Uber en Lyft hoeven chauffeurs in Californië niet als werknemer te behandelen

Techbedrijven als Uber en Lyft hebben een belangrijke overwinning gehaald in de Amerikaanse staat Californië, meldde Nu.nl vorige week. De zogeheten Proposition 22 werd aangenomen, waardoor ride sharing platforms zoals Uber en Lyft uitgezonderd worden van de eerder aangenomen wet om gig economy-hulpjes als werknemer te behandelen. Dat scheelt de platforms 100 miljoen dollar aan kosten, hoewel ze wel minimumtarieven moeten betalen en een toelage voor ziektekosten te betalen, naar rato van de gewerkte uren.

De status van chauffeurs en bezorgers onder de wet is al een paar jaar onderwerp van forse discussie. Hebben we het over bijklussende parttime ondernemers, of juist over werknemers die met slinkse trucs buiten de beschermde arbeidswetgeving worden gehouden? Natuurlijk begonnen al die platforms als “even een centje bijverdienen” voor mensen die dat wilden, maar als je voor je inkomen zo goed als afhankelijk bent van zo’n platform én die clubs dicteren vrij gedetailleerd hoe je moet werken, dan vindt de wet daar wat van.

In Nederland blijft dit een langlopende discussie, maar in Californië pakten ze het wat voortvarender aan: daar werd gewoon een wet aangenomen die zulke hulpkrachten gewoon als werknemer aanmerkt. Klaar, geen discussie meer. Alleen wel gelijk een berg lobbywerk natuurlijk, wat dus leidde tot initiatiefswetsvoorstel 22 (de nummering is arbitrair geloof ik) waarin Uber en Lyft juist een uitzondering bedongen:

(…) an app-based driver is an independent contractor and not an employee or agent with respect to his or her relationship with a network company if the following conditions are met:

Die voorwaarden komen neer op (1) niet voorschrijven op welke tijden je moet werken, (2) niet verplicht elke klus aannemen, (3) niet uitsluitend voor dit ene bedrijf werken en (4) niet verbieden dat men andersoortig werk er naast heeft. Ik denk dat je met zo’n definitie ook in Nederland een heel eind komt, aangezien ook bij ons een werknemer iemand is die tijden voorgeschreven krijgt en moet doen wat de baas zegt (en gewoonlijk ook niet elders mag werken).

Wel weer een opsteker zijn dus die minimumtarieven, maar ook het feit dat het contract niet mag worden opgezegd behalve vanwege redenen die in het contract staan, waarbij er ook nog een appeals proces moet zijn binnen het bedrijf. Ook mogen fooien niet worden opgeëist door het bedrijf.

Arnoud

Deliveroo-bezorgers zijn toch werknemers en geen zzp’ers

Bezorgers die voor Deliveroo maaltijden bezorgen worden door het bedrijf ten onrechte als zzp’ers aangemerkt, oordeelde de rechter in twee zaken die vakbond FNV aanspande. Dat las ik bij Nu.nl vorige week. De bezorgers zijn feitelijk gewoon werknemers en moeten als zodanig behandeld worden; dat Deliveroo ze zzp’er noemt, is daarbij niet relevant (in tegenstelling tot die zaak van juli vorig jaar). Ook de cao voor beroepsgoederenvervoer is gewoon van toepassing. Een behoorlijke financiële strop voor het bedrijf Deliveroo, dat dan ook al aangekondigd had in hoger beroep te gaan.

In twee zaken bij dezelfde rechtbank kwam FNV als vakbond op voor de algemene kwestie of voedselfietsbezorgbedrijf Deliveroo haar bezorgers als zzp’er mocht aanmerken. Dit was een collectieve procedure, waar Deliveroo bezwaar tegen maakte met het argument dat ieder arbeidscontract anders is en de beoordeling of iemand werknemer is ook. Maar de rechter bepaalde meteen dat FNV wél mag procederen over zoiets principieels als dit.

Het klopt natuurlijk dat je uiteindelijk naar ieder geval apart moet kijken of iemand werknemer is dan wel als freelancer of zzp’er wordt ingeschakeld. Maar de factoren die daarbij van belang zijn, zijn vaak generiek genoeg om in zijn algemeenheid een vuistregel mee te kunnen maken. En dat is dan ook precies wat de rechtbank hier doet.

Allereerst het contract. In juli vorig jaar concludeerde de rechtbank nog op basis van de tekst van een freelancer-contract dat de fietskoerier een zzp’er was, maar dat was wat kort door de bocht: je mag aan een contract met een hulppersoon alleen waarde hechten als er inhoudelijk onderhandeld is. Is het een standaardcontract dat de hulppersoon opgelegd kreeg (“alsjeblieft, hier tekenen graag”) dan is daaraan geen aanwijzing te ontlenen dat partijen samen beiden wilden dat de koerier zzp’er was. Ook de andere stappen die de rechter vorig jaar zag – het inschrijven bij de KvK, het zelf kopen van kleding en vervoersboxen – tellen niet mee in zo’n situatie.

De rechtbank gaat er gezien de principiële aard van de zaak eens goed voor zitten, en begint met te constateren dat alle mooie argumenten over flexwerken, deelplatforms en wat dies meer zij een discussie voor de politiek geven. De wet is de wet, en je moet contracten beoordelen in het huidige systeem. Dat er iets tussen werknemer en zelfstandig opdrachtnemer zou moeten zijn qua rechtsbescherming is geen juridische vraag maar een politiek debat.

Een belangrijk criterium voor werknemerschap hoe verplichtend of vrij de opdrachttoekenning gebeurt. Het contract bepaalt dat je per bezorging betaald krijgt, en dat je vrij bent om al dan niet te weigeren of te vragen om opdrachten. In de praktijk ziet de rechtbank dat je je vooraf moet aanmelden, anders krijg je geen opdrachten aangeboden. En gezien de lage prijs per bezorging (€6,00) is het ook niet logisch dat mensen af en toe eens een bestelling gaan doen. Praktisch gezien moet je een hele periode op een dag paraat staan en een berg bezorgingen doen. Iets anders is niet reëel, wie wil dat nou doen, even zes euro scoren als ze toevallig nu een maaltijd hebben die ik kan bezorgen?

Ook weegt mee dat Deliveroo kennelijk mensen beloont met extra opdrachten via een priority access systeem. Dat alles steunt de conclusie dat ze willen dat je veel werk doet per dag, en oh ja je wordt eruit gegooid als je niet genoeg opdrachten aanneemt en niet zegt waarom. Bij elkaar vindt de rechtbank dat wel erg veel ruiken naar een werknemerrelatie: die moet ook gewoon elke dag werken en je krijgt (uiteindelijk) ontslag als je dat niet doet.

Als tweede criterium geldt dat een werknemer mag zich niet laten vervangen. Het contract van Deliveroo bepaalt dat de bezorger dit wel mag, maar zoals de rechter zegt is deze mogelijkheid tot vervanging vrijwel inhoudsloos. De vervanger mag pas worden doorgegeven nadat de opdracht is aangenomen, en dan moet je al per direct naar het restaurant om de maaltijd op te halen. Dat is praktisch niet te doen. Bovendien legt Deliveroo de vervanger exact dezelfde harde eisen op en kan de koerier zelf geen toezicht op zijn vervanger uitoefenen. Die papieren constructie telt dus niet, de koerier moet zelf het werk doen.

Als derde kijkt de rechter naar de beloning. Dat is altijd een lastige: werknemers krijgen loon, opdrachtnemers krijgen een honorarium, maar hoe zie je het verschil? De rechtbank kijkt naar de hoogte – maximaal 18 euro bruto – en het feit dat hierover niet kan worden onderhandeld. Uit die feitelijke constateringen volgt dan dat je dit moeilijk een honorarium kunt noemen.

Alles bij elkaar concludeert de rechter dan ook dat deze werkconstructie alles heeft van een werkgever-werknemer relatie en niet van een echte zzp-inhuuropdracht. Factoren zoals dat je bij de KVK ingeschreven moet zijn en je eigen kleding en maaltijdboxen mag gebruiken, bieden te weinig gewicht voor een tegenargument dat tóch sprake is van opdrachtnemerschap. De conclusie is dan ook: dit zijn arbeidscontracten, geen overeenkomsten van opdracht.

Deliveroo moet de cao met terugwerkende kracht toepassen en bezorgers kunnen nu aanspraak maken op een dienstverband. Dat is behoorlijk pijnlijk voor het bedrijf, en het verbaast dan ook niet dat ze meteen roepen in hoger beroep te gaan. Maar gezien de zeer principiële en uitgebreide analyse van de rechter zou ik niet meteen weten met welke argumenten.

Natuurlijk is het behoorlijk vervelend voor het bedrijf, en ik ben natuurlijk niet tegen een systeem waarbij je voor dit soort parttime bijbaantjes een derde route creëert naast die van werknemerschap met volledige bescherming en de opdrachtnemer die het maar moet uitzoeken. Maar ik blijf sterk met het gevoel zitten dat bedrijven vooral vanwege het vermijden van hun werkgeversplichten kiezen voor mensen opdrachtnemer noemen, en dat de werknemers niet sterk genoeg zijn om daar een vuist tegen te maken. Dat is dus waar je vakbonden voor hebt, en ik vind dit dan ook een mooie uitkomst. Maar zoals ik in juli ook al zei: de bal is aan de politiek, die moeten nu óf zo’n derde route maken en in de wet zetten, óf eindelijk eens een signaal geven dat schijnconstructies niet mogen zodat dit hard kan worden aangepakt.

Arnoud

Rechtbank: Deliveroo-bezorger is zzp’er en geen werknemer

Deliveroo fietskoerier Sytse Ferwerda (20) is een zelfstandig ondernemer en geen werknemer, las ik bij de NOS. De overeenkomst die Ferwerda sloot met de maaltijdkoerier is een overeenkomst van opdracht, ondanks het feit dat hij eerder in dienst was en eigenlijk onder dit nieuwe contract exact hetzelfde werk deed. Dat vonniste de Amsterdamse rechtbank afgelopen maandag. De uitspraak bevestigt dat de platformeconomie goed de gaatjes opzoekt van het recht, in dit geval het arbeidsrecht. De bal is dus aan de politiek om hier wat aan te doen.

De zaak van fietskoerier Ferwerda is redelijk standaard bij platforms als deze: hij had zich aangemeld om maaltijden te bezorgen, en kreeg in eerste instantie een arbeidscontract voor bepaalde tijd. Op zeker moment besloot Deliveroo dat het beter voor haar bezorgers was om als freelancer aan de slag te gaan, zodat ook Ferweda geen nieuw arbeidscontract kreeg maar een overeenkomst van opdracht waaronder hij op eigen titel aan het werk ging. Daar kreeg hij achteraf spijt van, en hij stapte naar de rechter met in de kern het argument dat dit een verkapt arbeidscontract was.

De wet kent een sterke bescherming voor werknemers, althans op papier. Een contract is een arbeidscontract wanneer aan zekere feitelijke omstandigheden is voldaan, ongeacht wat partijen op papier zetten. Het is dus mogelijk dat iets dat “Freelanceovereenkomst” heet, aangemerkt wordt onder de wet als een arbeidsovereenkomst. (Dit is waarom opdrachtgevers vroeger altijd een VAR wilden, dat was een garantie dat dit niet zou gebeuren.)

Kern van een arbeidscontract is dat sprake is van betaling van loon, van een gezagsverhouding en persoonlijke arbeid. Dat laatste betekent dat een werknemer zichzelf niet mag laten vervangen, hij moet zelf het werk doen. Hij moet daarbij de instructies van de werkgever opvolgen over hoe het werk gebeurt (de gezagsverhouding), terwijl een opdrachtgever alleen kan zeggen wat hij wil hebben en wanneer. En als laatste heeft een werknemer recht op loon voor de gewerkte uren.

In dit geval staat heel duidelijk op papier dat geen sprake was van persoonlijke arbeid: de bezorger mocht zich laten vervangen. Ook was er op papier geen gezagsverhouding: de bezorger mocht in eigen kleding en met eigen warmhoudbox op pad, en had daarbij het recht iedere opdracht te weigeren als hij daar zin in had. Papier alleen is niet genoeg: ook de werkelijke uitvoering telt mee. Als die anders uitpakt dan het papier, dan is dat doorslaggevend. In dit geval had Ferweda zich ingeschreven als zzp-er bij de Kamer van Koophandel, wat volgens de rechter een zekere indicatie is dat hij zich bewust was van de veranderde arbeidsrelatie.

Belangrijk daarbij was de wijze waarop Deliveroo orders voorstelt aan bezorgers. Daarbij wegen factoren mee als hoe vaak je orders aanneemt of weigert en hoe netjes je die uitvoert. Dit ranking systeem kun je zien als een truc om mensen te dwingen alle orders te accepteren, en zo alsnog een soort arbeidsverhouding te creëren. Maar nee:

14. Al is van een direct rankingsysteem geen sprake, vast staat wel dat bezorgers die naar de maatstaven van Deliveroo goed presteren “priority acces” krijgen om een tijdvak in een zone te reserveren en daardoor meer kans hebben om op gewilde tijden bestellingen aangeboden te krijgen. Daar staat tegenover dat ook bezorgers die naar de maatstaven van Deliveroo minder goed presteren nog steeds (zij het later dan degenen met voorrang) tijdvakken kunnen boeken. Eveneens bestaat de mogelijkheid zonder van te voren tijdvakken te boeken in te loggen en de op dat moment aangeboden bestellingen te bezorgen, al bestaat daarbij de kans dat een tijdvak in een bepaalde zone al is volgeboekt.

Er is dus altijd een reële mogelijkheid om werk te krijgen als opdrachtnemer, zodat van dwang eigenlijk geen sprake is.

Deliveroo stelde wel eisen aan de manier van werken, maar dat ging eigenlijk alleen over veiligheidseisen. De kleding die men draagt, is een vrijwillige keuze: je mag in eigen kleding of zelfs in de kleding van de concurrent gaan bezorgen. Ja, ik viel ook van mijn stoel toen ik het las. Maar de advocaat van Deliveroo heeft het gezegd. En als laatste kijkt de rechtbank naar de relatief lage inkomsten per maand – 14 uur werk per maand is niet veel.

Alles bij elkaar is de conclusie onvermijdelijk: dit is echt een zelfstandige bezorger, geen pseudo-werknemer van Deliveroo. Althans volgens de formele juridische theorie. Praktisch rammelt er hier van alles, maar dat komt omdat de “platform economie” (je personeel aansturen met een app) keurig de gaatjes opzoekt van de wetgeving. De rechter kan daar echter niet op ingrijpen, omdat die gaten herstellen toch echt de taak van de wetgever is. Vorig jaar december fronste de Kamer de wenkbrauwen over deze actie van Deliveroo, dus ik ben benieuwd.

Arnoud