“Begin dan een rechtszaak” – over portretrecht en mobieltjes

Internetrecht op televisie: Christiaan Alberdingk Thijm vertelt in het NOS Journaal wat je als geportretteerde kunt beginnen tegen misbruik van je portret. Bekijk de uitzending (het stuk begint op 4:00).

Het advies: probeer te achterhalen wie de foto maakte, en/of wie achter de website zit, en begin dan een rechtszaak. Alhoewel een boze brief vaak ook heel aardig kan werken.

Voor meer over portretrecht, zie mijn eerdere postings. Heel in het kort: fotograferen van personen mag niet zomaar. De geportretteerde heeft ook bepaalde rechten. Op grond van zijn portretrecht mag de geportretteerde zich verzetten tegen publicatie als daarmee een redelijk belang van de geportretteerde in gevaar komt. Bijvoorbeeld een privacy-belang of een commercieel belang.

Arnoud

“Bovengrens aan beeldcitaat: 194×145 pixels”?

Heeft de rechter in het Jaap-vonnis nu eindelijk een harde grens gesteld voor beeldcitaten? Nee, maar “194×145 mag” gaat desondanks het nieuwe auteursrechtelijk broodje-aap verhaal van de komende tien jaar worden.

Huizenzoekmachine Jaap moest stoppen met het overnemen van de integrale informatie over huizen van Funda en van de sites van individuele NVM-makelaars, maar mag wel net als eerder Zoekallehuizen.nl (ZAH) wel kleine stukjes overnemen vanwege het citaatrecht. En daarin was de rechter opmerkelijk precies: de foto mag hooguit 194 bij 145 pixels groot zijn, en qua tekst mogen hooguit 155 tekens.

Die afmetingen gelden alleen voor Jaap en zijn zeker geen bindende jurisprudentie vanaf nu. De enige reden dat de rechter getallen koos, was omdat hij wel voorzag dat er anders gelijk weer ruzie zou komen over de geciteerde foto’s. Hij wilde dat voor zijn en besloot dan maar te zeggen dat Jaap’s huidige formaat acceptabel was. En dat was toevallig 194×145. Ik zou trouwens nog wel willen weten wie er bij Jaap nu net die afmetingen bedacht had.

Een zo specifieke maat is opmerkelijk, zo schrijft Solv:

Uiteraard is het in het belang van sites als Jaap.nl, om een duidelijke maatstaf te hebben. Anderzijds moet er voor worden gewaakt dat de limiet van 155 tekens als een nieuwe, absolute grens wordt gezien voor het toelaatbaar zijn van een citaat. Al naar gelang de omstandigheden en context, kan een volledig werk rechtmatig worden geciteerd. Andersom, zal in sommige gevallen het overnemen van slechts 50 tekens al te ver gaan.

Inderdaad. Het citaatrecht is geen vrijbrief om zomaar stukjes (of plaatjes of stukjes geluid) te mogen overnemen.

Je mag alles citeren wat je wilt, zolang het maar voor een van de de toegestane doelen is. Bijvoorbeeld aankondigen wat er te zien is achter de link, of aanhalen wat je gaat bekritiseren. In het Zoekallehuizen-arrest bepaalde het Hof dat wat ZAH deed, te vergelijken is met een aankondiging, een toegelaten doel voor een citaat:

ZAH doet in feite niet meer dan nodig is om de gebruiker in staat te stellen de voor hem (mogelijk) van belang zijnde websites van de makelaars te vinden door daarnaar te verwijzen via enkele belangrijke gegevens. Het gebruik van deze gegevens valt te beschouwen als of staat op gelijke voet met het citeren uit een werk ten behoeve van een aankondiging. Het heeft immers de strekking de gebruiker aan te kondigen wat hij te zien zal krijgen als hij de door ZAH aangeboden hyperlink volgt.

Maar bij Jaap kon de rechter kort zijn:

Het door [Jaap] compleet overnemen van de objectgegevens op haar website is een vorm van eigen en vrijwel ongewijzigde exploitatie van deze gegevens. Dit gaat de grenzen van het zogenaamde citaatrecht voorbij.

Die grenzen zeggen dat je niet meer mag citeren dan nodig. Het algemene criterium, dat de rechter hierboven gebruikt, is dat wat je in je citaat stopt, niet meer als exploitatie van het origineel te zien is. Je citaat moet op zichzelf waardeloos zijn, zeg maar.

Bij beeldmateriaal bepaalde de Auteurswet vroeger dat een beeldcitaat alleen mag als dit

door haar grootte of door de werkwijze volgens welke zij is vervaardigd een duidelijk verschil vertoont met het oorspronkelijke werk.

Maar dat is gewijzigd. De huidige wet, artikel 15b, bepaalt dat een citaat, dus ook een beeldcitaat, mag als het citaat

in overeenstemming is met hetgeen naar de regels van het maatschappelijk verkeer redelijkerwijs geoorloofd is en aantal en omvang der geciteerde gedeelten door het te bereiken doel zijn gerechtvaardigd.

Dat is geen wezenlijke verandering. Het is nog steeds niet nodig om een grote poster integraal te tonen als het je gaat om een raar mutsje in de linkerbovenhoek. Maar je mag wel een hele foto van een huis verkleind laten zien als je wilt aankondigen dat dat huis te koop staat.

In een min of meer vergelijkbare zaak in Amerika mocht Google pornothumbnails laten zien bij zoekresultaten.

En op Volledig Bericht, pardon Boek 9, merkt Dirk Visser nog op dat het vonnis waarschijnlijk anders zou uitvallen bij sites die wel een databankrecht kunnen claimen op hun informatie. Makelaars hebben geen databankrecht op hun huizeninformatie, zo bepaalde het gerechtshof vorig jaar in de Zoekallehuizen-zaak.

Arnoud

De geschriftenbescherming: tegen integraal overnemen

Naar aanleiding van het Jaap-vonnis nog even over de geschriftenbescherming die succesvol ingeroepen werd tegen de integrale overnamen van huizenomschrijvingen van de makelaarsites. De tekstjes in kwestie waren zo kort dat je je af kunt vragen of ze wel creatief genoeg waren voor auteursrecht. Maar dat deed er niet toe, want Jaap nam integraal over en dat mag ook niet bij “onpersoonlijke geschriften”.

Artikel 10, lid 1, sub 1 van de Auteurswet bepaalt dat onder werken van letterkunde, wetenschap of kunst mede verstaan worden “alle andere geschriften”. Uit met name dat alle heeft de Hoge Raad afgeleid dat voor geschriften de eis van creativiteit en originaliteit niet geldt. De enige eisen zijn:

  1. De tekst is op schrift gesteld. Een elektronisch geschrift telt ook.
  2. <li>De geschriften zijn openbaar gemaakt of bestemd om openbaar te worden gemaakt. Boodschappenlijstjes zijn dus niet beschermd door de geschriftenbescherming.</li>
    

Een puur feitelijk en zakelijk lijstje woorden is als zodanig dus ook beschermd. De omvang van de bescherming is wel een stuk minder dan bij creatieve werken. Alleen het openbaar maken en/of verveelvoudigen van een ‘eenvoudige herhaling’ van het werk is verboden.

Wel moet bij inbreuk worden bewezen dat er specifiek van dat geschrift is overgenomen. Dat is lastiger dan het lijkt: is mijn woordenlijst ontleend aan het Groene Boekje, het Witte Boekje of de dikke Van Dale? Je moet dan bijvoorbeeld kijken naar typefouten en andere slordigheden die uniek zijn voor het geschrift.

Geschriftenbescherming staat los van de auteurswet. Zoals Dick van Engelen het omschrijft:

Uit het Televizier-arrest (NJ 1966, 116) blijkt dat, hoewel deze geschriftenbescherming op een uitleg van artikel 10(1)(1) Aw is gebaseerd, het geen auteursrecht betreft maar om een sui generis recht gaat. De Hoge Raad gaf aan dat de bepalingen van de Auteurswet slechts naar analogie op niet-oorspronkelijke geschriften van toepassing zijn. Voor ieder voorschrift van de Auteurswet dient afzonderlijk bekeken te worden of, en in hoeverre, dat op een niet-oorspronkelijk geschrift van toepassing is.

Geschriftenbescherming is altijd een ‘hot topic’ geweest voor juristen. Het past niet binnen de Auteurswet, die immers ontworpen is voor creatieve en originele werken. Geschriftenbescherming beschermt iets dat met alleen hard werken (een lijstje maken) verkregen is.

Toen de Databankenrichtlijn er door kwam, was dan ook de verwachting dat de geschriftenbescherming opgeheven zou worden. Een databankrecht was specifiek bestemd voor het beschermen van lijstjes die met hard werken maar zonder creativiteit verkregen was.

Geschriftenbescherming komt uit de auteurswet, en ook die werd aangepast naar aanleiding van de Databankenrichtlijn. Voor lijstjes en dergelijke mocht vanaf toen alleen nog de eis worden gehanteerd dat “de keuze of de rangschikking van de stof een eigen intellectuele schepping van de maker vormt”. Een bloemlezing of een lijst met de “Top 100 mooiste popsongs” is daarmee beschermd. Maar een onpersoonlijk geschrift waaruit geen creatieve keuze of rangschikking blijkt, valt buiten de boot. Einde van de geschriftenbescherming dus.

Niet helemaal. Uit de parlementaire geschiedenis van de wetswijziging blijkt dat de wetgever bij de omzetting van de Databankenrichtlijn er uitdrukkelijk voor heeft gekozen om de geschriftenbescherming krachtens de Auteurswet in haar toen bestaande vorm te handhaven. Art. 10 lid 4 van de Auteurswet sluit alleen geschriftenbescherming uit voor geschriften die als databank te zien zijn. Professor Hugenholtz (IVIR) merkte al in zijn annotatie bij Hof van Justitie 9 november 2004 (British Horseracing Board/William Hill) op dat dit niet hoort:

de richtlijn is in de Nederlandse wet verkeerd geïmplementeerd. De wet had geen ruimte mogen laten voor auteursrechtelijke bescherming van niet-oorspronkelijke databanken, ongeacht of daarin substantieel geïnvesteerd is of juist niet.

Geschriftenbescherming blijft daarmee een rare kronkel in het Nederlands auteursrecht.

Lex Bruinhof van Wieringa Advocaten ergert zich aan het oprekken van de geschriftenbescherming tot ook foto’s:

Een foto kan dus tot geschrift worden (althans onder dezelfde bescherming vallen) als deze samen met tekst één geheel vormt. Aldus de rechter, althans. Dat gaat mij veel te ver. De geschriftenbescherming is al een buitenbeentje in ons auteursrecht; het ook nog eens gaan oprekken daarvan is mijns inziens vragen om moeilijkheden. En ook helemaal niet nodig. In mijn beleving zijn foto’s op makelaarssites doorgaans oorspronkelijk genoeg om voor bescherming in aanmerking te komen. Maar goed, de rechter erkent thans dus ook “fotogeschriften”.

Arnoud

TLC: zijn digitale kopieën van publiek-domein werken beschermd door het auteursrecht?

Olivier Oosterbaan (zwaai) heeft weer een mooie analyse op zijn blog Technology Law Culture: zijn digitale reproducties van werken uit het publieke domein beschermd door het auteursrecht?

First, as background, we will explain why we want to use such a work, and why we prefer or even need to use a reproduction made by someone else. Second, we will explain why explicit permission to use such reproduction might not be necessary as far as copyright is concerned. Third, we will explain why again we will err on what is perhaps the safe side of things (…).

Arnoud

Fotograferen en journalistiek op het station

Niet echt Internetrecht, alhoewel ze wel Internet hebben op stations: hoe zit het met fotograferen op stations. Journalist Brenno de Winter zag een Segway op station Utrecht en wilde hier met een foto verslag van doen, maar dat werd hem verboden door de Spoorwegpolitie. Kan die dat zomaar? Nee, en wel hierom.

Op zich mag de NS natuurlijk huisregels stellen, want de stations zijn hun privé-eigendom. En er zijn ook huisregels over fotograferen op stations:

Voor het maken van professionele opnamen moet wel altijd vooraf toestemming worden gevraagd. Hieronder vallen ook alle opnamen waarbij gebruik wordt gemaakt van statieven, extra licht en figuranten en opnamen die worden gemaakt door studenten als studieopdracht. Bij opnamen voor privé-doeleinden (voor familiealbum of hobby) vanaf voor het publiek toegankelijke gedeelten van het station is geen toestemming van NS nodig. Uitzondering hierop vormt het fotograferen of filmen van NS personeel, balies en wachtruimtes. Dit is zonder uitdrukkelijke toestemming niet toegestaan.

Alleen, journalistiek en vrije nieuwsgaring is een grondrecht (artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens). Je eigendomsrecht inzetten om een journalist te weren zijn werk te doen is een schending van dit grondrecht. Om te bepalen of dit toegestaan is, moet de rechter een belangenafweging plegen. Hoe groot is de nieuwswaarde en het belang om dit te melden, en hoe groot is in dit geval de waarde van het eigendomsrecht van de NS en de persoonlijke levenssfeer van haar medewerkers.

Zeker nu de NS haar stations normaal openstelt voor het publiek, zal die afweging snel in het voordeel van de journalist uit moeten vallen, tenzij er sprake is van bijzondere omstandigheden. Bijvoorbeeld dat een medewerker tegen zijn of haar wil heel prominent in beeld komt terwijl dat niet relevant is voor het verhaal.

Maar wat heeft de Spoorwegpolitie daarmee te maken? Een ruzie tussen een journalist en de eigenaar van een terrein is civielrecht, dus vecht dat samen lekker uit bij de rechter zou je zeggen. Toch zitten er publiekrechtelijke aspecten aan. Het punt is namelijk dat het Algemeen Reglement Vervoer (dat geldt voor spoorwegen en stations) verbiedt om “beroep of bedrijf” uit te oefenen op stations zonder toestemming van de NS. En de NS heeft de Spoorwegpolitie gemachtigd om het toezicht op deze regels uit te oefenen.

Specifiek voor stations is er namelijk artikel 5 van het Algemeen Reglement Vervoer (ingevoerd op grond van de Spoorwegwet):

  1. Het is een ieder, behoudens uit de aard van zijn betrekking, verboden zich in of op een station dan wel in een trein in een zodanige toestand te bevinden of zich zodanig te gedragen, dat orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang wordt of kan worden verstoord.
  2. <li>Als verstoring van orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang worden beschouwd: (...)
    

    f. uitoefenen van beroep of bedrijf;

    <li>Het bepaalde in het eerste en tweede lid is niet van toepassing voor zover de spoorweg daarvoor, met inachtneming van de belangen van reizigers, toestemming heeft gegeven.</li>
    

Natuurlijk is dit bedoeld om allerlei stalletjes en verkopers te kunnen weren, maar journalisme is een beroep, dus naar de letter van dit artikel is het verboden journalistiek te bedrijven op het station zonder toestemming van de NS.

Daarnaast is er ook artikel 7 van datzelfde Reglement:

Een ieder is verplicht de aanwijzingen betreffende de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang op te volgen, die door of vanwege de spoorweg duidelijk kenbaar zijn gemaakt.

De regel over niet mogen fotograferen op het station betreft de goede bedrijfsgang van de NS. De NS heeft de Spoorwegpolitie gemachtigd om het toezicht op deze regels uit te oefenen. Die doen dat door ambtsbevelen te geven tot verwijdering van het terrein (art. 184 Wetboek van Strafrecht) maar uit twee recente arresten van de Hoge Raad (AU8060 en AZ3309) begreep ik dat dat niet mag. Ambtsbevelen mogen alleen gaan over wettelijke voorschriften, en NS-huisregels zijn geen wet:

Als de onderhavige verwijderingsbevelen namens de NS zijn genomen en dus niet door politieambtenaren als zodanig, dan zijn die bevelen niet gegeven door een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht.

Als ik die arresten doortrek naar deze situatie, lijkt het mij dat de agenten ook geen ambtsbevelen mogen geven tot het wissen van foto’s wanneer iemand zonder toestemming fotografeert.

En zelfs al mogen ze dat wel, dan zou zo’n ambtsbevel het grondrecht van vrije nieuwsgaring schenden, en de overheid mag dat al helemaal niet snel doen.

De NvJ waarschuwt voor de laatste maal:

Journalisten worden steeds vaker met beperkingen geconfronteerd bij de uitoefening van hun vak. Zij hebben het recht om foto’s te maken in openbare en semi-openbare ruimtes (stadions/stations etc.). De NVJ heeft aan zowel politie als NS duidelijk gemaakt dat dergelijke restricties in strijd zijn met de vrijheid van nieuwsgaring.

(En voor wie denkt aan antiterrorisme-regels: station Utrecht is geen verboden plaats. Er staat zes jaar cel op het fotograferen van gebouwen die belangrijk zijn voor de staatsveiligheid.)

Arnoud

Huizenzoekmachine Jaap moet stoppen met overnemen

Huizenzoekmachine Jaap mag niet langer de teksten en foto’s van te koop staande huizen overnemen van makelaarsites, inclusief Funda, zo bepaalde de rechter afgelopen donderdag. Wel mag Jaap korte stukjes, adresgegevens en een thumbnail-versie van de foto blijven gebruiken. Het waren eigenlijk stiekem twee zaken, die de rechtbank nu tegelijk afdoet.

In de ene zaak (LJN BB1207) had de stichting Baas in eigen Huis een proces aangespannen tegen huizenzoekmachine Jaap. Die stichting heeft als doel het behartigen van de belangen van makelaars inzake intellectuele eigendomsrechten.

In de andere zaak (LJN BB1209) had Jaap Funda, NVM en de stichting gedaagd met als eis dat deze zouden stoppen met het bemoeilijken van Jaap’s dienst. Zo zou de NVM haar leden geen aanwijzingen meer mogen geven over het hinderen van Jaap, en al helemaal niet door gebruik te maken van de erecode van makelaars.

Eerst maar eens de inbreuk. De huizenzoekmachine Jaap verzamelt gegevens over te koop staande huizen en stelt die gratis beschikbaar op hun eigen site. Niet alleen van de bekende sites zoals Funda, maar ook van andere sites. Nu bestaan dit soort huisadvertentieverzamelsites (scrabble!) al langer, maar Jaap wijkt op een belangrijk punt af van bijvoorbeeld Zoekallehuizen.nl: Jaap kopieert alle gegevens naar hun eigen site. Sites als Zoekallehuizen werkten met dieplinks vanaf de overzichtspagina, waardoor bezoekers van ZAH meteen bij de makelaar in kwestie uitkwamen. Dat mocht.

“Jaap neemt meer over dan Zoekallehuizen.nl, die laatste plaatst slechts een kleine foto en een tekst van 155 karakters. Dat Jaap neemt alles over. Is er dan nog sprake van citaatrecht?” vroeg Tjeerd Overdijk van Steinhauser Hoogenraad zich af in het AD.

Overnemen is wat anders dan linken, zelfs als je bij de link een stukje overneemt of een verkleinde foto laat zien. Dat was -zo bleek uit de ZAH-zaak– een toelaatbaar citaat:

ZAH doet in feite niet meer dan nodig is om de gebruiker in staat te stellen de voor hem (mogelijk) van belang zijnde websites van de makelaars te vinden door daarnaar te verwijzen via enkele belangrijke gegevens. Het gebruik van deze gegevens valt te beschouwen als of staat op gelijke voet met het citeren uit een werk ten behoeve van een aankondiging. Het heeft immers de strekking de gebruiker aan te kondigen wat hij te zien zal krijgen als hij de door ZAH aangeboden hyperlink volgt.

Overnemen is in principe inbreuk op het auteursrecht.

Jaap’s verweer was sterk: die teksten zijn kort en feitelijk, en de foto’s weinig creatief, dus er is geen sprake van auteursrecht. En zonder auteursrecht is overname gewoon toegestaan.

Nu hebben we in Nederland alleen een eigenaardige kronkel in het auteursrecht. Ook zogeheten onpersoonlijke geschriften zijn beschermd door het auteursrecht. Kort door de bocht geformuleerd zit ook auteursrecht op wat je krijgt als je een paar keer met je vuist op het toetsenbord slaat en dat publiceert. Dat recht (geschriftenbescherming) is wel veel beperkter. Alleen als er sprake is van (bijna) letterlijk overnemen van (zowat) de hele tekst, is sprake van inbreuk op dit recht. U mag dus rustig op uw toetsenbord blijven meppen.

En met deze kronkel heeft de stichting toch een recht gevonden dat ingezet kan worden tegen Jaap. Want Jaap neemt alles letterlijk over.

De rechter zag wel in dat het volledig verbieden van Jaap ook weer te ver ging. Zeker omdat sites als Zoekallehuizen wel informatie mogen overnemen van Funda en andere sites. De oplossing? Verbied het, behalve als

de overgenomen en gepubliceerde gegevens niet meer omvatten dan (i) een tekst met maximaal 155 tekens, (ii) daarnaast de adresgegevens en (iii) de vraagprijs van het object, alsmede een bij een en ander te plaatsen foto met een formaat van ten hoogste 194×145 pixels.

Op zich word ik altijd heel zenuwachtig van auteursrechtelijke regels met getallen er in, want ze gaan al snel een eigen leven leiden. Zo heeft de BUMA in 1997 ooit eens gezegd dat ze geen rekening sturen voor fragmenten van 10 seconden, wat zich ondertussen vertaald heeft naar “een citaat mag maximaal 10 seconden duren”. Maar goed. In dit geval is duidelijkheid gewenst, anders zitten de partijen volgende maand weer voor de rechter.

Oh ja, en dat andere vonnis. Daarin protesteerde Jaap dus tegen het gelobby van de stichting en van de NVM om makelaars zo ver te krijgen dat ze Jaap de toegang tot hun site zouden ontzeggen. Maar dat mocht, omdat Jaap fout zat. Handig dat dat net in het eerste vonnis besloten was. De brief was ook niet meer dan een reactie op Jaap’s acties, en wie hard inzet moet niet gek opkijken als hard teruggeslagen wordt.

De rechter werd nog mooi geciteerd in de NRC:

De rechter begreep de eis van de NVM-makelaars niet goed. Hij onderbrak één van de advocaten en vroeg: „Waarom zou een makelaar zijn auteursrecht beschermen? Het is toch in het belang van woningverkopers dat op zo veel mogelijk plekken is te zien dat hun woning te koop staat?”
Maar ja, het gaat niet alleen om de belangen van de makelaars. Voor een belangenorganisatie als de NVM is ook het exclusief houden van de groep belangrijk. Dat geeft meerwaarde aan het etiket ‘NVM’.

Arnoud

Aansprakelijkheid voor foto’s geplaatst door leden

Wanneer is de beheerder van een site nu aansprakelijk voor foto’s (of andere materialen) die een lid van de site plaatst? Een belangrijke vraag, want aansprakelijkheid kan in de papieren lopen.

De belangrijkste vraag is of de beheerder een of andere vorm van screening doet voor het materiaal voordat het wordt geplaatst. Een zogeheten hosting provider is pas aansprakelijk als hij gewezen is op het inbreukmakend materiaal en het dan niet meteen weghaalt. Maar wie foto’s toegezonden krijgt, de leukste selecteert en die publiceert, is geen hosting provider en kan een rekening van de fotograaf verwachten.

In 2005 werd bijvoorbeeld de site Go2Web veroordeeld tot een kleine 2000 euro schadevergoeding. Leden konden foto’s plaatsen, en Go2Web plaatste dan de leukste op de homepage (wat de rechter een ‘startpagina’ noemt). Op grond van dat laatste werd het bedrijf aansprakelijk gehouden:

Een startpagina kan niet aangemerkt worden als onderdeel van ledenpagina’s waarop leden foto’s en dergelijke kunnen plaatsen en ook daadwerkelijk plaatsen. Dat zo zijnde moet de conclusie zijn dat Go2Web.nl zelf de bewuste foto openbaar gemaakt heeft.

Voor de foto’s die geplaatst waren “voor en door leden” was het bedrijf niet aansprakelijk.

Dat geldt ook voor niet-commerciële sites. Inbreuk is inbreuk, en of je er nu geldt mee verdient of het “slechts uit liefhebberij” publiceert is irrelevant. Hooguit kan een niet-commerciële inbreuk reden zijn om de schadevergoeding wat te minderen:

[Naast een vergoeding van € 1000,-] komt aan eiseres als compensatie voor de gepleegde inbreuk een bedrag toe van € 500,-. Bij de vaststelling van dat bedrag is rekening gehouden met de omstandigheid dat de site niet bijzonder lang toegankelijk is geweest en voorts niet eenvoudig te vinden was en dat gedaagde geen commercieel oogmerk had.

Het maakt ook niet uit of de foto werkelijk gekopieerd wordt naar de site, of dat er alleen een inline link naar gelegd wordt. Profielensite CU2 werd eind juni niet aansprakelijk gehouden voor een inline link, omdat zij “onmiddellijk na de melding van [eiseres], inhoudende dat de op haar auteursrecht inbreuk makende afbeelding op de website van CU2 was gezien, deze (link) heeft verwijderd.”

In een vonnis uit 2004 (Schlijpers/Nieuw Rechts) vond de rechter de beheerder trouwens wel aansprakelijk voor inline links op het NR-forum naar foto’s van eiser. De reden was dat “Nieuw Rechts als beheerder van die site, die openbaarmaking faciliteert en gedoogt.” Had men de link meteen verwijderd, dan was dit vonnis anders uitgevallen.

Arnoud

Wilt u niet op Straatzicht? Geef dan al uw persoonsgegevens even

In Threat Level – Wired Blogs las ik dat Kevin Bankston van EFF heeft geprobeerd zichzelf van Google Street View te laten verwijderen (uit principe, niet omdat het een rare foto was).

Google wilde dat wel, maar vroeg wel om de volgende gegevens:

1. Provide your legal name.

2. Provide your e-mail address.

3. Provide the street view address of the Street View image you would like removed.

4. Include the sworn statement: “I declare, under penalty of perjury, that the information in this notification is accurate.”

5. Attach a clear, readable copy of a valid photo ID (e.g. driver’s license, national ID card, etc). If you are requesting removal of an image of a location, attach a copy of a document demonstrating your association with that location ( e.g. business card or letterhead).

Nu snap ik wel dat Google geen zin heeft in tienduizenden verzoeken om willekeurige foto’s te verwijderen, maar het gaat nogal ver om mensen te vragen naam, adres en kopie van identiteitsbewijs te laten overleggen. Vooral omdat Google nergens zegt dat ze die gegevens alleen zullen gebruiken ter verificatie van de claim.

Arnoud

Burger kan politie helpen met ‘Mms-witness’-programma (via Tweakers)

Het Nederlandse bedrijf Waleli heeft een programma ontwikkeld waarmee burgers filmpjes en foto’s van misdaden naar de politie kunnen sturen, zo meldt Tweakers:

Als het aan Waleli ligt, gaat de burger middels het programma ‘Mms-witness’ gebruikmaken van de foto- en video-opties op zijn mobiele telefoon om zo misdaden bij de politie te melden. Zodra een mms-bericht bij de politie binnenkomt, wordt het doorgestuurd naar de agenten die het dichtst bij de misdaadlocatie aanwezig zijn. Het mms-bericht wordt dan gebruikt om de dader te identificeren en dient tevens als bewijs van de misdaad.

Natuurlijk kan een kwaadwillend iemand zo de politie overspoelen met onzinfoto’s of valse meldingen, maar dat kan nu in principe ook al. Bovendien kan de politie altijd achterhalen van welke telefoon (en, bij een abonnement, welke eigenaar) die berichten afkomstig zijn en ze blokkeren of andere maatregelen nemen. Net als bij 112.

Bovendien is het aan de rechter om te beoordelen welke waarde hij hecht aan de foto als bewijs. Een onduidelijke foto van 320×240 pixels waar alleen een vaag gezicht op te zien is van iemand die wegrent, zal niet zo overtuigend zijn als een scherpe actiefoto van 2048×1024 van het moment van de overval.

Oh ja, en het portretrecht speelt niet echt mee: de foto wordt niet gepubliceerd maar alleen opgestuurd naar de overheid. Artikel 22 lid 1 staat toe dat de politie die foto’s vervolgens publiceert “ter opsporing van strafbare feiten”.

Arnoud

Straatzicht via Google Maps

Google toont New York, San Francisco, Las Vegas, Denver en Miami op straatniveau, meldt o.a. Techzine:

Gebruikers kunnen nu op de kaart een straat aanklikken waardoor zij vervolgens de straat vanaf straatniveau fotorealistisch kunnen bekijken. Er is namelijk een nieuwe knop genaamd ‘street view’ toegevoegd aan de plattegronden. Naast het bekijken van de foto’s is het op deze manier ook mogelijk gemaakt om een soort van virtuele wandeling te maken door te straten en is het mogelijk om in te zoomen op de foto.
Dit levert natuurlijk vele leuke nieuw plaatjes op (Wired verzamelt de favorieten).

In tegenstelling tot de satellietfoto’s van Google Maps zijn nu ook mensen herkenbaar in beeld. En dat kan best eens inbreuk op hun portretrecht zijn. Want ook bij een foto van jezelf op de openbare weg kun je een redelijk belang hebben tegen publicatie van die foto.

Tweakers heeft iets meer informatie en maakt zich zorgen om de privacy van een gefotografeerde kat. In de comments vond ik nog een verwijzing naar Cyclomedia, dat heel Nederland al op de foto heeft. Christiaan Alberdingk Thijm constateert op Nu.nl dat het recht uit de pas loopt met onze opvattingen over privacy:

Terwijl het van de meeste burgers wel een onsje minder mag zijn met de bescherming van hun persoonlijke levenssfeer, worden rechters steeds strenger.

Arnoud