Mooi stuk bij BoingBoing: onze digitale economie zit vol met licenties (EULA’s, end user license agreements) maar geen hond die ze leest. Is dat luiheid van de consument? Onoplettendheid in het bestelproces? Nee. Dit zit fundamenteler.
Het concept van licenties – verlening van toestemming – is natuurlijk al veel ouder dan internet. De visvergunning is gewoon een rivier-EULA, en wie met een radio wil uitzenden heeft daar ook toestemming voor nodig. Maar dergelijke vergunningen of licenties waren relatief simpel. Je mocht iets dat je eerst niet mocht, met hooguit een aantal specifieke randvoorwaarden zoals dat je alleen bij daglicht mag vissen of dat de politie mag komen kijken of je je wapens (onder je schiet-EULA) wel veilig opbergt.
Die voorwaarden waren dus best duidelijk. Dat kon, omdat die situaties specifiek waren en verder duidelijk omlijnd. Ook had de opsteller van die EULA – de overheid – een belang bij duidelijkheid. Als je elke dag onduidelijke vergunningen moet gaan handhaven, dan is dat een verspilling van tijd en belastinggeld.
Bij internetdiensten en software zitten er andere factoren. Allereerst gaat het hier om private partijen met een particulier belang: je wilt dat mensen je dienst gebruiken, maar je wilt geen gezeik. Dus ga je je dienst dichttimmeren met voorwaarden in jouw voordeel. Ten tweede is er niemand die een tegengeluid laat horen. De vereniging van sportvissers gaat echt wel piepen als de hengel-EULA ineens zes pagina’s algemene voorwaarden krijgt, maar consumenten van internetdiensten doet dat niet.
Het BoingBoing-artikel (eigenlijk het boek The End of Ownership: Personal Property in the Digital Economy) noemt nog een derde factor die ik intrigerend vind. Omdat consumenten niet in staat zijn EULAs op waarde te schatten, is er geen prikkel om ze beter te maken. Voor juristen is er dus weinig eer aan te behalen, áls je al als jurist wordt gevraagd om een EULA op te stellen (hoe vaak ik niet de vraag krijg, ik heb een EULA op internet gevonden, kun je die even checken in een kwartiertje of zo).
Ook weegt een stukje conservatisme mee. Een belachelijk eenzijdige clausule kan geen kwaad, maar de clausule weglaten misschien wél. Als je zegt “wij zijn niet aansprakelijk voor zover wettelijk toegestaan” dan heb je netjes je aansprakelijkheid ingeperkt. Laat je die zin weg, dan is er misschien een situatie waarin iemand een claim indient die je met die zin had kunnen pareren. Helemaal als je collega’s dat ook allemaal doen. Dus een perverse prikkel om het zo eenzijdig mogelijk te houden.
Wel vraag ik me af of de auteurs gelijk hebben als ze hier een sinistere opmars van beperkende maatregelen menen te bespeuren. Zouden bedrijven echt redeneren, oei, dat recht een backup te maken is gevaarlijk voor ons businessmodel, kan dat even uitgesloten worden in de licentie? Ik heb heel sterk het gevoel dat dit soort dingen semi-automatisch door de jurist zelf worden ingevuld. Je wilt er toch iets van maken, en consumentenrechten uitsluiten waar dat kan, is dan toch een beetje je werk. Maar ik geloof niet dat dat na zorgvuldig overleg op directieniveau is verzonnen. Ook de directie leest de EULA niet.
Maar uiteindelijk maakt dat niet heel veel uit. Het eigenlijke punt blijft staan: door al die EULAs verandert de online markt wezenlijk ten opzichte van de offline. Als ik een boek koop, mag ik het doorverkopen of ermee doen wat ik wil. Als ik een e-book ‘koop’, krijg ik een beperkte licentie die me verbiedt het werk te reproduceren tenzij wettelijk toegestaan, die opmerkt dat het slechts op één apparaat geïnstalleerd mag worden, me bij de gratie gods een backup laat maken (“Doch uitsluitend indien technisch noodzakelijk voor een goede werking van het Werk”), ALLE AANSPRAKEN OP CONFORMITEIT EN JUISTHEID UITSLUIT BEHOUDENS EN VOOR ZOVER IN UW JURISDICTIE ANDERS IS BEPAALD DOCH IN IEDER GEVAL TOT MAXIMAAL HET AANSCHAFBEDRAG OF 5 DOLLAR, WELK MAAR MINDER IS. Sorry, ik liet me even gaan.
Wat is de oplossing? Daar ben ik nog niet uit. Standaardregels in de wet lijken me een goed begin, maar het is geen panacee. Als we vastleggen dat digitale producten net zo mogen worden behandeld als fysieke, en een aantal van de grofste clausules op een zwarte lijst zetten (net zoals bij consumentenkoop de grijze en zwarte lijst), dan zouden we al een heel eind puin ruimen. Maar ik betwijfel of het genoeg is.
Arnoud