Gastblog: Ervaring uit de praktijk: hoe kun je het beste reageren bij een online auteursrechtinbreuk (3/3)

Deze gastblog is geschreven door een bezoeker die anoniem wenst te blijven. Hij is meester in de rechten en procedeert regelmatig, maar is in het dagelijks leven niet werkzaam als jurist.

In de voorgaande twee blogs heb ik een situatie beschreven waarin de beheerder van een website eigenlijk niet zoveel fout deed, maar toch met een torenhoge claim werd geconfronteerd en uiteindelijk met 500 euro aan kosten bleef zitten. Een korte zoektocht op internet levert veel vergelijkbare verhalen op. Hieronder staat een aantal tips die je kunnen helpen om je tegen zo’n claim te kunnen verweren.

Tip 1: houd nauwkeurig een dossier bij.

Maak voor je dossier een screenshot van de pagina met de foto, en noteer zowel de URL van de pagina als de URL van de foto. Schrijf op wanneer je hebt gecorrespondeerd, gebeld, of andere acties hebt ondernomen. Een zaak kan langer dan een jaar lopen, en het is handig als je dingen terug kunt zoeken. Ook als je op een moment besluit juridische hulp in te schakelen, is een goed dossier waardevol.

Tip 2: verwijder niet alleen de verwijzing naar de foto, maar ook de foto zelf.

Wanneer andere websites de foto embedden, betaal je niet alleen voor de bandbreedte, maar kun je ook worden aangesproken voor de schade.

Tip 3: onderhandel slim met de wederpartij.

Procederen is duur en risicovol, dus schikken is voordeliger, ook voor de fotograaf. Tenzij de vordering overduidelijk geen stand houdt, kun je het beste aangeven dat je de juridische situatie niet in kunt schatten, en alleen over het tarief onderhandelen. Houd het vriendelijk.  Je kunt een reactie sturen als “Ik kan hier inhoudelijk niets over zeggen zonder juridisch advies in te winnen, maar dan ben ik al gauw honderd euro verder. Misschien kunnen we er beter onderling uitkomen. Hoeveel reken je normaal voor een foto?”.

Als de fotograaf de onderhandelingen toch weer de juridische kant op trekt, kun je dat nog een keer counteren met “daarvoor moet ik een jurist raadplegen terwijl ik het geld voor de jurist liever aan u geef, zeg maar wat uw voorkeur heeft”. De inhoudelijke discussie uit de weg gaan heeft twee voordelen: de sympathie van de fotograaf is voorbij zodra je zaken gaat betwisten, en onbedoeld kun je een deel van je bewijspositie prijsgeven.

Een paar feiten kun je wel noemen omdat die in de praktijk nooit ter discussie staan, bijvoorbeeld dat je de foto hebt verwijderd (waarmee je erkent dat er inderdaad een foto stond). In de blog van eergisteren beschreef ik dat de webmaster had gereageerd dat de foto was verwijderd, maar bleek later dat het verwijderen door een technische storing maar deels was gelukt. Toen de fotograaf weer contact opnam, legde de webmaster uit dat er een technische storing was en dat het verwijderen nog even kon duren. Voor zijn bewijspositie was het beter geweest als hij had gewacht totdat de foto alsnog weg was, en een reactie naar de fotograaf had gestuurd in de trant van ‘ik zie de foto niet meer (zie bijlage), heb je je cookies al weggegooid en je cache geleegd?’, met een screenshot van de pagina in de bijlage.

Sommige fotografen hanteren een tarieflijst zonder ooit een foto voor dat tarief te hebben verkocht. Als de tarieven excessief zijn, noem dan een redelijk bedrag per foto (bijvoorbeeld 75 euro) en een redelijk tarief voor het opsporen van jouw inbreuk (bijvoorbeeld 50 euro), maar geef aan dat je bereid bent meer te betalen als de fotograaf kan aantonen dat hij in het verleden een vergelijkbare foto voor gebruik op een vergelijkbare website voor een hoger bedrag heeft verkocht. Hiermee verleg je het procesrisico naar de fotograaf. Als hij in een procedure niet kan bewijzen dat zijn schade meer bedraagt dan wat jij hebt geboden, is hij de verliezende partij en draagt hij de proceskosten.

Als je eenmaal overeenstemming hebt bereikt, stel dan een vaststellingsovereenkomst op waarin je finale kwijting afspreekt, en de wederpartij je vrijwaart tegen toekomstige claims op dezelfde foto over dezelfde periode.

Tip 4: raadpleeg een expert als de fotograaf jouw redelijke bod niet accepteert.

Fotografen spelen dit spelletje vaker dan jij, en weten vaak precies hoe ze het moeten spelen. Online kun je veel vinden over de wettelijke aspecten van het auteursrecht, maar weinig over hoe je een juridisch conflict uit de weg gaat. Onderhandelen en procederen is een vak apart. Die ervaring hoeft niet de hoofdprijs te kosten: sommige advocaten rekenen een lager tarief aan particulieren, en zijn er juridische dienstverleners met een schappelijk tarief die veel ervaring hebben met auteursrechtzaken (hoi Arnoud).

Tip 5: blog over je behaalde resultaat.

In de meeste zaken die op rechtspraak.nl zijn gepubliceerd gaat de rechtbank mee in de tarieven van Foto Anoniem. Hoe meer signalen er zijn dat de tarieven in de praktijk veel lager zijn, hoe groter de kans dat de rechter in de toekomst niet meer meegaat in de hoge claims van fotografen. Bovendien help je anderen die door dezelfde fotograaf worden benaderd. Als iemand leest dat een bepaalde fotograaf voor 75 euro per foto wil schikken, kan hij hetzelfde bedrag aanbieden.

En tip van Arnoud er achteraan: ben je enigszins juridisch onderlegd, gebruik dan ook de argumenten uit het artikel Auteursrecht-trollen. Hoe ze te herkennen en hoe ze te bestrijden van professor Dirk Visser, Charlotte Vrendenbarg en Bram Bogaerts.

Arnoud

54 reacties

  1. Ik zou het ook wel interessant vinden om Tip Nul te kennen: Hoe voorkom je (op eenvoudige maar juridisch sluitende wijze) dat je in dit soort situaties terecht komt (met andere woorden: dat je gebruikers iets doen wat niet mag en dat jij daarvoor moet boeten).

    1. Dat lijkt dus juist het probleem te zijn. Misschien heb je juridisch gelijk dat jij er niet voor aansprakelijk bent. Maar om dat gelijk te krijgen, moet je meer advocaatkosten maken dan waarvoor je kan schikken met de fotograaf.

      Welkom in de wereld waar diegene met het meeste geld (voor zijn advocaten) vaak gelijk krijgt omdat de andere partij zich niet langer kan verdedigen.

      1. In Amerika is dit een vooral een probleem. Er zijn daar enkele “copyright trolls” die torrent verkeer in de gaten houden van hun eigen hardcore 18+ films. Zodra ze daar een IP zien langskomen kloppen ze bij een rechter aan om te vragen of ze de NAW gegevens van de houder van het internetabonnement waar dat IP bij hoort mogen opvragen bij de provider. Meestal mag dat, omdat er daadwerkelijk inbreuk is gemaakt. Vervolgens gebruiken ze die NAW gegevens om blafbrieven te versturen. Nu bedrag X betalen of we klagen je aan en omdat documenten van rechtszaken publiekelijk beschikbaar zijn, zal iedereen weten welke hardcore 18+ films jij zat te kijken. Vaak “vergeten” ze dan eventjes dat het in Amerika een stuk gebruikelijker is dat wifi gedeeld wordt, dan wel bewust dan wel door slechte beveiliging. De abonnementhouder is dus lang niet altijd diegene die de films heeft gedownload, maar alsnog zou hij vaak betalen om zijn naam niet geassocieerd te krijgen met dit soort films als zijn naam ge-googled wordt. Sommige advocaat kantoren gingen hierin te ver, bijvoorbeeld door zelf de films te maken en op torrent sites te posten, zie bijvoorbeeld: https://en.wikipedia.org/wiki/Prenda_Law.

      1. Ik bedoel het serieus: Je wilt natuurlijk geen inbreuk maken, maar er is een risico dat je gebruikers het wel doen. Hoe voorkom je dat jij daarop aangesproken wordt?

        Dat heeft niets met gebrek aan respect voor de AW te maken, alleen met het voorkomen van risico bij het uitoefenen van een volstrekt legale hobby.

          1. De meerderheid is zich van geen kwaad bewust. Dat is niet gewoon ‘het risico nemen’.

            Bovendien, deze zaak is anders dan de gebruikelijke hobbyblog die een foto kopieert ergens van het internet.

            In deze zaak ging het om foto’s die door gebruikers gepost waren, met geen inhoudelijke invloed van de beheerder, en geen aanleiding om te geloven dat er iets mis zou zijn. En met een beheerder die snel actie ondernam, en die ook nog eens te goeder trouw in overleg ging over een schadevergoeding. Lees deel 1 van de gastpost nog eens, stel je dan eens in de plaats van die beheerder, en zeg dan eens wat hij, gemeten naar jouw eer en geweten, anders had moeten doen?

          2. Deze manier van redeneren zorgt ervoor dat forums, e.d. gewoon niet kunnen functioneren. Ik denk dat auteursrecht niet zo’n impact op de vrije meningsuiting mag hebben, omdat zij daarmee in strijd komt met de rechten van de mens. Bovendien is de aanname dat mensen in eerste instantie kwaad willen een heel ongezonde. Zo met deze problematiek omgaan is niet bepaald vruchtbaar.

    2. Als je user-generated content host, is het niet zo eenvoudig om op juridisch sluitende wijze de dans te ontspringen. Op basis van deze zaak zie je wel twee belangrijke punten: zorg dat je daadwerkelijk ‘prompt’ de afbeelding verwijdert, en zorg dan dat het duidelijk is welke content van je gebruikers afkomstig is.

      Op 7 juni aanstaande moet Richtlijn (EU) 2019/790 met het beruchte “artikel 13” (wat uiteindelijk artikel 17 in de richtlijn is geworden) in de Nederlandse wet zijn opgenomen, met daarin een nieuwe aansprakelijkheidsregeling. Met name de grotere websites zullen dan meer moeten doen om een inbreuk door gebruikers te voorkomen, bijvoorbeeld via een uploadfilter, maar voor kleinere sites zal er nieuwe discussie ontstaan over of de getroffen maatregelen afdoende zijn.

      1. Ik vind dat ‘prompt’ een beetje flauw, en ook dat de rechter daar zo zwaar aan tilde.

        Als iets jaren on-line heeft gestaan maken een paar dagen ook niet uit.

        Bovendien heb je natuurlijk een paar dagen nodig alvorens het bericht inhoudelijk door je verwerkt wordt (je zit natuurlijk niet de hele dag niets te doen en zodra er een brief komt analyseer je die meteen), dan nog een paar dagen om ruggespraak te houden of onderzoek te doen om je positie omtrent die brief te bepalen, dan nog een paar dagen om de oplossing te implementeren.

        Ik zou denken dat als een week na ontvangst van de klaagbrief alles weg is, zeker als het al jaren online staat, dat nog steeds voldoet aan ‘prompt’.

        Je schrijft ook ‘zorg dan dat het duidelijk is welke content van je gebruikers afkomstig is’ als tip. Ik zie geen link met de door jou beschreven zaak waarin dit een issue was.

        1. Je schrijft ook ‘zorg dan dat het duidelijk is welke content van je gebruikers afkomstig is’ als tip. Ik zie geen link met de door jou beschreven zaak waarin dit een issue was.

          Dat was één van de argumenten van de wederpartij:

          Het is bovendien voor een gebruiker niet te zien wie een bepaalde foto heeft geüpload.
          De website kan immers bij elke inbreukmakende foto wel beweren dat die van een gebruiker afkomstig is.

          1. OK, maar dat vond ik zo ongeveer het zwakste argument van de andere partij.

            Jij beweerde dat je client als onder de hostersvrijstelling viel. De andere partij antwoorde daarop dat niet te zien was voor een gebruiker.

            Dat kan best waar zijn, maar dat is natuurlijk geen weerlegging van jouw stelling, hoogstens een oproep om meer bewijs te leveren.

            Dat die content niet gelabeld was is bewijs voor niets. Afwezigheid van metadata is de norm, niet een aanwijzing voor aansprakelijkheid van de hoster

            Als je nu als tip geeft: ‘zorg dat duidelijk is welke content van je gebruikers afkomstig is’ ga je mee in hun fundamenteel verkeerde gedachtengoed (omgekeerde bewijslast) dat een dergelijke aanduiding ook maar iets zou zeggen over de grond van de zaak.

          2. Persoonlijk zou ik de gebruikers altijd zelf laten uploaden en daar geen enkele andere manier voor aanbieden. Daarmee is dat argument namelijk definitief weg. De gebruiker heeft het geplaatst, punt.

            Ik gebruik zelf eigenlijk alleen nog maar afbeeldingen die ik zelf gemaakt heb, omdat ik creative common licenties niet kan vertrouwen. Als ik nu een paar Getty foto’s op een website plaats en iemand gebruikt die te goeder trouw draait die persoon alsnog voor de kosten op en mag hij hopen dat hij mij nog kan achterhalen om zijn schade te verhalen.

            De hele auteurswetgeving stinkt inmiddels aan alle kanten en alle respect voor (dit deel van) de wet is bij mij inmiddels al lang vervlogen. En dat zeg ik als iemand die voor zijn inkomen afhankelijk is van auteursrechten!

      2. Het uploadfilter is in strijd met de persvrijheid, en daarmee de rechten van de mens. Censuur vooraf (wat zo’n uploadfilter de facto is) is gewoon verboden, en kan ook niet worden overruled door de Richtlijn, omdat de verdragen die dat verbieden boven de EU richtlijnen gaan. Ik verwacht dat hier nog een behoorlijk lange strijd over gaat komen.

          1. Alleen heeft de commissie dit vooraf ontkent en nagelaten aan te geven hoe dat dan wel gedaan kan worden, en achteraf toegegeven dat dit inderdaad de enige manier is. De hele richtlijn is slecht geformuleerd, en de rationale erachter is niet goed gemotiveerd. Het is daarom te hopen dat rechters dat hele gedrocht om zeep helpen (al is het natuurlijk een godspe als rechters wetgeving om dit soort redenen moeten aanpassen: ingrijpen in wetgeving is niet de natuurlijke rol van rechterrs — dus als het toch gebeurt zou er een harde sanctie op moeten komen: nieuwe verkiezingen waarbij alle parlementariers die voor zo’n ongeldige wet hebben gestemd voor een termijn niet herkiesbaar zijn. Doen we het niet zo, dan blijven we dit soort rommelwetgeving houden.)

            1. Persoonlijk heb ik al veel slechtere stukken wetgeving gezien. Ik hoop trouwens dat ze effectief afgedwongen wordt. Er wordt nu immers veel te veel geld verdient met intellectueel eigendom van anderen.

              Ja, dat betekend ook nagaan dat je effectief het recht heb bepaald materiaal te gebruiken. Om te beginnen bv. in het onderwijs, daar wordt immers flink meegedaan aan het aanmoedigen van het digitaal “stelen” van materiaal.

              1. Alleen al uit het gebruik van het begrip “intellectueel eigendom” blijkt dat wij een fundamenteel ander inzicht hebben over het doel van auteursrechten. De insteek die jij lijkt te hebben is dat de auteur van een werk recht heeft op alle inkomsten die potentieel door zijn werk gegenereerd kunnen bij die auteur moeten landen (in de praktijk meestal een uitgever). De typische postitie van de auteursrechtenmaximalist. Ik verwerp het idee van “intellectueel eigendom.” Mijn insteek is dat het auteursrecht primair bedoeld is om een marktfalen te corrigeren (het “free-riders” probleem), en dat daartoe de mix van maatregelen die met het minste ingrijpen op de vrije markt het marktfalen corrigeerd, de beste is. Vanuit dat standpunt is het helemaal geen probleem dat anderen aan het werk van auteurs iets verdienen, zolang dat niet ten koste gaat van de mogelijkheden van die auteurs om zelf in hun bestaan te voorzien. Bij de afweging van toe te kennen rechten moeten we een reeks van aspecten meenemen, zoals daar zijn het belang van vrije nieuwsgaring, het tegengaan van censuur, respect voor privacy, en ook dingen als transactiekosten en “dead weight losses” die kunnen ontstaan. Er moet een gezonde balans zijn tussen al deze dingen.

                Je kan hier heel goed de analogie met een fysiek product gebruiken: moeten we autofabrikanten recht geven op een vergoeding, omdat een taxichaffeur een auto gebruikt om voor geld passagiers te vervoeren? Lost zo’n “recht” een maatschappelijk of economisch probleem op? Zoniet, dan is zo’n “recht” niet op zijn plaats. Idem ditto bij auteursrechten: alleen toekennen in zoverre deze noodzakelijk zijn om marktfalen te corrigeren.

                De nieuwe richtlijn is zo dramatisch slecht, omdat zij aan dit soort afwegingen totaal voorbijgaat.

                1. ‘Mijn insteek is dat het auteursrecht primair bedoeld is om een marktfalen te corrigeren (het “free-riders” probleem), en dat daartoe de mix van maatregelen die met het minste ingrijpen op de vrije markt het marktfalen corrigeerd, de beste is.’

                  Goed gezegd Jeroen, helemaal mee eens, in principe.

                  Maar de implementatie geeft wel een heel aantal problemen. Wanneer is het marktfalen gecorrigeerd? Als auteurs modaal verdienen, of twee maal modaal, of 10 maal? En is dat marktfalen gecorrigeerd als alle auteurs in een bepaalde range verdienen, of alleen de meest populaire auteurs? En moet je dat dan wel ophangen aan ‘de meest populaire’ of aan objectief door een commissie te bepalen kwaliteitscriteria? En hoe ga je dat marktfalen corrigeren als een auteur eenmaal in zijn carriere een enorme hit maakt. Mag hij dan in dat jaar 60 maal modaal verdienen, om te compenseren voor al die jaren dat hij niets verkocht… ? (en wat dan als het de volgende jaren nog een paar keer zo’n klepper maakt? Geld inleveren?)

                  1. Ik denk dat we bij die correctie niet uit moeten gaan van een eventueel salaris van auteurs (dat is secundair aan het maatschappelijk belang), maar van de algemene maatschappelijke ontwikkeling, waarbij met een gezond tempo nieuwe bijdragen geleverd kunnen worden, innovatie plaatsvindt, en werken beschikbaar zijn. Dit is in zekere zin een optimalisatieprobleem. Bij te weinig auteursrechten zal de productie achterblijven, en er te weinig nieuw materiaal beschikbaar komen. Bij te veel auteursrecht zullen auteurs te veel beperkt worden in hun uitingsvrijheid en mogelijkheden voort te bouwen op het werk van anderen en wordt daarmee culturele kruisbestuiving te lastig, en zal dus ook te weinig geproduceerd worden en gaat veel verloren aan bureaucratische produres, handhavingskosten en algemene letargie (denk aan “orphan works”). Ergens daartussen ligt een plateau van optimaliteit, en ik stel voor dat we aan de meest vrije kant van dat plateau gaan zitten.

                    Kijkend naar de culturele trends op dit moment, zie ik eerder een verschraling dan een verrijking van het aanbod in de traditionele kanalen: te veel herhalingen, sequels en remakes, een teken dat in de “legacy” industrie de boel te veel op slot zit. Een partij als Netflix heeft daar wel wat beweging in kunnen krijgen, maar dat lijkt alweer te stagneren.

                    Daarentegen zie ik in de nieuwe platformen een explosie aan creativiteit: misschien niet altijd kwalitatief of cultureel hoogstaand, maar wel heel veel vrijheid — en in tegenstelling tot wat de uitbaters van de traditionele kanalen willen doen geloven is dit zeker niet allemaal gebaseerd op het jatten van hun werk: veel is gewoon orgineel, en concurreerd dus op een eerlijke manier voor de aandacht van het publiek. Het gelobby van de tranditionele partijen voor wetgeving die onmogelijke eisen aan die platformen oplegt, is dus niets anders dan op oneigenlijke manier eerlijke concurrentie om zeep te willen helpen. (Merk op dat auteursrechthebbenden al meer dan voldoende middelen hebben om op te treden als inbreukmakers op de platformen verschijnen: dat ze dat niet doen is een duidelijk bewijs dat het niet om die inbreuken, maar om de concurrentie van die platformen te doen is).

                    Mijn conclusie is dus dat het auteursrecht veel te ver is doorgeschoten, en dat daar stevig het mes in moet, zodat juist ook auteurs meer kunnen verdienen. Om te beginnen moet de termijn drastisch verkort, van gemiddeld 120 jaar terug naar zeg maximaal 30, gemeten vanaf publicatiedatum. — want juist die lange termijnen betekenen dat uitgevers steeds langer een portfolio van reeds gevestigde auteurs kunnen uitbaten, een politiek van kunstmatige schaarste voeren, en daarbij concurreren om de centen en aandacht van een publiek dat die centen dan niet richting nu actieve auteurs kan sturen.

                  2. Het lijkt dat mijn eerdere reactie is weggevallen in dit formulier. De site heeft blijkbaar wat issues met caching, omdat dingen wat tijd kosten om door te komen. Dus even opnieuw:

                    Bij het bepalen van wat het juiste niveau van auteursrechten is, moet je niet uitgaan van het inkomen van de auteurs, maar van het algemeen maatschappelijke belang dat we hebben bij het verschijnen van nieuwe werken. Dit is een soort van optimalisatieprobleem. Is er te weinig auteursrecht, dan zal er te weinig nieuw werk verschijnen, omdat niemand er van kan leven, is er te veel auteursrecht, dan zal er te weinig aanbod zijn, omdat het produceren van nieuw werk te veel beperkt wordt — geen mogelijkheid tot culturele kruisbestuiving, te veel restricties op de publicatiekanalen, te veel mogelijkheden voor uitgevers om over te gaan tot een politiek van kunstmatige schaarste, te veel monopolie en kartelvorming door het ophopen van langlevende portfolio’s, het probleem van verweesde werken, enz. Een paar auteurs die extreem veel verdien, en heel veel die niet gehoord worden. Naar mijn mening is dit de status waar we op dit moment in zitten, en eigenlijk al decennia lang in zitten. Om dit te veranderen, moet er drastisch het mes in de rechten, om te beginnen de duur: die moet terug van nu gemiddeld zo’n 120 jaar tot maximaal 30 jaar na publicatie. Dit zal zelfs ten goede komen van actief werkzame auteurs, die daardoor minder hoeven te concurreren met het werk van reeds lang gepensioneerde of overleden personen — het publiek kan zijn aandacht een centen immers maar een keer besteden. Daarmee komen we een stuk dichterbij het optimale punt op de curve van het maatschappelijke rendement van auteursrecht.

                    De nieuwe platformen hebben tot op zekere hoogte wat verandering in de huidige status-quo kunnen brengen, voor een groot gedeelte niet omdat zij het werk van gevestigde partijen stelen (zoals lobbyisten ons graag willen laten geloven, maar dat is aantoonbaar niet waar), maar omdat zij een nieuwe groep auteurs een podium gaven, waarop misschien niet altijd even hoogstaand of cultureel innovatief werk verschijnt, maar wel heel veel geëxperimenteerd en ontdekt wordt. Dat de gevestigde uitgevers nu lobbyen voor regels die dergelijke platforms het bestaan onmogelijk maken is primair om deze concurrentie om zeep te helpen — niet omdat zij zoveel inbreuk op bestaande rechten maken, maar omdat zij de aandacht van het publiek wegtrekken van de producten van de legacy uitgevers. Dat is natuurlijk misbruik van het wetgevingsproces en een vorm van corruptie.

                    1. “Bij het bepalen van wat het juiste niveau van auteursrechten is, moet je niet uitgaan van het inkomen van de auteurs, maar van het algemeen maatschappelijke belang dat we hebben bij het verschijnen van nieuwe werken.”

                      Ik vermoed dat je dat dan voor alle personen gaat doortrekken? Volgens mij moet je het communistisch model eens bekijken, ik zie grote gelijkenissen.

                      Het zou wel handig zijn als ik gewoon een auto uit de parking zou mogen gebruiken ipv er voor te betalen. Ze staan er toch vaak lang 😉

                      1. Ik had ook een beetje zo’n gevoel Alain.

                        Maar ter verdediging van Jeroen: het auteursrecht is naar mijn mening ver, veel te ver, doorgeschoten.

                        Laten we vooral niet vergeten dat het auteursrecht een UITZONDERING is op een een principieel vrije samenleving. Een dergelijke uitzondering mag (en moet eigenlijk) best regelmatig onder de loep genomen, aangevallen worden, om te zien of die nog wel effectief en proportioneel is.

                        Ik denk bijvoorbeeld niet dat het de bedoeling is of was van het auteursrecht dat mensen eenmalig een hit-song maken en de rest van hun leven op hun luie gat in de zon kunnen zitten cocktails slurpen.

                        Of dat mensen vroeger betaald zijn om foto’s te maken die niets meer zijn dan een correcte weergave van het toenmalige dagelijkse leven, maar die we nu nostalgisch-charmant vinden, waar je alleen tegen een een stevige vergoeding gebruik van mag maken, hoewel het gewoon ‘oud nieuws’ is.

                        Of dat iemand (JK Rowling) op basis daarvan in 20 jaar zoveel kan verdienen dat zelfs haar achterkleinkinderen nooit zullen hoeven werken, al zou er niets meer bijkomen (en dat doet het wel, dus laten we er nog maar 3 generaties bij tellen).

                        Of dat een hobbyblogeigenaar 1000€ moet betalen voor een handjevol views van een dertien-in-het-dozijn foto die hij voor een paar euro zelf had kunnen nemen.

                        Het auteursrecht heeft allerlei ‘verdienmodellen’ opgeleverd waar mensen logischerwijs dankbaar gebruik van maken, en waar die mensen natuurlijk geen afstand van willen doen, maar waarvan je je kunt afvragen of dat wel het doel van het auteursrecht is/was.

                        Het auteursrecht is een kunstmatige constructie, geen natuurlijk recht, laten we dat vooral niet vergeten.

                        1. Zelfs het feit dat iemand als JK Rowling een gigantische berg geld heeft verdiend met haar werk, zie ik niet als een fundamenteel probleem met het auteursrecht: het is allemaal gebeurd ruim binnen de periode van zeg 30 jaar die ik als redelijk zie als termijn (en is daarmee een verder argument dat een langere termijn echt niet nodig is!). Haar boeken sloegen gewoon goed aan. Vinden we dit soort dingen excessief, bedenk dan dat het ook kan gebeuren in elke andere handel, en ik denk dus dat we dat op een generieke manier moeten oplossen. Mijn eigen insteek is dat dit gewoon via progressieve inkomstenbelasting moet gebeuren, en, als ultiem middel, via een progressief successierecht, zodat we geen parasitaire bovenkaste krijgen van mensen die nooit hoeven te werken voor hun geld — niet alleen is dat schadelijk voor de maatschappij, het is ook slecht voor de betrokkenen zelf.

                          1. Het probleem is: wat is ‘eerlijk’, wat had JK Rowling mogen verdienen? Jij en ik zullen daar een verschillende mening over hebben, dus daar komen we ook nooit uit.

                            Ik denk dat we het eens zijn dat het huidige AR niet goed is. Jij spreekt van een tijdsbeperking van 30 jaar (en op zich vind ik dat niet zo gek), maar zegt dan meteen: Het is correct wat JKR verdiend heeft, want het is binnen 30 jaar.

                            Daar ga je, mi, de verkeerde kant op. Eerst moet je bepalen wat ‘juist’ is, en dan pas hoe je dat bereikt. Een verkorting van de termijn zou een goed middel kunnen zijn, maar waarom naar 30 jaar, waarom niet naar 50jaar of 10 jaar?

                            Wat mij betreft moeten er drie dingen veeranderen aan het AR 1) De termijn is inderdaad veel te lang 2) Er moet een bepaalde drempel voor de maatschappijverrijkende waarde komen voordat het AR van toepassing mag zijn. Commercieel succes is daarbij geen criterium. Het AR is ontworpen om creativiteit te stimuleren (en daardoor de samenleving te verrijken), niet om (vermeende) creatievelingen stinkend rijk te maken. Dat creatievelingen een fatsoenlijk inkomen uit hun werk kunnen halen is het middel, niet het doel, van het AR 3) Alleen producten/diensten waarvan een bepaald minumum percentage naar de auteur gaat zouden gedekt moeten zijn. Daarmee voorkom je dat populariteit/winst die primair gerelateerd is aan marketing of aan technische uitwerking of aan grondstoffen meelift op het AR. JK Rowlings boeken mogen best beschermd worden, en de liedjes van K3 ook wel, maar moet een Harry Potter hotel of een K3 lunchdoos nu echt beschermd worden. Daarin is het creatieve aspect zodanig klein als onderdeel van het totaal, dat het gewoon niet in overeenstemming is met de creatieve prestatie om die te beschermen onder het AR.

                            1. Ik denk dat ik elders al heb aangegeven dat de correctie op de excessieve winst van JK Rowling gezocht moet worden in algemene regels, zoals progressieve belastingen en successierecht. Daarmee voorkomen we heleboel onnodige complexiteit in het auteursrecht.

                              Inderdaad, naast de duur van het auteursrecht moeten we ook de reikwijdte in de gaten houden. Ik denk dat iets lastiger is, maar dat we daarbij meer moeten kijken naar mechanische vermenigvuldiging versus creatief hergebruik. — Een Harry Potter hotel lijkt me eerder iets voor het merkrecht, en een K3 lunchdoos gebruikt gewoon een afbeelding van K3 neem ik aan, met auteursrecht.

                      2. Ik weet niet waar deze vergelijking met “communisme” op slaat. Ik krijg altijd de indruk dat men naar zo’n kreet grijpt om de discussie te smoren als men geen goede argumenten meer heeft op de inhoud.

                        Ik ga juist uit van heel liberale principes, zoals een vrije markt, of liever, het gebruik van markt-mechanismes om tot een prijs (of waardering) te komen — want “vrije markt” is een paradoxaal begrip: je moet namelijk continue ingrijpen om een markt vrij te houden, maar dat ingrijpen moet dan wel gerechtvaardigd worden. En ik zie het hele concept auteursrecht (en octrooirecht) als een dramatisch grote ingreep op die vrije markt — zonder dat daar een solide rationele onderbouwing voor is.

                        Ik ga ervan uit dat alle wetgeving geschreven is vanuit het algemeen belang, en niet om de belangen van een bepaalde groep boven die van een andere te stellen. Zelfs als het misschien soms anders lijkt, moeten we de rechtvaardiging van zulke wetgeving die een groep beschermd rechtvaardigen vanuit het algemeen belang: en die is heel vaak inderdaad om markten vrij te houden (bv. wetgeving die eisen stellen aan producten tbv consumenten, werkgevers beschermen, enz.), zodat een harmonieuze en enigszins egalitaire maatschappij tot stand kan komen — zonder extreme armoede of rijkdom, maar waar nog steeds significante verschillen mogelijk zijn — omdat dat nou eenmaal op de lange termijn het stabielst en minst gewelddadig is.

                        De auteurswet moet geen vervanging zijn van het sociaal vangnet of een pensioenvoorzieninging: daar hebben we generieke systemen voor. Daarom hoeven we ook niet het salaris van een auteur bijzonder te beschermen (dat zou pas een soort van communisme zijn, en van de BKR zitten de pakhuizen nog vol met onverteerbare troep) — als er op de markt geen vraag is voor zijn werk, dan is het voor iedereen beter als hij een ander beroep kiest, en zijn werk hooguit als hobby voortzet. Het enige waar we voor moeten zorgen is dat die auteur op de markt een faire kans krijgt zijn initiele investering terug te verdienen, en daar mag hij ook best een stevige winst mee maken, als het zo uitkomt.

                        Tenslotte, elke auteur werkt en produceerd zijn werk in een culturele context: is het dan niet meer dan redelijk dat hij uiteindelijk bijdraagt aan diezelfde culturele context waaruit hij zijn inspiratie heeft geput, en die het hem uberhaupt mogelijk maakt een verhaal te vertellen?

                          1. Als dat de definitie van communisme was, dan zou ik een communist zijn…

                            Ik denk dat we in dit soort discussies een variant op Godwin’s law kunnen introduceren: als een discussie maar lang genoeg duurt, is nadert de kans dat iemand een hem onwelgevalig standpunt met communisme vergelijkt 1. Merk op dat ze dat dan meestal associeren met de gigantische misdaden tegen de menselijkheid in de voormalige Soviet Unie of het huidige China.

  2. Naar van dit stuk uit punt 3:

    Hiermee verleg je het procesrisico naar de fotograaf. Als hij in een procedure niet kan bewijzen dat zijn schade meer bedraagt dan wat jij hebt geboden, is hij de verliezende partij en draagt hij de proceskosten.

    Ik had altijd begrepen dat in auteursrecht-rechtszaken men veroordeeld kan worden voor de advocaatkosten van de tegenpartij. Als jij inbreuk erkent (voor de rechtszaak begint) en er alleen onenigheid is over de schade, is het dan nog een auteursrecht zaak? Wat is anders het verschil tussen een fotograaf schade toebrengen door het gebruik van zijn foto of hem schade toebrengen door tegen zijn auto aan te rijden.

    Als je dit door kan trekken, dan kunnen torrent-rechtszaken ook interessant worden. “ja meneer, het klopt dat ik de nieuwste aflevering van deze serie heb gedownload en gedeeltelijk heb geüpload naar 200 mensen. Mijn ruime schatting is dat de rechtenhouder 50 cent krijgt voor elke keer dat er een aflevering hiervan bekeken wordt op Netflix. 50 cent maal 201 inbreuken is 50 euro en 50 cent. Die schade ben ik dus bereid te betalen. Is het meer? Gooi de contracten met Netflix maar op tafel. En als u hierover gaat procederen, dan is het een schade rechtszaak geen auteursrecht en draagt u dus zelf de duizenden euros advocaat kosten voor deze 50 euro schade” Er kan geen deluxe blue-ray box prijzen gerekend worden, want die waren nog niet uit ten tijde van de inbreuk.

    1. Procesrechtelijk gezien is het criterium welke partij in het ongelijk is gesteld. Die moet de proceskosten van de wederpartij betalen. Het is niet “als de rechthebbende wint, mag hij zijn rekening opsturen, en als hij verliest dan betaalt hij liquidatietarief wederpartij”. Als de rechthebbende 100% onderuit gaat, krijgt hij de werkelijke factuur van de aangeklaagde partij.

      Wanneer iemand inbreuk erkent en een redelijke schadevergoeding betaalt* dan is er geen zaak meer, waarover wil je nog procederen dan? En als je gaat procederen zonder belang, dan word je in het ongelijk gesteld.

      Ik denk dat je met 50 cent voor een getorrente video niet heel ver komt, maar in beginsel heb je dus gelijk. Alleen zie je bij zulke rechtszaken dat de grote uploaders worden aangepakt, niet de incidentele downloader. En de schade aangericht door maandenlang de gehele Hollywood top 100 te verspreiden naar tienduizenden mensen, die is geen 50 cent per film.

      • Ik blijf erbij dat je moet betalen en niet alleen moet aanbieden te betalen.
      1. Als ik ruzie heb met mijn buurman over een schutting en loopt uit op een rechtszaak met advocaten en stel een enkele partij krijgt volledig gelijk. Dan kan de winnaar de kosten van de deurwaarde, griffie, etc verhalen op de andere partij, maar niet zijn advocaatkosten, toch? Ik had altijd begrepen dat auteursrecht het enige was waar je ook je advocaatkosten kon verhalen op de verliezende partij. Vandaar de poging in het geval van een foto, de vraag te veranderen van “was er inbreuk en wat is de schade” (auteursrecht) naar “wat is de schade” (geen auteursrecht)

        1. Normaal is het inderdaad zo dat de verliezer in een rechtszaak het zogeheten liquidatietarief moet betalen, dat is grofweg wat jij zegt. En bij IE-zaken (naast auteursrecht ook octrooien, merken en nog een paar dingen) krijg je de wérkelijke kosten.

          Maar de kern hier is dat je niet zozeer de discussie verlegt naar “wat is de schade”, maar dat je je verlies erkent en gewoon de schade betaalt. Dan is er namelijk geen rechtszaak meer nodig. Voert de rechthebbende die toch, dan gaat hij verliezen.

          Als je twist over de hoogte van de schade, dan heeft de rechthebbende een zaak. En als hij die zaak wint, dan krijgt hij de volledige advocaatkosten vergoed. Je ziet dit bij mensen die als verweer hanteren “ja ik pleegde inbreuk maar u had geen schade want ik had maar vijf bezoekers”. Die krijgen 8000 euro advocaatkosten voor de kiezen. Terwijl als die zeggen “ik had die foto moeten kopen, hier is 200 euro” dan is er geen claim meer over.

          1. Bedoel je nou dat ik gewoon een eis van een fotograaf van 2000 euro voor de foto zou moeten betalen, i.p.v. de 75 euro die het anders werkelijk zou zijn, omdat ik anders 8000 advocaat kosten van hem aan mijn broek krijg? Of bedoel je dat ik niet alleen moet zeggen dat ik denk dat de schade maar 75 euro is, maar dat ik die 75 euro ook direct moet overmaken.

            Ik snap dat dit puur hypothetisch is en dat als ik ooit echt zo’n eis zou krijgen dat het beter is om advies in te huren voor die specifieke situatie en niet af te gaan op dit soort algemene hypothetische discussies.

            Edit: Ik zie al dat je dit bij een andere post heb beantwoord. Je eigen goed onderbouwde bedrag direct overmaken.

        2. Het auteursrecht is zo “heilig” dat de EU in de auteursrechtenrichtlijn heeft besloten dat voor dergelijke zaken volledige kostenvergoeding geeist moet kunnen worden (zolang die kosten werkelijk gemaakt en redelijk zijn), wat voor andere soorten zaken in Nederland niet kan, dan gaat men uit van forfortaire advocaatskosten, zelfs als de belangen veel groter zijn. Nogal krom, maar helaas.

    2. (201 maal 50 cent is overigens € 100,50).

      Je vergeet dat je bij de schade ook zou moeten bekijken naar wie deze 201 mensen de film wellicht verder verspreid hebben. Elke film die illegaal op internet komt “begint” bij een persoon die die film wellicht naar een relatief klein aantal personen heeft verspreid. Maar als die hem ook weer verspreiden….

      Het lijkt wel een soort virus.

      1. Omdat tegenwoordig die 200 mensen ook een onrechtmatige daad hebben begaan, kan de eiser ook daar schade gaan eisen. Als hij dat dan inderdaad ook gaat doen of gedaan heeft, moet deze schade natuurlijk in mindering gebracht worden op de schade die de uploader wordt geacht te vergoeden.

  3. Een kleine kanttekening bij dit laatste artikel: volgens mij gebeurt het in de praktijk niet heel vaak dat je rechtstreeks met de fotograaf communiceert.

    Volgens mij geldt in veel van dit soort zaken dat fotografen zijn aangesloten bij een bureautje dat simpelweg regelmatig een database van gepubliceerde foto’s van de bij hen aangesloten fotografen door een dienst als TinEye of Google Reverse Image Search haalt, en die dan elke overtreder aanschrijft. Omdat de inbreuk gewoon vaststaat en rechters geneigd zijn mee te gaan in een staffel met een standaard vermeerdering voor de inbreuk, zal het in de meeste gevallen om een lucratieve en eenvoudige ‘quick win’ gaan. Die bureautjes zullen wellicht niet heel vatbaar zijn voor een (veel) lager schikkingsvoorstel, of afgeschrikt worden door een gang naar de rechtbank.

    Eén ding wat ik wel sterk vond aan deze casus, en wat ik vrijwel nooit zie in veel andere ‘stichting foto anoniem × 3 = klaar’-uitspraken, is een onderbouwde poging van de verdediging om de geclaimde kosten onderuit te halen. In veel andere zaken komt het vaak niet verder dan “Het was maar een heel klein fotootje op een hobby-pagina die drie keer is bezocht, er had ook een ander plaatje gebruikt kunnen worden, en we vinden het wel duur en onzin dat we naar de rechter moeten”, waarna de rechter de geëiste kosten op basis van jurisprudentie en min of meer geaccepteerde praktijk gewoon toewijst.

    Het zou niet onmogelijk moeten zijn om middels een aantal offertes van verschillende fotografen, bij voorkeur inclusief de betreffende fotograaf zelf als je dat voor elkaar kunt krijgen, aan te tonen wat de daadwerkelijk gehanteerde kosten zijn voor dergelijk gebruik in de praktijk, en deze niet onbetwist te laten dicteren door een staffel of een drie jaar oude factuur voor een full-page foto op de homepage van een grote corporatie.

    1. Volgens mij maakt het juridisch geen verschil of je deze aanpak hanteert tegen een fotograaf of tegen een claimbureau. Het principe is “ik heb je schade betaald, wat wil je nou nog van me” en dat geldt bij een bureau net zo goed.

      Let wel, je doet dus geen vóórstel en je gaat niet kibbelen over de hoogte. Je betaalt gewoon wat (redelijkerwijs en onderbouwd) de schade moet zijn geweest. (Dat is dus niet wat zij claimen, maar ook niet 25 euro “want andere fotografen vragen 25 euro”.)

      Ik ken geen rechtszaak waarin mensen een zelf onderbouwd redelijk bedrag hebben overgemaakt en desondanks tot advocaatkosten zijn veroordeeld. Wel zaken waarin mensen met 25 euro aankomen of betwisten dat er schade is, en dán die tarieflijsten tegen zich krijgen.

      1. Ik probeer ook zeker niet te beweren dat er een juridisch verschil is – maar natuurlijk wel een praktisch verschil tussen spreken met een individuele fotograaf die het wellicht niet ziet zitten om daadwerkelijk te gaan procederen, en met een claimbureau voor wie dat het hele verdienmodel is.

        Tip 3 uit het artikel spreekt overigens over ‘onderhandelen met de fotograaf’ en aansluitend spreekt Tip 4 over wat te doen als jouw redelijke bod niet wordt geaccepteerd. Dat is wel een andere aanpak dan degene die je in je reactie noemt: niet onderhandelen, maar gewoon een redelijk bedrag begroten en betalen, en hopen dat de wederpartij daar genoegen mee neemt.

        Ik durf overigens niet te voorspellen of dergelijke claimbureaus dan inderdaad geneigd zijn om het niet tot een rechtszaak te laten komen.

        1. Late edit: Ik zie nu overigens dat de aanbeveling om een redelijk bedrag direct te betalen uit het artikel komt dat aan het einde van deze blogbijdrage gelinkt is. Deze had ik nog niet gelezen, en verduidelijkt één en ander, ook voor wat betreft de te verwachten procesbereidheid van een dergelijk claimbureau. Dank daarvoor.

      2. Ik zie juridisch geen verschil tussen ‘ik heb aangeboden 150 euro te betalen’ en ‘ik heb 150 euro betaald’. Als je aangeeft te betalen maar de wederpartij wil dat niet aannemen, maakt dat bedrag geen onderdeel uit van hun procesbelang.

      3. Maar welk argument heb je tegen fotografen en bureaus die in hun eerste brief al via een advocaat laten lopen en gelijk advocaatkosten en opsporingskosten eisen?

        Ik vind het zelf niet fraai, en ik verdenk een paar van sjoemelen met de advocaat om de rekening zo gepeperd mogelijk te laten zijn. Maar toch, welk argument heb je, als de fotograaf zegt, tsja, die advocaatkosten zijn nu al gemaakt. Dus 200 euro foto, plus 850 advocaat, plus 100 opsporing. En als je het er niet eens bent, rechtszaak en vervijfvoudiging van kosten.

            1. Het idee is dat je geschillen niet nodeloos laat escaleren. Als het met één telefoontje was opgelost, dan is het raar en ongewenst dat jij direct een dagvaarding laat uitbrengen en beslag laat leggen. Dan is de kans groot dat de rechter jou de proceskosten laat dragen, ook al heb je formeel-juridisch gelijk. Hier is een voorbeeld uit het consumentenrecht waarin men direct dagvaardde zonder zelfs maar uit te leggen welk bedrag moest worden betaald.

              1. Ik heb het niet over rauwelings dagvaarden, waarbij er voortijdig en onnodig wordt geprocedeerd. Ik weet dat een rechter daar inderdaad gevoelig voor kan zijn.

                Ik heb het over dat men het eerste verzoek (tot het staken en gestaakt houden) al laat schrijven door een advocaat. Dus zonder dagvaarding. “Namens mijn cliënt wijs ik u op uw inbreuk. Graag X betalen voor de inbreuk. Y voor de opsporing. En Z voor mijn kosten als gemachtigde.” Als je een mail terugstuurt met “Ik betaal alleen X”, betwijfel ik hoe sterk je later staat bij de rechter. Terwijl toch Y en Z vaak veel groter zijn dan X.

                Aan de ene kant snap ik het argument “Ja maar u heeft toch geen advocaat nodig om iemand te vragen om te stoppen met een inbreuk”. Maar aan de andere kant weet ik niet wat het verweer is tegen “Schadevergoeding vragen is mij een beetje te complex, dus ik doe dat liever met een advocaat”.

                1. Op die manier. Nee, dat zal je niet meteen tegengeworpen worden denk ik. Alleen zijn dat geen proceskosten maar zelfgekozen kosten van juridische bijstand. Die komen niet voor vergoeding in aanmerking, hoewel iedere advocaat briesend zal zeggen van wel. (Ze worden vaak wel meegenomen áls het tot een rechtszaak komt dankzij de opstelling van de inbreukmaker.)

  4. “Fotografen spelen dit spelletje vaker dan jij” — het lijkt me dat dat een specifieke subgroep van fotografen is. Ik denk zelf dat redelijke fotografen eerst een kort kattebelletje sturen met het bericht: he, je gebruikt mijn foto op een manier die ik niet goedkeur, wil je daar mee stoppen, zonder gelijk te brullen over schade, etc. Lost een website dit dat dan binnen een redelijke termijn op, dan is er geen probleem. Ikzelf zou nooit zaken doen met een fotograaf die er gelijk met een gestrekt been in gaat. Veel te risicovol. Het liefst zou ik zelfs een register zien van trollen (met een helder gedefinitie van het begrip “trol”), zodat andere partijen ook kunnen besluiten geen zaken te doen met dergelijke trollen (om juridische redenen te vestigen in de VS, zonder een speciale focus of persoonlijke binding met de EU, zodat rechters hier lekker gevolgloos kunnen vonissen dat dit niet mag van de AVG, maar niets kunnen afdwingen, want strijdig met “first amendment”) — of omgekeerd, een register van fotografen met een redelijk inbreukbeleid, en dat als keurmerk uitdelen.

  5. Ik zie hier iemand met een forum, die zijn best doet om de foto te verwijderen en dat gaat helaas fout. Vervolgens wordt hij door de auteursrechtenhouder genaaid op het woord terstond terwijl hij duidelijk van goede wil was.

    Mijn sympathie ligt dan bij degene die redelijk blijft en niet degene die zegt wet is wet ik leg een opgeblazen claim neer.

    Het zijn zaken zoals dit waardoor ik, als software maker en in het verleden als bijverdienste bij gelegenheid huwelijksfotograaf afhankelijk van auteursrecht, op geen enkele wijze meer achter de huidige invulling van het auteursrecht sta en voor een gehele herziening ben, duur mag van mij korter, eisen aan creativiteit hoger en alleen nog volledige kosten toekennen als opzet bewezen is.

Geef een reactie

Handige HTML: <a href=""> voor hyperlinks, <blockquote> om te citeren, <UL>/<OL> voor lijsten, en <em> en <strong> voor italics en vet.