Gedaagde hoeft artikel over woning niet te verwijderen, las ik bij ITenRecht.nl. Een lokale website had een artikel geplaatst over de bouwperikelen van de directeur en oprichter van het bedrijf Prijsvrij vakanties, inclusief foto en straatnaam. De directeur in kwestie maakte bezwaar en beriep zich op privacyschending en de AVG. De rechter wijst de eisen af (mede naar aanleiding van het inkorten van het artikel en weghalen foto) en bevestigt daarbij dat zo’n artikel onder de journalistieke exceptie valt.
Mag je als nieuwssite schrijven dat de bouw van een woning ‘niet wil vlotten’? En dat de opdrachtgever een bekende ondernemer is die het ‘hoog in zijn kop’ heeft? Zo vatte het AD in september de zaak samen. Heel aardig is dat inderdaad niet, maar feit was – zoals uit het vonnis blijkt – dat de verbouwing lang niet zo snel ging als verwacht. Weliswaar door overmacht (personeels- en materiaaltekorten, coronazorgen bij het bedrijf) maar nog steeds vlot het dan bepaald niet.
De verbouwing was trouwens erg grondig, zo grondig dat de journalist sprak van een ‘kaalslag’. Dat klinkt ook onaardig, maar mag gezegd: het is een mening, een waardeoordeel, en niet volledig onjuist want het oude huis (gebouwd 1923) was geheel gesloopt.
De AVG komt om de hoek kijken bij het argument van de publicatie van relevante lokatiedetails:
[Eiser] heeft er daarnaast bezwaar tegen dat in de aangehaalde passage zijn persoonlijke gegevens in het artikel worden genoemd: zijn naam, onderneming en de straatnaam. Dat zou volgens [eiser] een onnodige inbreuk op zijn privacy maken.Die gegevens opgenomen op een website vormen daarmee tevens een verwerking van persoonsgegevens, immers ze identificeren de eisende directeur en onthullen ook zijn woonadres. Het privacy-aspect sneuvelt snel:
[eiser] betwist weliswaar dat hij een publiek figuur is, maar uit de (mede ook door hemzelf) overgelegde stukken is voldoende aannemelijk geworden dat [eiser] zelf met enige regelmaat actief in de media optreedt (in de vorm van interviews en televisie-optredens) als directeur van Prijsvrij, waaronder ook in landelijke, op een breed publiek gerichte media. Onweersproken is in dat kader gesteld dat [eiser] zich bij deze mediaoptredens niet altijd beperkt tot louter zakelijke aspecten van zijn leven, maar in voorkomend geval ook meer persoonlijke aspecten uit zijn leven niet onbesproken laat.Bij lokale media is het dan gerechtvaardigd dat je hierop terugkomt, en ook privé aspecten van een BN’er betrekt in publicaties als daar (lokaal) nieuws in zit. Dat mag, ook van de AVG:
Zoals [gedaagde] terecht stelt is het ook niet in strijd met de AVG om die gegevens te melden omdat het onweersproken gaat om de verwerking van persoonsgegeven voor journalistieke doeleinden.Dit klopt maar gaat natuurlijk wel wat snel. Het is niet zo dat publiceren met een colofon of NVJ-perskaart je een vrijbrief geeft onder de AVG. De “journalistieke uitzondering” zegt in feite dat een trits aan rechten van betrokkenen niet ingeroepen kunnen worden tegen een publicatie met uitsluitend journalistiek oogmerk. Dit om te voorkomen dat een journalistiek rechtmatige publicatie alsnog via de AVG tegengehouden kan worden. In dit geval had de eiser zich beroepen op recht van verwijdering (“vergetelheid”) en/of correctie, en dat recht geldt dus niet bij journalistieke publicaties.
Natuurlijk moet de journalist nog steeds een AVG-grondslag hebben; toestemming had hij uiteraard niet, maar dat hoeft ook niet want een journalistieke uiting past binnen het eigen gerechtvaardigd belang (artikel 6 lid 1 sub f AVG) op grond van de vrijheid van meningsuiting / persvrijheid.
Arnoud