‘Europa vormt obstakel voor verbeteren veiligheid internet-of-things’

D66-kamerlid Kees Verhoeven vindt dat de EU veel te traag is met het maken van regels voor de veiligheid van internet-of-things-apparaten, las ik Bij Tweakers. Hierdoor zouden we dan zwaar achter de feiten aanlopen wat betreft toezicht op de veiligheid van iot-apparaten. Hear, hear. Want die dingen zijn zo ongeveer al in de doos gehackt en leveren anderen gigantische schade op. Maar omdat de wetgeving niets zegt over ICT-security, komen leveranciers en winkels ermee weg. Alleen: wat gaan we er aan doen?

Het blijft om te huilen, die brakke beveiliging van internet-enabled apparaten zoals camera’s, videorecorders, televisies, thermostaten en ga zo maar door. Slechts weinig fabrikanten leveren updates bij zulke apparaten, en vaak is het apparaat uit de doos zó achterhaald dat het binnen een kwartiertje gehackt is en als botnet-zombie kan worden gehuurd door wie maar een paar cent beschikbaar heeft.

Ik vind dat van de zotte. Je kunt van gewone consumenten niet verwachten dat ze hier wat tegen doen, al is het maar omdat zulke apparaten zelden te updaten zijn. Terwijl de fabrikant op zich prima een goed niveau van veiligheid kan inbouwen. De reden om het niet te doen, is eigenlijk heel simpel: dat kost geld en het levert niets extra’s op bij de klant. En dat is waarom we wetgeving nodig hebben.

Je kunt twee dingen doen. De gebruikelijke juridische manier is een open norm: een product moet adequate productsecurity hebben, anders boete. Het voordeel daarvan is dat je dan als fabrikant zelf kunt invullen wat je gaat doen (met een motivatie waarom dat “adequaat” is), en dat je ook bij veranderingen in de technologie nog steeds een maatstaf hebt. Nadeel is wel, als je geen fatsoenlijke invulling kunt geven dan heb je een groot risico, want op overtreding van die norm staat een boete. “Pas op of je moet een miljoen betalen”, wat moet je daarmee als bedrijf.

Een andere manier is dat je als wetgever concrete normen gaat stellen. Ik weet niet of die er zijn voor ICT-security bij iot-apparaten, wat gelijk al een stevige hobbel zou zijn. Maar zelfs als ze er zijn, dan moet je dus als wetgever elke maand je regels bijstellen omdat er weer iets nieuws bedacht is. En tot die tijd mogen bedrijven niet verder in een nieuwe richting. Dat geeft wel zekerheid, maar echt werkbaar voor de toekomst lijkt het me niet.

Ik denk dat ik zelf tóch voor open normen ben, gekoppeld aan de plicht voor de toezichthouder om richtsnoeren te maken en uitspraken te doen over best practices in de markt: als je dit doet, dan vinden we het prima. De praktijk laat alleen zien dat toezichthouders dat maar in beperkte mate doen. Voor een deel omdat er gewoon nog best weinig is bij ict-innovaties om een duidelijk richtsnoer voor te maken, en voor een deel omdat bedrijven gelijk het richtsnoer als algemeen geldende wettelijke regel opvatten: je zei op pagina 13 dat een sms-bericht geen algemene voorwaarden hoefde te bevatten, dus hoeft mijn app dat ook niet. Hoe dat op te lossen, daar ben ik nog niet over uit. Maar dat er iets moet gebeuren en snel ook, dat staat vast.

Arnoud

Tijd voor wettelijke productveiligheidsaansprakelijkheid?

Een brakke ICT-beveiliging is niet strafbaar, maar wordt dat niet eens tijd? Vandaag de dag is ICT-veiligheid net zo essentieel als hardwareveiligheid. Apparatuur mag niet ontploffen en mag niet hackbaar zijn, punt. En misschien is dat laatste nog wel erger: dat je laptop ontploft is heel naar voor jou, maar dat 100.000 patiëntdossiers op straat liggen is toch 100.000 keer erger. Maar gek genoeg is de leverancier van de apparatuur waardoor die dossiers lekten, niet aansprakelijk en die ontploftelaptopfabrikant wel.

Kun je zoiets regelen? In theorie wel. Dat van dat niet ontploffen is namelijk al wettelijk geregeld. Een produkt is gebrekkig, indien het niet de veiligheid biedt die men daarvan mag verwachten, zo staat in art. 6:186 BW. Uiteraard in alle redelijkheid en met de presentatie en te verwachten gebruik van het product in het achterhoofd, plus kijkend naar de stand der techniek van toen het product uitkwam. Is een product dan toch fysiek onveilig, dan is de producent aansprakelijk – en dat is naast de feitelijk producent ook de Europese importeur.

Even heel simpel copypasten van het wetsartikel en je krijgt “Een ICT-product is gebrekkig indien het niet de beveiliging van gegevens biedt die men daarvan mag verwachten, gezien het beoogde gebruik, de stand der techniek ten tijde van verkoop en het te verwachten kennisniveau van de doelgroep”. Natuurlijk hou je nog steeds het probleem van hoe je de schade meet van een gelekt persoonsgegeven, maar dat is een andere discussie.

Met zo’n regel zou je dus kunnen zeggen dat het lekken van bedrijfsdossiers door een lekke consumentenrouter geen gebrek is: het beoogde gebruik was een toevallig voorbijfietsende wifizoekende buiten te houden, dit soort industriële spionage valt daarbuiten. Net zoals je geen fietsslot gebruikt om nucleaire wapens te beveiligen (ahem). En met die “stand der techniek”-opmerking voorkom je aansprakelijkheid voor later ontdekte hacks die je niet had kunnen weten bij het bouwen – maar hacks die je hád moeten weten, maken je product wel gebrekkig.

Dat van dat kennisniveau had ik bedacht omdat je bij ICT-producten vaak toch wel enig meedenken mag verwachten. Maar hoe veel, dat hangt dan af van de doelgroep. Die consument wil draadloos internet in z’n huis, en niet hoeven nadenken over wat nu een veilige WPA2 key is en of je nou wel of niet TKIP moest gebruiken en hoe je het serienummer van je Apple-laptop achterhaalt voor op de MAC-whitelist. Die router moet dus gewoon zo veilig mogelijk zijn ingesteld en een lang willekeurig wachtwoord met een sticker op de achterkant hebben.

Nadeel: dit leidt wel tot beperkte functionaliteit, want als die consument dan met een handige forumpost in de hand zijn netwerk gaat tweaken, krijgt hij allemaal disclaimers om z’n oren. (Net zoals ik laatst met mijn nieuwe mp3speler: wil je harder dan standje 15 dan moet je eerst bevestigen dat je dat op eigen gehoorsrisico doet. Want ik zou ze eens productaansprakelijk kunnen houden voor gehoorschade omdat ik het geluid op maximaal zet.)

Zou dit kunnen werken? Een verschil waar ik mee zit is dat een product meestal precies dat is: één product. Je kunt die batterij testen en anti-ontplofmaatregelen nemen, en dat gaat dan gewoon goed in die laptop. De batterij wordt niet ineens deel van een complex systeem met drie verschillende protocollen over elkaar heen en interactie met vijftien apparaten van verschillende leveranciers die allemaal nét even anders werken. En dat heb je wel bij computerapparatuur.

Arnoud