Eigenaar webwinkel opgepakt op verdenking van oplichting, maar is het wel oplichting?

| AE 13519 | Ondernemingsvrijheid, Regulering | 16 reacties

De politie heeft een 27-jarige man uit Vleuten gearresteerd op verdenking van oplichting via zijn webwinkel telefoondiscounter.nl. Dat meldde Nu.nl vorige week. Meer dan driehonderd mensen kochten een telefoon via de website, maar hebben deze nooit ontvangen. Slachtoffers die zich bij consumentenprogramma Radar hadden gemeld hebben deze zomer hun geld teruggekregen van de verdachte, maar overigen niet. Maar zoals ik in 2020 blogde: let op, de bekendste vorm van online oplichting, namelijk gewoon het geld pakken en niet leveren, is juridisch geen oplichting.

Het onderzoek naar de verdachte kwam tot stand na een melding van het Landelijk Meldpunt Internet Oplichting (LMIO), zo meldt de politie via een persbericht. De oplichting zou al langere tijd plaatsvinden via een online webshop gericht op mobiele telefoons: telefoondiscounter.nl. De site is uit de lucht, maar via de Wayback Machine nog te bekijken: een typische webshop, gericht op refurbished telefoons kopen. Je zoekt op merk of type, je krijgt het beschikbare aanbod en als je koopt krijg je niet alleen 14 dagen retourrecht maar ook 2 jaar garantie. Velen bestelden, maar zo te lezen kreeg niemand werkelijk een telefoon geleverd want overal waar ik zoek, regent het klachten.

Radar besteedde deze zomer aandacht aan de site. Opmerkelijk:

Opvallend is overigens dat mensen ondanks de slechte reviews wel een telefoon bij de prijsvechter bestellen. De reden wordt al snel duidelijk: in het verleden hebben mensen eerder een iPhone hier besteld en toen was er nog niets aan de hand. Dezelfde klanten kwamen terug bij de website voor een nieuwer model, maar ontvingen na betaling geen telefoon.
Bij een huisbezoek bij de winkel komt men achter de werkelijke reden; “het bedrijf is namelijk bijna failliet. Er wordt nog onderzocht of er een doorstart geregeld kan worden, met behulp van coronasteun.” Als dat de werkelijke reden is waarom de telefoons niet geleverd werden en er ook na ontbindingsverklaringen geen geld terug werd gegeven, dan zie ik niet hoe deze meneer aan het oplichten was. Dit is wat de wet zegt (art. 326 Strafrecht):
Hij die, met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen, hetzij door het aannemen van een valse naam of van een valse hoedanigheid, hetzij door listige kunstgrepen, hetzij door een samenweefsel van verdichtsels, iemand beweegt tot de afgifte van enig goed, tot het verlenen van een dienst, tot het ter beschikking stellen van gegevens, tot het aangaan van een schuld of tot het teniet doen van een inschuld, wordt, als schuldig aan oplichting, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.
In 2016 zette de Hoge Raad de principes hierover nog eens op een rijtje. De kern is dat je niet iedere vorm van bedrog tot het misdrijf oplichting (vier jaar cel) wil verheffen. Het moet wel een ernstig geval zijn. Men citeert een voorbeeld van een internetondernemer die wist dat hij niet kon leveren maar desondanks de webshop open hield:
Niet elke vorm van bewust oneerlijk zakendoen levert het in artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde misdrijf ‘oplichting’ op. Dat geldt eveneens wanneer kan worden bewezen dat men is benadeeld door een persoon die niet van plan of in staat was zijn verplichting na te komen en die zich in strijd met de waarheid heeft voorgedaan als een bonafide (ver)koper.
Die ondernemer zat ook met geldproblemen, hij gebruikte de betalingen van klanten om rekeningen te voldoen en kon daarna geen nieuwe producten meer inkopen. Ja, dat is oneerlijk en het hoort niet maar dat was volgens de Hoge Raad dus géén oplichting:
Het Hof heeft geoordeeld dat de enkele omstandigheid dat de verdachte via een website goederen te koop aanbood en bestellingen en betalingen van kopers accepteerde in het besef dat hij niet (langer) aan zijn leverings- of restitutieverplichtingen kon voldoen, niet kan worden aangemerkt als het aannemen van een valse hoedanigheid als bedoeld in art. 326 Sr van, in dit geval, een bonafide internetondernemer. Dit oordeel geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting.
(Die laatste zin is hogeraads voor “dat is juist”.) Ook als je weet dat je nooit van z’n leven een order kunt uitvoeren, dan nog is dat ‘gewoon’ een civiele kwestie. Pas als je kwade trucs gaat gebruiken kan het strafbaar worden. En ik zie hier dus een sterke vergelijking met die ondernemer uit de HR-zaak, en vraag me daarom zeer af wat hier dan wél de truc is geweest. Misschien hoe lang hij doorging? Dat klanten lang aan het lijntje werden gehouden (in plaats van een of twee berichten) waardoor een strafbaar “samenweefsel van verdichtsels” ontstond? Ik ben heel benieuwd.

Arnoud

Heb je ook garantie op een refurbished of tweedehands koptelefoon?

| AE 9677 | Ondernemingsvrijheid | 11 reacties

Ik kreeg een vraag via Tweakers:

TLDR: Ik zit met een vraag over wat de wetgeving/regels zijn voor garantie op een refurbished aankoop, weet iemand wat de wetgeving aangeeft?

Refurbished is een mooie term voor een tweedehandsje, zij het dat het product wel opgeknapt wordt. Je mag er dus vanuit gaan dat eventuele defecte of versleten componenten vervangen zullen zijn, maar krassen en voorgebruik zul je voor lief moeten nemen.

Ik zeg dat, omdat het voor de wet er vooral om gaat hoe het product is gepresenteerd. Stond er alleen ‘refurbished’ of ook iets met een originele verkoopdatum bijvoorbeeld? Werd er gezegd dat het mogelijk beperkt werkte, of “Als nieuw!” met grote uitroeptekens?

Als een bedrijf een consument iets verkoopt, moet hij voldoen aan de consumentenwetgeving en dus ook wettelijke garantie. Dat het tweedehands is of een showroom-model, betekent alleen maar dat de verwachtingen van de consument getemperd worden. Je weet dat in een showroom-model de klepjes losser zullen zitten en dat ie krassen zal hebben, dat valt dan dus buiten de garantie. Maar een laptop van 3 maanden oud moet nog gewoon een kleine 2 jaar meegaan, en de winkel heeft dat dus gewoon te ondersteunen.

Bij een koptelefoon van een A-merk als Beats lijkt me dat je toch 2 à 3 jaar ongestoord luisteren moet kunnen verwachten. Daar moet de winkelier dus mee aan de slag als dat niet zo is. Dat er “refurbished” bij het product stond, doet daar niet aan af. Natuurlijk mag je niet hetzelfde verwachten als bij een splinternieuwe, maar de wettelijke garantie gaat niet naar nul bij een tweedehandsje.

Arnoud

Nee, bij een kapotte telefoon moet je echt een volledig nieuwe terugkrijgen

| AE 9398 | Ondernemingsvrijheid | 38 reacties

Apple moet een klant een écht nieuw toestel leveren en geen exemplaar met mogelijk gebruikte onderdelen ter vervanging van een kapot product. Dat maak ik op uit een recent vonnis van de rechtbank Amsterdam. Sinds het vonnis van vorig jaar mocht Apple geen tweedehandsjes (pardon, ‘refurbished’) meer verstrekken als reparatie van een toestel onhaalbaar bleek. Apple levert nu weliswaar ‘replacement’ toestellen, maar die kunnen gebruikte onderdelen bevatten (“maar dat hoeft zeker niet”). De rechtbank is kort maar krachtig: nope.

Als je een nieuw product koopt, dan moet dit aan de gewekte verwachtingen voldoen. Dat heet de conformiteitseis, ook wel de wettelijke garantie geheten. Wanneer het product daar niet aan blijkt te voldoen, moet de winkel (niet de fabrikant) dit gratis herstellen. En als herstel niet haalbaar is, dan moet hij het product vervangen.

Wat is een vervanging in de context van een telefoon? Je zou zeggen, gewoon een nieuwe. Dat krijg je bij Albert Heijn ook als je pak hagelslag een dag na de verkoop bedorven blijkt. Maar voor telefoons ligt dat kennelijk moeilijker, althans bij Apple. Die hanteerden lang de strategie dat een tweedehandsje van een andere klant ook goed was. Zo’n “refurbished” telefoon was dan net zo goed. Immers, je had toch ook al een tijdje met je eigen toestel gewerkt, dus je gaat van een gebruikt toestel naar andermans gebruikt toestel. Dat vinden we bij tandenborstels ook niet erg. Toch?

De rechter trok daar vorig jaar een stevige streep door: als een winkel (hier Apple) een telefoon verkoopt die defect blijkt, dan hebben ze nooit geleverd wat was beloofd, namelijk een nieuwe en werkende telefoon. Die moet nu dus alsnog worden nageleverd, en geen flauwekul met andermans tweedehands tandenborstel.

Ook de constructie van hier – “nieuwe tandenborstel maar met mogelijk gebruikte borstelkop” – vindt geen genade bij de rechtbank:

Een replacement iPad, is ondanks hetgeen Apple hierover allemaal heeft aangevoerd, geen nieuwe iPad, maar een replacement, hoe vergelijkbaar deze exemplaren ook eventueel zijn. Apple biedt de replacement ook niet als ‘nieuw’ aan op de markt.

Oftewel, je kunt de boom in met je mooie woorden: je had al die tijd gewoon een nieuwe en werkende iPad moeten leveren, dus doe dat nu eindelijk eens gewoon. Op straffe van een dwangsom van €100 per dag dat die niet geleverd wordt.

Tentamenvraag: welke variant wordt de opvolger van de refurbished / replacement iPad?

Arnoud

Apple mag defecte iPhones niet vervangen door refurbished toestellen

| AE 8790 | Ondernemingsvrijheid | 27 reacties

Als je als consument een iPhone koopt en die blijft defect, hoef je geen genoegen te nemen met een refurbished toestel. Dat maak ik op uit een recent vonnis van de rechtbank Amsterdam. De winkel (in dit geval toevallig Apple zelf) moet een nieuw toestel leveren. Dit volgt uit het consumentenrecht. Apple zal haar beleid… Lees verder