Op Flickr staan meer dan 55 miljoen foto’s onder een Creative Commons licentie. Die mag je dus allemaal gratis en voor niets gebruiken en verder verspreiden. Tenzij je dat commercieel wilt doen: bij bijna 80% van de foto’s heeft de fotograaf dat specifiek verboden. En dat is niet alleen zo bij Flickr. Ook op weblogs en andere sites met Creative Commons materiaal wordt vaak gekozen voor de optie om commercieel gebruik te verbieden. Waarom zou dat zijn?
Creative Commons is voor veel mensen nogal wennen. In plaats van de volledige controle te houden, sta je nu toe dat anderen je werk verspreiden en misschien zelfs bewerken. Goed, ze moeten je naam er bij laten staan, maar zullen ze die wel goed spellen? In mijn geval een zeer relevante vraag. En gaan ze niet knoeien in mijn prachtige tekst, of knippen in die foto? Maar heb je je eenmaal over die angst heen gezet, dan zie je wat een mooi resultaat Creative Commons kan opleveren. Je werk wordt door anderen zichtbaar gewaardeerd. Je vakantiefoto blijkt voor iemand waardevol genoeg om het logo van zijn site te worden. Je blogpost komt in een online cursus over bloggen terecht, of je muziek wordt onderdeel van een grappig filmpje.
Soms zal dat gebruik ‘commercieel’ zijn. Anderen verdienen dan geld met jouw werk. En dat is iets waar veel mensen moeite mee lijken te hebben. Stel je voor dat iemand jouw werk in een boek gaat uitgeven en daar geld mee verdient. Of je foto in een advertentie-campagne verwerkt en overal in bushokjes ophangt. Instinctief roept dat een verontwaardigd gevoel op. Hoe durven ze. Maar is dat gevoel nu “hoe durven ze geld te verdienen met mijn werk” of eigenlijk “hoe durven ze geld te verdienen met mijn werk zonder mij een deel te geven”? Volgens mij het laatste. En ik vraag me af of dat wel een goede reden is.
Een tijd geleden sprak ik daarover met een econoom. Die had een boekje geschreven, zag geen kans dat uitgegeven te krijgen en slingerde het toen maar als Creative Commons op internet. Maar wel onder een “non-commercial” licentie. Want stel iemand ging het toch uitgeven, dan liep hij inkomsten mis. Na een half uur filosoferen kwamen we echter tot de conclusie dat als je zelf geen kans ziet het werk te vercommercialiseren, er eigenlijk geen economische rechtvaardiging is waarom jij geld zou moeten krijgen als iemand anders dat wel lukt. Het geld verdienen is dan niet meer jouw prestatie, maar die van de slimmerik die het gat in de markt zag. Jij hebt jouw prestatie, het maken van het werk, al verricht zonder dat je dat geld verwachtte. Dus waarom zou je dat nu alsnog moeten krijgen? Vond ik wel een opmerkelijk inzicht.
Recht op geld zit hem in de schaarste. Als ik NU een bepaalde foto nodig heb, of een specifieke tekst, dan moet ik daar iemand voor betalen. Heb ik de tijd, dan ga ik wel op Flickr zoeken naar een geschikte foto. Of wachten tot iemand die maakt natuurlijk. Omgekeerd: je hebt recht op royalties omdat je iets doet wat op dat moment uniek en/of schaars is. Dingen schrijven en wachten tot mensen er voor gaan betalen, lijkt me niet helemaal de bedoeling.
(Een bijzonder geval is exclusiviteit. Wil jij als enige van mijn werk op een bepaald gebied profiteren, dan gaat je dat geld kosten. Gelukkig heeft mijn werkgever dat heel goed begrepen.)
Maar copyright dan, is dat geen rechtvaardiging? Want met copyright heb je tenslotte recht op geld voor elke kopie, elke vercommercialisering eigenlijk van je werk. Tsja. Zoals Marco Raaphorst het zegt: Veel mensen denken dat copyright een middel is om geld te verdienen. Dat als je geen copyright gebruikt je arm zult worden. Een kromme gedachte want copyright levert alleen juridische bescherming, maar het garandeert geen inkomen. Royalties zijn voor maar heel weinig mensen genoeg om van rond te komen. Je kunt onderhand beter bij McDonald’s hamburgers gaan bakken, berekende Steve Albini ooit. Nee, van copyright word je niet rijk.
Bovendien, heb ik er wel zin in om iedereen achter de vodden te zitten omdat ze een artikeltje van mijn site overnemen? Niet echt. Dan maak ik liever gebruik van die slimmerikken die geld weten te verdienen met mijn werk. Want, zoals Robert Scoble het mooi omschrijft:
I’ve found that the more I give away my content, the more magical stuff happens to me anyway and if that means my photos or writings or videos get used in some way that I don’t really like, well, that’s a risk I’m willing to take.
Daarom heb ik gekozen voor een Creative Commons licentie met toestemming voor commercieel hergebruik. Materiaal op mijn site mag iedereen hergebruiken. Ja, jij ook. Word jij daar rijk van, hartstikke mooi. Maar zet mijn naam er wel bij, zodat iedereen weet dat ik al die briljante (ahem) dingen heb gezegd. Dat is goede promotie voor mij – zolang je mijn naam maar goed spelt.
Arnoud<br/>
(de titel van deze post is geïnspireerd op Marco Raaphorst’s post van 26 april)