Facebook mag pagina’s offline halen die in strijd zijn met haar eigen COVID-19 beleid, las ik bij Rechtspraak.nl. Dat is gek, want Youtube mocht laatst juist niet bepaalde video’s offline halen omdat ze in strijd waren met haar eigen regels.
De betreffende Facebook-regels dateren uit januari. Sinds die tijd “werkt Facebook samen met wereldwijde organisaties zoals de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en UNICEF om hen te helpen bij de bestrijding van verspreiding van informatie over COVID-19 die schadelijk zou kunnen zijn voor de volksgezondheid”, lees ik in het vonnis. Dat komt zo terug in de voorwaarden:
Nu mensen over de hele wereld worden geconfronteerd met deze ongekende noodsituatie voor de volksgezondheid, willen we er zeker van zijn dat onze richtlijnen voor de community mensen beschermt tegen schadelijke inhoud en nieuwe typen misbruik die zijn gerelateerd aan COVID-19. We werken eraan inhoud te verwijderen die mogelijk schade in de echte wereld kan toebrengen, zoals door ons beleid voor het verbod op de coördinatie van schade, verkoop van medische maskers en gerelateerde goederen, haatdragend taalgebruik, pesten en intimidatie en desinformatie die bijdraagt aan het risico op dreigend geweld of fysieke schade.In juli dit jaar ontdekte horeca-belangenorganisatie Smart Exit dat haar Facebookpagina “Nee tegen 1,5 meter” was verwijderd, en bij navraag werd gemeld dat dat was vanwege overtreding van dit beleid. Ook de organisatie Viruswaanzin overkwam iets dergelijks, al blijkt vervolgens onduidelijk wat er nu precies bij wie verwijderd was. De rechtbank wijst de eis niet af vanwege deze onduidelijkheid, omdat het gaat om een algemene vraag: mag Facebook eigen beleid voeren over wat je wel en niet mag zeggen over COVID-19?
Die discussie is terug te voeren op wat juristen noemen de horizontale werking van de vrijheid van meningsuiting. Die vrijheid geldt namelijk in principe tegen de overheid (“verticale werking”): die mag jou niet verbieden je mening te uiten, behalve voor zover noodzakelijk én wettelijk geregeld. Andere burgers (of bedrijven) zijn niet zo hard gebonden aan dat verbod. Die hoeven niet mee te werken en mogen je zelfs hinderen.
Pas als de vrijheid van meningsuiting als geheel in gevaar komt, dan kan dat anders komen te liggen. Dat is precies waar het Appleby-arrest over gaat (dat vanwege de AVG kennelijk nu het [partij]/Verenigd Koninkrijk-arrest heet):
Where, however, the bar on access to property has the effect of preventing any effective exercise of freedom of expression or it can be said that the essence of the right has been destroyed, the Court would not exclude that a positive obligation could arise for the State to protect the enjoyment of the Convention rights by regulating property rights.Facebook heeft weliswaar een enorm bereik met haar platform, maar dat is op zichzelf nog geen argument dat zij dus maar iedere mening toe moet staan. Sterker nog: als je dat citaat hierboven goed leest, dan staat er dat in zo’n situatie de overheid iets moet doen, namelijk een wet maken om Facebook op dit punt te reguleren. Niet dat Facebook dan automatisch alles toe moet laten.
Indirect heeft de vrijheid van meningsuiting wel effect op relaties tussen burgers onderling. In juridische taal, deze werkt door in bijvoorbeeld de redelijkheid en billijkheid of de maatschappelijke betamelijkheid. Ook dan is het geen automatisme dat je dus alles moet mogen zeggen, een toetsing blijft vereist. En in dit geval valt die uit in het voordeel van Facebook:
In het licht hiervan wordt wel het volgende overwogen. Facebook handelt door haar COVID-19 beleid te hanteren voorshands niet in algemene zin in strijd met hetgeen – naar huidige opvattingen – maatschappelijk betamelijk is. Zij heeft een maatschappelijke plicht om zich te houden aan overheidsrichtlijnen, tenzij die evident onjuist zijn. Dat is voorshands niet het geval. Het wetenschappelijk en maatschappelijk debat over COVID-19 en wat passende en doeltreffende maatregelen zijn, is nog gaande.En dan gaat de rechtbank nog een stapje verder. Want Facebook volgt de Europese aanbevelingen van de overheid, en die aanbevelingen moet je dan juist zien als een (softe) regulering van het spanningsveld tussen de uitingsvrijheid, de volksgezondheid en de belangen van Facebook en haar gebruikers. Daarmee doet Facebook dus eigenlijk al precies
En wat is nu het verschil met Youtube? Daar werd vooral gezegd dat in het algemeen kritische uitingen op overheidsbeleid en wetenschappelijke bevindingen niet zomaar tegengehouden mag worden, maar wel gevaarlijke uitingen afkomstig van een huisarts: die nemen mensen eerder serieus. Dus dat voelt als een specifieker geval dan deze uitspraak.
Arnoud