In mijn tijd had je niet eens Deliveroo op je telefoon als scholier

De school als afleveradres voor maaltijdbezorging en postpakketten: sommige scholen willen het niet meer hebben. Dat meldde NRC onlangs. Leerlingen mogen dan dus geen maaltijden meer bestellen via bijvoorbeeld Deliveroo, UberEats en Thuisbezorgd. Ik voel me echt oud als ik dan bedenk dat ik op de middelbare school hooguit een zak chips bij een supermarkt een eind verderop kon kopen, of (als ie al open was) ergens een frietje. Maar goed, ik krijg er vragen over (ja, echt) of een school dat wel mag – en omdat men met een app bestelt vanaf een smartphone is dit internetrecht, dus ik ga een antwoord schrijven.

Het korte antwoord is natuurlijk dat een school dit mag reguleren, om de eenvoudige reden dat zij bepalen wie er op hun terreinen mogen komen. Het is immers hun eigendom (ook als ze het huren, slimmerik uit 5vwo ergens in Gouda). Als zij niet willen dat bezorgers van post dan wel voedsel op het terrein komen, dan is dat hun goed recht en dat jij als scholier ze hebt gevraagd, doet daar niet aan af. Je bent niet bevoegd mensen uit te nodigen op andermans terrein.

Die ene middelbare school uit Overijssel die (blijkens een boze mail van een 14-jarige havist) aankondigde dat “wie Deliveroo op zijn telefoon open heeft op school, de telefoon mag inleveren voor de dag” gaat wat mij betreft dan weer een stapje te ver. Het innemen van een telefoon als sanctie kan alleen als dat a) in het schoolreglement benoemd is als sanctie bij bepaald gedrag en b) die sanctie proportioneel is gezien dat gedrag. We hebben hier meer discussies over gehad, en ik denk dat dat alleen kan als je echt onrechtmatige dingen doet met de telefoon zelf. Ik wil nog net daaronder rekenen dat je overlast veroorzaakt in de klas, maar op een rustig moment en buiten de les een vette hap bestellen voor op school kan ik niet als overlast zien.

Ook het laten bezorgen van pakketten komt voor, aldus NRC. „De school is een uitermate goede plek om dingen af te laten leveren waarvan je niet wilt dat ze ouders ze zien”, zegt directeur De Zoete. „Maar ook dat willen we liever niet hebben.” Eh ja, ik word oud inderdaad. U ook?

Arnoud

Belgische school laat leerlingen hun lunch afrekenen met scan van handpalm

Op de Sint-Bavohumaniora in Gent kunnen leerlingen binnenkort broodjes en drankjes afrekenen via een scan van hun handpalm. Dat meldde Tweakers onlangs. De biometrische technologie zou praktischer zijn dan de huidige badges en maaltijdbonnetjes, die regelmatig vergeten worden of kwijtraken. Maar het riep vragen op bij vele lezers, omdat het gebruik van biometrische persoonsgegevens toch heel streng gereguleerd was onder de AVG. Recent mocht Manfield gen vingerafdrukken inzetten tegen kassafraude, dus hoezo mag een school dit zomaar doen voor iets triviaals als een lunch afrekenen? Dus ja, hoezo mag dat dan?

Allereerst: die Manfielduitspraak was vooral gebaseerd op het feit dat er niet nagedacht leek te zijn over impact en alternatieven. Hadden ze dat wel gedaan, dan was het volgens mij zonder twijfel legaal geweest om dit systeem in te voeren. Maar er is geen twijfel dat een handpalmafdruk een biometrisch persoonsgegeven is, gezien de definitie van die categorie uit de AVG. Daarmee kom je meteen in de extra strenge bescherming voor bijzondere persoonsgegevens terecht.

Hoofdregel is dat je bijzondere persoonsgegevens niet mag verwerken, tenzij in de AVG of je lokale wetgeving staat van wel. Een van de genoemde uitzonderingsgronden is de uitdrukkelijke toestemming. In Nederland hebben we daarnaast nog de noodzaak voor identificatie of authenticatie, waar dus een werkgever zich op zou kunnen beroepen als hij zijn privacy impact assessment rond heeft.

Een werkgever moet wel, want die kan geen toestemming vragen vanwege de afhankelijkheidsrelatie (en het feit dat het hier om iets verplichts ging). Maar afrekenen met een handpalm voelt voor mij vrijwilliger dan een vinger om in te loggen bij de kassa, er zijn immers gewoon alternatieven beschikbaar. Dus ik zou zelf geen probleem zien met dit als school (of werkgever, in de kantine dus) invoeren als vrijwillige extra afrekenoptie. Natuurlijk wel even extra goed de security checken van het biometrisch betalingsauthenticatiesysteem.

Ik keek nog even snel in de Belgische Uitvoeringswet bij de AVG (de Kaderwet) en het zal ongetwijfeld aan mij liggen maar ik zie daar dus geen analogie aan onze noodzaak voor identificatie en authenticatie. Sterker nog, ik zie in artikel 34 een veel stérker verbod: geen verwerking van biometrie tenzij dit wettelijk is geregeld, noodzakelijk is voor vitaal belang of het gegeven kennelijk openbaar is gemaakt. Daar mist dus de uitdrukkelijke toestemming als grondslag. Dat mag (artikel 23 AVG) maar het voelt als een rare uitkomst, vooral omdat de Gegevensbeschermingsautoriteit zegt dat het “natuurlijk zo [is] dat toestemming een basis is”. Waar dan weer gek aan is dat er geen ‘uitdrukkelijk’ bij staat, een vakterm die ik toch wel verwacht had in een publicatie van de toezichthouder.

Afijn. Ervan uitgaande (ik moet altijd de spelling daarvan nazoeken) dat uitdrukkelijke toestemming in België inderdaad een grondslag is, én er goed over de beveiliging is nagedacht, lijkt me dit dus prima legaal. Als je alléén nog kunt afrekenen met je hand bij die kantine, dan zou ik het niet meer vrijwillig vinden. Natuurlijk kun je dan zeggen, “neem een zakske bokes mee” maar dat voelt voor mij geen reëel alternatief voor een lunch op school die je al jaren gewend bent.

Arnoud

Ministers gevraagd of filmpjes van leraren in strijd met AVG zijn

De VVD heeft minister Van Engelshoven van Onderwijs en minister Dekker voor Rechtsbescherming gevraagd of filmpjes van leraren die door leerlingen worden gemaakt en op internet geplaatst in strijd met de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) zijn. Dat las ik bij Security.nl vorige week. De vragen zijn naar aanleiding van diverse filmpjes van leraren die op internet verschenen en leidden tot schorsing en ophef. De minister gaat niet over interpretatie van de AVG dus de vragen zijn juridisch niet zinnig, maar wel een aardige aanleiding voor de vraag: mag dat, je leraar filmen en dat op internet zetten?

Al in 2014 blogde ik over dit probleem, dat natuurlijk alleen maar groter is geworden de afgelopen jaren. En dan heb ik het niet alleen maar over opnames van lessen, maar juist over gekke situaties (‘pranks’, zeg maar pestgedrag waar je geacht wordt om te lachen) of escalaties die niet perse objectief in beeld komen. Het is logisch dat je als school daar wat mee wilt doen, of als getroffen leraar.

De AVG is nieuw, en zegt iets over beeldmateriaal, dus zal het wel een goede stok zijn om hier wat aan te doen. Een foto of video van iemand is natuurlijk een persoonsgegeven, maar dat wil echter niet zeggen dat je dus op grond van de AVG zo’n publicatie tegen kunt houden.

Allereerst zit je met het probleem dat deze leerling niet perse onder de AVG valt. De strikt huishoudelijke of privé-activiteit van verwerking is uitgesloten van de AVG. Voor jezelf en of een beperkte groep vrienden een filmopname maken zou best eens aan dat criterium kunnen voldoen. Daar staat tegenover dat een beveiligingscamera op de openbare weg hangen al buiten dat criterium viel en dus wél onder de AVG.

Ten tweede en belangrijker zit je met de vrijheid van meningsuiting, waar ook het maken van beeld onder valt. De AVG geldt maar beperkt bij journalistieke verwerkingen, zo heb je géén recht van verwijdering bij een dergelijke publicatie. Natuurlijk is een Youtube-publicatie van een schokkerig telefoonfilmpje heel wat anders dan een diepgravende documentaire van de BBC, maar dat is een kwaliteitstoets en geen juridisch relevant argument. Zolang de scholier er iets mee wil informeren of aan de kaak stellen, zit je al heel snel aan de AVG.

Daar staat dan weer tegenover dat een school gewoon huisregels kan stellen over het maken en/of publiceren van camerabeelden. Ik zou daar wel wat moeite mee hebben, omdat het vergaren van informatie een grondrecht is (deel van de vrijheid van meningsuiting) en een opleidingsinstituut die vrijheid niet zomaar even aan banden mag leggen. Maar als je het koppelt aan onaangekondigd filmen en/of tijdens de les, dan denk ik dat je zeker bij scholieren een heel eind komt.

Arnoud

‘Mijn ouders krijgen een pushmelding van al mijn nieuwe cijfers’

Ouders kunnen het schoolgedrag van hun kind bijna real-time volgen via allerlei leerlingvolgsystemen als Magister of SOMtoday. Dat meldde de NOS onlangs. De leerlingvolgsystemen op middelbare scholen zijn bedoeld om ouders te informeren, maar het grijpt natuurlijk wel diep in op de privacy van de leerling die geen onvoldoende of spijbeluurtje meer kan verstoppen. Bovendien werkt het systeem ook zo voor zestienplussers en meerderjarige leerlingen, waardoor het wettelijk ook nog eens dubieus wordt.

Het basisidee is natuurlijk niet verkeerd. Het is handig dat leerlingprestaties worden bijgehouden, en omdat ouders graag willen weten hoe hun kind het doet, is het logisch om hen daar toegang toe te geven. Vroeger was dat wat ingewikkelder, bij rapporten lukte dat natuurlijk wel maar cijfers had je alleen op papier en om nou elke keer brieven te sturen, dat werkt niet.

Het gemak waarmee de informatie nu gedeeld wordt, leidt wel tot een andere manier van doen. Je signaleert als ouder veel eerder problemen, of dat nu een onvoldoende is of het feit dat je kind een les gemist heeft. Daardoor krijg je als kind veel meer controle over je heen, wat juist op de middelbareschoolleeftijd erg vervelend kan voelen.

Mag het? Dat is natuurlijk de grote vraag. Algemeen geldt dat ouders bij de opvoeding veel van hun kind mogen weten, maar wel rekening moeten houden met de privacy. Het dagboek lezen van je zeventienjarige dochter kan echt niet zomaar door de beugel, maar bij een zesjarige meekijken op de iPad is natuurlijk zeer gewenst. Bij schoolcijfers en afwezigheid geldt eigenlijk hetzelfde: is het relevant dat je dit weet en levert het geen onevenredige privacyschending op voor je kind?

Als we het onder de privacywet of AVG gaan bekijken, dan kom je eigenlijk vrijwel meteen bij dezelfde discussie uit. Wanneer een kind nog geen zestien is, geven de ouders toestemming voor verwerking van zijn persoonsgegevens. (We nemen maar even aan dat die hier netjes na afdoende uitleg specifiek is gevraagd en vrijwillig is gegeven. Niet lachen daar achterin.) Maar ook dan geldt dat de school niet meer mag doen dan redelijkerwijs nodig is voor het doel van de toestemming.

Wordt het kind zestien, dan moet het zelf die toestemming geven (artikel 5 Wbp en artikel 5 Uitvoeringswet AVG). En omdat toestemming vrijwillig gegeven moet worden, mag er dus vanuit de school noch vanuit de ouders druk worden uitgeoefend om dit te doen. Het lijkt erop dat er geen school is die dit doet. Sterker nog, in het NOS artikel is te lezen dat ook bij mensen van achttien (dus geen kind meer) deze gegevens naar hun ouders worden gestuurd. En dat kan natuurlijk écht niet door de beugel.

Wel vraag ik me nog af of je niet kunt zeggen, de verstrekking van deze informatie is gewoon nodig voor het onderwijs, een goede orde op school et cetera. Dan kom je AVG-technisch uit bij de grondslag “uitvoering overeenkomst”, alleen is voortgezet onderwijs volgens mij geen privaatrechtelijke overeenkomst. En dan houd je dus over het eigen legitiem belang van de school en/of de ouders, oftewel we kúnnen niet anders dan dit aan je ouders geven, en we menen dat dat belangrijker is dan jouw privacy. Ik denk niet dat dat snel standhoudt.

Update met dank aan Job Vos: wettelijk is vastgelegd (artikel 23b Wet voortgezet onderwijs) dat “Het bevoegd gezag rapporteert over de vorderingen van de leerlingen aan hun ouders, voogden of verzorgers, dan wel aan de leerlingen zelf indien zij meerderjarig en handelingsbekwaam zijn.” De grondslag is daarmee de wettelijke plicht, de school móet het melden. Hooguit kun je je dan nog afvragen of dat moet per pushbericht direct bij elk cijfer, of dat ook periodiek of bij zorgelijke ontwikkelingen pas gemeld wordt. Vandaar de streep door toestemming nodig.

Arnoud

Mag mijn school me verplichten een video van mezelf online te zetten?

Via Reddit:

Voor een vak op school (HBO) moet ik als onderdeel van het lesprogramma een video van mezelf maken en deze in het online programma van school zetten. Echter is deze video dan te zien voor elke leerling die dit vak volgt (meer dan 200) en dus ook te kopiëren. De bedoeling is dat 1 mede-student de video moet bekijken en beoordelen, en de lerares moet zien dat je dit hebt gedaan zodat zij het kan afvinken. Ik ben niet zo gek op het idee om van mezelf een video online te zetten. Kan ik dit weigeren, ivm privacy redenen bijvoorbeeld? Zou ik dan ook het maken van heel de video kunnen weigeren? Ik doe dit namelijk liever niet. Aangezien /r/thenetherlands zo veel van digitale privacy etc houdt zou ik graag weten of iemand hier een antwoord op heeft. Bedankt!

Wat is dat toch met rare praktijken op scholen. En nee, dit kan natuurlijk niet zomaar.

Het is op zich denk ik wel legitiem dat bepaalde vakken een uitwerking eisen in de vorm van video. Denk aan trainen hoe je overkomt voor de camera, het oefenen van dansen of sportbewegingen, of gewoon registratie van hoe je presenteert zodat je concrete visuele feedback kunt krijgen.

Dat je die uitwerking moet delen met medestudenten zie ik ook nog wel. Peer feedback en leren van hoe je medestudenten het doen lijkt me een standaard manier van werken bij hogescholen. Maar op het moment dat het op internet gezet moet, dan kunnen dus ook mensen meekijken die gewoon niets te maken hebben met je studievoortgang en -prestaties.

In de Reddit-draad lees ik dan discussie of dit wel een legitiem argument is, omdat het riekt naar een smoes om onder je huiswerk uit te komen. Dat probleem zie ik dus niet, omdat er geen reden is voor de school om een internetpublicatie te eisen. En dan kom je bij het simpele fundamentele punt dat het hier om persoonsgegevens gaat, en dús niet mag zonder grondslag, zonder goede reden.

Arnoud

Ik moet van mijn school andermans telefoon doorsnuffelen!

Een lezer vroeg me:

Voor mijn opleiding moet ik een vak volgen over forensische ICT. De opdracht is nu om een telefoon te doorzoeken, en de docent meldde trots dat hij deze op Marktplaats heeft gekocht, om de klus interessanter te maken. Het zijn dus echte telefoons met echte data. Ik voel me daar niet comfortabel bij, mag ik dit wel?

Wat een rare opdracht, en niet eens vanwege de juridische kant. Hoe kun je nu studenten beoordelen die allemaal zó verschillende input krijgen? Je zult net de telefoon van de directeur van Bits of Freedom krijgen en je buurman die van Samantha van der Plas, hoe kun je dat ooit met elkaar vergelijken?

Juridisch gezien denk ik niet dat dit door de beugel kan. Natuurlijk wordt de school eigenaar van die telefoon wanneer een docent die koopt, en het is toegestaan je eigendom te doorzoeken of er andere schoolactiviteiten mee te ondernemen. Maar dat recht houdt op wanneer andermans persoonsgegevens in het gedrang komen.

(Als privépersoon-koper kun je iets sneller klaar zijn. Volgens de wet behoor je eigenaar te worden van het hele toestel, zonder enige last of beperking (art. 7:15 lid 1 BW). Als er toch nog data van iemand op blijkt te staan, dan is dat dus een beperking die er niet hoort te zijn. Daar kun je de verkoper dus op aanspreken, hij moet deze tekortkoming in de koopovereenkomst herstellen. Heel formeel moet het toestel dus terug, waarna de verkoper het wist en het opnieuw aan je geeft. Praktisch gezien zou ik geen bezwaar zien tegen even namens de verkoper die data wissen, dat is effectief hetzelfde en scheelt een hoop rompslomp.)

De school weet donders goed dat die telefoon vol zit met persoonsgegevens van een ander, dat is immers het hele doel van die opdracht. Er is geen toestemming van die mensen om daarmee te werken. (Enkel dat iemand zijn telefoon verkoopt is nog geen uitdrukkelijke specifieke toestemming voor gebruik van die persoonsgegevens.) Er is ook geen contract dat dit onderzoek rechtvaardigt.

Je komt dan uit bij de eigen dringende noodzaak: ik kan niet anders, en ik heb rekening gehouden met de privacy. De belangenafweging is dan simpel, kom nou toch. Je kunt immers prima zo’n telefoon voorzien van nepdata en dan de studenten aan de slag laten gaan. En daarmee is er dus geen legitiem eigen belang om hiermee te gaan werken. Met een beetje goede wil kun je dit zelfs het opzettelijk verzorgen van een datalek noemen, een ongeautoriseerde verwerking.

Het lastige is alleen: hoe vertel je dat die docent?

Arnoud

De klassenfoto valt ook gewoon onder de privacywet!

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP), de Nederlandse privacytoezichthouder, roept scholen op zorgvuldig om te gaan met beeldmateriaal van leerlingen. Dat meldde Nu.nl dinsdag. In een persbericht legt de privacytoezichthouder uit dat klassenfoto’s (en ander beeldmateriaal waar leerlingen herkenbaar op staan) ook gewoon onder de Wet bescherming persoonsgegevens vallen, en dus in principe alleen met toestemming mogen worden gepubliceerd. Iets waar maar weinig scholen zich aan houden.

Dat foto’s te zien zijn als persoonsgegevens, is op zich niet heel nieuw. Een persoonsgegeven zegt iets over een persoon, en die term is niet alleen bedoeld voor administratieve gegevens zoals namen en adressen of cijferlijsten. Ook een foto zegt iets – uiterlijk, geschatte leeftijd, in welke klas je zit, soms ook eventuele fysieke afwijkingen en ga zo maar door. Dat maakt een foto dus net zo goed een beschermd gegeven als een tussenrapport.

Voor scholen zijn foto’s traditioneel een leuke manier om iets extra’s naar de ouders te doen. De klassenfoto waarop de gehele school of klas poseert is het bekendste voorbeeld, maar ook de snelle snapshot in de klas of op kamp is natuurlijk erg populair. Voor al dat soort zaken geldt dat het valt onder de Wet bescherming persoonsgegevens valt. Ook als de leraar in een opwelling een leuke spontane foto maakt of als er een app wordt gebruikt die bedoeld is om het contact tussen ouders en school te stimuleren.

Publicatie van persoonsgegevens op internet (waar de discussie met foto’s meestal over gaat) vereist in principe toestemming van de betrokkenen. Of, omdat het hier om minderjarigen gaat, toestemming van hun ouders of verzorgers. En dat is de heikele praktijk: veel scholen werken nog steeds met wie-zwijgt-stemt-toe of nemen in op het inschrijfformulier op dat je toestemming geeft voor van alles en nog wat. Dat is dus illegaal.

Toestemming moet vrijwillig worden gegeven, en ondubbelzinnig zijn. Je moet dus kort gezegd apart de vraag krijgen, wilt u dit of niet. En wie nee zegt, moet daar geen negatieve gevolgen van ondervinden. Ik ken bijvoorbeeld een school waar is gedreigd met niet mee op kamp als er geen toestemming voor fotograferen & op de schoolwebsite kwam.

Daarnaast moet de toestemming specifiek zijn, dus “ik geef toestemming voor foto’s” is niet rechtsgeldig, omdat je dan niet weet wélke foto’s en wat daarmee gebeurt. Het beste is dus een protocolletje te maken als school waarin je uitwerkt welke toestemming en waar en hoe die wordt verkregen.

Een ander aspect is de beveiliging. Een foto zomaar op internet is een datalek. Ook als er toestemming was voor de foto – of is er bij het toestemming vragen ook gezegd, deze komt op internet en is voor iedereen zichtbaar? Beter is foto’s af te schermen zodat alleen de ouders uit die klas erbij kunnen.

De AP heeft een en ander nader uitgewerkt in haar Dossier Scholen en de AVG, waar het meteen vooruit blikt naar de nieuwe regels.

(Dit staat allemaal los van het portretrecht. Daar is onder omstandigheden toestemming niet nodig maar volgt een belangenafweging. Maar bij kinderen komt die belangenafweging eigenlijk altijd uit bij niet mogen gebruiken zonder toestemming, en bovendien verdwijnt het portretrecht volgend jaar zodra de Privacyverordening in werking treedt. Die regelt immers álles over persoonsgegevens, dus ook over fotoprivacy, en nationale regels over portretten mogen dan niet meer.)

Arnoud

Smartphones op school: streng verboden?

Veel scholen worstelen met telefoons in de klas, las ik in NRC onlangs. Met onder meer diverse scholen met smartphoneverboden, en eentje die als ultieme sanctie een week de telefoon kan afpakken. Ondertussen krijg ik regelmatig mails van ouders (én leerlingen) die zo’n telefooninbeslagname willen aanvechten en hoe dat juridisch zit. Dus ja, hoe zit dat juridisch?

Het grote probleem vanuit juridisch perspectief is eigenlijk dat er nauwelijks iets geregeld is op dit gebied. De wet houdt het bij het vereiste dat er een reglement moet zijn de rechten en plichten van de leerlingen vastgelegd worden (art. 24g Wet voortgezet onderwijs) en dat daarin moet staan hoe handhaving van de goede gang van zaken binnen de instelling in zijn werk gaat.

In principe is een school vrij in hoe ze haar regels wil inrichten en hoe streng ze wil zijn met sancties. Veel meer dan dat een en ander redelijk en proportioneel moet zijn, eist de wet daar niet bij. Dus als een school zegt, de telefoon gaat uit als je het pand betreedt en mag pas weer aan als je de deur weer uit bent, dan is dat in principe legaal. Zeker omdat er -zie het NRC artikel- genoeg onderzoek is dat laat zien dat smartphones lessen en samenwerking op school kunnen verstoren.

Zou het mogen, wat ik verderop las: “De uiterste sanctie is dat de telefoon een nacht op school moet blijven”. Die betwijfel ik, dat die legaal is. Ik kan geen enkel redelijk argument bedenken waarom zo’n belangrijk en duur bezit van de leerling een nacht op school moet blijven (zelfs als het in een kluis is).

Maar het is lastig dit echt te onderbouwen, zeker als je in zware juridische termen als verduistering gaat gebruiken. Een school mag immers ook leerlingen verplichten het schoolplein op te ruimen (dwangarbeid, slavernijverbod), strafregels te schrijven (ook dwang) of zelfs na te blijven (vrijheidsberoving). Als dat mag, waarom zou tijdelijk inhouden van een telefoon niet mogen?

Of is een smartphone écht iets unieks en nieuws? Daar valt wat voor te zeggen, je doet er vandaag de dag zowat alles mee, van bankzaken tot communicatie met iedereen, het kopen van wat je nodig hebt en ga zo maar door. Dat middel dan afpakken zou dan eerder equivalent zijn aan de persoon zelf een nacht op school in sluiten, en dat is vrij evident onrechtmatig.

Arnoud

RET weigert nieuwe leerling vanwege tweet

tram-trein-vervoerDe RET heeft een 20-jarige Rotterdammer niet toegelaten tot de opleiding van metrobestuurder omdat hij een racistisch bericht op Twitter verstuurde, las ik bij RTV Rijnmond. Metro noemt het een ‘gaskamertweet’, wat het niveau wel aangeeft denk ik. De RET vindt deze tekst onacceptabel (joh) en heeft daarom zijn inschrijving geweigerd.

U denkt nu misschien dat ik mezelf ga vragen “mag dat, iemand weigeren wegens een racistische tweet” maar dat is vrij simpel denk ik: ja. Wie zulke uitlatingen doet, diskwalificeert zich al heel snel als geschikte collega of leerling. Zo iemand hoef je niet in je organisatie te accepteren.

Interessanter vind ik de vraag hoe de RET erachter is gekomen dat deze leerling deze tweet had verstuurd. Ik zie drie mogelijkheden:

  1. Iemand (een medeleerling?) die het bericht zag, stuurde het naar de RET.
  2. De RET is meneer gaan googelen en kwam het bericht tegen.
  3. Iemand zag het bericht, maakte het een social media ding waarna de PR-afdeling van RET zei “dumpen die figuur”.

Optie 1 kan natuurlijk altijd, en is voorstelbaar als er een beperkt aantal plaatsen is. Optie 2 kan ook (hoewel Metro zegt dat het een afgesloten Twitteraccount betrof en dan is ernaar googelen wat lastig). Iedereen met een onderbuik weet dat iedere organisatie iedere sollicitant googelt, dus waarom zou datzelfde niet gebeuren bij een opleiding met een beperkt aantal plaatsen? En optie 3 komt steeds vaker voor in de praktijk, al dan niet met nepberichten.

Optie 2 is denk ik juridisch het interessantst. Immers, het googelen van een sollicitant is een verwerking van zijn persoonsgegevens. Je doorzoekt een databank (Google) op zoek naar persoonlijke informatie (persoonsgegevens) van een natuurlijk persoon. In beginsel is daarvoor dus toestemming nodig. Je kunt het ook gooien op de “eigen dringende noodzaak”, de uitzondering in de privacywet waarmee je zonder toestemming mag handelen. Je noodzaak moet dan zwaarder wegen dan de privacy van de persoon. Dat vereist een belangenafweging, en daarbij zal meespelen welke bronnen je raadpleegt. Openbare, zelf gepubliceerde bronnen zoals een homepage of openbaar Twitteraccount zijn daarmee wel te raadplegen, maar een vriendschapsverzoek op Facebook sturen vanaf het privéaccount van de HR-medewerker lijkt me niet kunnen.

In de praktijk gebeurt dat googelen natuurlijk vrij massaal. Maar voor leerlingen aan een opleiding?

Arnoud

Schoolcomputer says no tegen ruilverzoek inschrijving, mag dat?

computer-says-noAmsterdamse scholieren die vanwege het matchingssysteem hun schoolplek wilden ruilen, mogen dit niet. Dat meldde Nu.nl vorige week, waarop ik diverse mails kreeg van lezers of dit een verboden gevalletje “computer says no” is. Amsterdam heeft namelijk een matching-algoritme ontwikkeld dat scholieren probeert te koppelen aan hun favoriete school, maar aan de uitkomst mag niet worden getornd, ook niet als je een andere scholier kunt vinden die met jou wil ruilen waardoor je beiden op je eerste keuze terechtkomt.

De voortgezet-onderwijsscholen in Amsterdam hebben gezamenlijk genoeg plaatsen voor alle achtstegroepers die de overstap naar de middelbare school maken, ook voor een aantal leerlingen uit omliggende gemeenten. Er bestaat echter al jaren een discrepantie tussen het aantal aanmeldingen en het aantal plaatsen per school, met name voor havo en vwo. Dat gaf veel onvrede bij leerlingen en ouders, vandaar dat besloten werd een nieuw algoritme te ontwikkelen.

In het nieuwe systeem moet je niet één voorkeursschool kiezen maar een lijst maken. Er wordt dan geprobeerd je zo hoog mogelijk op de lijst te zetten en om de pijn van de lotingen zo eerlijk mogelijk te verdelen door iedere leerling gelijke kansen te bieden. Dat viel tegen: na de eerste keer gebruik ontstond er weer veel onvrede, onder meer omdat leerlingen ineens hun vierde keuze hadden gekregen in plaats van de top 3, of omdat ze een school 17 kilometer verderop hadden gekregen.

Belangrijkste pijnpunt was echter dat minstens 400 leerlingen hadden ontdekt dat ze door onderling ruilen alle 400 hun eerste keuze hadden kunnen krijgen. Had daar dan niet even rekening mee gehouden worden? Nee, sorry, computer says no aldus de gemeente.

Of nou ja, er zat wel iets meer achter dan dat, zo blijkt uit het vonnis:

In de eerste plaats werkt het systeem dan niet consistent. Op dit moment is het zo dat het lotnummer of rangnummer dat een leerling voor een bepaalde school is toegekend bepaalt of hij of zij op een school komt. Ook de reservelijst is samengesteld op volgorde van lotnummers. Op die manier heeft iedere leerling voor iedere school gelijke kansen. Indien ruilen zou worden toegestaan zou de plaats van een leerling op de reservelijst weliswaar niet veranderen, maar het zou er wel toe kunnen leiden dat een leerling met een ongunstiger lotnummer een leerling met een gunstiger lotnummer passeert. Op die manier is er geen sprake meer van gelijke kansen. Zo zijn er leerlingen die toevallig geen aantrekkelijke plaats te bieden hebben, en leerlingen die zich tot op heden buiten de ‘ruilhandel’ hebben gehouden en genoegen hebben genomen met hun tweede of derde keuze, maar die wellicht ook zouden willen ruilen. Het toelatingssysteem voldoet dan niet meer aan de vereisten van consistentie en transparantie.

Ook heeft het systeem strategisch kiezen tot gevolg, en dat wilde men nu juist elimineren. Met strategisch kiezen verlies je het zicht op welke scholen nu écht aantrekkelijk zijn, en dupeer je zoals gezegd leerlingen die niet mee willen of kunnen doen (denk aan een leerling die net uit Brabant verhuist en nog niemand kent in Amsterdam om mee te ruilen).

Vanwege al deze redenen is het begrijpelijk dat de scholen dit nieuwe systeem willen en daarbij geen ruil willen toestaan. De rechter keurt het systeem dan ook goed, en de ouders zullen moeten accepteren dat hun kinderen niet naar de school van hun eerste voorkeur kunnen, ook al hád dat gekund met 200 ruilparen. Die mogelijkheid mag de gemeente uitsluiten in haar reglement, omdat daar een legitieme grond voor is.

En wat het stuk “computer says no” betreft: dat gaat (art. 42 Wbp) over geautomatiseerde beslissingen gebaseerd op “persoonsgegevens bestemd om een beeld te krijgen van bepaalde aspecten van zijn persoonlijkheid” oftewel profiling. Het is niet zo dat iedere automatische “no” strikt verboden is.

Meelezende wiskundigen: is er een systeem waarmee je wél 7.500 leerlingen allemaal in een school uit hun top 3 kunt plaatsen?

Arnoud