Wanneer een vrijwilliger uit eigen beweging een Facebookpagina (of groep) aanmaakt, dan is die van hem en niet van de vereniging. Dat maak ik op uit een recent vonnis uit Rotterdam over de beheerrechten (“eigendom”) van een Facebookpagina van een lokale politieke partij. Die had een geschil met een ex-lid die de officiële verenigingspagina en een aanverwante Facebookgroep niet af wilde geven. Alleen als er een expliciete opdracht was, of specifieke afspraken over eigenaarschap, dan kan dat anders worden. Komt er vervolgens een geschil en loopt de ex-vrijwilliger weg met de pagina, dan heb je dus als vereniging geen poot om op te staan.
De politieke partij ONS.Vlaardingen had een conflict met het uit de fractie gezette raadslid Tim Thiel: die weigerde de beheerrechten van de ONS-Facebookpagina’s af te staan. Hij zag deze pagina’s als zijn persoonlijke investering en succes, en weigerde ze af te staan aan de partij. Deze stapte daarop naar de rechter, die nu dus het ex-lid gelijk geeft.
Uit het vonnis haal ik dat de Facebookpagina van de partij in 2014 is aangemaakt ten behoeve van de partij (maar niet door wie). Het ex-lid had in 2017 de Facebookpagina in beheer gekregen, opnieuw vormgegeven en stevig gewerkt aan promotie: het aantal volgers steeg van 340 naar meer dan 2000. Later, in 2018, maakte hij nog een Facebookgroep aan ter ondersteuning van de partijpagina.
Eind 2018 werd hij uit de fractie gezet, waarna men de toegangscodes en beheerrechten van de twee pagina’s opeiste. Na een eerste mail met toezegging gebeurde dat niet, integendeel. De man verwijderde volgers van de pagina om terug te komen naar de 340 originele, veranderde het mailadres, en maakte van de naam van de pagina en de profielfoto iets stekeligs (geen idee wat maar iets met poppenkastpoppen en een sneer naar de fractievoorzitter). Daarna stapte de vereniging naar de rechter.
De vraag is juridisch nog knap ingewikkeld, wat ís een Facebookpagina eigenlijk, juridisch? Je kunt erop afstuderen: is het een overeenkomst van opdracht, een licentie onder Facebook’s gebruiksrechten, een vermogensrecht dat je schept, of ga zo maar door?
De voorzieningenrechter had haast gezien de aard van de zaak, en gaat er dus niet in detail op in. Heel pragmatisch is dan ook de conclusie: degene die een pagina aanmaakt is in beginsel de beheerder (“eigenaar”) van die pagina, tenzij er concrete opdrachten zijn gegeven of je bindend hebt toegezegd deze over te dragen.
Die tenzij gaat op bij de pagina van de partij zelf. Deze is immers in 2014 aangemaakt voor de partij, en pas drie jaar later is het ex-lid gevraagd beheer daarvan te doen. Dat is dus werk in opdracht aan andermans pagina. Of hij zelf auteursrechten kan claimen op zaken daar geplaatst (en daarmee de overdracht of gebruik door de partij kan frustreren) laat de rechtbank even buiten beschouwing.
Voor de groep komt het anders uit. Het uitgangspunt blijft hetzelfde, maar deze groep is op eigen initiatief door het ex-lid aangemaakt, waarbij hij zichzelf als beheerder presenteerde en de groep niet als officieel of namens de partij aangemerkt had. Daarmee is er dan te weinig om te spreken van een groep die eigenlijk van de partij had moeten zijn. Het beheer over die groep hoeft hij dus niet terug te geven, ook niet nu hij uit de partij is gezet.
Ik blijf er op hameren dat als je als vereniging of stichting met vrijwilligers werkt voor je online activiteiten, je maar beter gewoon afspraken met ze kunt maken op papier. Of regel meteen dat een functioneel account (zoals bestuur@ of penningmeester@ of pr@) het beheer heeft op dergelijke pagina’s) zodat een aangewezen vrijwilliger niet met zijn account weg kan lopen met je pagina’s.
Arnoud
Volgens mij is het bij Facebook juist heel lastig om een functioneel account te gebruiken; de Facebook user hoort een persoon te zijn, die beheerder/administrator wordt van een pagina.
Een functioneel account gebruiken lijkt me vanuit security en onweerlegbaarheid niet zo’n verstandig plan. Iemand die wijzigingen aanbrengt zal altijd kunnen zeggen dat hij het niet was, immers hebben meerdere mensen toegang tot het functionele account.
Een Facebook pagina kan gewoon meerdere beheerders hebben.
Kom op, het gaat om een Facebookpagina, niet om toegang tot de girorekening!
En ik neem aan dat een vereniging het wachtwoord aan redelijk betrouwbare personen uitgeeft.
Jammer genoeg leven we ondertussen in een maatschappij waarbij je in de meeste gevallen meer schade kan aanrichten met een Facebook account dan met toegang tot de girorekening.
Volgens mij ging deze hele zaak juist over situaties waarin er op een later moment onmin ontstaat.
Als je een functioneel (bestuur@) email-adres aan het Facebook account koppelt kun je als bestuur, via een wachtwoord-reset, ex-beheerders buitensluiten. En het is ook duidelijk dat het een verenigingsaccount is.
Of als rogue ex-bestuurder het zittende bestuur uitsluiten. Als je meerdere persoonlijke accounts admin maakt dan lukt je dat niet.
Je vergeet ook de situatie waarin er iets met het account gebeurt en iedereen ontkent dat hij het was.
[Explanation requested]
Iedereen weet toch dat je Facebook-geblaat niet serieus moet nemen.
Als dat waar was, dan bestond de brede zorg over fake news niet.
Ik vind de conclusie van Arnoud wat ver gaan.
In essentie moest juist het lid de Facebook pagina’s namelijk wel opgeven aan de partij.
De Facebook pagina’s zijn toch meer het gezicht van de partij op Facebook
Een Facebookgroep is toch echt wat anders en die bestond bovendien dus ook naast de Facebook pagina’s.
Je kunt uit dit vonnis ook de praktische instelling van de rechter beoordelen en denken dat de partij effectief voldoende heeft aan die Facebook pagina’s en dat de groep daarom minder belangrijk is en dat daarom de afweging makkelijk in het voordeel van de gedaagde uitvalt.
Als enkel de Facebook pagina van ‘ONS Vlaardingen’ in het geding was geweest dan denk ik dat de rechter deze ook wel aan de partij had toegewezen ook als de gedaagde vrijwilliger deze zelf aangemaakt zou hebben.
Even een hypothetisch geval, ik stel me kandidaat voor partij X in de verkiezing voor Y, op een plaats waarvan ik denk dat die onverkiesbaar is. Ik maak voor de gelegenheid een Facebookpagina “Kies X in Y”. Op de pagina komen wat politieke uitlatingen, campagnefoto’s en af en toe een verslag van een familieaangelegenheid. (Een politicus is tenslotte ook een mens.) Tot mijn verrassing haalt de partij twee keer zoveel zetels als verwacht, ik word verkozen en mag van de rest van de fractie mijn pagina “Fractie X in Y” noemen. Het vullen van de pagina gaat door met politieke issues, meningen en 10% persoonlijke familieberichten.
Na 3 jaar treedt er een breuk in de fractie op… Ik vorm met een gelijkgestemde fractiegenoot een nieuwe fractie, maar krijg geen toestemming van de landelijke partij om de partijnaam te blijven voeren. Reden om de Facebookpagina “Fractie A/B in Y” te gaan noemen.
hAl, waarom zou ik mijn, deels persoonlijke, pagina nu moeten overdragen? En is dat dan aan de landelijke partij of aan het andere deel van de fractie? Maakt het dan uit of het andere deel van de fractie toestemming heeft van de landelijke partij om de partijnaam te voeren?
[Ouwe-zeikerds-mode aan] Ik had nooit gedacht dat ik zou meemaken dat iemand een Facebook pagina als een succes zou zien. En dan nog wel een volksvertegenwoordiger! De lat ligt laag, tegenwoordig. [Ouwe-zeikers-mode uit]