen, en de tool actief inzetten ent zoals je mediavaardigheden leert en mensen met de spellingscontrole laat werken als ze een essay maken. Of een rekenmachine leren gebruiken (weet iemand nog waarom die in onze tijd grafisch moest zijn, trouwens) voor complexe reken-opgaven. Werken met een chatbot en feit van fictie leren scheiden is een best nuttige vaardigheid.

Dat laatste is dus tegen het zere been van de politiek, vandaar de kamervragen om de tool te verbieden in het onderwijs. En ja, juridisch is dat prima te regelen. De wet stelt kaders en scholen vullen deze nader in, daar zijn genoeg haakjes om te bepalen dat in lessen mediawijsheid niet wordt onderwezen over AI-chatbots en dat leerlingen niet mogen nagaan hoe deze werken. Maar het lijkt mij compleet onzinnig.

Wat ik vooral wil weten: waarom is ChatGPT in zo korte tijd zón enorm ding geworden?

Arnoud

19 reacties

    1. In mijn examenklas van het VO was het verboden een rekenmachine te gebruiken en waren we verplicht een rekenlineaal (schuiflat) te kopen. Vervolgens waren wij het volgende jaar op de HTS verplicht een rekenmachine aan te schaffen. De goedkoopste zeer simpele exemplaren waren voor studentenbegrippen nog heel erg duur (ca. 125 gulden). Een paar jaar later overgestapt op een model met mogelijkheden om een berekening in een aantal stappen als programma in te voeren. Deze waren destijds meer dan 500 gulden. Dat was in de tijd dat we de computer van school nog moesten programmeren met ponskaarten.

  1. Een leerkracht die zijn scholieren kent kan alleen al aan het woordgebruik meestal wel herkennen of de tekst inderdaad van de betreffende scholier komt. Tijdens de lessen geen fatsoenlijke zin kunnen zeggen en daarna een perfekte tekst afleveren is, op zijn minst gezegd, verdacht. Een tweede toets is met scholieren over de inhoud van gelevrd werk in gesprek te gaan. “Je schrijft dat …., hoe bedoel je dat precies?”, is een adequate methode te controleren of een scholier (of student!) zelf begrijpt wat er geschreven staat. Wij hadden vroeger een leerkracht die bij twijfel over de authenticiteit van huiswerk bepaalde opgaves door de betreffende scholier “even op het bord” liet uitvoeren. Kon je het daar dan niet, werden er pijnlijke vragen gesteld…

    Het grote probleem vandaag, welke leerkracht kent zijn leerlingen nog echt EN heeft de tijd om zo les te geven?

    1. Er zijn tegenwoordig redelijk wat tools om de spelling en grammatica van teksten te verbeteren. Leerlingen die moeite hebben met correct spreken aan extra testen onderwerpen klinkt als een goede manier om beschuldigd te worden van discriminatie van leerlingen met een migratieachtergrond. En iemand met de juiste combinatie van ADHD, dyslexie en flinke verlegenheid kan iets s’avonds perfect weten en het de volgende dag niet meer reproduceren, zeker als je hem het voor de hele klas laat doen. Ik kan daar helaas zelf te goed over meepraten. Neurodiversiteitsdiscriminatie is tegenwoordig ook iets waar je niet van beschuldigd wil worden.

      Leuke ideeën, veel succes die anno 2023 langs de juridisch adviseur te krijgen.

      1. Meen je dit nou serieus? Het is toch perfect acceptabel om als docent met leerlingen een inhoudelijk gesprek aan te gaan over hun werk, of leerlingen vragen om bijvoorbeeld een som voor te doen op het bord. Als we dat al onder ‘discriminatie’ gaan schuiven dan is het einde wat mij betreft echt zoek. Mijn schooltijd is nog in de 21e eeuw geweest, dus niet extreem lang geleden, en daar was het gewoon volstrekt normaal (en leerzaam bovendien) dat je soms je werk moest ‘verdedigen’ of een som voor moest doen. En juist als je van nature verlegen bent, dat ben ik zelf ook, zou ik zeggen doe daar je voordeel mee.

        Ik denk juist dat wat Olav voorstelt dé manier is om met ChatGPT om te gaan. Toen ik op de middelbare school zat had je ook boekverslagen.nl waar je een compleet boekverslag kon downloaden. Bij twijfel werd je er door de docent dan gewoon wat doorgevraagd en werd vrij snel duidelijk of je het boek wel of niet gelezen had. Daarnaast heeft ChatGPT inderdaad een hele specifieke, droge, schrijfwijze die vrij duidelijk te herkennen is. Ook vergeleken met leerlingen die normaal, en vrij foutloos, Nederlands schrijven is er vaak een vrij duidelijk verschil te zien. De tekst die ik hier boven type is duidelijk niet door ChatGPT gegenereerd.

        Daarnaast moet je ChatGPT natuurlijk ook gewoon omhelzen als tool, net als google een tool is. 90% van de informatie die ik in mijn werk nodig heb haal ik van google, niet uit mijn hoofd. Besteed dus zeker tijd aan hoe om te gaan met die tool.

        1. Wat Patrick bedoelt is dat je rekening houdt met achtergrond en persoonlijkheid van iedere leerling. Er zijn er genoeg die voor de klas volledig dichtklappen maar thuis op hun kamer een heel mooi werk kunnen leveren. En die zou je dan laten zakken omdat jij meent dat extroversie en ter plekke performen de norm is?

          1. Het is toch gewoon een substantieel onderdeel van school dat je dingen in en voor de klas moet doen? Ik weet niet anders dan dat het verstrekt normaal was dat je werd gevraagd iets voor te lezen, je te uiten of een som voor te maken. Bij de een gaat dat natuurlijker dan bij de ander, maar dat is toch ook onderdeel van het leerproces. Als we alles maar uit het curriculum gaan schrappen waar het individu moeite mee heeft dan leert men toch niets meer. Ik ben er in ieder geval heel erg dankbaar voor dat dat in mijn tijd, op mijn school, wel zo gedaan werd.

    2. Ik begon dus met “Een leerkracht die zijn scholieren kent… meestal…” Als je weet hoe een kind praat, kan je heel vaak wel aanvoelen of een tekst van de leerling zelf komt. De bron hoeft nog niet eens een KI te zijn, ik ken genoeg voorbeelden uit mijn eigen praktijk waar ouders het huiswerk dikteerden. Zo kreeg ik een keer een stuk van een leerling dat begon met “de nomenclatuur van flora en fauna…”. Er volgde prompt mijn vraag wat dit betekende. “Weet ik niet, maar mama zei, dat ik dat zo moest opschrijven…” Daarna gingen we de discussie aan over de vraag hoe zinvol het was iets te schrijven en inteleveren als je niet weet wat het betekend. Die was dus heel constructief. In een ander geval twijfelden mijn collega en ik of een bericht wel van de betreffende scholier kwam. Hij zei nooit veel, dus dat was moeilijk inteschatten. Tot we toevallig hoorden, hoe hij zich met een wetenschappelijk medewerker van een museum over oudheidkunde onderhield. Het was wel degelijk zijn tekst, maar in de klas/groep liet hij zijn taalkennis niet zo zien om niet optevallen. In de 20 jaar die ik met kinderen op scholen heb gewerkt (in Bremen, niet in Nederland) nam ik de tijd om bij twijfel met de leerlingen in gesprek te gaan. als een leerling liet blijken, dat hij wist wat hij/zij had geschreven en begreep waarom het ging, had ik er geen enkel probleem mee als het was afgeschreven. En wat het voorrekenen van een opdracht betreft, als je je leerlingen kent, weet je wie je wat hoe kan vragen. Maar zoals tot slot gezegd, welke leerkracht vandaag heeft daar nog echt tijd voor?

      1. Ik herinner me een situatie bij Frans, dat een leerling een werkwoord moest vervoegen. Vervolgens vroeg de docent, of de leerling wist wat het betekende. Zij reactie: “Zou ik je een Chinees werkwoord leren vervoegen zonder dat je weet, wat het betekent?” En een andere goede les bij Latijn was, dat als een vertaling onzin oplevert, je niet die onzin moet opschrijven, maar eens nagaan, waar je het niet begrepen hebt.

    3. Ik merkte het als student van 28 (tweede studie) aan de presentatie van jongere studenten. In de presentatie stond ‘Bavaria’ en dat herkenden ze niet als ‘Beieren’. Gewoon wat aanvullende vragen stellen. Chat GPT lijkt overigens zelfs soms een leerling:

      • Hammershaimb heeft bij de ontwikkeling van de Færøerse spelling naar de ‘grote’ buur gekeken (juiste antwoord: IJsland).
      • Hij heeft naar Denemarken gekeken (het moederland)
      • Nee.
      • Zweden (dat ligt politiek en taalkundig verder van ze af) Dus daar ging die aan het raden.

      En deze: -Bernhard zei in een interview in 2003 op de vraag, hoe het met hem ging: “Sjlecht.” – Dat kan niet, hij is in 2004 overleden.

  2. Sowieso vind ik kamervragen een dom middel voor dit doel. Als je de minister er dan toe wilt bewegen, doe het dan in de vorm van een motie. Alleen vermoedelijk zag men zelf ook al in dat die motie geen meerderheid zou halen.

    Overigens zijn veel moties ook volslagen onnozel. Je hebt als kamerlid al het recht van initiatief en amendement. Als je het dan zo graag wilt verbieden, dan kan je altijd zelf natuurlijk een wetsvoorstel schrijven.

    </rant>

  3. Wat ik vooral wil weten: waarom is ChatGPT in zo korte tijd zón enorm ding geworden?

    Meerdere redenen denk ik. Ten eerste is het gewoon leuk om te zien wat je er uit kan krijgen. Stel het gewoon wat vragen, kijk wat het zegt en vraag dan verder. Ik denk dat minstens 90% van het gebruik in deze categorie valt. Je kan je afvragen of het een zinvolle tijdsbesteding is, maar diezelfde vraag kan je ook stellen over CandyCrush en Instasnap.

    Maar er zijn ook zeker hele nuttige toepassingen. Ik heb het een aantal keer gebruikt om een email netter te maken; je geeft het als prompt “Schrijf een email aan X, om mij af te melden voor de meeting van morgen omdat ik bezet ben wegens Y”, en het schrijf een mooie nette email die je even doorleest (belangrijk! Het fantaseert namelijk feiten als je niet oplet) en dan copy-paste. Je kan er ook een opgestelde procedure of andere documentatie in stoppen als input, en dan vragen stellen om te zien of die duidelijk genoeg zijn. Ik gebruik het ook voor hobby, je kan het heel goed gebruiken voor het genereren van lijsten met namen, plaatsen, achtergronden, omgevingen e.d. voor gebruik in Role Playing Games zoals D&D.

  4. Ik heb ooit iets gedaan met Nederlands voor ik de IT in ging en mijn vrouw geeft Nederlands op het MBO, een mooie combi waardoor ChatGPT bij ons thuis dus een onderwerp werd. Hoe betrouwbaar is het resultaat van ChatGPT? Simpele vraag aan ChatGPT : “een samenvatting van Het meisje met het rode haar van Theun de Vries” En zie hoe betrouwbaar het resultaat is 🙂

    1. Dat vind ik wel een leuke. Je geeft hiermee in feite aan dat een samenvatting maken van een boek achterhaald is. Dat was het eigenlijk allang door de vele boekverslag-websites – en daarvoor bestond het equivalent hiervan ook al, op papier, boeken met verslagen waren gewoon te vinden in de bibliotheek. Bij mijn mondeling Nederlands (in 1984) kreeg ik dan ook een lastiger vraag: “Zet de hoofdpersonen van Op Hoop van Zegen (Herman Heijermans) eens op een rij van goed naar slecht”. Dat lukte me, maar de examinator was het niet helemaal met me eens waarop we stevig in discussie gingen. Resultaat mocht er zijn, een 9. Ik stel nu dezelfde vraag aan ChatGPT en inderdaad, ook ChatGPT komt met een lijstje maar met als kanttekening “deze rangschikking is subjectief en kan afhankelijk van persoonlijke waarden en overtuigingen verschillen”. Ondermeer juist daar zit ruimte voor toetsing en beoordeling. Ik ben het eens met Arnoud dat dit soort technieken juist omarmd moeten worden en dat scholen er beter aan doen leerlingen te leren hier goed mee om te gaan. Het vergt wel nu een periode wel wat meer creativiteit van leerkrachten om de vraagstelling zodanig te maken dat die niet meer met een simpele ChatGPT-vraag te beantwoorden is.

      Overigens zag ik dat Google interessant gecounterd heeft met haar MusicLM tool: het genereren van muziek op basis van tekst of zelfs op de beschrijving van een afbeelding – de muziek die MusicLM componeert bij bv. Edvard Munch De Schreeuw is bv. heel weird. https://google-research.github.io/seanet/musiclm/examples/

      1. “Dat was het eigenlijk allang door de vele boekverslag-websites – en daarvoor bestond het equivalent hiervan ook al, op papier, boeken met verslagen waren gewoon te vinden in de bibliotheek. “

        Je kunt ze gebruiken om te kijken of het boek iets voor je is.

  5. Wat ik zo grappig vind aan ChatGPT is dat de techniek niet echt nieuw is. Immers, Google heeft al een tijdje geleden TensorFlow ontwikkeldals een AI die door iedereen te gebruiken is. Echter, zw kwamen niet op het idee om er ook datasets mee te maken voor generieke zaken en voor code analyse. En daarnaast is TensorFlow ook niet erg eenvoudig in gebruik. Google kijkt vooral naar de data die je erin moet stoppen en hoe je dit moet verwerken. Bij OpenAI keken ze naar hoe je data zo snel en eenvoudig mogelijk er weer uit kunt krijgen en maakten ze het enorm gebruikersvriendelijk.

    Dat laatste verklaart ook waarom ChatGPT zo populair is. Je krijgt een prompt en typt je vraag en POEF, daar komt het antwoord. Iedereen kan dat doen zonder ook maar enige kennis van mijn computers. Zelfs mijn moeder van 80 kan dit doen vanuit haar rolstoel.

    En voor de ontwikkelaars die weten hoe ze API’s moeten aanroepen is de OpenAI API ook enorm gemakkelijk in gebruik. Mijn Foxboom Weather pagina is een experimentje waarbij ik data vanuit OpenWeatherMap laat vertalen door OpenAI tot gesproken tekst en dit door Google TTS weer laat uitspreken. Het resultaat is bijna een weerrapport dat je op de radio kunt uitzenden. En ik denk dat niet iedereen beseft dat dit geheel automatisch is geproduceerd, zonder enige menselijke interactie. (Mijn doel hierbij is meer om te kijken hoe stabiel de output van ChatGPT is op basis van de input.)

    En achteraf gezien had dit waarschijnlijk ook met TensorFlow gekund, als ik de tijd en moeite had genomen om een AI te trainen met data en weer-rapporten. Het maken van een geschikte dataset voor de AI is gewoon de grootste uitdaging. Maar OpenAI heeft dat dus voor mij gedaan dus ik kan nu gewoon queries maken en zo snel een mooi werkend systeem krijgen wat ik binnen een dag heb gebouwd.

    Interessant is ook dat er al vele datasets bestaan die iedereen kan gebruiken met de juiste AI software. Maar het gebruik van die datasets is lastig voor velen. En mensen kiezen vaak voor het gemak. Dat zie je b.v. bij websites, waar velen liever kiezen voor WordPress dan om zelf een site te bouwen. En soms is ook WordPress te moeilijk en komen ze gewoon bij Wix terecht, omdat dit goedkoop en makkelijk is. OpenAI is eigenlijk de Wix van de AI wereld. 🙂

  6. Een leerzame tool, die je zowel helpt om snel kennis tot je te nemen, in die zin is het bijna privéles, maar ook een tool, die vaak fictie produceert en je naar de mond praat. Daar heb ik dan weer handige controlevragen voor. Het doet een beetje denken aan Limewire, die soms precies je zoekopdracht kopieerde; dan weet je bijna zeker, dat het een kwaadaardige of zinloze treffer was. Leerlingen dat leren en de tool inzetten om leerlingen op een hoger niveau te brengen, lijkt me nastrevenswaardig.

    Voor de grafische rekenmachine geldt iets soortgelijks. De leerling is minder tijd kwijt met het tekenen van grafieken (al was de rekenmachine wel tergend langzaam) en kan makkelijker spelen met de grafiek. Ook de rekenfunctie is dynamischer in te zetten. Door zijn traagheid wel vooral tijdens het huiswerk helaas. Excel is ook prima te gebruiken. Alleen niet zeggen dat cosinus de afgeleide van sinus is, omdat de tabel van cos'(x) op sin(x) lijkt. Netjes het bewijs leren met de limiet. En ‘voor elke epsilon geldt’, niet alleen de hele kleine, ook voor epsilon = 1 miljoen. En hier geldt: Excel zet je dan wel op het juiste spoor. De statistiek geeft je gelijk, nu het fundamentele bewijs nog zoeken. En ook vragen stellen als: stel, dat we cos'(x) op sin(x) niet konden bewijzen, maar wel deze tabel konden maken; konden we de eigenschap dan veilig in de bouw gebruiken?

    De politiek wordt overigens wel snel met dat soort dingen ontdekken. Bij internet zelf duurde het tot ergens halverwege Balkenende, totdat ze er iets van snapten.

    “Werken met een chatbot en feit van fictie leren scheiden is een best nuttige vaardigheid. Dat laatste is dus tegen het zere been van de politiek, vandaar de kamervragen om de tool te verbieden in het onderwijs.”

    Precies; overheden zijn zelf een grote producent van fictie.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.