Een technische storing op je korting-zaterdag is oneerlijke reclame

kruidvat-30-procent-korting-zaterdag-storingWie reclame maakt met “Alléén deze zaterdag 30% extra korting op Lego en Playmobil” en dan op die zaterdag een grote storing heeft, maakt misleidende reclame. Dat las ik bij ITenRecht.nl. Nu is de RCC geen rechter, maar de Reclame Code sluit wel aan bij het Nederlands recht. En het punt is wel vaker langsgekomen: als je mensen lokt met aanbiedingen of kortingen, en vervolgens “technische storing” zegt, waar staan mensen dan?

De Kruidvat had 14 november vorig jaar een Lego- en Playmobil-actie: alleen die dag 30% korting. Kennelijk is goedkope Lego (en Playmobil, maar die boeit mij minder) iets heel bijzonders, want het was nogal druk, zowel in de winkel als in de webshop.

Dat kopen ging niet zonder problemen, zo lees ik op diverse plekken. Producten niet selecteerbaar, een checkout die niet werkt, levering met ontbrekende producten en ga zo maar door. Oké, dat kan allemaal gebeuren, maar een tikje raar is het wel.

Helemaal raar is de situatie waar de RCC-klaagster over viel:

Toen klaagster die dag via de website een Lego product wilde bestellen, werd daarbij geen 30% korting-label weergegeven en bij plaatsing van het artikel in het winkelmandje werd ook geen korting berekend. Klaagster legt een screenshot over als bewijs dat geen korting werd toegepast op haar bestelling.

De Kruidvat hield het erop dat “er die dag een technische storing is opgetreden op de website waardoor bij een aantal artikelen geen korting is verleend.” Een fout is nog geen misleiding, met andere woorden: aan een storing kun je niets doen.

De RCC (althans de voorzitter) ziet dat anders: als je zegt, 30% korting op álle Lego, dan moet er 30% korting op álle aankopen van Lego zitten. Anders is het misleidende reclame. Dat de reden voor de niet-korting een technische storing is, maakt niet uit. Dat is jouw probleem als winkel. Je moet je zaakjes dus gewoon goed op orde hebben, en overmacht of programmeerprutswerk kun je niet als excuus aanvoeren.

En de “op=op” dan, die er toch bij (vele) uitingen en de webshop duidelijk bij stond? Dat is op zich een argument voor de winkel. Je weet dan als klant dat je teleurgesteld kunt worden. Op zich terecht. Alleen: bij deze klaagster gaat dat niet op, want de korting niet tonen is wat anders dan “sorry, het product is op”.

Meer algemeen blijf ik me wel afvragen hoe makkelijk je mag gooien met “op=op”. Mag je niet verwachten van een beetje webwinkel dat ze realtime voorraadbeheer kunnen doen? Dus als ik er eentje in de winkelwagen duw en bestel, dat ze dan wéten “dit kan, er is er nog eentje” versus “ai, we verkopen net de laatste, 410 sorry”? Het is nogal storend om eerst een keurige bestelbevestiging te krijgen en daarna “helaas, u bestelde iets dat ondertussen uitverkocht was”. Al is het maar omdat de actie dan meestal allang afgelopen is.

Of leg ik de lat nu te hoog? Moet je bij op=op maar beseffen dat het een gok is, die bestelling, en dat het pas zeker is als de bestelling er is?

Arnoud

Mag je met een Kruidvat-GPS-tracker je kind in de gaten houden?

spotter-gps-tracker-kruidvatWeet altijd precies waar je kind is en maak contact in geval van nood, met de Spotter. Met die tekst adverteert de Kruidvat haar nieuwste product: een GPS-tracker die verbindt met een app op de telefoon van de ouders, zodat je altijd weet waar je kind is. Of je bagage (“Ideaal voor op vakantie!”), maar primair toch je kind als ik de advertentie goed lees. Dus u voelt hem al aankomen: eh, mag dat, met zo’n GPS-tracker je kind in de gaten houden?

Ook kinderen hebben recht op privacy, maar je zit dan wel meteen in een spanningsveld: als ouders heb je de plicht je kind op te voeden, en opletten hoe het gaat met je kind en waar die zoal uithangt, is deel daarvan. Die informatie botst met de privacy van het kind, en er is geen algemene regel die zegt dat het dan dús mag of dús niet.

In de gastblog van Noortje Mulder van afgelopen zomer ging het om meekijksoftware: chats en mails van je kind scannen. Hier gaat het om een minstens zo vergaande inbreuk: live zien waar je kind zich bevindt. Zoals Noortje het formuleerde:

[W]anneer gaat ouderlijk toezicht nu te ver? Deze vraag is lastig te beantwoorden, gelet op de dubbele rol die ouders hebben ten aanzien van de privacy van het kind. Enerzijds dienen zij het kind te beschermen, waardoor zij de privacy van het kind mogen beperken. In de meeste gevallen zal het beschermingsbelang van het kind een beperking van diens recht op privacy door de ouders rechtvaardigen. Anderzijds dienen zij zich niet onnodig te mengen in het privéleven van hun kind, laat staan bewust inbreuken daarop te maken.

Het belangrijkste is: opvoeden dient als doel te hebben het kind zelfstandig te laten worden. Je moet dus het GPS-volgen binnen dat kader kunnen verantwoorden. Waarom is dat nodig, en hoe wordt het kind er later beter van?

Bij een heel jong kind zou je kunnen zeggen, ik wil zien waar hij/zij is zodat ik bij verdwalen snel kan ingrijpen en het kind kan ophalen. Het kind leert dan zelfstandigheid (vrij rondlopen of -fietsen) maar er is een vangnet. Bij een wat ouder kind zal het minder snel gaan om verdwalen maar eerder om gaan naar ongewenste plekken of personen (“is mijn dochter nu alweer bij die rare gast die vier jaar ouder is”). Daar is ook wel een haakje naar zelfstandigheid te verzinnen, maar het wordt wel lastiger vind ik. Hoort bij zelfstandig worden niet ook een stuk je neus botsen en daarvan leren?

Dus nee, er is geen pasklaar antwoord of dit mag of niet. Het gaat om waarom je het doet, hoe oud je kind is en wat je wilt bereiken.

Hoe zouden jullie als kind (kies zelf je leeftijd) hebben gereageerd als je zo’n tracker in je tas had gevonden? En niet “wauw wat gaaf, die bestonden niet toen ik 9 was dus dan ging ik het gauw patenteren” maar het privacystuk dus 😉

Arnoud