Moet ik per ongeluk ontvangen bitcoins teruggeven?

Een leuke casus bij Tweakers:

Een vriend van mij, die niet heel handig is met betrekking tot het opzetten van een [bitcoin]wallet, wilde ook graag investeren. Ik heb toen aangeboden dat ik de BTC voor hem zou beheren, aangezien ik een Trezor heb. … Ik kreeg [van het bedrijf Bitonic] in plaats van €1000 aan bitcoins, twee transacties van beide €1000 aan bitcoin binnen op mijn adres. [Mag ik dat houden?]

Waarop een uitgebreide morele discussie volgt die neerkomt op “hoe onfatsoenlijk is dat”. Maar er zit natuurlijk ook een juridische component aan, zeker als Bitonic vervolgens mensen blijkt te hebben gemaild met de opmerking dat ze het juridisch mogelijk niet terug kunnen eisen.

Die opmerking snap ik niet, want juridisch gezien is het niet heel spannend. Die onterecht ontvangen bitcoins zijn een “onverschuldigde betaling” in de zin van de wet (art. 6:2036:212 BW) en je moet de wederpartij dan schadeloos stellen. Formeel geldt die plicht vanaf dat je het betaalde hebt ontvangen, niet vanaf dat men je heeft opgespoord. Je moet het dus gaan brengen, ongevraagd.

Het heet weliswaar een onverschuldigde betaling maar het geldt ook voor onverschuldigd gegeven fysieke dingen, dus ik twijfel er niet aan dat een onverschuldigd opgestuurde bitcoin onder dit kopje valt. Die bitcoins moeten dus terug.

Tevens is het een misdrijf om zulk ontvangen spul voor jezelf te houden (verduistering, art. 321 Strafrecht – het is geen diefstal want je hebt ze niet door een misdrijf verkregen). Vanaf dat je besluit ze niet terug te geven, pleeg je dus een misdrijf.

Wat er gebeurt bij koersverschillen is een lastigere. Dat is op zichzelf ook schade, maar hoe dat uitpakt bij bitcoin weten we nog niet. Maar hier maakt dat niet veel uit, want je kunt gewoon de bitcoins teruggeven zonder dat er iets moet worden gewisseld van of naar Euro’s.

De uitspraak van Bitonic snap ik wel vanuit praktisch gezichtspunt. Hoe vind je al die ontvangers, en hoe bewijs je wie welk geld heeft dat terug moet. En vooral: is dat de kosten waard? Zuiver formeel hebben ze ongelijk, want het moet gewoon terug, punt.

Arnoud

Mag het mijnen van cryptomunten online advertenties vervangen?

Intrigerende ontwikkeling las ik bij Dutch Cowboys: het plaatsen van een crypto-munt mijner op een website die de processor van jouw computer gebruikt om die digitale valuta te genereren. Dit ter vervanging van de klassieke advertentie, waar immers geen cent meer mee verdiend wordt omdat iedereen adblockers heeft. Het idee is niet helemaal nieuw maar werd nu vooral stiekem toegepast. Zou je het ook legaal en open kunnen doen, zeg maar een mijnmuur “Geef toestemming voor cryptomuntmining of de site wordt ontoegankelijk”?

Cryptomunten zoals bitcoin werken zonder centrale autoriteit. In plaats daarvan worden transacties gedecentraliseerd gecontroleerd, en daarvoor zijn complexe berekeningen nodig. Om mensen te stimuleren daaraan mee te werken, word je beloond wanneer je computercapaciteit daarvoor beschikbaar stelt: na voldoende te hebben gerekend, krijg je een gratis nieuwe munt. Dit proces wordt ook wel mining oftewel mijnen of delven genoemd.

Het is technisch mogelijk (maar niet superefficiënt) om software voor dergelijk mining in Javascript uit te voeren, dat dan via een website kan worden verspreid zonder dat mensen apart software moeten downloaden en installeren. Dat biedt dus mogelijkheden om dit bij bezoekers van je site te doen, en daar komt dus het idee vandaan uit de openingsalinea: je moet deze software laten draaien (en mij de gedolven munten geven) anders mag je niet op mijn site.

Mag dat? In principe ja. Het is jouw site, en als jij rare eisen wilt stellen aan de toegang dan is dat jouw beslissing. Omdat het gaat om het installeren van software, is hierop de cookiewet van toepassing. Die eist dat er toestemming wordt gegeven voordat dit programma mag worden losgelaten. Er wordt immers informatie (een script) opgeslagen op de harde schijf van de gebruiker, al is het maar de browsercache.

Uitzondering op die toestemmingsplicht is wanneer de informatie functioneel relevant is, oftewel nodig voor het goed werken van de site. Daarmee zijn normaal Javascripts te rechtvaardigen, maar specifiek hier zie ik dat niet: dit script is niet strikt nodig om de site goed te kunnen laten werken. Zonder toestemming zie ik dit dus niet werken.

Een cookiewall dus – een cryptomuntminingwall. Kan, maar dan kom ik bij een ander issue. Een advertentie is irritant maar mijn computer krijgt er in principe geen last van (malware-injecties daargelaten). Maar het delven van cryptomunten kan een zware belasting voor je computer zijn, en dat zou in ieder geval in theorie tot storingen of zelfs hardwareschade kunnen leiden. Hoewel ik me moeilijk kan voorstellen dat dat ook zou spelen bij een Javascript-gebaseerde delver, maar daar weten jullie denk ik meer van dan ik.

Arnoud

Kun je een bitcoin-bundel opeisen als erfgenaam?

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyEen lezer vroeg me:

Wat als iemand overlijdt met bitcoins en de wettelijk erfgenaam heeft geen toegang tot de bitcoins, maar iemand anders die geen erfgenaam is wel. Kun je die dan opeisen?

Dit lijkt een wat ingewikkelde vraag om te beantwoorden. Volgens mij zijn we er immers juridisch nog niet helemaal uit wat bitcoins nu precies zijn. Geld, fysieke zaken of wat anders?

Gelukkig heeft het recht een soort van oplossing. Naast de fysieke zaken bestaat er ook het concept van de (vermogens-)rechten: overdraagbare aanspraken op “stoffelijk voordeel” (art. 3:6 BW), even kort gezegd. Dat hoeft niet iets fysieks te zijn. En dan zijn we er, want vermogensrechten zijn dingen die geërfd of bij testament afgestaan kunnen worden. Je hebt dus juridisch gezien als erfgenaam recht op de bitcoins van de overledene.

Praktisch gezien is dit dan weer wel ingewikkeld, want bitcoins zijn niet eenduidig aan een persoon te koppelen. Net zoals contant geld. Als er een zak geld bij een kennis ligt, dan kun je wel erfgenaam zijn van dat geld maar a) hoe bewijs je dat en b) hoe krijg je dan die zak geld als de kennis ontkent die te hebben?

Het enige dat ik kan bedenken, is het regelen op wallet-niveau. Je legt dan bij testament vast wat het nummer van je wallet is, en je regelt dat de executeur-testamentair het wachtwoord daarvan krijgt. De inhoud van de wallet is dan per definitie het voor de erfenis beschikbare setje bitcoins.

Ontvreemdt iemand die wallet, dan kun je met het testament in de hand bewijzen dat dat is gebeurd en dan zijn juridische opeisingsprocedures mogelijk. Alleen kan daarna de wallet ineens leeg blijken, en dan?

Ik vraag me nu af hoe mensen met zakken contant geld dit oplossen. Iemand praktijkervaring? 🙂

Arnoud

Aankoop en verkoop van bitcoins is vrij van btw

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyBitcoin en andere virtuele valuta mogen zonder btw worden omgewisseld van en naar echt geld, las ik bij Bloomberg. Het Hof van Justitie bepaalde dat dit omwisselen telt als dienstverlening onder het EU-verdrag, en wel in de categorie “vrijgesteld van btw’. Daarmee komt de virtuele valuta weer een stapje dichter bij “geld zijn”.

De zaak was aangespannen door de Zweedse belastingdienst, die stelde dat een bitcoinhandelaar aldaar btw moest afdragen over zijn diensten waarbij hij Euro’s accepteerde en een bedrag in bitcoins uitkeerde. De Belastingdienst zag dit dus als gewoon dienstverlening, maar de handelaar stelde dat dit geldwisselen betreft, en over dat laatste hoef je geen btw te betalen.

Het Hof begint met vast te stellen dat virtuele valuta zoals bitcoins geen ‘lichamelijke zaken’ zijn, omdat het enige doel ervan is ze als betaalmiddel te gebruiken. Dat betekent overigens niet dat ze dus niet steelbaar zijn, dit gaat om de vraag in welke btw-categorie ze horen. Voor de btw gaat het dus om diensten.

Sommige diensten zijn vrijgesteld van btw. Eén zo’n vrijstelling is voor handelen met “deviezen, bankbiljetten en munten die wettig betaalmiddel zijn”. En het Hof komt tot de conclusie dat bitcoins voldoen aan die omschrijving. Je wisselt immers wettige betaalmiddelen voor alternatief geld, en dat valt er dan onder. (Denk ik. Het Hof zegt zelf al dat de wet niet helemaal duidelijk is over wat wordt bedoeld met “handelen met” in deze context, maar men vindt het in ieder geval een goed idee dat bitcoin eronder valt – en daarom valt het eronder. Rechters zijn DWIM compilers van het recht.)

Hoe zit dat nu met in-game credits en andere virtuele valuta die aan één aanbieder zijn gebonden? Daarover kreeg ik van diverse lezers vragen. Ik denk dat dát er buiten valt. Een essentieel kenmerk van bitcoins is dat ze twee kanten op kunnen worden omgewisseld voor gewoon geld, en dat is bij in-game credits en dergelijke eigenlijk nooit het geval. Verder zegt het Hof dat belangrijk is dat de dienstverlener betaald moet worden uit de marge in de wisselkoersverschillen. Ook dat zie je niet bij creditaanschaf.

Voor bitcoin exchanges is dit een prettige uitspraak, want ze weten nu waar ze aan toe zijn met hun btw. En bitcoin is weer een stapje dichterbij een positie als gewoon betaalmiddel.

Arnoud

Gastblog: Bitcoin: geld of geen geld?

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyOmdat ik met vakantie ben vandaag een gastbijdrage. Vandaag: een bijdrage van Jos Visser over de status van de virtuele valuta Bitcoin in het financiële recht.

Met de opkomst van het Internet en de mogelijkheid om online producten en diensten te kopen ontstond de wens om met een veilig digitaal betaalmiddel te betalen. Die wens leek al in het midden van de jaren negentig in vervulling te gaan met DigiCash. Helaas was David Chaum, de ontwerper van DigiCash, even geniaal als moeilijk in de omgang en het Amsterdamse bedrijf ging dan ook ondanks interesse van diverse grote zakelijke partijen eind jaren negentig failliet. De wens om anoniem en veilig te betalen op het Internet leefde echter voort en in oktober 2008 publiceerde het mysterieuze genie Satoshi Nakamoto het ontwerp van een nieuwe digitale munteenheid: Bitcoin.

Wat Chaum niet lukte, lukte een grote groep van Bitcoin enthousiastelingen wel, en sinds de eerste Bitcoin transactie op 12 januari 2009 is er dan ook sprake van een gestage opmars van het aantal Bitcoin betalingen. De liefhebbers noemen Bitcoin “digitaal geld” en spreken in het verlengde daarvan over Bitcoin munten, de Bitcoin wisselkoers en Bitcoin portemonnees; allemaal woorden die met geld te maken hebben. Steeds meer web sites accepteren betalingen in Bitcoin en hier en daar zijn zelfs al Bitcoin geldautomaten te vinden. Maar, zo vraagt de jurist zich vervolgens af, is Bitcoin wel geld? En is het eigenlijk wel van belang om te weten of Bitcoin “geld” is? Als de koper ermee wil betalen, en de verkoper accepteert het, wat is dan het probleem? Boekenbonnen en ANWB cheques zijn toch ook geen geld?

Verreweg de meeste overeenkomst die we sluiten hebben als component een verbintenis om een bepaald bedrag in geld te betalen. Dit is zo gebruikelijk dat een hele afdeling in ons Burgerlijk Wetboek is gewijd aan “Verbintenissen tot betaling van een geldsom.” Die afdeling bevat het antwoord op vragen als: Wat te doen als de betaling te laat is of uitblijft? Moet de betaling in cash of mag er ook giraal worden betaald? Mag er in geld van een ander land worden betaald? Als Bitcoin geld is dan gelden die regels ook voor betalingen en betalingsverplichtingen in Bitcoin, en dat zou de acceptatie van dit digitale betaalmiddel een behoorlijke impuls geven.

“Geld” is zo’n begrip waarvan nergens precies gedefinieerd is wat het nu eigenlijk is. De artikelen in ons wetboek die gaan over verbintenissen tot betaling van een geldsom spreken uitgebreid over “geld”, “geldsom”, “geld dat gangbaar [is] in het land in welks geld de betaling geschiedt”, “Nederlands geld”, “buitenlands geld”, enzovoorts. Maar regels om aan te geven of iets geld is, of wanneer geld gangbaar is, ho maar. De bron van alle kennis, Wikipedia, zegt over geld: “Geld is enig object of enige toetsbare vermelding dat in een bepaald land of binnen een gegeven sociaal-economische context algemeen wordt aanvaard als betaling voor goederen en diensten en de terugbetaling van schulden.” Met deze definitie in de hand is het niet moeilijk in te zien dat de Euro, het Britse Pond en de Zwitserse Frank geld zijn. Maar is Bitcoin geld?

De wet bevat her en der ook verwijzingen naar het begrip “wettig betaalmiddel”. Wettige betaalmiddelen zijn die vormen van geld waaraan de wet schulddelgingskracht heeft gegeven. Dit betekent dat als je een schuld af wilt lossen, bijvoorbeeld omdat je net een brood hebt gekocht, en je komt aanzakken met een wettig betaalmiddel, dan heb je wettelijk gezien gepoogd te betalen. Als de schuldeiser die betaling niet accepteert komt het verzuim voor zijn of haar rekening. Een boekenbon is geen wettig betaalmiddel, maar het Engelse Pond en de Zwitserse Frank zijn dat (In Nederland) ook niet. Aan het betalen met een wettig betaalmiddel kleven overigens nog wel wat beperkingen. Zo hoeft een schuldeiser een betaling met meer dan 50 munten niet te accepteren. Ook kan vooraf de acceptatie van bepaalde vormen van betaling, bijvoorbeeld met een 200 of 500 eurobiljet, rechtmatig worden uitgesloten. Of iets een wettig betaalmiddel is of niet vloeit voort uit de wet, waarin her en der aan bepaalde munten en biljetten de status van wettig betaalmiddel wordt gegeven. Euromunten en -biljetten zijn natuurlijk een wettig betaalmiddel in Nederland. De Bitcoin wordt niet in de wet genoemd en is dus geen wettig betaalmiddel. Maar is het wellicht dan toch geld?

De rechtbank te Almelo zag zich indirect voor de vraag gesteld of Bitcoin “gangbaar geld” is. De zaak ging over een situatie waarin iemand 2.750 Bitcoins had gekocht maar er slechts 990 geleverd kreeg. Dit was sneu voor de koper aangezien de Bitcoins die op moment van het sluiten van de koopovereenkomst zo’n acht euro deden in 2014 voor meer dan 900 euro per Bitcoin van de hand gingen. Tel uit je verlies! De koper wendde zich vervolgens tot de rechtbank met het verzoek die schade te vergoeden en beriep zich daarbij op artikel 6:125 van ons Burgerlijk Wetboek. Dit artikel stelt dat schade die is ontstaan doordat “na het intreden van het verzuim de koers van het geld tot betaling waarvan de verbintenis strekt, zich ten opzichte van die van het geld van een of meer andere landen heeft gewijzigd” dient te worden vergoed. De koper stelde zich dus op het standpunt dat Bitcoins geld zijn, dat de overeenkomst er eentje was waarbij verkoper zich verplicht had tot betaling van een geldsom, dat hij door koper’s verzuim om alle gekochte Bitcoins te leveren wisselkoersschade had geleden, en dat het wetboek expliciet stelt dat die schade vergoed dient te worden.

Door het inroepen van artikel 6:125 zag de rechtbank zich voor de vraag gesteld of Bitcoins geld zijn in de zin van de genoemde afdeling uit het Burgerlijk Wetboek. Immers, indien Bitcoins geen geld zijn dan kan het ingeroepen wetsartikel het verzoek om een schadevergoeding niet schragen. Tot ontstentenis van Bitcoinend Nederland maakte de rechtbank korte metten met de stelling dat BItcoins een geldmiddel is zoals bedoeld in het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank komt daarvoor met de volgende argumentatie:

Volgens het BW kan een geldsom giraal (per giro of bank) en chartaal (cash) worden voldaan. Bitcoin betalingen lopen niet via een bank of een bankachtige instelling, en dus kunnen Bitcoin betalingen niet als een vorm van girale betaling worden gezien. Voor chartale betaling dient er volgens de wettekst sprake te zijn van “gangbaar geld”. De bedoeling van de wetgever (zoals afgeleid uit de parlementaire discussie ten tijde van de invoering van het wetboek) was dat de vraag of iets “gangbaar geld” is hoofdzakelijk afhangt van de vraag of het een wettig betaalmiddel is. Bij de invoering van de Euro is wettelijk vastgelegd dat deze met uitsluiting van alle andere geldmiddelen het enige wettige betaalmiddel in Nederland is. Daabovenop komt dat de Minister in antwoord op kamervragen zich op het standpunt heeft gesteld dat Bitcoin geen wettig betaalmiddel is.

“QED”, aldus de rechtbank: Bitcoins zijn geen geld. Niet leuk voor de koper die zijn eis tot een hoge schadevergoeding afgewezen zag worden.

Bitcoin-minnend Nederland was natuurlijk niet blij met deze uitspraak en zinde dan ook op mogelijkheden om in hoger beroep te gaan, daarbij ondersteund door diverse juristen die de uitspraak van de rechtbank niet deelden. Helaas bleek de gedaagde in de originele rechtszaak met de noorderzon te zijn vertrokken, zonder achterlating van geld of goederen waarop de koper bij winst in het hoger beroep beslag zou kunnen leggen. De koper zag dan ook al aankomen dat hij zelfs bij winst in een hoger beroep naar zijn schadevergoeding zou kunnen fluiten. Om die reden zag hij dan ook geen heil in een dure tweede rechtsgang. De Bitcoin gemeenschap is vervolgens een inzamelingsactie gestart om het hoger beroep te financieren: https://bitcoinisgeld.org. Op moment van schrijven loopt dat hoger beroep en is het wachten op de uitspraak van het hof.

Dus: Bitcoin is vooralsnog geen geld. Wat is Bitcoin dan wel? Volgens de rechtbank Almelo dient Bitcoin te worden gezien als een ruilmiddel. Weliswaar een ruilmiddel met een waarde, zoals bijvoorbeeld goud of een nationale bioscoopbon, maar geen wettig betaalmiddel. Nu heeft in ons rechtssysteem een uitspraak als deze geen sterke precedentwerking, maar geheel zonder gevolgen is hij ook weer niet. Het wachten is dus op de uitspraak in het hoger beroep. Mocht dit ook ongunstig uitvallen dan kan er eventueel nog cassatie bij de Hoge Raad worden ingesteld. En als dat vervolgens ook nog ongunstig uitvalt ligt het laatste woord bij regering en parlement om de wettelijke regelingen aan te passen. We wachten vol spanning af.

P.S.

Q: Maar Jos, wat vindt jij er nu van? Is Bitcoin geld of niet?<br/> A: Ik vind het dictum van de rechtbank wel correct, maar de redenering is niet erg sterk. Daar kan wat mij betreft nog wel een en ander aan worden verbeterd. Onze Grondwet zegt in artikel 106 “De wet regelt het geldstelsel.” Alhoewel over grondwetartikelen altijd wel te discussiëren valt lijkt dit artikel me toch maar voor een uitleg vatbaar. Het komt mij voor dat de gedachte dat Bitcoin geld zou zijn voortspruit uit de nogal vage en over diverse wetten en regelingen verspreide definitie van wat geld en wettige betaalmiddelen nu eigenlijk zijn. Opschoning en verduidelijking van die wet- en regelgeving zou wellicht aanbeveling verdienen. Over de vraag of Bitcoin geld zou moeten zijn ben ik nog niet uit. Ons monetaire systeem lijkt in ieder geval niet verenigbaar met het proces van Bitcoin mining. Ik snap dat het sommige Bitcoin volgelingen juist daarom te doen is, maar ik weet het nog zo net niet…

Jos Visser is software engineer bij Google en studeert rechten aan de Open Universiteit.

Nieuwe versie µTorrent levert cryptocoin-miner mee

utorrent-installatie-vraagDe populaire BitTorrent-client µTorrent levert met de nieuwste release een cryptocoin-miner mee, meldde Tweakers eerder deze week. En deze zou zich zonder dat apart te vragen installeren, aldus diverse meldingen op het forum van µTorrent. “Een deel van de inkomsten gaat naar filantropische initiatieven”, meldt µTorrent op haar forum. Eh, wacht, wat?

Makers van gratis software zoeken steeds vaker naar alternatieve inkomstenstromen, en het installeren van handige hulpprogrammaatjes (bij gebruikers ook wel bekend als crapware) is dan ook steeds populairder. Speciaal interessant zijn cryptocoin-miners, die op de achtergrond berekeningen staan te doen om virtuele valuta te claimen. Daarmee wordt de rekening voor dat claimen bij de gebruiker gelegd – kosten van stroom en hardware – en de opbrengst gaat naar de softwaremaker. Niet helemaal netjes, om het zacht te zeggen.

Mag dat? Nou nee, niet zonder het apart te vragen. De cookiewet is daar duidelijk in: geen software mag worden geïnstalleerd of geüpdate zonder aparte toestemming van de gebruiker. En nee, dat kan niet in algemene voorwaarden of EULA’s worden afgevangen.

Onduidelijk is hoe dit precies zit bij µTorrent. Wie de software nieuw installeert, krijgt een apart tussenscherm met de vraag of men de wereld wil verbeteren en het aanbod van EpicScale wil aanvaarden. Weliswaar is “Accept offer” de defaultkeuze, maar je moet echt apart op die knop drukken. Dus tenzij je zegt, dit is misleidend want mensen zijn getraind om ja-ja-ja te klikken, lijkt me hier juridisch weinig mis mee. Bij updates echter wordt gemeld dat µTorrent géén toestemming vraagt, en dat maakt het heel wat dubieuzer. Hoewel µTorrent ontkent dat er ooit silent installs plaatsvinden.

In 2013 blogde ik over een vergelijkbare zaak, waarbij de vraag was of dit wellicht iets strafbaars opleverde. Dat dacht – en denk – ik niet. Misschien als er werkelijk grafische kaarten opgeblazen worden bij het rekenen, maar daar is in de µTorrent-zaak geen sprake van.

Arnoud

Is het strafbaar om gestolen bitcoins te kopen?

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyEen lezer vroeg me:

Stel ik koop bitcoins die via een misdrijf zijn verkregen. Ben ik dan strafbaar, of hangt dat af van of ik wist van dat misdrijf? Plus, moet ik ze teruggeven?

In Nederland is het strafbaar als witwassen (art. 420bis Strafrecht) om de werkelijke aard, de herkomst of vindplaats van een goed (fysieke spullen, maar ook vermogensrechten, en dus ook digitaal geld) te verhullen terwijl je weet (of had moeten weten, 420quater) dat dat goed afkomstig is uit een misdrijf.

Witwassen van bitcoins is vrij eenvoudig, want het is onmogelijk te zien door welke transactie de bitcoins zijn verkregen. Ja, je kunt terug in de transactieledger maar daaraan kun je alleen zien dát bitcoins van Alice komen, en niet of dat door diefstal van Alice haar wallet is gebeurd of door een vrijwillige transactie door Alice. En om diezelfde reden is het voor koper Bob niet snel denkbaar dat hij schuldig is aan witwassen – hij kon het niet weten, tenzij bitcoindief Charlie hem daar aanleiding toe gaf.

En dan nog een leuke: als Alice Bob weet te traceren, kan ze dan de bitcoins terugeisen? De wet bepaalt dat de werkelijke eigenaar het gestolene mag terugeisen van de partij die het onder zich heeft. Juridisch heet dat recht van terugeisen revindicatie (art. 5:2 BW), en bij diefstal moet dit binnen drie jaar na de diefstal worden uitgeoefend. De koper moet dan maar zien of en hoe hij zijn geld terugkrijgt van de verkoper.

Op dit principe geldt een uitzondering: wie het gestolen goed krijgt van “een vervreemder die van het verhandelen aan het publiek van soortgelijke zaken anders dan als veilinghouder zijn bedrijf maakt in een daartoe bestemde bedrijfsruimte” (art. 3:86 BW), hoeft het niet terug te geven. De wet eist hierbij wel dat de vervreemder zaken doet in een gebouwde onroerende zaak. Hiermee wil men achterbakhandelaars en marktkraamhouders uitsluiten van de uitzondering, maar als onbedoeld bijeffect van die baksteenvereisende definitie zijn webwinkels nu óók uitgesloten van deze uitzondering. Het lijkt me redelijk dat een beetje webwinkel hier toch echt ook onder moet vallen, mits vergelijkbaar met zo’n bakstenen bedrijfsruimte. Ik kan er werkelijk niet bij dat een koop bij een winkeltje om de hoek wél en een koop bij Bol.com niet beschermd zou zijn.

Of een Bitcoinexchange hieronder valt, is dus nog maar zeer de vraag. Exchanges doen geen zaken in gebouwde onroerende zaken, en je zou ze ook prima als veilinghuizen kunnen zien waardoor ze om nog een reden er niet onder vallen. Dus ja, in principe kan Alice ze terugvorderen van Bob binnen drie jaar na de transactie. Mits ze kan bewijzen dat het haar bitcoins waren en dat iemand ze heeft gestolen. En hoe doe je dát?

Arnoud

Inbeslagname van criminele bitcoins

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyIn de jacht op crimineel verkregen vermogen heeft het Openbaar Ministerie (OM) er een nieuw wapen bij, meldde het AD onlangs. Men kan bitcoins in beslag nemen als deze door criminele activiteiten verkregen zijn. Er was altijd twijfel of dat wel mocht, maar het OM heeft ondertussen drie gerechtelijke uitspraken verkregen waarin dit werd toegestaan. Daarmee is je criminele geld verstoppen in bitcoins geen optie meer. Maar hee, data was toch “niets”, juridisch gezien?

Ik zeg regelmatig dat data niets is inderdaad. En elke keer zegt er dan iemand dat daar wel wat nuances aan zitten. Oké oké, dat is ook terecht. Helemaal als je het hebt over strafrecht versus civiel recht. Negentig procent van de blogs en discussies hier gaat over civiel recht – tussen burgers onderling. Strafrecht is echt een heel ander beest, Linux versus Windows zeg maar. Soms lijken dingen op elkaar of werken ze ongeveer hetzelfde maar dat is meer toeval dan design.

Eén van die dingen die in het strafrecht echt anders werken is wanneer iets een ‘voorwerp’ is, een item dat gestolen of door misdrijf verkregen kan worden. We weten uit het Runescape-arrest dat dit kan met virtuele goederen in online spellen en dergelijke. Dit zegt alleen niets over de status van dat iets in het civiele of burgerlijke recht. Het is dus niet zo dat virtuele goederen dankzij deze uitspraak in eigendom gehouden kunnen worden, civielrechtelijk. Ga je scheiden, dan hoef je dus niet je World of Warcraft-bezit in de boedelscheiding te betrekken.

Bij de Runescape-uitspraak was het kerncriterium dat de virtuele goederen ‘verplaatsbaar’ waren: slechts één persoon kon ze tegelijk bezitten, kopiëren is niet mogelijk. En ze vertegenwoordigden waarde. Die criteria gaan wat mij betreft net zo hard op voor bitcoins, dus bitcoins zijn te stelen. En in beslag te nemen, want daarbij geldt dezelfde eis – het moet een voorwerp zijn, een ding.

In het strafrecht dus – dit maakt bitcoins nog geen voorwerpen, geen zaken zoals het civiel recht dat noemt. De status van bitcoins in het civiel recht is nog onduidelijk. Het is geen geld in ieder geval. Zaken (fysieke dingen waar je eigenaar van kunt zijn) lijken het ook niet te zijn. Je moet er belasting over betalen maar dat is gebaseerd op de waarde van de bitcoins en niet op het eigendom/bezit daarvan.

Wie die bitcoinbeslagvonnissen heeft, ik hoor graag van je. Het is erg frustrerend dat dergelijke vonnissen niet standaard online komen.

Arnoud

De perfecte misdaad: afpersing of bitcoins betalen?

notice-extortion-bitcoin-ddosDit is een van de weinige misdrijven die ik écht computercriminaliteit zou noemen. Heel veel ‘cybercrime’ komt in feite neer op “het gebeurt nu op de computer”, terwijl je dat net zo goed gewoon offline zou kunnen doen. Maar mensen afpersen via internetbedreiging gekoppeld aan een bitcoinbetaling, dat lijkt me een echt internetcriminaliteitsdinges.

BoingBoing meldde vorige week dat Amerikaanse bedrijfjes brieven krijgen van het soort “betaal ons 3 bitcoin of we gaan je site platgooien, nare reviews achterlaten overal, Meld Misdaad Anoniem bellen over een wietplantage bij je thuis, de Inspectie SZW informeren over asbest in je winkel of een SWAT team bellen dat jij iemand bedreigt met een pistool”. En dat zijn best wel nare bedreigingen voor een kleine ondernemer.

Is het strafbaar? Jazeker, afpersing is een misdrijf (art. 317 Strafrecht). Er is zelfs een specifieke bepaling over cyber-afpersing, lid 2:

Met dezelfde straf wordt gestraft hij die de dwang, bedoeld in het eerste lid, uitoefent door de bedreiging dat gegevens die door middel van een geautomatiseerd werk zijn opgeslagen, onbruikbaar of ontoegankelijk zullen worden gemaakt of zullen worden gewist.

In de VS kennen ze vergelijkbare regels, hoewel ik geen specifieke Amerikaanse wet ken over cyber-afpersing (waar dit lid 2 over gaat).

Natuurlijk, dit kan in theorie ook met contant geld. Alleen: a) een grote hoeveelheid contant geld afleveren is gedoe en b) je hebt dan een traceerbaar of althans observeerbaar afleveradres nodig. En daar kan de politie dan in hinderlaag gaan liggen.

Dus ja. Strafbaar. Maar wat dóe je eraan?

Arnoud

Rechtbank: Bitcoin is geen geld maar slechts ruilmiddel

bitcoin-cc-by-sa-flickr-zach-copleyBitcoins zijn in Nederland geen geld. En als je bitcoins koopt maar niet geleverd krijgt, kun je de wisselkoerswaarde niet als schade claimen. Dat bepaalde de rechtbank Overijssel vorige week in bij mijn weten de eerste rechtszaak ooit over de cryptovaluta.

Uit het vonnis blijkt dat de partijen op 8 augustus 2012 hadden afgesproken dat er 2.750 bitcoins zouden worden verkocht tegen een prijs van € 8,05 per bitcoin. Totaal dus € 22.137,50. Maar nadat er was betaald, kreeg de koper slechts 990 bitcoins – waarom blijft enigszins onduidelijk uit het vonnis.

De bitcoinkoper eiste vervolgens schadevergoeding op grond van het feit dat hij door de koersstijging in bitcoins sindsdien een fors bedrag was misgelopen. Dat is op zich een valide claim: art. 6:125 BW bepaalt dat je recht hebt op schade als gevolg van wisselkoerswijzigingen bij een geldtransactie. In dit geval dus een forse schadeclaim omdat de bitcoins behoorlijk in koers gestegen waren sinds de transactiedatum.

Het vereist alleen wel dat bitcoins ‘geld’ zijn. Als je te laat geleverde bananen intussen in prijs zijn gedaald, dan kun je dat niet verhalen met dit wetsartikel. Dus: zijn bitcoins ‘geld’?

Bitcoin is geen wettig betaalmiddel in Nederland, maar de rechtbank prikt meteen even de juridische mythe door dat alleen “wettige betaalmiddelen” geld kunnen zijn zijn. De wet (art. 6:112 BW) spreekt van “gangbaar geld” en daaronder valt meer dan alleen door de Nederlandse Staat uitgegeven geldsoorten. Ook lokale munten die gedoogd worden door de staat, zoals de bekende LETS en noppes, kunnen hieronder vallen.

Ook elektronisch geld is het niet. Hoewel geld zeker elektronisch kan bestaan, is een bitcoinwallet niet hetzelfde als traditioneel elektronisch geld. Dat staat op een bankrekening bij een derde partij, terwijl je bij bitcoin zélf voor je wallet verantwoordelijk bent. En dat maakt juridisch een wereld van verschil.

In 2013 is enige discussie geweest over de status van bitcoin. De minister heeft daarbij de virtuele munt expliciet als niet-geld aangemerkt: het is een ruilhulpmiddel, meer niet. En die opvatting neemt de rechtbank over: bitcoin is geen geld, en bitcoins te laat leveren geeft dus geen wisselkoers-schade.

Gederfde winst dan misschien? Dat is óók een vorm van schade immers. Om die schade vergoed te krijgen, moet dan vast komen te staan dat deze veroorzaakt is door de te late levering. En daar kijk ik even gek op van de rechtbank: men kijkt alleen naar de schade tot het moment van ontbinding (juridisch voor “laat maar, we draaien de boel terug”). De gemiste winst na die datum is geen schade meer. Huh?

Wel moet de verkoper natuurlijk de € 14.168 terugbetalen die hij had gekregen voor de niet-geleverde bitcoins. Ook moet hij wettelijke rente betalen over die aankoopsom.

Een tikje onbevredigende uitkomst van dit geval, maar heel erg verbaasd ben ik niet dat de rechtbank bitcoins geen geld noemt. Jullie wel?

Arnoud