Hoe ethisch verantwoord mag een opensourcelicentie zijn?

Een nieuwe toevoeging aan het opensourcefirmament: de Hippocratische licentie, grofweg de MIT licentie met de toevoeging dat de software niet mag worden ingezet voor doelen die de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens schenden. Iets preciezer: die mensen in gevaar brengt of hun well-being aantast op een wijze in strijd met de UVRM. Een nobel idee natuurlijk, maar het gaf herrie in de tent, want opensourcelicenties horen neutraal te zijn over het ‘field of endeavor’ waarvoor de software wordt ingezet. Deze eis staat ook zo vanaf het begin in de Open Source Definition. Maar is dat nog wel actueel om die eis te stellen?

De auteur van de licentie motiveert haar keuze kort gezegd als volgt:

Developers don’t want their labor being used to do harm, and the current structure of open source software strips any power from creators to prevent this from happening. We are being exploited. Human freedom is being traded for so-called “software freedom”.

Toen de Open Source Definition werd geschreven, was de kijk op de wereld heel anders. De discussie ging daar vaak over of bedrijven (commercial entities) al dan niet de software mochten gebruiken. Veel licenties van gratis beschikbare software verboden commercieel gebruik, of stelden extra eisen aan bedrijfsmatig gebruik. Voor het succes van open source zou dat onwenselijk zijn geweest, vandaar dat de Open Source Definition (en al eerder de Debian Free Software Guidelines) expliciet eiste dat de licentie neutraal was op toepassingsgebied:

The license must not restrict anyone from making use of the program in a specific field of endeavor. For example, it may not restrict the program from being used in a business, or from being used for genetic research.

Het ‘genetic research’ voorbeeld is later toegevoegd, en laat zien hoe de discussie verschoven is. Want controverse over zakelijk gebruik van gratis beschikbaar gestelde software is er nauwelijks meer; de controverse over onethisch gebruik van software des te meer. En dan is ‘genetic research’ nog een zwak voorbeeld: wat te denken van inzet van je software voor concentratiekampen, killer robots of systemen voor manipulatie of onderdrukking van bevolkingsgroepen.

Het doet denken aan de discussie over de Do No Evil-licentie en de antibarrearbeidsomstandighedenlicentie. Hoe baken je af wat “evil” is. Deze auteur sluit aan bij een definitie die voor juristen algemeen aanvaard en redelijk duidelijk is: de definitie van mensenrechten die al sinds 1948 wijd geaccepteerd is (althans in het Westen). Dat is de klassieke juridische truc voor afbakeningen waar je niet uitkomt; kies een fraaie formulering of open norm en laat de interpretatie over aan de arme collega (of rechter) die over vijf jaar moet duiden waar je aan toe bent.

Bij die antibarrearbeidsomstandighedenlicentie zie ik ergens nog wel een juridisch sprankje hoop. Die verbiedt grofweg alleen dingen die toch al tegen de wet zijn. Het lijkt me lastig verdedigbaar dat de Open Source Definitie zo breed opgevat moet worden dat ook het field of endeavor van de illegale zaken toegelaten moet zijn. Ik weet niet hoe ik dit neutraal opschrijf, het voelt gewoon te onredelijk en onlogisch dat een licentiegever moet toelaten dat zijn licentienemers de software voor wetsovertredingen inzetten. Die dingen mogen gewoon niet. En dan is het volgens mij geen reële beperking als ik zeg “ik sta niet toe dat je mijn software daarvoor gebruikt”.

Datzelfde argument zou wat mij betreft hier opgaan. Het kan niet waar zijn dat mensen moeten toestaan dat mensenrechten worden geschonden met hun software. Daar kan ik alleen cultuurrelativistisch tegenover zetten dat het mensenrecht van de een het privilege van de ander is. Als kinderarbeid bij mij legaal is, waarom moet jouw licentie dat dan verbieden? Als de overheid iets een detentiefaciliteit noemt, terwijl anderen het een concentratiekamp noemen, mag die software daar dan voor worden ingezet of niet?

Daar kom je niet uit zonder gerechtelijke toetsing, en daar zit precies de pijn: hoe ga je hier een rechtszaak over voeren? Als je licentienemer werkelijk de wet overtreedt, dan kan hij daarop aangesproken worden. Voegt het dan wat toe dat je als licentiegever ze aanklaagt voor softwaregebruik bij kinderarbeid? En als het lokaal niet tegen de wet is om zoiets te doen, dan kom je per definitie ook nergens met een claim wegens licentieschending. Die is er dan immers niet, het is legaal. Dus ik denk dat deze bepaling vooral een signaal is om ethiek hoger op de agenda te zetten, en geen afdwingbare juridische clausule.

Arnoud