Adobe zet je ontwerp op zwart (letterlijk) als je niet bijbetaalt voor kleurinformatie, wacht wat?

stux / Pixabay

Adobe-programma’s als Photoshop, Illustrator en InDesign hebben geen standaard toegang meer tot de meeste kleuren van Pantone, tenzij gebruikers daarvoor een abonnement afnemen. Dat meldde Tweakers onlangs. Wie dat abonnement niet neemt, krijgt zwarte vlakken waar eerst nog kleuren in de Pantone-kleurcoderingen stonden. Het verraste veel mensen, want hoezo kan Pantone auteursrecht claimen op een kleur? Dat kunnen ze ook niet, maar dankzij de wonderen van de cloud kan Pantone dit toch afdwingen.

Het bedrijf Pantone is marktleider in het vaststellen van kleurcoderingen, waarmee ontwerpers op eenduidige manier kunnen aangeven welke kleur bedoeld is. Dat lost bijvoorbeeld het probleem op dat een beeldscherm iets anders toont dan een printer produceert; als het bestand “PMS 012” vermeldt dan zal iedere drukker daar hetzelfde van maken. Een nuttige functie, waar wereldwijd op ingesprongen is en waardoor Pantone nu de dominante partij is in kleurcoderingen.

Het gaat natuurlijk om technische informatie: er zitten 2161 kleuren in het systeem, en van elke kleur is de hoeveelheid cyaan, magenta, geel en zwart vastgelegd. Ook krijgt elke kleur een naam, de Kleur van het Jaar 2022 is nummer 17-3938 en heet Very Peri (“Very Peri displays a spritely, joyous attitude and dynamic presence that encourages courageous creativity and imaginative expression”, aldus de jury).

Goed, leuk, maar is dat genoeg voor een auteursrecht? Ik betwijfel het zeer. Maar als je de hele lijst van 2161 kleuren mét code en naam neemt, dan denk ik dat daar wel een auteursrecht op rust. Wil je dus die hele lijst in je printer (of ontwerpprogramma) dan zul je een licentie moeten nemen. Fair enough, maar dat zou een eenmalig bedrag moeten zijn want het is absurd dat je jaarlijks betaalt voor zo’n lijst terwijl jouw klant het apparaat koopt of de software installeert op zijn desktop en daarvoor ook eenmalig betaalt.

Maar goed, toen kwam de cloud en werd alles anders (geen MLP referentie). Beter gezegd: Toen bedacht Adobe dat het veel leuker is dat je per maand betaalt voor haar tools, in plaats van eenmalig een enórme smak geld. En een paar jaar later dacht Pantone, dat kunnen wij ook. Vandaar dus die eis om maandelijks te betalen voor dat bestandje (en de merknaam), want als iemand zelf al aangeeft dat je per maand kunt betalen dan is als leverancier maandelijks afrekenen natuurlijk net zo logisch.

Heel erg juridisch is dit dus niet, dit is vooral een voorbeeld van hoe de cloud ingezet kan worden om nieuwe bedrijfsmodellen af te dwingen. En om diezelfde reden is er dus niets aan te doen, als je cloudtools gebruikt en de prijs gaat omhoog, dan kun je of betalen of wegwezen.

Arnoud

 

Mag je eigenlijk wel ‘fotoshoppen’ zeggen van het merkenrecht?

adobe-photoshop-fotoshop-eisenEen lezer vroeg me:

Op een forum voor foto-hobbyisten waar ik kom, is discussie ontstaan over de term “fotoshoppen”. De moderator verbiedt ons dit te zeggen, omdat het in strijd is met het merkrecht op Photoshop van Adobe. Maar dat is toch een gewone Nederlandse term voor “een foto digitaal aanpassen”?

“Photoshop” is inderdaad een merk van het Amerikaanse bedrijf Adobe, en het product dat ze onder dit merk verkopen is zó populair en bekend dat het welhaast een synoniem is geworden voor “digitale bewerking van foto’s”.

Je zou zeggen dat zulke bekendheid mooi is, maar merkenrechtelijk is dit een probleem: als een naam een synoniem is geworden voor een activiteit- of productsoort, dan kan het geen merk meer zijn. Een basisregel uit het merkenrecht is namelijk dat een term ‘onderscheidend’ moet zijn, oftewel je moet op basis van die naam kunnen zeggen “oh wacht, dit is dat product van Adobe en dan is dát het opensourceproject voor beeldbewerking”. Met “Photoshop” en “GIMP” gaat dat in principe goed, dus in principe zijn beide geldige merknamen.

In principe, want “to photoshop” en de Nederlandse termen “fotoshoppen” of iets denigrerender “fotosoepen” hebben nauwelijks nog een band met Adobe’s beeldbewerkingssoftware. Het gaat daar om de activiteit van het beeldbewerken, en het is geen automatisme dat je dat met het pakket Photoshop van Adobe doet. De term wordt hier dus gebruikt als synoniem voor die activiteit.

Het is merkinbreuk om een merknaam zo te gebruiken dat daarmee “afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het merk”. Ook als je dat niet op commerciële basis doet, bijvoorbeeld door in een forum te zeggen “dat is een hele slechte fotosoep” in reactie op iemands gepruts in Microsoft Paint.

Echter, dat vereist wel dat die merknaam onderscheidend vermogen hééft. Als hij dat niet heeft, kan het geen geldig merk zijn en inbreuk op een ongeldig merk is natuurlijk onmogelijk. Dit is dus waar het verhaal vandaan komt dat “merkhouders hun merk moeten verdedigen”: als ze dat niet doen, wordt de term wellicht zo vaak als algemene term gebruikt dat deze zijn onderscheidend vermogen verliest.

De vraag is dus: is de term “fotoshoppen” iets dat mensen nog steeds aan Adobe toerekenen (“oh ja, daar heeft iemand zijn Adobe-software even aangeslingerd” en/of “waarom zeg je fotosoep, dit is toch met Paint gemaakt”), of is het echt een synoniem voor digitale beeldbewerking? In het laatste geval is het géén geldig merk meer en mag iedereen dus zeggen dat dingen gefotoshopt dan wel -gesoept zijn.

Arnoud