Parkeerder heeft evenwel onverwijld en ononderbroken uitvoeringshandelingen verricht. Dat is juridisch voor “je krijgt geen parkeerboete”. Zo oordeelde het Hof Den Haag recent over een naheffingsaanslag in de parkeerbelastingen van de gemeente Vlaardingen. De parkeerapp deed het niet meteen, maar hoe toon je dat aan?
De burger had zijn auto geparkeerd op een plek waar parkeerbelasting verschuldigd is. Die wilde hij met een parkeerapp voldoen, maar die kon ter plaatse geen verbinding maken. Hij besloot daarop naar zijn afspraak (een advocatenkantoor) te lopen, wat 70 meter verderop was. Daar kon hij wel de parkeeractie afronden.
Dat was om 12:09, dus 2 minuten te laat: een parkeercontroleur had reeds “om 12:07:34 uur geconstateerd dat voor de auto geen parkeerbelasting was voldaan en dat in de auto geen ter plaatse geldige parkeervergunning aanwezig was.”
Nu denkt u misschien, je hebt toch altijd 5 minuten om te betalen? Nou nee, dat is geen harde termijn die landelijk gelijk is. Vlaardingen hanteert een coulance termijn van één minuut, zo lees ik in het arrest. Bovendien had de parkeercontroleur niemand bij de auto of op route tussen de auto en de parkeerautomaat gezien.
Wie met de app wil betalen, moet dus bij de auto blijven staan om aan de controleur te laten zien dat hij bezig is. Nee, dat vond ik ook een beetje een gekke. Gelukkig voor parkerende burgers zijn zowel rechtbank als Hof het ermee eens dat dát niet de bedoeling is.
Wel is het zo dat jij moet aantonen dat je “onverwijld en ononderbroken” (zeg maar: als eerste en zo snel mogelijk) die parkeeractie afrondt. Maar hoe toon je aan dat je dat deed? Het Hof hanteert geen harde tijdsgrens (zoals die 5 minuten) maar geeft een vrije bewijsruimte:
Belanghebbende heeft gesteld en ter zitting van het Hof onweersproken bevestigd dat hij meteen na het parkeren, nog zittend in zijn auto, heeft geprobeerd het kenteken van de auto aan te melden via de parkeerapp op zijn mobiele telefoon. Toen dat niet lukte, is hij, omdat het eerder op die manier ook goed was gegaan, meteen naar het kantoor van zijn advocaat gelopen, alwaar het aanmelden wel lukte. Dit heeft alles bij elkaar een paar minuten geduurd, aldus belanghebbende. Gelet hierop is het Hof van oordeel dat belanghebbende vanaf de aanvang van het parkeren onverwijld en ononderbroken handelingen heeft verricht gericht op het betalen van de verschuldigde parkeerbelasting. De omstandigheid dat belanghebbende naar het kantoor van zijn advocaat is gelopen, dat ongeveer 70 meter van de parkeerplaats was gelegen, maakt voormeld oordeel niet anders, aangezien hij dat deed met het primaire oogmerk om aldaar de parkeerapp in werking te stellen.
Oftewel, leg maar uit wat je deed vanaf het moment dat je de auto parkeerde. Als dat een coherent verhaal is waaruit blijkt dat je zo snel mogelijk die app aan de praat wilde krijgen, dan is het goed.
Dit is een andere uitkomst dan die zaak in december, waar de parkeerder inlogproblemen had en achttien minuten nodig had om het op te lossen. Omdat hij was weggelopen van de auto, “is het risico ontstaan dat er in de tussenliggende tijd een parkeercontrole plaatsvond. De gevolgen hiervan komen voor rekening en risico van eiser.” Aldus de rechtbank in die zaak.
Met het criterium van dit Hof had die zaak denk ik anders uitgepakt: het lijkt erop dat die parkeerder ook onverwijld en ononderbroken bezig was met parkeerbelasting betalen. Tenzij je zegt, de app herinstalleren en het wachtwoord resetten valt daarbuiten. Het lijkt erop dat de rechtbank gewoon die achttien minuten hoe dan ook te veel vond.
Arnoud