Bergen rechtszaken zijn de belangrijkste hobbels (haha) waar de zelfrijdende auto overheen zal moeten zien te komen, las ik in Slate. Zolang de aansprakelijkheid van eigenaar, passagiers en fabrikant niet duidelijk zijn, zal de adoptie van deze voertuigen onnodig langzaam blijven lopen. Hoe lossen we dat op bij zoiets snel evoluerends als autonome auto’s? Simpel, zegt de auteur: laat dat gewoon aan het aansprakelijheidsrecht over. Dat is daar voor.
In theorie is de vraag simpel te beantwoorden. Hoe regel je aansprakelijkheid voor bepaalde situaties? Simpel, dat zet je in de wet. Die hebben we ook al de nodige: je bent aansprakelijk voor je huisdieren en voor je assistenten. Je bent ook aansprakelijk voor je minderjarige kinderen, maar omdat dat een tikje ongenuanceerd voelde is daar een complexe regel bij gekomen. Maar goed, daar komen we uit. En het is logisch dat de bal daar ligt, want jij bent in staat dat te borgen. Of (bij die dieren) het is gewoon redelijk want er is niemand anders.
Op zeker moment kregen we producten die soms ontploften of anderszins gevaarlijk waren. Dus toen kwam er ook een wet over productveiligheid, die de bal legt bij de fabrikant of importeur daarvan. Natuurlijk gaf die wet enig gesteggel maar het lijkt me niet meer dan logisch dat de bal daar ligt. Een televisie mag niet ontploffen, en de bouwer daarvan heeft alle controle dus die kan veiligheidsmaatregelen nemen.
Logisch allemaal. Maar bij de zelfrijdende auto ligt het iets ingewikkelder. Ja, natuurlijk heeft de fabrikant een grote rol want hij programmeert de AI, plaatst de sensoren en hakt knopen door over hoe te kiezen tussen passagier en medeweggebruikers. Maar de eigenaar/passagier/bestuurder heeft ook enige invloed, die gaat de weg op met het ding en drukt misschien wel op knopjes om het gedrag te beïnvloeden. Of hij zat niet op de noodrem.
Als wetgever kom je daar niet echt uit. Wil je dan toch wetten maken, dan heb je een grote kans dat je de plank misslaat en de innovatie doodreguleert. Plus, een wet invoeren duurt meerdere jaren en wie weet waar we dán zijn met zelfrijdende auto’s en kunstmatig intelligente bestuurders.
Gelukkig is er een alternatief: de rechtspraak. Ik noem dat altijd de juridische exception handler: als het niet geregeld is, dan moet de rechter in vredesnaam maar verzinnen wat in deze situatie het beste past binnen de wet, de redelijkheid en de concrete situatie. Hij kan dan een oordeel doen over die situatie, maar hij kan ook een rechtsregel formuleren die vanaf dan in vergelijkbare situaties van toepassing moet zijn. En het mooie is dat zulke rechtsregels heel specifiek kunnen zijn, en dat ze over een jaar vervangen kunnen worden door een nieuwe uitspraak gebaseerd op de inzichten van dan. Noodwetjes, zo je wilt.
Het is dus helemaal niet zo’n gek idee om de rechtbank te laten oordelen over wat te doen met aansprakelijkheid bij ongevallen waar zelfrijdende auto’s bij betrokken zijn. Het zal in het begin wat zoeken zijn met diverse uitspraken alle kanten op, maar rechters lezen ook elkaars vonnissen en zeker bij uitspraken in hoger beroep ontstaat er dan een zekere lijn waar men op kan varen. En het mooiste is dan nog dat als die lijn goed bevalt, de wetgever hem zo over kan nemen in de Wet van 2020 over Autonome Voertuigen. Of juist iets heel anders kan verzinnen omdat de jurisprudentie laat zien waar de knelpunten zitten.
De auteur doet nog een aanvullend voorstel voor het geval de rechtszaken de pan uit rijzen: in de VS geldt een wettelijke bescherming voor bedrijven die vaccins ontwikkelen. Aangezien onjuist werkende vaccins tot medische claims kunnen leiden, zouden bedrijven daarmee kunnen stoppen om wat veiligers te gaan doen. Dat willen we niet, dus zijn ze in de VS beperkt aansprakelijk voor medische missers in vaccins. Wel is er dan tegelijk een verzekeringsfonds opgericht waar slachtoffers van die missers een vergoeding uit krijgen. Zo corrigeer je voor het maatschappelijk probleem van de slachtoffers, zonder de fabrikanten nodeloos af te schrikken iets nieuws te verzinnen.
Die wettelijke bescherming doet denken aan wat we eind jaren negentig voor tussenpersonen op internet hebben bedacht. Die zijn niet aansprakelijk voor wat er op hun platform gebeurt (waar trouwens nu heisa over is omdat artiesten massaal klagen dat ze niks krijgen van het beschermde Youtube) mits ze maar een notice/takedownsysteem toepassen. Ik roep al jaren dat dit eigenlijk een systeem met dwanglicenties moet worden: Youtube mag niet verboden worden maar moet wel betalen. En dat sluit dan mooi aan bij die vaccin-regeling.
Dat dan maar doen? Fabrikanten mogen zelfrijdende auto’s op de markt brengen, en zijn behoudens grof nalatige fouten niet aansprakelijk voor ongevallen die daarmee gebeuren. Wel storten ze verplicht een bedrag in een verzekeringspot, en slachtoffers van die ongevallen ontvangen daar een uitkering uit.
Arnoud