Kun je een bitcoin-bundel opeisen als erfgenaam?

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyEen lezer vroeg me:

Wat als iemand overlijdt met bitcoins en de wettelijk erfgenaam heeft geen toegang tot de bitcoins, maar iemand anders die geen erfgenaam is wel. Kun je die dan opeisen?

Dit lijkt een wat ingewikkelde vraag om te beantwoorden. Volgens mij zijn we er immers juridisch nog niet helemaal uit wat bitcoins nu precies zijn. Geld, fysieke zaken of wat anders?

Gelukkig heeft het recht een soort van oplossing. Naast de fysieke zaken bestaat er ook het concept van de (vermogens-)rechten: overdraagbare aanspraken op “stoffelijk voordeel” (art. 3:6 BW), even kort gezegd. Dat hoeft niet iets fysieks te zijn. En dan zijn we er, want vermogensrechten zijn dingen die geërfd of bij testament afgestaan kunnen worden. Je hebt dus juridisch gezien als erfgenaam recht op de bitcoins van de overledene.

Praktisch gezien is dit dan weer wel ingewikkeld, want bitcoins zijn niet eenduidig aan een persoon te koppelen. Net zoals contant geld. Als er een zak geld bij een kennis ligt, dan kun je wel erfgenaam zijn van dat geld maar a) hoe bewijs je dat en b) hoe krijg je dan die zak geld als de kennis ontkent die te hebben?

Het enige dat ik kan bedenken, is het regelen op wallet-niveau. Je legt dan bij testament vast wat het nummer van je wallet is, en je regelt dat de executeur-testamentair het wachtwoord daarvan krijgt. De inhoud van de wallet is dan per definitie het voor de erfenis beschikbare setje bitcoins.

Ontvreemdt iemand die wallet, dan kun je met het testament in de hand bewijzen dat dat is gebeurd en dan zijn juridische opeisingsprocedures mogelijk. Alleen kan daarna de wallet ineens leeg blijken, en dan?

Ik vraag me nu af hoe mensen met zakken contant geld dit oplossen. Iemand praktijkervaring? 🙂

Arnoud

Scheiding van tafel en website

Volgens mij de eerste keer dat een website deel is van een boedelscheiding: de rechtbank Limburg oordeelde vorige week in een echtscheiding dat de vrouwelijke partner de website uit de boedel mocht hebben. Juridisch niet heel gek, hoewel het wel nogal informeel omschreven is, maar het roept wel vragen op.

Een website is juridisch geen fysiek ding zoals een tafel (of een hond, die ook moest worden toebedeeld). Wat het wél is, dat is niet met één woord te zeggen. Een site valt uiteen in content, software, domeinnaam en vast nog een aantal niet-tastbare componenten. Ik denk dat je dan al snel uitkomt bij het auteursrecht voor de content en software, en bij het algemene vermogensrecht voor de domeinnaam.

Dergelijke immateriële rechten zijn deel van een boedel als je in gemeenschap van goederen bent getrouwd. Ze zijn gemeenschappelijk eigendom (art. 3:166 BW). Dat betekent dat je ze niet los van je partner kunt exploiteren. Binnen het huwelijk geen probleem, maar ga je scheiden dan moeten ze worden verdeeld anders ontstaat een onwerkbare situatie.

Het meest logisch bij zo’n boedelverdeling is dat de rechten naar partner gaan die feitelijk de werken gemaakt heeft, maar een echt harde regel is dat niet. En als beide partners ergens hebben gewerkt aan de site, dan wordt het natuurlijk helemáál een lastige kluwen om te ontwarren.

Ik ben trouwens benieuwd wanneer er voor het eerst een Facebookprofiel moet worden opgedeeld in een echtscheiding. Van wie zijn de daar geposte berichtjes, foto’s en vrienden?

Arnoud

Vereffening nalatenschap hoeft niet in Staatscourant of krant gepubliceerd

oude-krant.jpgDe nabestaanden van Karst T. hoeven de afwikkeling van diens nalatenschap niet te publiceren in de Staatscourant en twee dagbladen, meldde BNR Nieuwsradio dinsdag. De kantonrechter in Arnhem vond dat het in niemands belang zou zijn om hen op kosten te jagen door een dergelijke dure procedure te verplichten, nu er geen geld in de boedel blijkt te zitten.

In de beschikking (geen vonnis!) bleek dat T. een negatief saldo had, en de erfgenamen dit (natuurlijk) niet wensten te aanvaarden. De rechter moest dan ook zoeken naar een afwikkeling tegen zo min mogelijk kosten. Punt daarbij was dat een en ander bekend gemaakt moet worden (art. 4:209 BW). Volgens art. 4:206 BW zou dat moeten gebeuren in de Staatscourant plus twee landelijke dagbladen. Maar:

De kantonrechter is van mening dat bekendmaking op internet een even goede, misschien zelfs betere mogelijkheid geeft aan iedere belanghebbende om op de hoogte te komen van de financiële situatie van de nalatenschap. Dit brengt ook geen nieuwe kosten met zich mee. De vindplaats zal in dit geval algemeen bekend worden gemaakt met een persbericht. De bekendmaking van de beschikking zal plaats vinden op rechtspraak.nl / uitspraken onder het LJN-nummer dat in het persbericht zal worden genoemd.

Het persbericht heb ik nog niet gezien, maar hoe dan ook is dit een zeer positieve ontwikkeling. Nu waren de omstandigheden hier nogal bijzonder; zou de uitspraak bijvoorbeeld anders zijn geweest als er wel een batig saldo zou zijn geweest?

Verder vraag ik me af of het handig is om deze zaken via Rechtspraak.nl te gaan publiceren. De Staatscourant is immers per 1 juli jl. alleen nog elektronisch beschikbaar. Waarom niet gewoon daar een aparte sectie voor dit soort gegevens opnemen? Dan blijf je bij het aangewezen medium, en verplaats je alleen de manier van aanbieden. Of zou SDu nog steeds geld vragen voor advertenties in de Staatscourant?

Update (7 februari 2010): de rechtbank Breda doet het nu ook in andere zaken.

Arnoud

Zet je auteursrecht in je testament

Ik was voorlopig nog niet van plan dood te gaan, maar je weet nooit. Dus is het verstandig om via een codicil of testament te regelen wat er met je spullen gebeurt na je overlijden. Wat veel mensen daarbij vergeten, is te regelen wat er met je auteursrechten gebeurt. Ook auteursrechten zijn namelijk deel van je ‘vermogen’, en je erfgenamen verkrijgen ook al je auteursrechten. Het is dan nog zeventig jaar geldig.

De erfgenamen mogen dan beslissen wat er verder met je werk gebeurt. Al gegeven licenties kunnen ze niet zomaar intrekken of opheffen, maar ze kunnen bijvoorbeeld wel het geven van nieuwe licenties stopzetten en het origineel van internet halen. Voor mensen die hun werk onder bijvoorbeeld Creative Commons-licenties publiceren, is dat niet altijd wenselijk. Is daar wat aan te doen?

Je kunt bij testament iemand aanwijzen als erfgenaam van je auteursrechten. Een codicil is niet genoeg: daarmee kun je alleen bepaalde roerende zaken zoals sieraden en meubels nalaten. Een auteursrecht is een vermogensrecht en geen ‘zaak’. De persoon die je aanwijst, moet dan iemand zijn in wie jij vertrouwen hebt dat hij of zij het auteursrecht zal uitoefenen zoals jij dat wilt.

Je kunt iemand aanwijzen als erfgenaam onder een voorwaarde, bijvoorbeeld de voorwaarde dat hij of zij het werk onder een bepaalde Creative Commons-licentie zal blijven aanbieden op internet. Daarmee heb je dus meer controle over wat er zal gebeuren met je auteursrecht. Wil de erfgenaam echter die voorwaarde niet op zich nemen, dan vervalt die aanwijzing en vallen de auteursrechten via de gewone regels toe aan je “wettelijke erfgenamen”.

Afdwingen dat de erfgenaam die voorwaarde naleeft, is natuurlijk wat lastig als je ondertussen dood bent. Daarom zou je bij deze constructie een executeur aan moeten wijzen, die bevoegd is om de naleving te controleren en desnoods via de rechter af te dwingen. Die executeur mag iedereen zijn, het hoeft niet één van de erfgenamen te zijn. Hij of zij moet er wel zin in hebben natuurlijk.

Een andere optie is om het auteursrecht via een legaat aan iemand toe te wijzen. Een legaat is een soort van schenking die pas plaatsvindt als de schenker overlijdt. Die schenking mag ook onder zo’n voorwaarde. De ontvanger, de legataris is geen erfgenaam maar kan alleen aanspraak maken op het geschonken deel van de boedel. De legataris heeft bijvoorbeeld niets te maken met eventuele schulden in de boedel.

Een nadeel van een legaat is wel dat de legataris niet automatisch het auteursrecht krijgt. Hij krijgt slechts een vorderingsrecht op de erfgenamen, en kan daarmee van de erfgenamen eisen dat zij het auteursrecht aan hem afstaan. Maar als er meer schulden in de boedel zitten dan bezittingen, dan krijgt de legataris niets. De schulden moeten eerst worden betaald, en als het daarvoor nodig is dat auteursrecht te verkopen, dan gaat dat boven het recht van de legataris.

Arnoud

Erfenis inclusief Hotmail-account?

Kun je bits erven? Eva Visser, advocaat bij Stibbe, bespreekt de vraag of webmail-aanbieders verplicht kunnen worden tot afgifte van informatie uit een e-mailaccount, indien de gebruiker van dat account is overleden.

Aanleiding voor de vraag was de Amerikaanse zaak Ellsworth vs. Yahoo, waarin de ouders van een overleden militair toegang wilden tot diens mailbox. Yahoo weigerde dat, en wees op de algemene voorwaarden die een gerechtelijk bevel eisten. Probleem daarbij was dat het account na 90 dagen zou worden opgeheven. Uiteindelijk werd de zaak geschikt.

In Nederland valt het afgeven van zulke informatie onder de Wet Bescherming Persoonsgegevens, maar de bescherming vervalt met het overlijden van de persoon in kwestie. Wat dat betreft is er dus geen probleem.

Wat wel vaak een probleem is, is dat de contracten met de e-mail providers meestal geen regeling over dit onderwerp bevatten. Maar, schrijft Visser, in het algemeen is het zo dat de nabestaanden de contracten van de overledenen overnemen, en op die grond zouden zij dus toegang moeten kunnen krijgen tot het webmail account. Alleen, hoe komen ze dan aan het wachtwoord? Volgens Visser zou uit de redelijkheid & billijkheid, het grote vangnet in het recht, moeten volgen dat de provider in die situatie mee moet werken door het wachtwoord op te sturen.

Het artikel staat als PDF online bij Stibbe.

Arnoud