In een virtuele wereld kun je ook stelen

runescape-diefstal.jpgEen amulet in een virtuele wereld blijkt een zaak die je kunt stelen, zo vonniste de rechtbank Leeuwarden eergisteren. Twee jongens wisten september vorig jaar van hun slachtoffer enkele virtuele goederen in de online roleplaying game Runescape af te pakken. (Dit is dus niét de Habbo-zaak waarover ik in november vorig jaar berichtte) Het slachtoffer werd met geweld gedwongen om naar het huis van één van de daders te gaan, waar men inlogde op Runescape en het slachtoffer verplicht werd om in te loggen zodat men de controle over zijn account over kon nemen en al zijn virtuele goederen naar hun eigen avatars kon overzetten. Ook dit ging gepaard met het nodige fysieke geweld.

Het is duidelijk dat hier sprake was van bedreiging met en gebruik van geweld, maar het opmerkelijke aan deze zaak was dat men diefstal van de goederen ten laste had gelegd. Het is namelijk geen uitgemaakte zaak dat je dergelijke virtuele zaken kúnt stelen.

Waarom was dit dan wel diefstal? De rechtbank formuleert een aantal eisen. Zo moet de bezitter waarde hechten aan het item, maar dat hoeft geen financiële waarde te zijn. Dat was in deze zaak duidelijk het geval. Ook moet je de feitelijke macht erover kwijt kunnen raken, en dat kan bij dit soort virtuele zaken natuurlijk prima.

De belangrijkste eis is echter dat sprake moet zijn van “voor menselijke beheersing vatbare objecten”. En dat is een lastige als het gaat om dingen die geen pijn doen als ze op je voet vallen. Computergegevens zijn bijvoorbeeld geen zaken die je kunt stelen, en bandbreedte ook niet. Elektriciteit dan weer wel, wat voor de fysici onder u misschien moeilijk te verteren is, maar dat mag u in de comments kwijt. In ieder geval, de rechtbank is daar vrij makkelijk in:

De virtuele amulet en het virtueel masker als bedoeld in de onderhavige zaak zijn geen stoffelijke goederen, alhoewel ze wel waarneembaar zijn. Gelet op de bedoelde jurisprudentie is dat geen beletsel om ze als goed als bedoeld in artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht aan te merken.

Daarmee is de strafbaarheid gegeven. Vanwege de jonge leeftijd van de verdachten (14 jaar ten tijde van de diefstal) krijgen ze een werkstraf van 160 uur.

Dit is een baanbrekend vonnis, dat bij mijn weten één van de eerste keren vormt dat in Europa een virtueel item als steelbaar aanmerkt. Wat mij betreft een goede ontwikkeling. Wat offline moet online gelden heet het altijd, en het wegnemen van virtuele goederen is in principe net zo kwalijk als het wegnemen van “echte” goederen.

Natuurlijk betekent dat niet dat elke kopieeractie nu diefstal is. Het uploaden van muziek valt dus niet onder 310 Strafrecht (lees je mee, Tim?), want daarmee raakt de uploader noch de rechthebbende de feitelijke macht kwijt over de muziek. Dit vonnis gaat over situaties waarin één specifiek persoon de macht heeft over een object, en die kan overdragen. Het zal dus vooral voor virtuele werelden zoals Runescape, maar ook Habbo Hotel of World of Warcraft van belang zijn.

Update (12 november 2009): bevestigd in hoger beroep.

Ik twijfel of het ook opgaat voor domeinnamen. Ook die zijn maar door één persoon tegelijk te gebruiken, en je kunt op dezelfde manier als deze jongens deden zorgen voor de overdracht van een domeinnaam. Wat denken jullie? En waar zou dit vonnis nog meer toepassing vinden?

Arnoud

Bandbreedte kun je niet stelen

dak plafond studentenflat computer aftappenHet aftappen van internetverbindingen is geen diefstal, bepaalde de rechtbank Amsterdam donderdag. In deze strafzaak had de verdachte een computer geinstalleerd in het vals plafond van een studentenflat om zo van de snelle internetverbinding daar te profiteren. Naast inbreuk op het auteursrecht (vanwege uitgewisselde muziek) werd ook diefstal van “capaciteit van bandbreedte” ten laste gelegd.

De rechtbank bepaalt in het vonnis echter dat dat niet kan. Door ongeoorloofd gebruik te maken van bandbreedte verliest de rechthebbende immers hierover niet noodzakelijkerwijs de feitelijke macht, aldus de rechtbank. Hij heeft nog steeds controle over de netwerkverbinding en kan deze nog steeds gebruiken. Misschien dat de snelheid omlaag gaat door de meeliftende plafondpc, maar snelheid is geen tastbaar iets dat je kunt stelen.

Het stelen van niet-tastbare zaken is al lang een moeilijk punt in het recht. Tjalling Hielkema van Solv wijst terecht op het Elektriciteits-arrest uit 1921, waarin werd bepaald dat elektriciteit wel degelijk gestolen kon worden. Stroom is voor menselijk beheersing vatbaar, en door het aftappen van de stroom van de buurman kon deze niet meer over die stroom beschikken. Dat vond de Hoge Raad hetzelfde als het stelen van een fysiek object zoals een fiets.

Computergegevens waren volgens diezelfde Hoge Raad geen goed, zo bleek in 1996. Het kopiëren of wegnemen van gegevens is vervolgens apart strafbaar gesteld in de Wet Computercriminaliteit.

Het verbaast me dan ook dat hier gekozen is voor een tenlastelegging van diefstal en niet van computervredebreuk. Het aansluiten van je eigen PC op andermans netwerk lijkt mij een vorm van binnendringen, en het gebruik van de netwerkcapaciteit is daarbij een strafverzwarende omstandigheid (art. 138a leden 1 en 3 Wetboek van Strafrecht). Mag ik dit een flater van het OM noemen?

Via Boek9.nl en met dank aan Mr. D.M. Rupert, Teurlings & Ellens advocaten .

Arnoud

Diefstal van game-credits – kun je daar eigenaar van zijn?

‘Een principieel verschil met het pikken van andermans knikkers is er niet.’ Planet – Arjan Dasselaar maakt zich boos over de sensatiezoekende berichtgeving over de pogingen om de Runescape-credits in te pikken.

Sinds wanneer komt het NOS Journaal opdraven op het moment dat een leerling van een middelbare school een paar tikken krijgt? Nou, sinds er internet bij kan worden gehaald.

Hoe die discussie afloopt, leest u bij zijn column op Planet. Ik was zelf meer geinteresseerd in of het nou strafbaar is, iemands credits aftroggelen. Natuurlijk is mishandeling en bedreiging strafbaar, ongeacht de reden waarom. Maar er zijn genoeg manieren om iemands credits of ander bezit bij Habbo, Runescape en World of Warcraft te pakken te krijgen. Mag dat?

In principe mag alles dat van de spelregels mag. Als ik weken bezig ben een duur harnas te pakken te krijgen, en mijn karakter wordt daarna door een medespeler vermoord, dan ben ik het harnas kwijt. Jammer maar helaas, dat zijn de spelregels. Het wordt twijfelachtig als die medespeler een bot gebruikt, dat is een vorm van valsspelen. Dan moet ik bij de spelleiding gaan klagen, zodat zij de boel ongedaan maken. Het via de rechter verhalen van schade door iemands overtreden van de spelregels kan vaak ook. Een voetballer die na een grove tackle ‘op de man’ zijn been breekt, kan de ziekenhuiskosten terug krijgen.

Het wordt juridisch relevant wanneer spelobjecten verhandeld worden voor echt geld. Je kunt op diverse sites bieden op zulke “in-game objects”. Na betaling komt er dan in het spel een karakter naar je toe, dat je het object geeft. Er gaat zo veel geld om in die activiteit dat het voor Korea al aanleiding was om er belasting op te heffen. Dan gaan er mensen beginnen over “eigendom” en “diefstal”, want die zijn hun dure investering kwijt.

Via R-win.com vond ik het boek Recht in een virtuele wereld (Word-bestand) over de juridische aspecten van Massive Multiplayer Online Role Playing Games (MMORPG), door Arno Lodder (red.) van het NVvIR met veel nuttige observaties over dit onderwerp.

Wie iets maakt of iets koopt, heeft daar gewoon het eigendomsrecht op. Alleen, dat iets moet dan wel een “voor menselijke beheersing vatbaar object” zijn, zo staat in het Burgerlijk Wetboek. Abstracte dingen zijn geen “zaken” en die kun je dus niet in eigendom hebben. Sommige abstracte zaken kun je met een intellectueel eigendomsrecht beschermen. Op een tekst heb je auteursrecht, en op een uitvinding kun je octrooi aanvragen. Je bent dan nog steeds geen “eigenaar van de uitvinding” maar je kunt wel anderen verbieden die commercieel toe te passen.

Hoe tastbaar is nu een spelobject? Genoeg om met een tafel of auto vergelijkbaar te zijn? Dat blijkt een lastige vraag. Je kunt heel natuurkundig kijken: een spelobject bestaat uit elektrische stroompjes of magnetische velden in een computersysteem, en die stroompjes of velden zijn uniek en bovendien voor menselijke beheersing vatbaar. De alfa’s die het Burgerlijk Wetboek hebben geschreven, wilden daar niet aan: “het begrip zaak mag niet worden vereenzelvigd met ‘stof’ in natuurwetenschappelijke zin, en uitsluitend de eisen van het ‘praktische rechtsleven’ bepalen wat het recht als zaak beschouwt.”

Oftewel: als maar genoeg mensen vinden dat ze eigenaar zijn van hun Habbo-meubilair of zeldzame Warcraft-uitrusting, dan is dat ook zo.

Voor zelf ontworpen objecten (bv voor in Second Life) zou de ontwerper waarschijnlijk wel auteursrecht kunnen claimen. Het zijn creatieve werken, en tekeningen op de computer zijn net zo goed beschermd als tekeningen op papier.

Bij standaard spelobjecten gaat die redenering niet op. Die zijn door de spelontwerper gemaakt, en de spelers kunnen ze alleen gebruiken en aan elkaar geven. Een speler kan dus geen intellectueel eigendomsrecht claimen.

Arnoud

Werknemer gebruikt GPL software van werkgever bij eigen bedrijf

Toevallig vond ik een vonnis over een geschil tussen een automatiseringsbedrijf en een (ex-)werknemer. Deze werknemer was gedurende zijn dienstverband vennoot van een vof, door hemzelf aangeduid als hobbybedrijfje. Dit hobbybedrijf leerde Virtual Private Network (VPN) oplossingen aan een bedrijf dat ook klant van zijn werkgever bleek te zijn. Daarbij zou onder andere de software van dat bedrijf gebruikt zijn. Echter:

Met betrekking tot de gebruikte technieken voert [gedaagde] aan dat Serac ten deze vordering onvoldoende heeft onderbouwd, dat VRISned (en niet [gedaagde]) gebruik heeft gemaakt van software die gratis te downloaden is (zgn. GPL-software) van het internet (wat ook Serac bij uitvoering van een dergelijke opdracht zou doen) en dat derhalve onduidelijk is welke technieken Serac bedoelt. [gedaagde] betwist dat Serac rechten zou kunnen ontlenen aan enig auteursrecht, laat staan dat sprake zou zijn van enige inbreuk daarop door [gedaagde].

Mag een medewerker bij zijn eigen bedrijf gebruik maken van dezelfde open source als bij zijn werkgever? Die laatste heeft natuurlijk geen auteursrecht op die software. Hooguit zou je kunnen betogen -en dat gebeurde hier ook- dat de manier waarop je die aan elkaar knoopt, unieke toegevoegde waarde is van het bedrijf. En bedrijfsgeheimen mag je niet zomaar meenemen en zelf gebruiken als werkgever.

In een heel andere zaak, over je eigen bedrijf beginnen na ontslag en zonder concurrentiebeding, werd de ex-werknemer verboden de software van de baas te gebruiken. Maar de rechter meldde daarbij wel dat “delen van het systeem die uitsluitend informatie bevatten die voor iedereen vrij via het publieke domein toegankelijk zijn, van het verbod zijn uitgezonderd”. Je mag dus dezelfde open source gebruiken als je vroeger bij je werkgever deed.

Arnoud

12 maanden cel voor computervredebreuk

12 maanden cel voor de ‘gamehacker’, zoals Bright hem noemt. De hacker had in januari en februari bij diverse gamesbedrijven, waaronder Darkfall, ingebroken en code gestolen. Van de 12 maanden zijn er acht voorwaardelijk, en omdat de man al vier maanden in voorarrest had gezeten komt hij direct op vrije voeten.

Planet legt uit:

De verdachte heeft hij bij twee bedrijven, Aventurine en Zenimax, de computer gehackt om op die wijze online een nog niet op de markt gebracht of geheel ontwikkeld computerspel te kunnen spelen. Bij Aventurine ging het om de MMORPG Darkfall Online. Daarnaast heeft hij bij een derde bedrijf de computer gehackt om vertrouwelijke productgegevens en broncodes van software over te nemen. Bij een vierde bedrijf heeft verdachte in de computer ingebroken om een inkomstengenererende clickbanner te kunnen instaleren.

Eerder schreef Peter Olsthoorn op Netkwesties over de zaak:

Het zou een belangwekkende zaak worden met een hoge straf als afschrikking voor andere potentiële computerkrakers. Te meer daar buitenlandse partijen tot de gedupeerden behoorden, het bewijs rond was en een bekentenis daar. Maar Peter de R. kwam er genadig vanaf. Hij had al zo geleden in het Huis van Bewaring.

Zo loopt deze op het oog indrukwekkende strafzaak toch min of meer met een sisser af. Peter de R., tot deze zaak nog met een blanco strafblad, krijgt een voorwaardelijke straf als stok achter de deur om niet in herhaling te vervallen.

Arnoud