Een lezer vroeg me:
Mijn vraag is hoe het zit met auteurs- en portretrecht wanneer je een willekeurige foto van internet downloadt en die bewerkt. Het lijkt me dat je daar toestemming voor nodig hebt, maar als ik dan denk aan Andy Warhol en zijn bewerkingen van Marilyn Monroe of John Lennon dan lijkt het dus soms wel te mogen?
Als je voor je eigen oefening, studie of gebruik een afbeelding van internet haalt en bewerkt, dan is dat legaal. Die bewerking valt onder het recht op thuiskopiëren. Zolang je de bewerking maar voor jezelf houdt (of hooguit deelt met een hele kleine groep familie of vrienden) dan is er niets aan de hand.
Ga je de bewerking publiceren, dan zul je toestemming nodig hebben. Ook als je bewerking een heel creatieve is, zoals de hiernaast getoonde Warhol-tekening (bron). Deze tekening is gebaseerd op een foto, en Warhol kon dit alleen maar legaal doen met toestemming van de fotograaf. Ik weet niet of hij die had, en vroeger was dit natuurlijk allemaal iets makkelijker. Vandaag de dag zou Campbell eerder een claim wegens merkinbreuk indienen dan zeggen “leuk, creatief gedaan“!
In 2009 was er enige ophef over de iconische Obama-poster die gebaseerd bleek op een foto van AP-fotograaf Mannie Garcia. Dat is eigenlijk precies hetzelfde verhaal: op de bronfoto zit auteursrecht, maar het resultaat is op zichzelf zeer creatief en transformerend ten opzichte van het origineel. Dat mag dus niet.
Er zijn diverse plannen om enige vorm van “transformerend gebruik” in de wet te zetten, zodat zeer creatieve bewerkingen als deze legaal kunnen worden gemaakt en verspreid. De vraag is dan natuurlijk weer wel: wat is “transformerend” en hoe ver moet je gaan? Is een simpel filtertje genoeg, of moet je echt Kunst met een K maken? Genoeg voer voor advocaten dus.
Update (2 april 2012) juridisch artikel van advocaat Quirijn Meijnen over precies dit onderwerp (via).
Arnoud
Maar is jou betoog nu ook niet de strekking van ‘RIP A remix manifesto’. Mocht je de documentaire niet kennen dan is die het bekijken meer dan waard.
Die documentaire is zeker de moeite waard. En ja, ik vind dat er zo’n remixrecht moet komen. Ik vraag me alleen wel af hoe je ‘remixen’ gaat definiëren, want anders is het wel érg makkelijk om ergens een logootje op te plakken en van “remix” te spreken.
Je vraagt je af waar de grens moet liggen? Die zouden moeten volgen uit meer fundamentele overwegingen:
(A.) Welke doelen dient het auteursrecht? (B.) Welke zaken zijn belangrijker dan de doelen die door het auteursrecht gediend worden?
(C.) Gegeven een situatie X, wat zijn de regels R(X) die (A.) optimaliseren zonder (B.) te schenden?
Dat zou de grenzen moeten bepalen.
(A.) en (B.) moeten op democratische wijze bepaald worden. (C.) moet op herhaalbare, wetenschappelijke, onafhankelijke wijze bepaald kunnen worden.
Helaas is dit niet de politieke praktijk: in plaats van een fundamentele discussie over (A.) en (B.) heeft iedereen het meteen over (C.). En dan staar je natuurlijk in het duister: je kunt dan aanvoelen dat je in de ene situatie andere regels wilt dan in de andere situatie (ofwel: R(X1) != R(X2)), maar je hebt geen argumenten op basis waarvan je de grens op een bepaalde plek kunt leggen.
Is de vraag niet te reduceren tot de vraag of het (nieuwe) afgeleide werk niet een nieuw oorspronkelijk werk is?
Optimaliseren mag alleen gebeuren door de oorspronkelijke maker, uitgezonderd natuurlijk voor eigen gebruik.
Een nieuw oorspronkelijk werk doet geen afbreuk aan auteursrechten op het onderliggende werk. De Warhol-tekening rechtsboven is inbreuk op de auteursrechten van de Monroe-fotograaf, ondanks de significante intellectuele prestatie van Warhol.
Anders gezegd: met Photoshop zijn auteursrechten niet uit te poetsen.
De tekening van Marilyn Monroe die hier staat afgebeeld zal vast en zeker op een foto zijn gebaseerd, maar ik betwijfel dat inbreuk wordt gemaakt op het auteursrecht op die foto. Want welke “creatieve” aspecten die aan de fotograaf moeten worden toegerekend komen nog terug in deze tekening? Het lijkt mij dat het hier gaat om een nabootsing die “als een nieuw, oorspronkelijk werk moet worden aangemerkt” (art. 13 Aw).
Er wordt natuurlijk wel inbreuk gemaakt op het portretrecht van Marilyn Monroe, maar dat is weer iets anders.
Wél duidelijk (en onbeschaamd) inbreukmakend is al het werk van Roy Lichtenstein. Zie Deconstructing Roy Lichtenstein.
Het feit dat de bewerking nieuw en oorspronkelijk is, heft eventuele auteursrechtschendingen niet op. De toets is of het origineel terug te zien is inderdaad, maar hoe creatief je toevoegingen zijn, is daarbij irrelevant.
Ehm, dit verzin ik niet zelf maar is gewoon art. 13 Aw:
Op een nabootsing die “als een nieuw, oorsponkelijk werk moet worden aangemerkt” rust niet het auteursrecht van de maker van het nagebootste werk, want die nabootsing telt niet als “verveelvoudiging”.Ter uitwerking hiervan schreef ik:
Wat er terugkomt in de Warhol-tekening is de generieke beeltenis van Monroe, waar de fotograaf helemaal geen rechten op kan doen gelden.Dus als ik iemands foto integraal copypaste in een creatieve collage (waarbij de intellectuele prestatie in mijn selectie zit), dan hoef ik geen toestemming daarvoor te krijgen? Een vertaler die eigen creativiteit steekt in het aanpassen van de bewoordingen naar de eigen taal, hoeft geen toestemming te vragen? Nee, dat is onjuist.
Dat bewerkingen vallen onder het auteursrecht van het origineel, staat letterlijk in artikel 10 lid 2:
Zo ook Spoor/Verkade/Visser, pagina 157:
Zij noemen (p. 131, niet online) drie relevante situaties:
Ik wil met alle liefde erkennen dat van de specifieke foto die Warhol gebruikte, geen creatieve elementen zijn achtergebleven van de fotograaf daarvan. Maar ik wil duidelijk maken dat niet elke bewerking die zelfstandig beschermd is, automatisch vrij loopt van auteursrechten van het bronwerk, óók als er nog wél creatieve elementen uit de bronfoto terug te vinden zijn. (Hm, bij herlezing concludeer ik dat ik misschien wat te snel redeneerde; ik las jouw reactie in het verlengde van Berts eerdere reactie. Nou ja, dan heb ik dit maar overgetypt voor een eventuele toekomstige reactie van een ander.)
Inderdaad. Je schrijft mij een interpretatie van de tekst van art. 13 Aw toe die de jouwe is (en waar je het zelf blijkbaar niet mee eens bent) en niet de mijne.
Dit was precies mijn punt (“De tekening … die hier staat afgebeeld”). Meer niet.