Mag de huisbaas je een smart lock opdringen?

Een lezer vroeg me:

Wij wonen in een studentenhuis met acht mensen. Onze huisbaas (een particulier met nog een paar panden) heeft recent aangekondigd de bellen en voordeursloten te komen vervangen, en wel door zogenaamde smart locks. Dat zou handiger zijn in verband met wisselende bewoners en nagemaakte sleutels, maar er zit een camera op zodat hij kan meekijken (in theorie). Plus, ik ken die dingen en weet dat ze vaak hartstikke lek zijn. Zijn wij verplicht zo’n slot te accepteren?

Hoofdregel onder de wet is dat de deurbellen en de sloten voor verantwoordelijkheid van de huurder zijn. Deze vallen onder het kopje klein onderhoud, en daar draait de huurder voor op. Ergens wel logisch ook, het is immers op dat moment mijn huis dus ik wil bepalen hoe de bel werkt (en klinkt), en ik kan zo kiezen voor het soort slot dat ik wil. Extra sterk met politiekeurmerk of juist iets simpels – het is mijn verzekering en mijn risico.

Natuurlijk kun je hier andere afspraken over maken. Als de verhuurder aanbiedt om op zijn kosten een duur inbraakproof slot te plaatsen, en jij vindt dat een goed idee, waarom dan niet. Uiteraard betekent dat niet dat de verhuurder dan een reservesleutel mag hebben, laat staan ermee naar binnen mag gaan. Maar met wederzijds goedvinden mag zoiets prima.

Een smart lock klinkt leuk, en zeker in studentenhuizen en andere plekken met veel verloop kan ik me iets voorstellen bij het gedoe dat sleutelbeheer dan geeft. Deurcodes kun je makkelijker wijzigen dan sleutels, en in ieder geval een stuk goedkoper. En als je met vingerafdrukken werkt, dan heb je ook meer mogelijkheden om niet meer welkome personen te weren. Maar desondanks zie ik geen mogelijkheden om dit te doen zonder instemming van de huurder, althans bij zijn woongedeelte.

Bij de algemene voordeur ligt dat anders. Het portiek en de gemeenschappelijke ruimtes zijn namelijk de verantwoordelijkheid van de verhuurder, wat ook weer logisch is want uiteindelijk kun je daar nooit één huurder voor verantwoordelijk stellen. Daar zou de verhuurder dus eenzijdig kunnen kiezen om een zelfgekozen slot te monteren.

Er is geen specifieke regelgeving over wat voor soort slot dat dan moet zijn, zodat hij dus in beginsel vrij is om een als “smart lock” in de winkel liggend ding te monteren. Maar een verhuurder moet natuurlijk wel zorgvuldig te werk gaan, en ik denk dat je daar wel een punt hebt gezien de brakke reputatie van veel van die sloten. Het is alleen in zoverre oneerlijk dat je als huurder dan met onderbouwing moet komen waarom het slot onveilig is, terwijl de verhuurder alleen maar hoeft te zeggen “hij komt van de slotenmaker en er staat ‘Super Secure’ op de doos”. Maar zo is het recht, vrees ik.

Arnoud

Mag dat, gratis wonen als je mee laat kijken in je bed?

Aangeboden: een jaar lang goedkoop wonen, zo meldde het FD onlangs. Ingebouwde sensors meten hoeveel je slaapt, wat je doet met ‘slimme’ huishoudelijke apparaten, hoeveel tijd je doorbrengt met social media, of je nog genoeg beweegt. Behoorlijk indringend maar er staat iets tegenover: hoe meer je laat meten, hoe lager je huur wordt. In theorie zou je zelfs geheel gratis moeten kunnen wonen als ze letterlijk álles van je mogen weten. Inclusief je Brown Big Data dus, de sensoren in de riolering. Een mooi initiatief, maar diverse lezers kregen er de vraag door, mag dat eigenlijk wel van de AVG?

Het Brainport Smart District in Helmond heeft als ambitie een toekomstwijk te zijn: een veilige, veerkrachtige wijk met sociale samenhang met, voor en door bewoners. De focus ligt op integratie en diensten voor de bewoner, dit in tegenstelling tot eerdere experimenten waarbij de focus lag op datagraaien voor de techbedrijven erachter (zoals Toronto). Veelzeggend vond ik de uitspraak van een voorlichter dat “data is arbeid”, arbeid mag best beloond immers.

Zo op het eerste gezicht lijkt er weinig mis met de opzet, juridisch gezien. Je gaat daar wonen terwijl je duidelijk weet wat er gaat gebeuren, daar zie ik wel een vrijwillig gegeven toestemming in. Die kun je intrekken, zelfs getrapt – deze week even de slaapkamer niet – en daar doet dan niemand moeilijk over. Volgens mij zit dat AVG technisch wel snor.

In het huurrecht is deze constructie een nieuwe volgens mij. Op zich is het nogal ongepast voor een verhuurder om te snuffelen in de privézaken van zijn huurder. Een verhuurder heeft het recht niet eens om het pand te betreden, om eens wat te noemen. Dus camera’s of sensoren, dat mag allemaal niet. Maar met toestemming mag er natuurlijk heel wat meer.

De enige mogelijke juridische vraagtekens kun je volgens mij zetten bij hoe vrij die toestemming echt is, omdat er immers keihard geld (en vast geen tientjes) tegenover staat aan korting op de huur. Het argument zou dan zijn, mensen gaan er heen met het idee dat het wel meevalt met die sensoren, en als ze dan ontdekken dat ze het onprettig vinden dan is die huurkorting al het budget ingeslopen zodat ze niet vrijelijk nee meer kunnen zeggen. Die gaat me wat ver, maar in de lijn van de cookiemuur-uitspraak van de AP is het verdedigbaar.

Arnoud

Schotel moet van gevel wegens internet, is dat nieuws?

Voor het eerst heeft een huurder van een rechterlijk college te horen gekregen dat hij zijn schotelantenne moet verwijderen omdat er via internet voldoende alternatieven zijn, las ik in de Telegraaf. Ehm, nee. Dit is geen nieuws, het is niet voor het eerst en dit soort zaken zijn niet vernieuwend of moeilijk. Hooguit tentamenvragen voor eerstejaars studenten ICT-recht. Maar het is kennelijk wel nieuws want “Het vonnis zou wel eens bepalend kunnen zijn in vergelijkbare zaken”. Dat kan immers met elk vonnis.

Het probleem dat mensen schotelantennes ophangen aan hun appartement en de verhuurder (of de buren) dat niet mooi vinden, is volgens mij al zo oud als, eh, schotelantennes. Uitgangspunt is dat het ophangen van een schotelantenne valt onder de informatievrijheid, een grondrecht (EHRM 16 december 2008, NJ 2010, 149). Dit mag dus alleen worden verboden als daar zwaarwegende belangen voor zijn (én er een duidelijke grondslag voor is, bv. een clausule in het huurcontract). Enkel dat je eigenaar bent van het pand, maakt je niet bevoegd huurders te verbieden een schotel op te hangen.

Bij veel zaken zetten ze echter de boel op z’n kop: de vraag is dan “is de schotel wel nodig” maar de vraag moet zijn “is het inroepen van het verbód wel nodig”. Maar nou ja, uiteindelijk komt het altijd neer op een afweging van belangen. Hoe ernstig is de schotel nodig en hoe belangrijk is het mooie aanzicht van het pand en de belangen van de buren die ineens zo’n wit ding hebben in plaats van een uitzicht.

Al in 2010 blogde ik over een vergelijkbare zaak waarin “ga maar internetten” als argument werd gebruikt om een schotel eraf te laten halen:

Voorts geeft artikel 10 EVRM geen recht op gratis informatie. Huurder heeft niet gesteld of aangetoond dat de kosten van de alternatieven zodanig hoog zijn dat hij deze redelijkerwijze niet kan betalen, terwijl bovendien van hem verlangd kan worden de mogelijkheden van het internet te beproeven.

Desondanks stortte de wereld niet in en gingen verhuurers zich niet massaal op dit “bepalende” vonnis beroepen. Sterker nog, in een zaak uit 2011 oordeelde de rechtbank juist dat de “zuiver esthetische belangen” van een antenneloos pand en de boosheid van andere bewoners dat hun antenne er wél af, samen niet genoeg grond waren om de antenne van de eiser uit deze zaak weg te laten halen.

Maar toegegeven, in recente zaken zie je wel vaker het argument “u kunt dit toch allemaal via internet bekijken, waarom moet er dan zo’n overlastgevende schotel”? En dat snap ik ergens wel: als je dezelfde kwaliteit en kwantiteit informatie kunt krijgen via een niet-overlastgevend kanaal, dan is het wel reëel om te verlangen dat je dat eens probeert. Toch?

Ik begrijp de overweging dus van de rechter, maar om nou te zeggen dat dit een verrassend vonnis is, nee.

Arnoud