Mag je andermans stamboom overnemen onder auteursrecht of databankrecht?

stamboom-genealogie.pngHet maken en publiceren van stambomen blijft een onderwerp met lastige juridische vragen. Met name waar het gaat om gebruik van gegeven die anderen hebben verzameld.

Het verzamelen van brongegevens voor een stamboom is een tijdrovend werk. Hergebruik van andermans gegevens is daarentegen buitengewoon eenvoudig, zeker als alles gewoon op internet staat. Niet zo gek dus dat iemand die stamboomgegevens heeft verzameld, het niet leuk vindt als een ander die gebruikt.

Toch is daar juridisch wat tegen doen, niet eenvoudig. Het meest voor de hand liggende recht, het auteursrecht, gaat eigenlijk niet op bij stambomen. Voor auteursrecht moet je creatieve arbeid hebben verricht. En hoewel het verzamelen en combineren van gegevens veel arbeid is, is die arbeid niet creatief. Feiten op een rijtje zetten en de juiste combinaties maken levert dus geen auteursrechtelijk beschermd werk op.

Dit bleek uit een onlangs gepubliceerd vonnis. In deze zaak spande de verzamelaar van een uitgebreide stamboom aan gegevens een rechtszaak aan tegen een ander die delen daaruit op een genealogie-website had geüpload. De claim werd afgewezen, want

een stamboom betreft immers een opsomming van gegevens die vaststaan en waarin dus geen creatieve keuzes kunnen worden gemaakt, omdat anders de stamboom incorrect of onvolledig is. Verder valt niet in te zien dat het verbinden van de gegevens en het trekken van conclusies uit de voorhanden zijnde gegevens enige creatieve arbeid vereist. De keuze of rangschikking van stamboomgegevens vormt geen intellectuele schepping.

Een optie die wellicht wél had kunnen werken is het databankrecht. Het verzamelen, verbinden en verrijken van een collectie gegevens in een doorzoekbaar systeem is immers haast de definitie van een databank maken. En een databank is beschermd als je voor deze handelingen een substantiële investering in tijd, moeite of geld hebt gedaan.

Hiervoor zijn echter geen harde criteria. In bovengenoemde zaak was er ook te weinig bewijs hoe veel er nu was overgenomen uit de databank, en dan houdt het ook snel op natuurlijk.

Het lijkt ergens onrechtvaardig dat iemand zo je noeste arbeid kan overnemen en er goede sier mee maken. Maar een recht geven op het resultaat van hard werken lijkt me niet bepaald wenselijk: dat zou meer blokkeren dan mogelijk maken.

Arnoud

Dedicated metazoekmachines mogen niet zomaar beschermde databanken doorzoeken

gaspedaal-nl.gifMet je eigen zoekmachine op de achtergrond andermans beschermde databanken doorzoeken en dan de resultaten als je eigen presenteren is inbreuk op het databankrecht. Dat is het oordeel van het Hof van Justitie in de Gaspedaal/Autotrack-saga die al sinds 2007 of daaromtrent loopt. Gaspedaal bood een metazoekmachine voor auto-advertenties: wie bij haar zocht op bepaalde auto’s, kreeg resultaten die even snel bij AutoTrack werden opgehaald en omgefrommeld werden naar de eigen huisstijl. Omdat AutoTrack een beschermde databank heeft, is het niet de bedoeling dat een ander zo meelift op die databank, en dus is hier sprake van inbreuk.

Metazoekmachines zijn handig voor gebruikers, maar de exploitanten van de achtergelegen databanken zijn er vaak minder blij mee. Ik vermoed omdat hun aanbod dan makkelijker te vergelijken is met dat van de concurrent, maar bij inbreuk op absolute rechten zoals auteursrecht of databankrecht doet die reden er eigenlijk niet toe. Als een databank beschermd is, mag je die niet overnemen, ook niet als dat alleen maar meer omzet of bezoekers voor de databankeigenaar zou opleveren (en ook niet als jij er geen cent mee zou verdienen).

In dit geval gaat het Hof er vanuit dat de databank beschermd is. Iets waar ik nog wel een boom over zou willen opzettten, de meeste advertentiesites laten immers de adverteerders het werk doen (intypen gegevens, uploaden foto’s) en beperken hun redactionele werk tot een minimum. En voor databankrecht moet je toch echt zélf substantieel aan de bak. Maar goed, het Nederlandse Gerechtshof dat de vragen had gesteld, had erbij gezegd dat we mogen aannemen dat de databank beschermd is.

Inbreuk op een databankrecht doe je normaal door deze (vrijwel) integraal over te nemen, maar daarvan is hier geen sprake. Elke zoekopdracht wordt opnieuw uitgevoerd, en data wordt niet gekopieerd of bewaard. Maar ook het systematisch opvragen en hergebruiken van kleine stukjes databank kan inbreuk zijn.

Wat vooral bijzonder is, is dat het Hof hier zo nadrukkelijk uitgaat van het eindresultaat: dit opvragen doet de exploitant van de databank (AutoTrack dus) economisch pijn, en dús valt het onder de definitie van ‘hergebruiken’. Een doelredenering dus, maar dat kan legaal zijn in het recht.

Het doet er eveneens niet toe dat Gaspedaal bij het zoekresultaat doorlinkte naar AutoTrack. De schade is al geleden, omdat de bezoeker niet de hoofdpagina van AutoTrack is gaan bezoeken. Plus, Gaspedaal detecteerde doublures (zelfde auto bij meerdere sites) dus een bezoeker kon worden weggeleid naar een concurrent van AutoTrack na het zoeken bij Gaspedaal. En als die bezoeker nou naar Autotrack zelf was gegaan, dan had ie bij AutoTrack de auto gekocht. Tsja. Het voelt nogal speculatief.

Maar nee, dit arrest gaat niet Google onmogelijk maken: het is beperkt tot dedicated zoekmachines die “in wezen dezelfde functionaliteiten” bieden als hun bronnen, realtime opvragen bij diezelfde bronnen, resultaten ontdubbelen en de bevindingen vervolgens in een eigen layout presenteren.

Wel gek eigenlijk: als ik tienduizend bronnen doorzoekbaar maak dan ben ik een maatschappelijk nuttig iets, maak ik drie bronnen doorzoekbaar dan ben ik een parasiet.

Arnoud

Mag ik een API reverse engineeren voor mijn eigen app?

zoeken-harde-schijf.jpgEen lezer vroeg me:

Steeds meer sites en platforms komen tegenwoordig met een eigen mobiele app, maar lang niet altijd zo handig als wel zou kunnen. Nu werken deze apps met op de achtergrond een API (application programming interface) die ik met mijn eigen app ook zou kunnen aanroepen. Maar mag ik hun app reverse engineeren om zo te achterhalen hoe die API van hen in elkaar steekt?

Reverse engineering, oftewel iets uit elkaar pluizen om te zien hoe het werkt, is in het algemeen toegestaan om principes en ideeën te achterhalen. De Auteurswet bevat een verbod op reverse engineering, maar dat gaat eigenlijk over decompileren: het reconstrueren van broncode uit een applicatie. Dat is aan meer regels gebonden. Je mag niet een applicatie decompileren om deze te klonen, maar wél om een compatibele app te maken.

Als je een app decompileert om zo de API te achterhalen, dan stap je in een grijs gebied. Enerzijds doe je dit om een eigen (met het platform) compatibele app te maken, maar anderzijds produceer je wel een soort van kloon van die “officiële” app, en dát mag dus niet. Gelukkig is het meestal genoeg om het dataverkeer te observeren en daaruit af te leiden hoe de API werkt. En dát mag altijd.

Een bijzonder geval ontstaat wanneer de API of het platform gericht is op het ontsluiten van een databank. Als zo’n databank beschermd is door een databankrecht, dan is jouw app mogelijk in strijd met dat recht, want hij biedt dan een middel voor de voorbehouden handeling van

het herhaald en systematisch opvragen of hergebruiken van in kwalitatief of in kwantitatief opzicht niet-substantiële delen van de inhoud van een databank, voorzover dit in strijd is met de normale exploitatie van die databank of ongerechtvaardigde schade toebrengt aan de rechtmatige belangen van de producent van de databank.

Ja, hele mond vol maar het is ook een draak van een wet. Even kijken: je app vraagt herhaald en systematisch data op, check. Per query is de inhoud niet substantieel (niet 90% van de databank), check. (En haal je wél substantieel de hele databank op dan ga je sowieso onderuit onder het databankenrecht.) Is het in strijd met de normale exploitatie of rechtmatige belangen van de producent? Ah, daar zit hem de kneep.

Ik zou zeggen dat wanneer de app hetzelfde soort functionaliteit biedt (maar dan handiger) als de officiële app, er niet snel strijd met normale exploitatie kan ontstaan. Als er een inkomstenstroom zit aan de officiële app (al zijn het maar advertenties) dan wordt het spannend want jouw app omzeilt die dan. En als je met jouw app iets gratis kunt opvragen dat normaal geld kost, dan zie ik ook wel een databankrechtelijk probleem.

Een app die iets heel nieuws doet op basis van een bestaande API, lijkt me in principe niet snel een probleem zolang er geen overlast komt door bv. onevenredig veel opvragingen. Stel je kunt op de Artis-site via een API de voedertijden opvragen, en jij maakt een app over apen (haha, hij zei apie en dat lijkt op API) die onder meer laat zien waar je in Amsterdam apen kunt bewonderen, inclusief de voedertijden van Artis, dan zie ik niet welk belang van Artis hier geschaad zou worden.

Dat zal rechthebbenden er echter niet van weerhouden met juridische dreigbrieven te komen. Of, iets praktischer, de opvragingen vanuit jouw app detecteren en blokkeren. En dat laatste mogen ze, ook als daar eigenlijk geen reden voor is. Het is hun server en willen ze jou niet faciliteren, dan houdt het op.

Arnoud

Prijsopvraagbotjes zijn geen inbreuk op databankrechten of geschriftenbescherming

wegolo.jpgRyanair kan niet verbieden dat handige jongens met botjes geautomatiseerd prijsopgaven komen opvragen. Dat bepaalde het Hof Amsterdam vorige week. Ryanair ligt al langer in de clinch met handige jongens met botjes. Het bedrijf Wegolo had een botje lopen dat bij een prijsverzoek op haar site gauw op de achtergrond bij Ryanair opvroeg wat dat zou kosten. Ryanair maakte daar bezwaar tegen, omdat zij wilde dat mensen bij haar eigen site boeken (zodat ze zelf kunnen upsellen met hotels en autoverhuur natuurlijk). Ryanair beriep zich op databankenrecht en geschriftenbescherming, maar het Hof wijst dat af.

In eerste instantie had de rechtbank beslist dat Wegolo de geschriftenbescherming van Ryanair schond door het herhaaldelijk opvragen van gegevens uit het “geschrift” (lees: de databank) van Ryanair met haar prijsinformatie. Dat is opmerkelijk, omdat met de Databankenwet de geschriftenbescherming eigenlijk gewoon dood had gemoeten. Maar de rechtbank vond een leuke kronkel: een databank die niet beschermd is onder de Databankenwet, mag beschermd blijven onder de geschriftenbescherming.

Het Hof beslist anders, en terecht, zeker nu het Europese Hof onlangs nog eens heeft bepaald dat auteursrecht alléén mag gelden wanneer een werk een “eigen intellectuele schepping van de maker” is.

Ryanair kan geen databankenrecht claimen op haar vertrektijden- en prijzenlijsten. Natuurlijk niet, zou je zeggen, maar ik herhaal het toch maar even om blaffende databankrechtadvocaten tegen de schenen te schoppen. Een databankrecht geldt alleen als er een substantiële investering is gedaan in de opbouw of het opschonen van de databank zelf. Investeringen gedaan voor het maken van de gegevens tellen niet mee. Ryanairs gegevens zijn vluchttijden en prijzen, en alle kosten die daarmee gemoeid gaan, vallen buiten het databankenrecht.

Ook het feit dat Ryanair een verkoopdienst aanbiedt bij haar databank, telt mee. De website is in feite een webwinkel voor vliegreizen, en de kosten van die website zijn dan kosten voor het runnen van de webwinkel. Dat zijn óók geen databankrechtelijk relevante kosten.

De informatie van Ryanair zijn “gewoon” geschriften, beter gezegd verzamelingen van gegevens. Op grond van artikel 24a Auteurswet mag de rechtmatige gebruiker deze verveelvoudigen als dat noodzakelijk is om toegang te verkrijgen tot en normaal gebruik te maken van de verzameling. Dit kan niet in een licentie worden verboden of ingeperkt. Een bezoeker van de Ryanairsite mag dus opvragen wat een vliegreis kost.

Oók Wegolo mag dit doen, omdat de manier die zij toepast precies is “zoals de klant dat zelf ook zou doen”. Wegolo kopieert geen gegevensverzameling, maar doet een onderwaterquery op Ryanair’s site en schraapt de resultaten naar haar eigen layout. Daar is niets mis mee. Wellicht dat dat anders zou zijn, zo overweegt het Hof, als Wegolo’s scrapen zou leiden tot overlast. Grootschalig e-mailadressen scrapen voor spamverzending is een voorbeeld van zulke overlast, net als het overbelasten van de servers van Ryanair.

Verder doet Wegolo ook niets anders dat onrechtmatig is. Ze mag de prijzen van Ryanairs vluchten tonen en mensen overhalen een vlucht daar te boeken (daar heeft Ryanair zelfs profijt van) en het is niet illegaal om daarbij dan zelf de upsells van huurauto’s en dergelijke te doen. Dat Ryanair dan provisie daarop misloopt, is gewoon vrije concurrentie.

Het Hof gaat niet zo ver om de geschriftenbescherming als geheel illegaal te verklaren, wat ik wel een gemiste kans vind maar het was in dit geval niet nodig. Had Wegolo nou de hele prijslijst van Ryanair gekopieerd, dan was dit nog een leuke geweest. Maar voorlopig blijft dit punt dus nog even in juridisch limbo hangen. Wel zijn er leuke juridische opinies te over.

Arnoud

Blaffen met het databankenrecht

Er zal recent wel een cursus databankenrecht voor juristen zijn gegeven of zo, want ik kreeg het de afgelopen weken opmerkelijk vaak: mensen met blafbrieven van advocaten tot wie zich wendden diverse site-eigenaren wiens gegevens werden overgenomen. Het overnemen van die gegevens zou onrechtmatig zijn (“en mogelijk zelfs strafbaar”) en dit dient onmiddellijk gestaakt te worden. Voorts dienen in het bijzijn van een notaris of forensisch IT-expert alle gegevens onomkeerbaar gewist te worden, plus nog eens enkele duizenden euro’s advocaatkostenvergoeding. In de meeste gevallen zijn die claims aperte onzin, en wel hierom.

Wie substantieel investeert in het opbouwen van een databank, heeft daarop een databankrecht. Dit recht is eind jaren negentig ingevoerd om producenten daarvan te beschermen tegen overname. Op een databank rust namelijk meestal geen auteursrecht, omdat het op een rijtje zetten van feiten niet ‘creatief’ is in de zin van de Auteurswet. Een databank maken kan wel hard werk zijn of veel geld kosten, maar dat zijn auteursrechtelijk geen relevante criteria.

Hard werk of veel geld zijn nadrukkelijk wél de criteria voor het krijgen van een databankrecht. Wie “substantieel investeert” in opbouw of onderhoud van een databank, heeft daar bescherming voor. Wat ‘substantieel” is, staat niet in de wet, maar 1,9 miljoen euro voor de Autotrack-site werd in november 2007 als substantieel aangemerkt.

Er is echter een belangrijke grens. De enige investering die je mag meetellen, is de investering op de databank zelf. Investeringen in een andere activiteit tellen niet mee. Anders gezegd: als je databank een bijproduct is van een andere activiteit, dan is deze niet beschermd. Dat blijkt uit het William Hill-arrest, dat bepaalde dat de lijsten met uitslagen van paardenraces geen beschermde databank waren omdat ze een bijproduct waren van het organiseren van die races. De investeringen waren gericht op dat organiseren, en niet op het maken van de lijstjes als zodanig. En een databankrecht krijg je als beloning voor het bouwen van een databank omdat je de substantiële investering dáárvoor anders niet terug kunt verdienen.

In Nederland komt dat ook gewoon terug in de rechtspraak. Zo weten we uit het Zoekallehuizen-arrest dat databanken van makelaars niet beschermd zijn. Post.nl verloor eind vorig jaar een rechtszaak over het eigendom van de postcodes, hoewel daarbij de rechter nu juist niet inging op het databankrecht. Wél beschermd was Autotrack.nl, maar ik vind het opbouwen van een databank met aangeleverde advertenties wel iets anders dan het naar HTML exporteren van een bestaande databank.

Niet dat zo’n arrest een beetje advocaat hindert bij het sturen van boze brieven zoals in de opening geschetst. Zo blogde ik eerder over de de app Trein en de RTL Gemist applicatie die inbreuk op databankrechten zouden maken, maar dat niet doen. Trein bestaat nog steeds, de Gemist app is vanwege angst voor legale stappen uit de lucht. En per mail heb ik er (binair geteld) nog een kleine hand vol langs zien komen.

Opmerkelijk vaak zie ik het van sportbonden, die het niet leuk vinden dat anderen applicaties gaan bouwen om ‘hun’ wedstrijden en standen in kaart te brengen. Want zij hebben het databankrecht op die uitslagen en wedstrijdschema’s – zeggen ze. Maar wie in William Hill de term ‘paardenrace’ vervangt door ‘voetbal/hockey/korfbal/tenniswedstrijd’, krijgt volgens mij precies te horen waar die bonden aan toe zijn: geen databankrecht natuurlijk.

Ook verbaasde ik me hogelijk (nou ja, eigenlijk niet) dat 9292ov databankrecht claimt op de dienstregeling van het openbaar vervoer. Is het organiseren van busroutes wezenlijk wat anders dan het organiseren van voetbalwedstrijden of paardenraces?

Een buitengewoon ergerlijke ontwikkeling. Juridisch blaffen terwijl je wéét dat er rechtspraak ligt die je standpunt onderuit gaat halen is buitengewoon ongepast. Maar vanwege de hoge kosten die je moet maken om terug te blaffen, komt men er vaak ongestraft mee weg.

Arnoud

Hoe verboden is omgekeerd zoeken in telefoongidsen eigenlijk?

telefoongids-telefoonboek-gouden-gids-zoeken.jpgEen lezer vroeg me:

Op diverse sites kun je “omgekeerd zoeken” in telefoongidsen, dus op basis van een nummer de naam- en adresgegevens van een abonnee achterhalen. Als je dat wil aanbieden, moet je wel een CD-foongids kraken of iets anders illegaal doen. Maar stel nu dat je legaal bij die gegevens zou kunnen, mag het dan wel? Of is omgekeerd zoeken per definitie in strijd met de privacy?

Ik zou niet meteen durven zeggen dat het “kraken” van een CD-foongids illegaal is. Het is nog maar zeer de vraag of ereen databankrecht zit op een telefoongids. Je hebt namelijk alleen een databankrecht als je substantieel geïnvesteerd hebt in het telefoonboek zelf. Het lijkt me goed verdedigbaar dat een telefoongids een bijproduct is van het onderhouden van een telecommunicatiedienst.

Alleen geldt er hier de complicatie dat de telefoongids van KPN ondergebracht is in een aparte BV (De Telefoongids BV, inderdaad) wiens hoofdactiviteit is het onderhouden van de telefoongids. Het argument is dan dat de investeringen van DTG puur gericht zijn op de gids en daarmee geen bijproduct zijn. Ik kan het argument niet meteen weerleggen, maar ik heb er wel grote moeite mee dat een niet-beschermde databank alsnog beschermd wordt als je deze maar in een aparte BV stopt.

Maar goed, laten we eens aannemen dat er inderdaad geen databankrecht zit op een telefoongids. Kun je dan een omgekeerd-zoekendienst aanbieden?

Telefoongidsen vallen onder de Telecommunicatiewet, artikel 11.6. Dit artikel vereist toestemming voor opname in de gids, en ook nog eens aparte toestemming voor omgekeerd zoeken in lid 3. Bij mijn weten vragen telecomaanbieders alleen maar om toestemming om je “in de gids” op te nemen, en dat is dus nog geen toestemming voor omgekeerd zoeken. Een omgekeerd-zoekendienst kan dus niet legaal worden aangeboden, tenzij de aanbieder daarvan apart toestemming vraagt aan de betrokken abonnees.

In 2007 heeft DTG geprobeerd de OPTA los te laten op deze diensten, met precies dat argument. De OPTA vond dat echter niet opportuun:

Het college is van oordeel, dat het verschijnsel “omgekeerd zoeken” op zichzelf genomen niet als een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer wordt ervaren, voor zover dit belang wordt beschermd door artikel 11.6, derde lid, van de Tw. De Richtlijn verbiedt omgekeerd zoeken niet en er zijn landen waarin “omgekeerd zoeken” wettelijk is toegestaan. Bovendien zijn bij het college in de afgelopen twee jaar geen klachten binnengekomen van natuurlijke personen (lees: particulieren of consumenten) over het zonder hun toestemming aanbieden van mogelijkheden tot omgekeerd zoeken.

Opmerkelijk: op grond van de privacy is het vereiste van aparte toestemming ingevoerd, maar omgekeerd zoeken is geen schending van de privacy. Maar als er geen klachten van consumenten zijn binnengekomen, dan hoeft de OPTA inderdaad niet op te treden. Het achterliggende idee lijkt te zijn dat mensen die geven om hun privacy, toch al niet in de gids staan (of een anonieme prepaid nemen). Dat DTG het vervelend vindt, is geen argument, want artikel 11.6 is er voor de eindgebruiker en niet voor de aanbieder.

Ik kan daaruit alleen maar de conclusie trekken “het mag niet, maar totdat er mensen grootschalig gaan klagen, zal de OPTA niet optreden”. Dus zolang die omgekeerd-zoekendiensten maar klein en onopvallend genoeg blijven, kunnen ze in de marge blijven opereren.

In juni vorig jaar meldde de staatssecretaris nog dat een “aantal marktpartijen” overwoog deze dienst aan te gaan bieden. Ik neem aan dat dat de telecomaanbieders zelf zijn, die dan via het inschrijfformulier die toestemming gaan regelen. Ik ben heel benieuwd wat er dan gebeurt.

Arnoud

Bewijs van overname uit databank

adresboek-gids-lijst-databank.pngWie stelt dat zijn databank is overgenomen, zal daarvoor bewijs op tafel moeten leggen. Je kunt niet eisen dat het bewijs geheim moet blijven, ook niet als het gaat om ‘sleepers’ die je speciaal tegen inbreukmakers hebt opgenomen. Dat blijkt uit een vonnis van de rechtbank Rotterdam. In deze zaak had de eiser, Ad Hoc Data, een CD-ROM met een bedrijfsgids verkocht aan de gedaagde. Deze had vervolgens een cafégids op internet opgezet, maar volgens Ad Hoc was daarbij haar CD-ROM gebruikt en dat was niet toegestaan onder de licentie. Ad Hoc eiste een contractuele boete van 25.000 euro per overtreding.

De cafégids vocht dit aan met als eerste argument dat de algemene voorwaarden (waar die boete in stond) nooit waren overhandigd. Ad Hoc meldde daarop

dat de bestelprocedure al sinds jaar en dag zo is ingericht, dat de bestelprocedure voor het online afsluiten van een abonnement niet kan worden afgerond indien niet wordt aangevinkt ‘ik ga akkoord met de Algemene Voorwaarden voor een doorlopend jaarabonnement tot schriftelijke wederopzegging’ (zie productie 10). De woorden ‘algemene voorwaarden’ zijn clickable, door hierop te klikken krijgt men de voorwaarden in html-format op het scherm en kunnen deze voorwaarden desgewenst tevens in pdf-format worden gedownload.

Klinkt goed, zou je zeggen. Alleen had Ad Hoc niets overlegd waaruit daadwerkelijk bleek dat die procedure ook zo bestond toen de cafégids het product bestelde. De overlegde producties lieten niet zien hoe de bestelprocedure van specifiek deze bedrijvengids verliep, laat staan dat daaruit bleek dat inderdaad dat aanvinkvakje moest worden aangevinkt.

Het tweede verweer van de cafégids was dat er in de huidige gids geen gegevens van Ad Hoc opgenomen waren. Ad Hoc reageerde daarop met de mededeling dat “ten aanzien van de ‘cafégids’ en ‘cafetariagids’ geldt dat nog in oktober 2008 is gebleken van de aanwezigheid van tenminste één sleeper“. Een sleeper of copyright trap is een item dat niet werkelijk bestaat en dus alleen in een database kan belanden door overname uit andermans database.

Op zich is dat een goede manier om te bewijzen dat er inderdaad is overgenomen, maar je zult dan wel die sleeper aan moeten wijzen. Maar dat weigerde Ad Hoc: men wilde alleen een verklaring overleggen van een getuige die dit had geconstateerd. De sleeper zelf moest strikt geheim blijven, en alleen de advocaten plus de rechtbank mochten daarnaar kijken (artikel 27 Rechtsvordering). De reden was -neem ik aan- dat als Ad Hoc die sleepers onthult, de cafégids die er gauw uit verwijdert en dan kan claimen dat er nu echt niets meer overgenomen is.

De rechter accepteert deze gang van zaken echter niet.

[Ad Hoc] wordt niet in haar belangen geschaad als zij in de databank van gedaagde aangetroffen sleepers openbaart: er zullen in haar databank nog genoeg andere sleepers blijven staan en zij kan in volgende edities van haar databank nieuwe creëren en tussenvoegen, aldus gedaagde. Een gang van zaken als door [Ad Hoc] verlangd, een besloten zitting, zou het de advocaat van gedaagde onmogelijk maken namens deze verweer te voeren tegen aangevoerde bewijsmiddelen . Het zou onaanvaardbaar zijn als gedaagde wordt veroordeeld op basis van geheime bewijsmiddelen.

Op zich terecht: je moet je inderdaad kunnen verweren tegen zulk bewijs, bijvoorbeeld door te controleren of die sleepers wel echt nep (echt nep, ahem) zijn en of die ook in de CD van Ad Hoc stonden. Maar het is wel lastig nu voor Ad Hoc als die sleepers bekend worden. Want je kunt wel zeggen ‘stop maar nieuwe in je volgende editie’ maar daarmee is de huidige versie alsnog kwetsbaar voor onbewijsbare overname. Het is dus maar te hopen voor Ad Hoc dat ze inderdaad genoeg andere sleepers in die database heeft.

Arnoud

Gecorrigeerde Quote 500 ex parte offline gehaald door databankrecht

925-logo.pngDe Quote 500, de jaarlijkse rijkenlijst van het maandblad Quote, moet onmiddellijk van de website 925.nl worden gehaald, meldde nu.nl vrijdag. 925, de website voor “de betere kantoorknuppel” (dat zijn mensen die graag goedemoggel zeggen), had de volledige Quote 500 overgetypt en voorzien van een inflatiecrisiscorrectie online gezet. Het gebbetje van 925 werd uiteraard niet op prijs gesteld bij Quote, dat meteen een deurwaarder langsstuurde. Niet met een dagvaarding, maar met een heus ex parte bevel (via Boek 9) waarin meteen een verbod stond met een dwangsom van 50.000 euro per dag. 925 koos eieren voor haar geld en haalde de lijst offline.

Kan dat zomaar? Ja, dat kan zomaar. Het ex parte bevel is een min of meer uniek instrument dat je bij evidente inbreuk op intellectuele eigendomsrechten kunt inzetten. Artikel 1019e van het wetboek van Rechtsvordering biedt een rechthebbende de mogelijkheid om een “onmiddellijke voorziening bij voorraad te geven op een bij verzoekschrift gedaan verzoek” om aan een bepaalde inbreuk een einde te maken.

De vermeende inbreukmaker wordt niet gehoord of zelfs maar gemeld dat het verzoekschrift is binnengekomen. De rechter doet ook inhoudelijk zelf weinig met het verzoekschrift. Een marginale toets, heet dat juridisch. Klinkt het verhaal aannemelijk, dan wordt het verbod toegewezen en dan horen we het wel van de gedaagde. Jaja, dat gaat ver, maar alles is geoorloofd in de strijd tegen terrorisme, kinderporno, drugshandel en inbreuk op auteursrechten – de 3 ruiters en de ene voetganger van de Internet-Apocalyps*.

Het bevel is gebaseerd op het databankenrecht – de Quote 500 is een databank met 500 {naam, rijkdom}-tupels, volgens Quote. Volgens de definitie van “databank” uit die wet gaat dat strikt genomen wel op. Ook een papieren databank kan een databankrecht hebben. Wel is voor elk databankrecht vereist dat er een “substantiële investering” is gedaan om deze samen te stellen.

Substantieel is de investering van Quote zeker: volgens eigen zeggen 269.000 euro per jaar, plus nog eens 850.000 euro drukkosten, specifiek voor het verzamelen, samenstellen en drukken van de Quote 500. Waarom specifiek? Omdat je anders geen databankrecht hebt. Volgens het William Hill-arrest moet de investering namelijk gericht zijn op het maken van de databank, en niet op het verkrijgen of creëren van de individuele gegevens.

Hier liggen de kosten voor het creëren van de gegevens sterk verweven met het in de databank verwerken van die gegevens. Om de Quote 500 te maken, moet je weten hoe rijk de rijkste 500 mensen zijn. Uitzoeken wat iemands vermogen is, is best veel werk. Heb je die 500 gegevens eenmaal, dan is het op een rijtje zetten daarvan verder triviaal. Is dat uitzoekwerk nu een investering in het creëren van de gegevens (hoe rijk is persoon X) of een investering in het creëren van de databank (wie staat er dit jaar op positie Y)? Het antwoord op die vraag zou een leuke aanvulling zijn op de jurisprudentie.

Wat denken jullie? Mijn eerste gedachte is: nee, geen databankrecht. De investering gaat over het vaststellen van de rijkdom van mensen, en is daarmee gericht op het creëren van de gegevens. Men moet -zo staat in het bevel zelf- “uitvoerig onderzoek doen in openbare registers waaruit de financiële positie van de betrokkenen blijkt”, plus nog interviews met de betrokkenen zelf. Dat doet me denken aan de NVM-makelaars, die ook uitvoerig werk moeten doen om beschrijvingen en gegevens van huizen in Funda te kunnen stoppen, maar desondanks geen databankrecht hadden.

Kan 925 nog iets doen, behalve boos napruttelen op het bretellenblog? Op zich wel: het bevel vermeldt dat de verweerder op 14 november om 10:00 bij de rechter mag verschijnen om uit te leggen dat het verbod onjuist is. Hij kan natuurlijk ook zelf een nog eerder eigen kort geding te starten.

Arnoud<br/> * Vrij naar Bruce Schneier en Terry Pratchett.

Alle postcodes op een rijtje

postcodegebieden.pngZoiets simpels en openbaar als een postcode blijkt nog steeds een groot geheim, zo opent het 6PP-project. Iedereen heeft een postcode, maar als je ieders postcode wilt weten, zul je bij Postcode.nl een licentie moeten nemen. 6pp vroeg zich af, een vrije postcode database moet toch op te bouwen zijn, net zoals een vrije encyclopedie, wegenkaart of film? En men voegde gelijk maar de daad bij het woord door een open databank neer te zetten, inclusief API om er op afstand bij te kunnen.

De vraag daarbij is natuurlijk altijd: mag dat? Postcodes zijn tot op vier cijfers algemeen bekend, maar welke straten nu horen bij welke twee letters, vind je niet zomaar terug. Kennelijk zit daar dus één of andere beperking op. Postcode.nl hanteert ook nog eens licentiemodel, dus dan zal er vast een of ander recht zijn op postcodes. Auteursrecht? Nee, postcodes zijn feiten en die op een rijtje zetten, mag gewoon. Geschriftenbescherming? Wederom nee, de postcodedatabank is geen geschrift. Databankenrecht dan maar?

Zoals vaste lezers wel weten, is een databank beschermd als de bouwer een substantiële investering heeft gedaan (tijd, geld of moeite) om die databank op te bouwen of te onderhouden. Het is op zich best veel werk om heel Nederland in te delen in postcode-regio’s, en natuurlijk om die te updaten. Postcode.nl verkoopt wekelijkse updates, dus kennelijk worden er elke week wijken gesloopt, huizen bijgebouwd of gebieden heringedeeld. TNT Post, voorheen TPG Post, voorheen de PTT, kiest de postcodes zelf. Er is geen overheidsbesluit, zodat het postcodebestand ook niet onder de uitzondering van overheidsdatabanken kan vallen. Gemeentes geven nieuwe straten en andere mutaties door aan TNT, en die verzint daar dan een passende postcode bij.

In een bezwaarprocedure over publicatie van het wegenbestand (NWB) erkende de Staat dat TNT Post een databankrecht heeft op het postcodebestand. Op die grond mochten postcodes niet zomaar in het NWB verwerkt worden. Nu is zo’n beslissing geen jurisprudentie, laat staan bindend recht, maar toch. De hele site Postcode.nl leegtrekken zou ik dus niet adviseren, want als er een databankrecht zit op dat bestand, dan is dat leegtrekken een inbreukmakende handeling.

Er zijn echter nog genoeg andere plekken om postcodes vandaan te halen. Wat te denken bijvoorbeeld van de Kamer van Koophandel? Die hebben voor alle ingeschreven bedrijven de adresgegevens online, en daar staan ook de postcodes bij. Met een beetje slim zoeken krijg je zo een aardig lijstje postcodes. Ook bij huizensites zoals Funda zijn hele lijsten met postcodes te achterhalen. Die lijsten komen niet uit het postcodebestand van TNT Post, ook niet indirect. Bedrijven of makelaars typen die in wanneer ze hun bedrijf aanmelden of een huis te koop zetten. Daarmee zijn die gegevens openbaar, zodat je op basis van die gegevens best je eigen lijst met postcodes mag bouwen.

Update (5 maart 2009): het 6PP project heeft alle gegevens van Buurtlink en Zoekplaats.nl verwijderd uit haar database en gaat via andere wegen aan de slag om legaal postcodes te verzamelen. En via Frankwatching nog een verwijzing naar een petitie Bevrijd de postcode, waar ze helaas lijken te denken dat de postcodes door de overheid verzonnen worden.

Arnoud

Mag Trein opzoeken hoe laat de trein vertrekt?

trein-icoon.pngDe NS is niet blij met het feit dat iPhone-eigenaars snel en gemakkelijk kunnen zien wanneer de trein vertrekt. Of nou ja, met het feit dat die mensen dat doen met de Trein applicatie van informatica-student Dennis Stevense. De NS wil met haar eigen iPhone app komen, en dan is concurrentie natuurlijk niet fijn.

De NS liet Bright weten hier geen toestemming voor te hebben gegeven. Advocaat en blogger-in-ruste Olivier Oosterbaan legt bij 24 Orangesuit waar de NS dit op baseert:

Not likely to qualify for copyright, but probably database protection. The schedules may not qualify for database protection if NS is not able to show that it invested (spent money) in the database, separately from the investment made in the operation of the trains. … Even if it qualifies for database protection, I am not sure that the *app* (and, consequently app maker) would infringe on the database rights, as it apparently only allows the *user* to more easily access the NS database.

Een databank is beschermd als de bouwer een substantiële investering heeft gedaan (tijd, geld of moeite) om die databank op te bouwen. De vraag is wel of de NS heeft geïnvesteerd in het spoorboekje zelf. Bij de invoering van de wet was dit nog een open vraag. Tegenwoordig is die vraag wel beantwoord, zou ik zeggen: nee. Dat spoorboekje is een bijproduct (spin-off) van het maken van een vertrekschema voor de treinen. Uit het William Hill-arrest blijkt dat je databank alleen beschermd is als je investeert in het maken van de databank zelf. Investeringen in het maken of vergaren van de gegevens zelf, tellen daarbij niet.

In het Zoekallehuizen-arrest werd dan ook een databank met te koop staande huizen niet als beschermd gezien:

De investeringen waarover het hier gaat, moeten dus met name betrekking hebben op het aanleggen van de databank als zodanig. Naar het voorlopig oordeel van het hof hebben de makelaars ook in hoger beroep niet voldoende aannemelijk gemaakt dat zij in verband met het verkrijgen, controleren of presenteren van de gegevens op de website aanzienlijke investeringen hebben moeten doen die zij anders niet zouden hebben gedaan. De kosten die betrekking hebben op het verzamelen van gegevens van de woningen die te koop worden aangeboden, moeten de makelaars in het kader van hun dienstverlening zo niet geheel dan toch grotendeels toch al maken. De kosten die gemoeid zijn met het vervaardigen van een website, kunnen evenmin als relevante investeringen gelden, omdat in de huidige tijd elke zich respecterende ondernemer een website heeft en de makelaars ook anders dan voor het publiceren van de woninggegevens al een website nodig zouden hebben.

Kortom, de NS zal moeten laten zien dat de databank van NS.nl echt meer is dan een afspiegeling van haar spoorboekje, en dat ze substantieel heeft moeten investeren om de gegevens uit de NS.nl reisplanner te maken op basis van wat al in het spoorboekje staat. Ik betwijfel of ze dat gaat lukken.

Arnoud