Is crypto en bitcoin nou geschikt voor criminelen of niet?

| AE 13161 | Privacy | 5 reacties

De Amerikaanse autoriteiten hebben een man en vrouw gearresteerd die worden verdacht van het witwassen van bitcoins die in 2016 bij platform Bitfinex werden gestolen. Dat meldde Tweakers vorige week. De FBI zou 3,15 miljard euro aan cryptocoins in beslag hebben genomen. Een enorm bedrag (afgezien van de speculatieve waarde van de munten), en wat velen verbaasden was vooral dat het kennelijk zo makkelijk was deze mensen op te sporen. Cryptomunten zijn toch de perfect crime: ontraceerbaar en anoniem? Nou ja, niet echt dus.

In 2016 werd de bitcoin-handelsplaats Bitfinex beroofd: er werd in totaal 119.756 bitcoin gestolen, destijds zo’n 58 miljoen euro waard. In geld van vandaag is dat 3,9 miljard euro (ongeveer 433 Sywerts). Althans, als je het in euro om weet te zetten, want daar zat hem de kneep: hoe moet je dat voor elkaar krijgen in de infrastructuur van cryptomunten?

Want ja, het verschuiven van crypto van wallet A naar wallet B dat kan zonder nadere identificatie. Maar op zeker moment wil je er echt geld / fiatgeld voor hebben, en dan moet je langs een exchange. Dat is dus allemaal te volgen, een mooie truc daarvoor was deze Twitterbot maar het zit inherent in de blockchain: alle transacties worden openbaar gemaakt, dus je kunt van de gestolen bitcoins precies zien waar ze heengaan. En zodra ze dan bij een wisselkantoor uitkomen, val je daar als FBI binnen en vraag je de know-your-customer identificatie op.

Er zijn natuurlijk trucs, zoals zogeheten tumblers die geld opsplitsen en met ander geld combineren zodat het veel lastiger te traceren is. Maar deze twee hadden pech een door de FBI opgerolde tumbler te hebben gebruikt. Ook hielp het niet dat de opsporingsdienst toegang tot een cloudaccount wist te krijgen, waar niet nader genoemde informatie werd gevonden waarmee diverse wallets en dergelijke geïdentificeerd konden worden.

Bij Tweakers lees ik nog dat exchanges deze bitcoins op een zwarte lijst zouden hebben, zodat deze beheerders weten wanneer crimineel geld langskomt. Net zoals een bank gestolen bankbiljetten kan herkennen aan de serienummers. Alleen hebben bitcoins geen serienummer, het zijn geen munten maar tellertjes die in een transactie vermeld staan. Het zijn de transacties (er ging 1 BTC van meneer Sassaman naar meneer Wright) die geregistreerd worden, en die je dus allemaal terug kunt zoeken.

De kern is in ieder geval: als je begint met gestolen bitcoins, dan is goed bij te houden waar die heen gaan. En ik zie zeker wel hoe een wisselkantoor dan zal weigeren deze om te zetten naar dollars of euro’s. En dan is het een beetje ingewikkeld om wat te doen met je gestolen geld.

Als de bitcoins zelf niet gestolen zijn, dan ligt het iets anders. Bij ransomware bijvoorbeeld gaan de bitcoins weliswaar naar criminelen, maar de bitcointransactie zelf is legitiem (er gaat 1 BTC van A naar B). En dan is het lastiger dit te traceren tot een persoon die er euro’s van maakt. Specifiek daar is bitcoin (of crypto in het algemeen) wél interessant voor criminelen.

Arnoud

 

Wat mag je nog met tracking pixels tegenwoordig?

| AE 11460 | Privacy | 25 reacties

orgverzekeraars maken gebruik van omstreden tracking-software die is verstopt in e-mails aan klanten, zo meldde Radio 1 onlangs. Deze reportage was een vervolg op eerdere berichten dat onderwijsdienst DUO trackers gebruikte om te zien of studenten hun mail wel lazen, zonder dit te melden. Dat zou in strijd zijn met de AVG. DUO is ermee gestopt, de door Reporter Radio onderzochte zorgverzekeraars gaan hun privacyverklaring aanpassen maar lijken niet te stoppen. Wat dus de vraag oproept, mag dat nu wel of niet van de AVG?

Een tracking pixel is een al wat oudere truc om te achterhalen of iemand je mailbericht heeft gelezen, althans opengeklikt. Er zit dan een plaatje van 1 bij 1 pixel in de mail, en je mailprogramma haalt dat plaatje op net zoals andere afbeeldingen. Dat valt jou als lezer niet op want het is maar 1×1 pixel en bovendien wit of transparant. Maar bij het ophalen wordt je IP-adres geregistreerd, en de bestandsnaam is uniek voor jou als ontvanger zodat de afzender kan zien dat deze pixel vanuit jouw mailbericht is opgevraagd. Dat is dan het bewijs dat jij die mail hebt geopend.

In deze context is dat IP-adres een persoonsgegeven, of iets preciezer: die unieke bestandsnaam in combinatie met IP-adres en datum plus tijd van opvraging is het persoonsgegeven “persoon ed@example.com heeft de mail opengeklikt”. En dan is de AVG van toepassing.

Onder de AVG moet je allereerst een grondslag hebben. Dat zal gewoonlijk het eigen gerechtvaardigd belang moeten zijn, want toestemming vraagt geen hond en echt noodzakelijk voor een overeenkomst is het niet. Welke nieuwsbrief is zo belangrijk dat je moet moet moet weten dat deze aangekomen is? Maar een eigen belang – marketing en statistieken – dat zie ik wel. Daar staat dan natuurlijk het privacybelang van de ontvanger tegenover, maar wanneer je de vastlegging uitsluitend gebruikt voor algemene statistieken (deze truc geeft 5% meer opens, in België leest slechts 20% onze nieuwsbrief) dan denk ik dat het marketingbelang wint.

Wel moet je duidelijk informeren over de tracking. Dat zal op zijn minst in de privacyverklaring moeten gebeuren. Maar eigenlijk denk ik dat het duidelijker moet dan dat – een zin bij het “inschrijven voor de nieuwsbrief” formulier, en misschien zelfs wel een zin in de mail zelf. Hoewel dat laatst eigenlijk wat laat is, de tracking pixel is dan al ingeladen. Ook moet er een opt-out (bezwaar) mogelijkheid zijn. Dat mensen zelf blockers kunnen installeren, is wat mager. Je zult mensen dat dan uit moeten leggen. Maar ik denk dat je dan een heel eind komt.

Oh ja, dan is er ook nog de Telecommunicatiewet die in tegenstelling tot wat de Volkskrant zegt wél geldt voor tracking pixels. Er wordt immers een pixel op je computer gezet. Dat “de registratie gebeurt op de server van de afzender” is niet relevant, de Telecomwet gaat niet over waar persoonsgegevens worden verwerkt maar of er data op randapparatuur wordt opgeslagen. Maar het gaat desondanks goed, omdat dergelijke simpele analytics vallen onder de Nederlandse uitzondering op de cookiewet. Dit schendt niet of nauwelijks de privacy en is bedoeld om de effectiviteit van een geleverde dienst te meten. Dan is er geen toestemming nodig.

Dus onder de streep kom ik uit bij een kopje in de privacyverklaring “nieuwsbrief en volgsysteem” waaronder je uitlegt dat je tracking toepast, welke gegevens je vastlegt daarvoor en hoe mensen dit tegen kunnen houden. Toestemming vragen is niet nodig.

Voor DUO ligt dat anders. Dat is een overheidsinstantie, dat die mails verstuurt in de uitoefening van haar publieke taak. In dat geval is zij niet bevoegd de grondslag van het eigen gerechtvaardigd belang in te roepen – zij moet een wettelijke grondslag hebben om dit te mogen doen. En die is er niet.

Arnoud

Te koop bij uw ISP: uw browsergeschiedenis

| AE 9355 | Privacy | 16 reacties

Amerikaanse internetproviders mogen binnenkort de internetgeschiedenis van hun klanten verkopen aan derden, meldde Ars Technica vorige week. Een besluit van die strekking is door zowel Congres als Huis van Afgevaardigden aangenomen. Het besluit verklaart een eerdere regel van de toezichthouder FCC ongeldig, waarin werd bepaald dat alleen met aparte opt-in dergelijke gegevens mochten worden verzameld en verkocht.

Het achterliggende argument lijkt te zijn dat de advertentiemarkt te veel in het voordeel van social media en zoekdiensten is. Die kunnen van alles en nog wat verzamelen en verkopen, en toestemming regelen ze met onleesbare gebruiksvoorwaarden die iedereen toch wel accepteert. Terwijl die arme zielige ISPs alle investeringen in infrastructuur mogen doen en dan niet eens een advertentietje hier of daar mogen doen om een centje bij te verdienen. Mogelijk zit er ook een stukje politiek achter, nu de huidige president de visie lijkt te hebben dat toezicht eigenlijk überhaupt een slecht idee is.

Elders wijst Bruce Schneier erop dat de belangrijkste pijn er hier in zit dat je gewoon niet van provider kunt wisselen. In theorie zou je kunnen stoppen bij Facebook (hoewel ik dan denk: moehaha yeah right) maar van provider wisselen is vaak gewoon onhaalbaar omdat er geen alternatief ís. Je onttrekken aan deze monitoring zou wellicht kunnen met een VPN, maar dat zijn weer forse extra kosten en vaak verminderde prestaties.

In Nederland zou dit nauwelijks te doen zijn. Privacy op internet is verankerd in Europese regels; ons parlement is niet eens bevoegd om zulke regels te maken waarbij opt-in zou worden afgeschaft. Weer zo’n juridisch verschil met de VS: privacy is daar beperkt tot wat je met de gordijnen dicht thuis doet, en dat gegevens over jou privacygevoelig zijn, wil er eigenlijk gewoon niet in bij ze.

Arnoud

Mag de politie zeggen “U twittert wel heel veel”?

| AE 8376 | Regulering, Uitingsvrijheid | 60 reacties

Twitterende tegenstanders van azc’s moeten rekening houden met een bezoekje van de politie. Mag dat? Dat schreef NRC vorige week. „Wij hebben orders gekregen om u te vragen op uw toon te letten. Uw tweets kunnen opruiend overkomen”, kreeg een Sliedrechtenaar te horen nadat hij had getwitterd over een AZC-bijeenkomst. Iets strafbaars zei hij niet,… Lees verder

Amerikaanse politie mag nepaccounts op Instagram gebruiken, onze politie ook?

| AE 7259 | Regulering | 3 reacties

De Amerikaanse politie mag nepaccounts op Instagram aanmaken en hiermee vrienden worden met verdachten, las ik bij Nu.nl. Zo kon men foto’s verkrijgen die bewijs leverden van een wetsovertreding zonder dat een bevelschrift nodig was. Een Amerikaanse rechter achtte dat legaal. Hoe zou dat bij ons gaan? In Nederland mogen politieagenten minder dan gewone burgers…. Lees verder