Onderverhuur via AirBNB geen reden voor opzegging huurcontract

Stichting Woonstad Rotterdam mag een huurder niet zijn huis uitzetten omdat deze een kamer onderverhuurde via AirBNB. Dat maak ik op uit een recent vonnis van de rechtbank Rotterdam.

De huurder gaat eerst schieten op de algemene huurvoorwaarden: die zouden namelijk niet correct ter hand zijn gesteld. Iets dat meer mensen standaard moeten gaan roepen, want bij grote organisaties gaat dat namelijk regelmatig fout. Hier ook, hoewel slechts voor de helft: de huurder had getekend voor ontvangst van de 1994 voorwaarden, maar niet voor de 2004 voorwaarden. Daarom wordt de zaak beoordeeld onder die laatste.

De voorwaarden lijken vrij duidelijk:

7.1 Huurder zal het gehuurde als goed huurder overeenkomstig de daaraan gegeven bestemming van woonruimte gebruiken. (…) 7.2 Huurder zal het gehuurde zelf bewonen en er zijn hoofdverblijf hebben. (…) 7.4 Huurder zal niet zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder de woning in zijn geheel of gedeeltelijk onderverhuren of in gebruik geven.

Door onder te verhuren via AirBnB, ook al was dat maar tijdelijk en ook al bleef ze zelf ook in het huis wonen, is de huurder in overtreding van deze voorwaarden. Daar is weinig op af te dingen.

Alleen, de stichting had als consequentie van de overtreding een ontbinding van het huurcontract gevorderd. Oftewel: je huis uit, je hebt onderverhuurd. Dát gaat de rechtbank wat ver: het doel van deze voorwaarden is te verhinderen dat sociale huurwoningen worden onttrokken aan de normale markt daarvoor. Er zijn immers regels voor sociale huur en hoe je een huis krijgt binnen die regels. Onderverhuren is valsspelen, en dat mag niet. Maar een paar nachten AirBnB, dat is heel wat anders, dus daar gáát dat verbod niet over. (Als er overlast is, dan misschien wel.)

Enigszins omineus sluit de rechtbank af met:

De kantonrechter wil niet onvermeld laten dat naarmate in de publieke berichtgeving duidelijker wordt dat sociale verhuurders deze wijze van onderverhuur via Airbnb of vergelijkbare sites niet aanvaarden en dat zij bij inbreuk ontbinding van de huurovereenkomst nastreven, of indien zij huurders daarover hebben geïnformeerd, de waardering van de aard of omvang van de inbreuk anders kan uitpakken.

Ik weet niet zeker wie hier nu streng toegesproken wordt. Staat hier nu, als stichtingen veel harder roepen “AirBnB mag écht niet” en ze gaan brieven sturen en wél correct de voorwaarden wijzigen, dan mag je wél uit je huis gezet worden voor dergelijke onderverhuur?

Arnoud