Mag de ACM met mystery shoppers internetwinkels gaan testen en domeinnamen laten afsluiten?

Met dit wetsvoorstel worden enkele aspecten ter uitvoering van verordening (EU) 2017/2394 (CPC-verordening) geregeld. Met die kandidaat voor saaiste zin ooit opent de internetconsultatie voor het stellen van nieuwe bevoegdheden voor toezichthouders onder het consumentenrecht, zoals onze Autoriteit Consument en Markt (ACM). Het voorstel noemt onder meer een expliciete bevoegdheid om met valse gegevens bestellingen te plaatsen (mystery shopping), maar kent ook nieuwe bevoegdheden om bij ecommerce zijdelings betrokken partijen bevelen te geven om mogelijke oplichting en fraude tegen te gaan. Zoals dus domeinnamen afsluiten.

De CPC-Verordening vereist vanuit Europa dat toezichthouders op het consumentenrecht beschikken over stevige middelen om in te grijpen bij marktpartijen die de boel belazeren. Natuurlijk kunnen ze al langer boetes uitdelen of specifieke bevelen (lasten) geven over hoe het gedrag aan te passen, maar bewijs verzamelen is daarbij nog wel eens een probleem. En ook heeft een last niet perse veel zin als die partij in het buitenland zit, onvindbaar is of onder een nieuwe bv gewoon verder gaat.

De mystery shopping-regeling moet aan dat eerste probleem tegemoet komen. Een opsporingsambtenaar mag onder opgaaf van valse gegevens een bestelling plaatsen, als dat relevant is voor een onderzoek naar marktgedrag. Hij mag daarbij geen uitlokking plegen, bijvoorbeeld door te vragen om levering van iets dat niet normaal in het assortiment zit omdat het in Nederland illegaal is dat te verkopen. Maar stel een webshop verkoopt verboden vuurwerk, dan mag de ambtenaar dat met een nepnaam bestellen om zo vast te stellen dát er verboden vuurwerk wordt verkocht. Op zich vind ik dit niet heel spannend.

Interessanter vind ik de nieuwe noodmaatregelen – want ze gelden alleen als laatste redmiddel – om handhaving van het consumentenrecht mogelijk te maken. Er worden drie maatregelen voorgesteld:

  1. Aanbieders van internetdiensten verplichten een bepaalde waarschuwing te tonen. Dit gaat volgens mij primair over sites als Marktplaats en andere handelsplatforms waar malafide partijen opduiken, niet op internetproviders die je netwerkverkeer moeten manipuleren om malafide shops herkenbaar te maken.
  2. Aanbieders verplichten bepaalde content niet te tonen of functionaliteit ontoegankelijk te maken. Dit is natuurlijk de volgende stap wanneer een waarschuwing niet effectief blijkt.
  3. Domeinregistries zoals SDIN verplichten een domeinnaam buiten gebruik te stellen of op naam van de ACM te zetten (inbeslagname). Dat is natuurlijk al helemaal het grof geschut.

De ACM mag deze bevoegdheden niet uitoefenen tenzij alle andere middelen geen doel treffen én als de rechter-commissaris in Rotterdam er een machtiging voor gegeven heeft. Dat is nog een opmerkelijke, want de R-C gaat over strafrecht en de ACM opereert als onafhankelijke toezichthouder onder het bestuursrecht. En die twee hebben weinig met elkaar te maken, het bestuursrecht is vele malen lomper en krachtiger dan het strafrecht. Ik ben benieuwd hoe dat uit gaat pakken.

Wat vinden jullie? Logisch idee gezien de markt, of zwaar overtrokken maatregelen?

Arnoud