Ruim 5.000 mensen melden zich om abonnement met ‘gratis’ smartphone

telefoon-smartphone-kinderen-schoolZeker 5.000 mensen hebben zich gemeld bij juridischeclaimclub ConsumentenClaim, omdat ze bij het aangaan van een abonnement met smartphone mogelijk niet duidelijk is verteld hoeveel de smartphone kost. De Hoge Raad bepaalde in februari dat een mobieletelefonieabonnement met all-in prijs voor toestel en gesprekskosten niet rechtsgeldig is, omdat dit moet worden gezien als een kredietovereenkomst waarvoor strenge regels gelden. Al deze abonnementen zijn nu van rechtswege ongeldig (nietig), en de consument mag niet eens een bedrag in rekening worden gebracht voor het toestel. Auw.

Al eerder bepaalde de HR dat een telefoonabonnement met een gratis GSM telt als een koop op afbetaling. Men werkt nu verder uit wat dit betekent voor al die abnonementen die gesloten zijn onder onjuiste toepassing van de regels. En dat gaat met de botte bijl: die zijn nietig, de zwaarste straf die een rechter een contract kan geven. Zo’n contract wordt geacht nooit bestaan te hebben. Dus niet: we schrappen het stukje onredelijkheid. Of: we lezen dit welwillend als X of Y dat wél legaal is. Nee, we hebben hier te maken met consumentenbescherming en wie de consument niet beschermt, krijgt het keihard voor de kiezen: contract, niks contract. U gaf gratis telefoons weg en liet mensen gratis bellen, wat aardig van u. Nee, niks te vorderen, de groeten.

Oké, juridisch ligt dat natuurlijk genuanceerder. Wanneer een overeenkomst wordt vernietigd, betekent dat niet dat je dus zomaar mag houden wat je heb gekregen of wegkomt zonder vergoeding. Je hebt dan immers een ding in je bezit (zoals die telefoon) zonder dat je daar recht op hebt. Die moet terug, die is nooit van jou geweest want zonder overeenkomst geen eigendomsoverdracht. En je hebt ook een dienst afgenomen zonder contract, daar moeten we ook wat mee.

Toestel terug dus. Maar goed, dat is nu een paar jaar oud en ongetwijfeld fors gebruikt. Dan gaan telecomjuristen natuurlijk schadevergoeding vragen voor de waardevermindering of compensatie voor het ‘genot’ van deze onverschuldigd verkregen zaak. Logisch, alleen (en hier gaat het pijn doen) dat mag niet bij dit soort situaties. De consument hoefde niet te weten dat hij het toestel zou moeten teruggeven, en dan kun je niet verlangen dat je hem mag aanslaan voor de waardevermindering. Ook andere juridische trucs (zoals houderschap te kwader trouw, ongerechtvaardigde verrijking, ‘genot’-compensatie) worden preventief alvast afgeschoten. De HR kent haar pappenheimers. (Of beter gezegd, de kantonrechter die de HR om hulp vroeg kent haar pappenheimers want die noemde in de vraag al alle mogelijke trucs.)

In het algemeen mógen zulke trucs niet, aldus de HR:

[Toekennen van een vergoeding op zo’n grond] zou bovendien afbreuk doen aan het vereiste dat de sanctie op schending van art. 7:61 lid 2 BW doeltreffend en afschrikwekkend moet zijn (zie hiervoor in 3.7.1). Om deze redenen is een vergoeding op grond van art. 6:212 BW in strijd met de strekking van deze bepalingen en derhalve onredelijk. Dit geldt ook voor een vergoeding met als grondslag de aanvullende werking van redelijkheid en billijkheid.

Stichting Consumentencaim pakt gelijk door op nog een ander punt. Die all-inprijs was bedoeld voor het abonnement als zodanig én als aflossing van de aanschaf van de telefoon. Maar dat mag niet, die aflossing verstoppen in een all-inprijs. Plus, die prijs ging nooit ineens omlaag nadat de telefoon was afbetaald. Dus daar klopt nóg iets niet. En dat is wat men wil gaan aanvechten bij de rechter in die massaclaim.

Dat wordt helemaal nog een leuke. Het voelt gek dat je daar zou toestaan dat providers zeggen “de telefoon was x euro per maand” en dan dat terugbetalen. Dat is dan immers toch iets van belonen voor een illegale constructie. Maar het alternatief is zeggen “dat maandbedrag is ongeldig want je wist niet wat je ervoor kreeg” want dan komt het neer op gratis bellen. En dat voelt ook weer wat onredelijk. Ik vermoed dus dat de rechter daar dan toch een (laag) bedrag per maand gaat kiezen dat als belkosten geldt, en dat de rest terug moet.

Arnoud

Telefoonabonnement met ‘gratis’ gsm is koop op afbetaling

telefoon.jpgWie een telefoonabonnement met toestel afsluit, valt onder de regels van koop op afbetaling. Dat bepaalde de Hoge Raad vorige week. Dat providers allerlei benamingen en constructies verzinnen om dit anders te maken, gaat ze niet helpen: het gaat hier om consumentenbescherming en dan moet je kijken naar de bedoeling en strekking van de wet. Je mag dan door die constructies heen prikken en het beestje bij de naam noemen.

De zaak draaide om een vrouw die meerdere telefoonabonnementen had afgesloten (waarom is me niet duidelijk) en vervolgens niet betaalde. De provider wilde dit bij de rechter afdwingen, en de kantonrechter besloot de Hoge Raad nu eens te vragen hoe je moet omgaan met zulke kwesties. Dat heet ‘prejudiciële vragen’, en het is een tikje flauw dat een juridische hulplijn te noemen maar dat is het wel.

De vraag is belangrijk, want de juridische kwalificatie van een transactie kan behoorlijk uitmaken voor de rechten en plichten. Als een abonnement met telefoon bijvoorbeeld kan worden aangemerkt als koop op afbetaling (art. 7a:1576 BW) , gelden bijzondere wettelijke regels. Zo kun je dan niet bij wanbetaling zomaar het gehele restbedrag ineens opeisen (art. 7a:1576c BW). Ook zijn er regels over consumentenkredieten (afd. 2a boek 7 BW), en daarvan kun je spreken als mensen een product krijgen en pas na twee jaar daarvoor betaald hebben. En ook die regels beschermen de consument.

De provider had gesteld dat de telefoon een gratis weggevertje was, en dat men alleen betaalde voor telefonie en dergelijke diensten. En een kadootje doen bij een abonnement maakt dat abonnement nog geen koop op afbetaling, en van een krediet kun je dan al helemaal niet meer spreken. Dat voelt een tikje als een truc, zeker als je je (zoals opa Arnoud) wat oudere reclame en foldertjes herinnert waarin toch stond dat je de telefoon niet gratis krijgt maar betaalt via je abonnementstermijnen. En aangeklaagd werd voor de telefoonwaarde als je je contract ontbond.

De HR heeft ook geen zin in spitsvondige juridische trucjes maar is verrassend fris en simpel:

[Het is] het meest in overeenstemming met de financiële en bedrijfseconomische werkelijkheid, de verwachtingen die partijen mogen hebben en de consumentenbeschermende strekking van de hiervoor bedoelde wettelijke regelingen, om tot uitgangspunt te nemen dat de overeengekomen, door de consument te betalen maandbedragen niet alleen betrekking hebben op de vergoeding voor de door deze af te nemen telecommunicatiediensten, maar mede strekken tot afbetaling van een koopprijs voor de mobiele telefoon.

Oftewel: zonder tegenbericht is een telefoon bij een abonnement een koop op afbetaling. De provider mag proberen te bewijzen dat het anders is, maar hij zal dan in ieder geval moeten laten zien dat de consument nooit een cent betaalt en hoeft te betalen voor de telefoon. En dat zal niet meevallen als de abonnementen mét telefoon duurder zijn dan die zonder (de sim only abonnementen).

Lukt dat niet, dan mag de consument de overeenkomst vernietigen wegens strijd met de eisen van koop op afbetaling en consumentenkrediet. Maar omdat het gaat om een deel van de overeenkomst, alleen de telefoon immers, kan de rechter ook besluiten om alleen dat deel te vernietigen (art. 3:41 BW) en de rest van de overeenkomst in stand laten.

Voor het argument dat dit wel érg vervelend is voor de providers, is de Hoge Raad niet gevoelig. De wet is de wet, en er stáát geen uitzondering voor telecommunicatiedienstverleners die telefoons op afbetaling verkopen in de wet.

Cynische Arnoud vraagt zich nog steeds af of bedrijven door dit soort uitspraken hun beleid gaan aanpassen.

Arnoud