Schadeclaim Linkedin wegens ongewenste e-mails geldt ook voor Nederlanders

linkedin-connecties-contacten.pngDoor een rechtszaak moet zakelijk sociaal netwerk Linkedin geld betalen wegens het versturen van ongewenste e-mails, las ik bij Nu.nl. En: ook Nederlanders kunnen aanspraak maken op de schadevergoeding. Dat is interessant, want volgens het claimformulier kan dit tot 1500 dollar oplopen. Tot. Dus valt er wat te claimen, praktisch gezien?

Met de Add Connection-functionaliteit kon je LinkedIn je adressenboek laten doorzoeken op potentiële nieuwe leden. Die kregen dan een mailtje om te connecten. En als ze nog geen Linkedin hadden, kregen ze een “word nu snel lid”-mailtje.

Dit was in de VS niet verboden. Het idee is dat jij plechtig verklaart dat iedereen in je adresboek heel hard zit te wachten op deze mails. En tsja dat jij de voorwaarden niet leest, is jouw probleem. Ook bij ons, wij zouden dit onder de tell-a-friend regeling gooien en dan wordt er geen spamboete opgelegd (nee, BNR).

Het pijnpunt zat hem in het feit dat de uitnodiging werd verstuurd met naam en foto van de adresboekuploader. Dat is commercieel gebruik van iemands identiteit en afbeelding, zeg maar schending van het portretrecht. En dáár stond dan geen duidelijk zinnetje over in de privacyverklaring.

LinkedIn kreeg naar goed Amerikaans gebruik een massaclaim aan de broek, en schikte deze eveneens naar goed Amerikaans gebruik voor een totaalbedrag van zo’n 13 miljoen dollar. Het bureau dat de schikking onderhandelde, heeft nu gemeld tot 1500 doller per claimant uit te keren.

Een claimant is iemand die LinkedIn-gebruiker was tussen 17 september 2011 en 31 oktober 2014 en die in die periode de “Add Connections”-feature heeft gebruikt, mits er daardoor minstens één mail werd verstuurd naar een niet-LinkedInner. Ik denk dat de meeste mensen nog wel weten of ze een LinkedIn-account hadden toen, maar wie weet er nog of hij die feature heeft gebruikt?

Afijn. Reken je sowieso niet rijk; het gaat om maximaal 1500 dollar en het totale bedrag moet verdeeld worden over iedereen die op die knop drukte in die periode.

Arnoud

13 reacties

  1. Daarnaast: In de praktijk – even bij de claim-afhandelaar kijken – blijkt uitbetaling alleen op een amerikaanse bankrekening of via een (amerikaanse) cheque te kunnen. Reken er dus op dat er ook nog eens hoge kosten vanaf gaan en hooguit een paar tientjes overblijven.

  2. Misschien ben ik te braaf (of te principieel) maar dit soort ‘features’ gebruik ik per definitie niet. Zeker op LinkedIn ben ik erg kritisch als het om toelaten van anderen tot mijn netwerk gaat. Voorwaarde is in ieder geval dat zowel ik als de nieuwe ‘link’ er voordeel van hebben om aan elkaars netwerk toegevoegd te worden.

    1. Dat hele linke in is een braakmiddel maar dat terzijde. De meeste mensen zijn niet kritisch en grijpen ieder aanbod tot zogenaamde uitbreiding van hun netwerk met graagte aan. Eigenlijk zou je dus die mensen voor de spam aansprakelijk moeten stellen, maar dat is zowel om persoonlijke als praktische redenen niet te doen, zelfs als daar een juridische weg voor zou zijn en die is er nauwelijks. Maar misschien is er toch een mogelijkheid om Linken-In te vervolgen. Je zou kunnen stellen dat zij extra maatregelen hadden moeten nemen door bijvoorbeeld de boodschap in beeld te brengen dat “deze actie kan tot gevolg hebben dat u wordt vervolgd wegens het verspreiden van ongewenste mail. Weet u zeker dat u door wilt gaan”. Waarschijnlijk zul je dan eerst een proefproces tegen een knopdrukker moeten voeren die dan als verweer naar LinkedIn kan verwijzen.

  3. Ik neem aan het advocatenbureua minstens 4,33 miljoen uit de schikkingwebplukt en vervolgens is er nog de kans dat ze voor het uitvoeren van de schikking ook nog kosten rekenen die misschine ook wel uit de die 13 miljoen settlement komen. De enige echte winnaars zijn de advocaten en hopelijk het gegevens dat Linked In dit soort acties in het volvolg wel niet meer zal doen.

  4. Ik weet waar ik me meer over verbaas. Over het feit dat dit soort websites mensen durven te vragen hun adresboek door te zoeken, of mensen die dit willens en wetens laten doen.

    Het ergste in LinkedIn’s geval was dat ze zelfs zo brutaal waren om het wachtwoord(!) van je email account te durven vragen. Hoe dan ook, mijn reactie bij het zien van deze feature was me publiekelijk afvragen of LinkedIn knettergek was geworden.

    Helaas ben ik enkele jaren daarvoor daarmee in de mist gegaan: een online adressynchronisatiedienst bleek per default al mijn contacten een email te sturen of ze ook niet gebruik wilden maken van die dienst. Niet alleen heb ik subiet gebruik van die dienst gestaakt, ik ben er zelf toe overgegaan om meer gebruik te maken van eigen synchronisatie, met behulp va WebDav, CalDav en CardDav, in plaats van allerhande externe cloudsynchronisaties. Het is behoorlijk vechten tegen de bierkaai, helaas. Het beperkt me sterk ik keuze voor allerhande programma’s.

    1. De grap is ook nog dat veel mensen hetzelfde wachtwoord gebruiken op social networks en hun mailbox. Ze zien daarmee de prompt aan voor een normale loginprompt en vullen zonder nadenken hun wachtwoord in. Heb op die manier al meerdere bekenden gevraagd waarom ik spam van hen kreeg, en als antwoord kreeg dat ze helemaal niet wisten dat ze zo’n feature gebruikt hadden.

      Typisch gevalletje dark patterns.

  5. Ik was toevallig om andere redenen de AV van Linkedin aan het lezen (stranger things have happened!) en kwam de volgende alinea tegen:

    We both agree that all of these claims can only be litigated in the federal or state courts of Santa Clara County, California, USA, and we each agree to personal jurisdiction in those courts.

    Het lijkt me toch sterk dat rechters uit andere landen (of zelfs andere VS) zich zo hun kaas van het brood zouden laten eten.

    1. In de VS gewoon mogelijk. Je kan daar zelfs in je voorwaarden overeenkomen dat je het recht op een gang naar de rechter opgeeft en je vastlegt op arbitrage. Dat dat wettelijk mogelijk is maakt meteen duidelijk wie daar politiek de dienst uitmaken. Als consument heb je niets meer te kiezen als alle concurrenten allemaal arbitrage clausules hebben opgenomen. Stemmen met je voeten? Vergeet het maar.

  6. Tsja.. Ik kan me nog wel goed herinneren dat ik dit per ongeluk een keer in die periode heb gedaan. LinkedIn mixt(e) gebruikers die nog geen lid van LinkedIn waren en gebruikers die al wel lid waren door elkaar. Uit mijn adresboek (die ik in een naïeve bui een keer heb laten inlezen) zijn waarschijnlijk ook de volledige namen van deze contacten uitgelezen, want de positionering van suggesties was zo dat het in beide gevallen zo leek dat de persoon reeds LinkedIn gebruikte. Gevolg hier was dat ik mensen die ik al een tijd niet meer had gesproken uitnodigde om lid te worden van LinkedIn, wat veel stalkeriger over kwam dan de bedoeling was. Kortom, ik heb er geen problemen mee om mij bij deze rechtszaak te voegen.

  7. En wat nou als je als LinkedInner een uitnodiging naar je eigen email adres had verstuurd omdat je voor test-doeleinden een tweede account nodig had? Dus, ik zit op LinkedIn en maak een website die een OpenID login mogelijk maakt via LinkedIn. Ik maak daarbij enkele nieuwe email accounts aan die ik aan mijn adressenboek toevoeg en vervolgens uitnodig via LinkedIn om zo extra test-accounts aan te maken. En ja, dat deed ik gedurende die periode! Zou ik nu ook aanspraak kunnen maken op die vergoeding? 😀

  8. Overigens heeft BNR wel gelijk dat de mail niet aan de tell-a-friend regeling voldoet.

    Volgens het gelinkte BNR artikel, en ook in mijn eigen ervaring, stuurt Linked-In na de aanvankelijke tell-a-friend mail nog herinneringsmails. Hierdoor vervalt de uitzonderingspostitie voor tell-a-friend mails, aangezien die alleen eenmalige mails toestaat.

    Bovendien bewijst het feit dat er herinneringsmails worden verstuurd dat het emailadres van derden, die geen relatie met Linked-In hebben, wordt opgeslagen. Dit is ook in strijd met de tell-a-friend voorwaarden. Daarnaast is dit een overtreding van de WBP.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.