Kan Google iets patenteren dat de uitvinder al in het publiek domein had gestopt?

Internetgigant Google probeert een patent te krijgen op een compressietechniek die asymmetrische numerieke systemen (ANS) heet. Dat is opmerkelijk, zo las ik bij Ars Technica, omdat het in 2014 al bedacht is en door haar uitvinder (Jarek Duda) toen in het publiek domein is geplaatst en al diverse bedrijven (waaronder Facebook, Apple en Google) hier implementaties van in gebruik hebben. Dus hoe kan Google dan nu in 2018 een octrooiaanvraag hebben op deze innovatie?

Meelezende octrooigemachtigden denken nu waarschijnlijk, Google was vast eerder met de aanvraag. Immers, het is mogelijk dat bedrijf A iets aanvraagt en dat daarna persoon B het opnieuw uitvindt en publiceert in het publiek domein. De octrooiaanvraag van A is dan eerder dan B’s publicatie, en dan kan er gewoon rechtsgeldig octrooi verleend worden. Maar nee: Googles aanvraag is uit 2015 en Duda’s publicatie is van november 2013. Sterker nog, Googles aanvraag nóemt Dudek gewoon als prior art (alinea 92). Geen twijfel dus, Duda was eerder.

Het lijkt erop dat Google een oude truc in stelling heeft gebracht. Het is namelijk mogelijk om binnen een reeds gedane uitvinding een octrooi te vestigen op een specifiek aspect of een bijzondere implementatie. Dat iemand een bepaalde uitvinding heeft gepubliceerd, betekent namelijk niet dat het gehele idee in al zijn mogelijkheden en alternatieven nu vrij van rechten is. Als iemand een truc daarbinnen weet te verzinnen, dan kan die nog steeds worden geoctrooieerd.

In dit geval lijkt Google te zeggen dat zij twee varianten van Duda’s uitvinding heeft gecombineerd, de zogeheten Boolean ANS en symbolische ANS encoders. Ieder blokje input wordt door beide encoders verwerkt, en afhankelijk van de resultaten wordt het ene dan wel het andere verwerkte blokje opgeslagen in de output. De details ontgaan me een beetje maar het idee lijkt te zijn dat je zo kunt kiezen wat de handigste, snelste of beste encoding geeft. Daarmee encodeer je net wat beter dan wanneer je een van de twee gebruikt voor de hele datastroom.

Heel spannend lijkt het me niet, maar het past binnen het idee dat je een verbetering op andermans uitvinding in principe mag octrooieren. Natuurlijk moet je verbetering dan wel inventief zijn ten opzichte van het basisidee, en het Europees Octrooibureau vond alvast dat dat niet het geval is. Ook het USPTO zal naar mijn inschatting erg streng zijn, vanwege de Alice-uitspraak waarmee vrijwel ieder software-patent nu naar de prullenbak verwezen wordt.

Arnoud

Kan een prior art generator alle patenten ongeldig maken?

US patent 167841Wat te doen tegen patenttrollen die met dubieuze octrooien op vage ideeën claims leggen? Er zijn allerlei plannen voorgesteld, maar de creatiefste tot nu toe vind ik wel het project All Prior Art van Alexander Reben. Een tekstgenerator die voor alles prior art genereert, zodat octrooien makkelijker onderuit gehaald worden. Gaat dat werken?

In het verleden had je ook wel ideegeneratoren, maar die kwamen niet verder dan willekeurig wat woorden aan elkaar plakken (“een flexibele broeksriem met regendetector”). Dat gaat niet werken; om als prior art te gelden moet je echt uitleggen hóe de uitvinding werkt. Alleen maar een idee poneren is niet genoeg voor prior art – en ook niet voor een patent trouwens.

Deze generator doet het anders. Het ding wordt gevoed met eerdere patenten, waaruit middels tekstalgoritmes bestaande zinnen worden omgevormd tot nieuwe teksten. Dan krijg je bijvoorbeeld dit:

A wearable electric device includes a main body with a circuit module inside and at least a detachable battery strap with a battery module inside, and the main body and the detachable battery strap are detachably fastened together. The test device includes an addressable memory. Responsive to one of the plurality of processes attempting to access a late binding object by its identifier, a determination is made as to which late binding object is associated with the process. The composition may be applied to soil to control a population of a deleterious organism.

Oké, dat klinkt typisch des patents maar veel logica zit er niet in. De zinnen staan te evident los van elkaar, en hier valt niets van te bouwen. Te veel gaten in hoe het aan elkaar moet hangen.

(Terzijde: ik denk niet dat dat tekstmixen auteursrechtelijk mag, en professor Quaedvlieg ook niet hoewel zijn argumentatie veel te moeilijk doet. Maar in de VS ligt dat wellicht anders.)

Maar wie weet, levert het ooit een wél coherente tekst op. Zou dat werken?

Misschien. Een uitvinding hoeft niet daadwerkelijk gebouwd te zijn om als prior art te tellen. Waar het om gaat, is dat een gemiddelde vakman met de gebruikelijke kennis uit het vakgebied in staat is de uitvinding in de praktijk te brengen aan de hand van de beschrijving. Volgens de overlevering zou dat dan ook hebben gezorgd dat een Donald Duck-aflevering prior art was tegen een Nederlandse octrooiaanvraag, omdat de strip genoeg technische details beschreef. En de HAL-interface uit de film 2001 werd ooit als prior art geciteerd

De site heeft nu meer dan 4,2 miljoen beschrijvingen gegenereerd, en er is geen enkele reden waarom er niet nog een paar miljoen extra bij kunnen komen. Per jaar worden er zo’n 300.000 Amerikaanse patenten verleend en zo’n 60.000 Europese. (Ja, die vertaalkosten hakken erin.) Dus als zelfs maar 1% van de beschrijvingen zinnig is en relevant voor een patent, dan sneuvelt er al een flinke berg patenten. Maar het zou me verbazen.

De eerste tien mensen die een coherente en voor ICT relevante disclosure vinden, winnen een kopie van het boek Software.

Arnoud

Presentatie van iPhone is prior art voor diezelfde iPhone

iphone-patentDe originele presentatie van de iPhone door Steve Jobs heeft ervoor gezorgd dat een patent in Duitsland ongeldig is verklaard, las ik bij Nu.nl. Die presentatie telt als ‘prior art’ omdat hij vijf maanden voor de indieningsdatum van het Europese octrooi is gedaan. Formeel geldt dit alleen in Duitsland maar er is geen reden waarom andere Europese octrooirechters tot een andere uitspraak zouden komen.

Eén van de belangrijkste eisen voor een octrooi is dat je uitvinding nieuw is, oftewel nog niet bekend bij het publiek. Als mensen er zonder geheimhouding te schenden kennis van kunnen nemen, dan is de uitvinding bekend. Met een NDA in beperkte kring de uitvinding delen kan dus, maar zodra het product vrij verkrijgbaar is dan is de uitvinding bekend. En ga je op een podium staan en laten zien hoe de uitvinding werkt, dan natuurlijk ook. De uitvinding is dan prior art oftewel stand der techniek.

In de VS zijn de regels iets anders. Kort gezegd kan een presentatie of publicatie van de uitvinder zelf nooit als prior art aangemerkt worden, mits hij maar binnen 12 maanden voor de indieningsdatum van de octrooiaanvraag wordt gedaan. De presentatie van Jobs zat binnen die periode, dus dan krijg ik het vermoeden dat de Amerikaanse octrooigemachtigde van Apple geen probleem zag en de presentatie clearde – zonder met zijn Europese collega te overleggen.

Of men dacht, het laten zien is niet erg want iets is pas prior art als bekend is hóe het werkt. Dát iets werkt, zonder details, telt niet als prior art. De replicator van Star Trek is geen prior art voor welke 3d printer dan ook. Maar de communicator die captain Kirk openklapt om met Scotty te praten, is wél prior art voor een clamshelltelefoon die het gesprek aanneemt zodra je hem opendoet. Je ziet hoe het werkt, en de technische invulling is dan verder triviaal.

De leukste prior art case in deze context vind ik de Donald Duck als prior art-case, hoewel dat verhaal ondertussen best een broodje-aapstatus heeft gekregen. Helaas lijkt het onmogelijk te zijn hier nog definitief antwoord op te krijgen: het dossier bij het Nederlands octrooibureau is vernietigd, de uitvinder is onbereikbaar en de octrooigemachtigde ook. Maar sommige verhalen zijn zo leuk dat je ze niet moet kapotchecken.

Arnoud

Octrooi op portable datacentrum

Advertentiereus annex zoekmachine Google is al een tijd bezig met portable datacentrums in de vorm van containers. Ik geloof niet dat iemand ze ooit gefotografeerd heeft (al zijn er wel veel foto’s van een portable Sun datacentrum), maar Google heeft er ondertussen wel octrooi op. Dat is opvallend, want dit idee bestond allang.

Het octrooi beschermt een combinatie van twee zeecontainers. In de ene is een verzameling computersystemen gemonteerd zodanig dat ze gewoon werken in de zeecontainer, en in de andere zit de koeling. Als je de twee aan elkaar schakelt, heb je een werkend datacenter.

Wat verbaast is dat het idee niet nieuw was. Eind 2005 schreef Bob Cringely als eerste over deze Google “datacenters-in-een-container”:

This shipping container is a prototype data center. Google hired a pair of very bright industrial designers to figure out how to cram the greatest number of CPUs, the most storage, memory and power support into a 20- or 40-foot box. We’re talking about 5000 Opteron processors and 3.5 petabytes of disk storage that can be dropped-off overnight by a tractor-trailer rig. The idea is to plant one of these puppies anywhere Google owns access to fiber, basically turning the entire Internet into a giant processing and storage grid.

Foto (mockup) uit het Petabox paper, fotograaf onbekendMaar de octrooiaanvraag is uit december 2003. Het ging dan ook niet zozeer om deze column, maar om dit artikel van Bruce Baumgart, waarin hij ten behoeve van het Internet Archive beschrijft hoe de Petabox er uit zou kunnen zien. En dat artikel was al op 8 november 2003 gepubliceerd. Prior art dus; wat in dat artikel staat, kan Google niet rechtsgeldig in een octrooi claimen.

Wat ik helemaal opvallend vond, was de column van Cringely waarin hij meldt dat Bruce Baumgart het idee diverse malen in het openbaar zou hebben gepresenteerd – met Larry Page van Google in het publiek.

Een verschil is wel dat de container van Baumgart de koeling regelt via een serie airco’s die aan de buitenkant van de container is gemonteerd. Google stopt ze in een aparte container, wat het voordeel heeft dat beide containers via standaard methoden verplaatst kunnen worden. Airco’s aan de buitenkant maken het lastig om deze containers dicht op elkaar te plaatsen bijvoorbeeld.

Container uit het paper van Baumgart

Via Slashdot en Nicholas Carr, die dit trouwens trailer park computing noemt.

Arnoud

De Donald Duck als prior art – of eigenlijk, Leonardo da Vinci

Een van mijn oudere verhalen is de bekende mythe (bij octrooigemachtigden) over de Donald-Duck strip die als prior art diende bij een octrooiaanvraag. Die mythe werd vorig jaar nog aangehaald door de Octrooiraad, pardon Octrooicentrum Nederland.

Hoe dan ook, dat verhaal is dus behoorlijk populair. Het helpt dat het regelmatig op sites als Reddit of Digg terechtkomt. Of, zoals onlangs, op Boing Boing, en dan gaat het hard met de bezoekers.

How do you quickly raise a sunken ship full of sheep? The Danish inventor Karl Krøyer came up with a very creative solution: pump buoyant bodies into the ship to achieve sufficient upward lift to bring the ship back to the surface. The solution was so creative he got a patent on it. In a 1949 Donald Duck story, titled The Sunken Yacht a ship is raised by stuffing it full of ping-pong balls. That kind of prior art could kill the patent. But whether the story was actually used by a patent office to refuse the patent (application) remains unclear.
Lees verder in The Donald Duck as prior art case. En ja ik moet dat in het Nederlands vertalen.

Maar wat schetst mijn verbazing, het was helemaal Carl Barks niet die dit idee als eerste had, dat was Leonardo da Vinci:

davinci-raising-ship.jpg

Arnoud

Internet Archief als prior art – ja, maar met extra bewijs

Regelmatig worden octrooien verleend die niet nieuw en inventief zouden zijn, omdat ze al lang beschreven zijn in wat heet de prior art. Dat wil zeggen dat er een publicatie is die ouder is dan het octrooi waar de uitvinding al in staat, of op zijn minst de uitvinding tot een trivialiteit maakt.

Bewijzen dat iets op een gegeven moment in een boek of tijdschrift staat, lukt nog wel. Maar hoe doe je dat met Internet-publicaties? Die kunnen immers op elk moment worden aangepast, en er is geen betrouwbare manier om te zien wanneer welke wijziging plaatsvond.

Recentelijk kreeg het Europees Octrooibureau een zaak voorgelegd waarbij een octrooiaanvraag werd afgewezen omdat er een Internetpublicatie was gevonden waar de uitvinding al in zou staan. De publicatie was via het Internet Archief gevonden in 2003, en IA vermeldde de datum 20 juni 2000 bij het document. De octrooiaanvraag was ingediend op 28 juli 2000, dus als die datum zou kloppen, dan was de uitvinding niet nieuw en de afwijzing dus terecht.

Nu kent het EOB wel meer situaties waarin het onduidelijk is wat wanneer is gepubliceerd. Mensen komen nog wel eens met de stelling dat zij de uitvinding in het openbaar hebben getoond of gebruikt, bijvoorbeeld op een beurs of op de markt. Of ze zouden de uitvinding al in de handel hebben gehad. Dan is het aan die persoon om te bewijzen hoe dat zat: wanneer is wat gepubliceerd, en onder welke omstandigheden?

De Kamer van Beroep heeft nu in uitspraak T 1134/06 beslist dat deze zelfde strenge eis moet gelden voor mensen die met Internetpublicaties aan komen zetten. Er moet bewijs “beyond any reasonable doubt” zijn dat de Internetpublicatie ouder was dan de datum van indiening van de octrooiaanvraag.

Een Internetpublicatie van een “reputable or trusted publisher” die elektronische versies van zijn papieren uitgave(s) online zet, of een website die opereert onder “recognized regulations and standards”, wordt geacht gepubliceerd te zijn op de datum die er bij staat. Wel moet er dan worden aangetoond dat de site “reputable or trusted” is of onder die “recognized regulations and standards” opereert natuurlijk.

Voor een archief zoals het Internet Archief werd het volgende beslist:

Where a disclosure has been retrieved from a resource such as the Internet Archive, further evidence concerning the history of the disclosure, whether and how it has been modified since the date it originally appeared on a web site will be necessary. This could be in the form of an authoritative statement from the archivist. Alternatively, an appropriate statement as to the content, either from the owner or author of the archived web site which included the disclosure may suffice.

Het was niet genoeg dat de publicatie in kwestie onder de URL “http://web.archive.org/web/20000620174023/http://www.boersenspiel.de” gevonden was om aan te nemen dat de tekst werkelijk die van 20 juni 2000 was. Wie kijkt wat IA allemaal heeft over deze site, zal zien dat er overal een asterisk bij staat. Dat betekent dat de site tussen de archiveringen door gewijzigd is. Dan is het dus nog maar de vraag wat er nu op welk moment op de site stond.

Arnoud