Een lezer vroeg me:
Ik wil signaleringen posten naar actueel nieuws, inclusief stukje tekst en foto. Ik weet dat dat in principe mag, maar moet het nog steeds net zo’n postzegel zijn als in 2007? Hoe groot mag een geciteerde foto zijn?
Op foto’s zit auteursrecht, en die mag je dus niet zomaar overnemen zonder toestemming. Alleen als je een wettelijke uitzondering kunt vinden, en je je houdt aan de voorwaarden daarvan, kun je wegkomen met geen toestemming vragen (en dus ook geen schadeclaim hoeven te betalen).
Het citaatrecht is zo’n uitzondering. Voor aankondiging, bespreking, kritiek en dergelijke op een werk mag je een deel daarvan overnemen (en bij een klein werk het hele werk), mits je niet meer overneemt dan nodig is voor jouw doel en je netjes de bron en de naam van de maker vermeldt. Dit geldt ook voor beeld: wil je commentaar geven op een foto, dan mag je die tonen en wil je een film aankondigen, dan mag je de poster of een paar stills laten zien.
In 2007 speelde dit in de context van huizenzoekmachines. In één van die zaken werd toen bepaald dat een thumbnail van 194×145 pixels een toelaatbaar citaat was in het kader van aankondigen van zoekresultaten (“dit huis is te koop, klik hier voor de Funda advertentie”). Dat was voor die tijd een prima fotootje, maar anno 2016 word je uitgelachen zonder beeldvullende foto met softone filter. Hoe verouderd is de wet dus?
Eigenlijk is dat een oneerlijke vraag, want de wet noemt helemaal geen getallen. Het citaatrecht (art. 15a Auteurswet) komt neer op ‘niet meer dan nodig’. Letterlijk:
[Vereist is dat] het citeren in overeenstemming is met hetgeen naar de regels van het maatschappelijk verkeer redelijkerwijs geoorloofd is en aantal en omvang der geciteerde gedeelten door het te bereiken doel zijn gerechtvaardigd;
Hier zijn dus geen harde getallen op te plakken. Het komt altijd neer op, kun je motiveren waarom in dit geval deze omvang redelijkerwijs geoorloofd was gezien je doel.
In 2014 publiceerde HP/De Tijd een artikel over recent in de pers verschenen foto’s van Volkert van der G. en Marc Dutroux. Die waren recent vrijgelaten, en diverse media brachten paginavullende foto’s met grote koppen. HP/De Tijd wilde daarop reageren en publiceerde bij haar artikel screenshots van de kranten, inclusief grote foto (2/3e van het artikel, volgens de fotograaf). Meer dan een thumbnail, dus de fotograaf stapte naar de rechter: dit was gewoon herpubliceren van de foto met een paar obligate zinnen om het een artikel te laten lijken.
De rechter bepaalde echter dat het citaatrecht heir wel degelijk opgaat. De wijze van reproductie was nodig voor de lezer om te kunnen zien hoe groot de foto in de originele media was gebruikt. Die moet je dan gewoon groot kunnen zien. Toegegeven, de foto was wel een erg groot deel van het artikel. Echter:
Het citaatrecht is echter een zwaarwegend en diep geworteld recht dat een belangrijke bouwsteen is voor de vrijheid van meningsuiting. Voor de te maken afweging is het relevant dat HP/De Tijd een opinieblad is dat met het artikel verslag doet van een actuele en wezenlijke discussie over de spanning tussen het recht op vrijheid van meningsuiting en eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.
Gezien die omstandigheden was het gerechtvaardigd om de foto’s in groot formaat te publiceren. Iets dergelijks werd eerder bepaald in een zaak over een grote foto (50% van de webpagina) die als ankeiler diende naar een artikel over de afgebeelde persoon.
De foto kan worden beschouwd als ondersteuning van de inhoud van het interview en heeft een duidelijke functie bij de tekst door het bericht goed herkenbaar te maken voor de lezer en met als doel de lezer door te laten klikken naar het volledige artikel op de achterliggende site. De foto heeft derhalve als doel de lezer een indruk te geven van het betreffende artikel.
Daar staat tegenover dat als je een foto primair als versiering gebruikt, je geen citaatrecht kunt claimen. Een voorpaginavullende foto was geen citaat, omdat er nauwelijks aandacht werd besteed aan de inhoud van de foto en deze dus alleen maar als versiering en lokkertje diende.
De grenzen zijn dun, maar het komt er dus op neer dat de foto duidelijk inhoudelijk relevant moet zijn. Mijn vuistregel: als het artikel zonder de foto niet meer ‘werkt’, en ook moeilijker te begrijpen wordt met kleiner beeld, dan is het een rechtsgeldig citaat (mits met bronvermelding natuurlijk). Daar staat dan weer tegenover dat “Je zult niet geloven wat je op deze foto’s ziet”-achtige artikelen eigenlijk alleen bestaan bij de gratie van het overgenomen beeld, en dat is dan ook weer niet de bedoeling. Dus het moet wel een ‘echt’ artikel zijn, maar daar een definitie van geven, daar kom ik niet uit.
Is er een verschil tussen wat HP/De Tijd deed en wat je op Buzzfeed en consorten ziet?
Arnoud
Even interessant doen… Ik maak een foto van een politie-helicopter en plaats deze op DeviantArt met een CC-BY-SA licentie. Dan gebruikt HP/De Tijd deze foto om deze te plaatsen bij een artikel over politie-helicopters, maar ze vergeten daarbij om de bron te vermelden. Wel voeren ze een extra bewerking op de foto uit in de vorm van een extra logo. Ten slotte neemt een andere site de foto van HP/De Tijd over en publiceert deze bij een artikel over paddestoelen, of zo. Ofwel, niet gerelateerd aan het artikel. Mag Hp/De Tijd dan wel auteursrechten claimen over de foto, terwijl ze deze niet correct hebben gebruikt? In principe hebben ze niet de bron vermeld dus hebben ze mijn licentie geschonden bij het maken van hun afgeleide werk…
Wim, wat ik ervan begrijp: 1. Claimen mag altijd, toch? 🙂 2. Alleen een logo toevoegen lijkt me niet snel creatief en daarmee krijgt HP/De Tijd dus geen auteursrecht, zeker niet op de foto (wel op hun logo). 3. Als ze een claim bij de andere partij indienen wegens schenden van ‘hun’ auteursrechten op de foto zouden ze best een kans kunnen maken, zolang de andere partij dat auteursrecht niet ter discussie stelt (bijvoorbeeld wanneer ze niet weten dat jij de foto hebt gemaakt). 4. HP/De Tijd en de andere partij schenden jouw auteursrecht, want ze houden zich niet aan de voorwaarden van jouw licentie. Dus jij kunt bij beiden een claim indienen. 5. Vraag is wel wat een redelijke schadevergoeding zou zijn voor het verzwijgen van jouw naam?
Als ze auteursrechten claimen en moeilijk gaan doen, schenden ze dan prompt het Share Alike deel van jouw Creative Commons licentie? (Naast het feit dat ze de BY al geschonden hebben dan).
Je krijgt auteursrecht als je eigen creatieve elementen in een werk stopt. Dat staat helemaal los van de vraag of je toestemming hebt om die bewerkingen te doen. Het is dus goed mogelijk datje een auteursrechtelijk beschermd werk hebt en tegelijk andermans auteursrecht schendt met dat werk. Je kunt dan dus niets maar anderen mogen ook niets met jouw werk.
@werkbij: Je kunt pas gaan roepen over de ShareAlike bepaling als de inbreukmaker zegt “ja maar ik had een licentie”. Als ze bijvoorbeeld gaan zitten op dat ze een parodie maken of dat je werk te triviaal was voor auteursrecht, dan hebben ze niets te maken met je licentie.
Enig idee wat een redelijke schadevergoeding is bij overtreden van een CC-BY-SA licentie door niet de naam te vermelden? Zelf lijkt me dat de vergoeding vergelijkbaar zou moeten zijn met publiceren van een foto waar helemaal geen licentie bij zit, of als de publicatie in een grote aantallen (heel veel clicks/lezers) is gedaan misschien nog wel meer, want fotograaf is veel gratis reclame misgelopen. Ik vond ook nog een eerder artikel van je, maar ik vind daar niet veel aanknopingspunten wat bereft de hoogte van schadevergoeding bij groot publiek (e.g. nu.nl) en/of niet vermelden van de naam.