Europees Parlement wil niet langer bitcoin en ethereum verbieden

Dat las ik met enige verbazing bij Tweakers. Wilde men deze virtuele valuta verbieden? Nee, maar wel een onderliggende technologie, namelijk proof-of-work validatie verbieden vanwege het hoge energieverbruik. Het Europees Parlement heeft namelijk een passage over het verbieden van cryptovaluta die te minen zijn met proof-of-work geschrapt uit de regelgeving over digitale eigendommen. In plaats van een direct verbod, wil het Europees Parlement dat investeringen in cryptovaluta met proof-of-work onder niet-duurzame investeringen komen te vallen.

Al langere tijd woedt er een discussie over het energieverbruik van bitcoin specifiek en cryptovaluta in het algemeen. De New York Times meldde vorig jaar september bijvoorbeeld dat gebruikers van Bitcoin meer energie verstoken dan Finland. Het land dus. Dat komt omdat voor iedere mining van bitcoins een serie complexe berekeningen moet worden gemaakt, waarbij die complexiteit periodiek ook nog toeneemt omdat rekenkracht van computers dat ook doet. Die berekeningen vreten enorme hoeveelheden energie.

Het bekendste alternatief heet proof of stake, en dat is een stuk energiezuiniger. Het lastige is enerzijds dat nog geen enkel groot cryptocurrency-netwerk op proof of stake zit, en dat dit zeker bij Bitcoin nooit zal gebeuren vanwege de enorme investeringen die mensen in bitcoin-mining computers hebben gedaan.

Europa is bezig met een richtlijn om cryptocurrencies te reguleren, en als deel van de discussie daar omheen kwam de klimaatimpact van deze virtuele valuta’s naar boven. Dat leidde tot een amendement dat cryptocurrencies verbood te werken met proof of work, wat effectief dus de doodsteek van bitcoin zou zijn en waarschijnlijk ook van ethereum. Die werken ook met POW maar daar is de kans iets groter dat men overstapt naar POS. Maar dat is dus nu van tafel.

Het nieuwe voorstel is om deze discussie te verhuizen naar een geplande Verordening over sustainability. Effectief zal het gevolg daarvan zijn dat Bitcoin en Ethereum minder interessant worden voor grote organisaties en investeerders. Het plan hier is namelijk om technologieën te labelen naar hun milieu-impact, waarbij het gebruik van ‘slechte’ technologie wordt ontmoedigd (even heel kort gezegd). Een verbod is dat niet, maar als er geen groot geld meer komt voor ontwikkeling en productvernieuwing dan komt dat op hetzelfde neer, volgens mij.

Arnoud

 

Het Nieuwe Rijden met je iPhone: merkinbreuk?

app-ald-ecodrive.pngVolgens mij het eerste vonnis over iPhone apps (via) versus het merkenrecht. Het bedrijf Pardoel had een snelheidsbegrenzer ontwikkeld en deze in de markt gezet onder de naam Ecodrive. Deze naam is ook als woordmerk gedeponeerd. Doel van de begrenzer is te zorgen dat de automobilist milieuvriendelijker (“groener”) gaat rijden.

Het bedrijf Axus had een iPhone applicatie ontwikkeld die “ALD Ecodrive” heette, waarmee je je rijgedrag kunt analyseren en zo milieuvriendelijker kunt gaan rijden. De app was gratis via de Apple Appstore te krijgen, en via www.aldecodrive.nl kun je meedoen aan de “ALD Ecodrive Challenge”, een competitie tegen andere gebruikers.

Pardoel stapte naar de rechter omdat de app hun merk gebruikte, en wel voor sterk gelijkende diensten: een app op een smartphone om milieuvriendelijk te rijden komt immers erg in de buurt van een hardwareapparaat om milieuvriendelijk te rijden.

De rechter oordeelt echter dat geen sprake is van inbreuk, omdat het merk “Ecodrive” naar alle waarschijnlijkheid nietig is. Het is beschrijvend voor snelheidsbegrenzers en -controleapparaten. Axus had namelijk allerlei stukken in het geding gebracht waaruit blijkt dat “ecodrive” een gebruikelijke Engelstalige term is voor milieuvriendelijk rijden, zoals opleidingsinstituut Ecodrive of dit rapport van SenterNovum:

The Dutch Ecodrive programme “Het Nieuwe Rijden” (from hereon “Ecodrive-programme” or “Ecodrive”) is an instrument with the objective of stimulating more energy-efficient purchase- and driving behaviour.

En tsja, als het zó breed gebruikt wordt als algemene term dan heb je geen recht op merkbescherming.

Eerder verloor Pardoel ook een procedure bij de SIDN over de opeising van Ecodrivenederland.nl. De arbiter zei toen:

De termen ‘ecodrive’ en ‘ecodriving’ wordt al sinds vele jaren als beschrijvende aanduiding gebruikt door onder meer de Nederlandse overheid voor activiteiten met betrekking tot zuinig rijden. Ook is de term beschrijvend voor de diensten die de verweerder daadwerkelijk aanbiedt onder de domeinnaam.

In dit vonnis merkt de rechter nog op dat Axus de naam ‘Ecodrive’ niet als handelsnaam gebruikt, ook niet bij de Challenge-site: daar staat die naam alleen als aanduiding van de applicatie, niet als aanduiding van hun bedrijf. En dat is maar goed ook, want als ze wél hun site Ecodrive hadden genoemd, hadden ze het op het handelsnaamrecht waarschijnlijk verloren. Een handelsnaam hoeft namelijk niet onderscheidend of creatief te zijn.

De eis over slaafse nabootsing wordt ook afgewezen, omdat “een software applicatie niet een nabootsing kan vormen van een fysiek product”. In dit geval billijk, maar in zijn algemeenheid lijkt het me wel degelijk mogelijk dat een iPhone app een slaafse nabootsing is van een dedicated hardware kastje. Slaafse nabootsing kán ook tussen websites spelen, zo bleek al eerder. (Kent iemand zulke apps?)

Arnoud