Charles Groenhuijsen maakt zich boos over de Nederlandse regels over cameratoezicht op het werk in zijn column Malligheid ten top: Excuus aan kantoordieven:
Wist u dat vorig jaar een kwart van de Nederlandse werknemers tijdens het werk werd bestolen? Ik wist niet er zo veel gestolen, gesnaaid, gegapt, gepikt en gejat werd. U wel?In Nederland gelden bij cameratoezicht op het werk drie belangrijke beperkingen. Ten eerste mag de werkgever alleen specifiek die werknemers filmen die mogelijk betrokken zijn. Dus niet preventief iedereen.Wat doe je er als baas tegen? Camera’s ophangen? Controle bij de uitgang? Fouilleren? Zo maar onverwacht ergens binnenlopen? Maar ho, ho, ho we zitten hier wel in Nederland. Dus dat gaat zo maar niet. Als je een camera ophangt zonder dat eerst met de halve wereld te hebben overlegd, ben je als werkgever strafbaar. Strafbaar? Ja, strafbaar!
Ten tweede moet de werkgever vooraf hebben gemeld dat er verborgen camera’s gebruikt kunnen worden (maar natuurlijk niet waar die staan). Dat melden kan niet zomaar: de OR heeft instemmingsrecht.
En ten derde moet het middel wel proportioneel zijn. Er moeten geen andere mogelijkheden zijn om de onregelmatigheden aan te pakken.
Het aparte aan deze regels -en wat Groenhuijsen lijkt te negeren in zijn tirade- is dat video-opnames die in strijd met deze regels zijn gemaakt, toch als rechtsgeldig bewijs gebruikt kunnen worden. In een ontslagzaak wegens verduistering van geld uit de kassa vond de Hoge Raad dat, zelfs als de werkgever met het illegale cameratoezicht inbreuk zou hebben gemaakt op het privéleven van de verdachte, “dit nog niet betekent dat dit bewijsmateriaal in een procedure als de onderhavige niet mag worden gebruikt.”
Arnoud