Wie een website bezoekt, gaat daarmee niet akkoord met de gebruiksvoorwaarden. Dat maak ik op uit een recent arrest uit Den Haag inzake de langlopende ruzie tussen luchtvaartbedrijf Ryanair en prijsvergelijker PR Aviation over het mogen overnemen van vlucht- en prijsinformatie. Nadat eerder een beroep op auteursrechten en databankrechten sneuvelde, gooide Ryanair het op de gebruiksvoorwaarden. Daarin stond dat dergelijk overnemen niet toegestaan was. Maar het Hof Den Haag bevestigt nu wat velen al lang roepen: je bent niet gebonden aan gebruiksvoorwaarden enkel door een site op te roepen.
Ryanair verzet zich al heel lang tegen het overnemen van prijzen en vluchtinformatie van haar site door derden. PR Aviation is zo’n bedrijf dat vluchtgegevens scrapet en in een vergelijkend overzicht toont. In eerste instantie wilde Ryanair dat tegenhouden met een beroep op auteursrechten en databankrechten, maar dat werd door het Hof van Justitie afgewezen. Er zit immers geen creativiteit in een prijs, en de databank met prijsgegevens is een bijproduct van je dienstverlening dus ook niet beschermd.
Het Hof van Justitie liet echter de contractuele claim intact. In de gebruiksvoorwaarden van Ryanair stond (en staat) dat je geen gegevens mag overnemen met het doel deze te herpubliceren in een prijsvergelijker en derde. Dat is rechtsgeldig, aldus het Hof, want in een contract mag je afspreken wat je wilt – zeker met een zakelijke wederpartij. Dus wie met zulke voorwaarden akkoord gaat, mag niets herpubliceren. Ook niet met een beroep op bijvoorbeeld citaatrecht, contract is contract.
Een open punt bleef wel óf er een contract was tussen Ryanair en PR Aviation. Dat was niet bewezen in de procedure die bij het Hof van Justitie uitkwam, dus dat kwam terug op het bordje van het Gerechtshof Den Haag. En met een ingewikkelde complicatie, namelijk dat Iers recht werd gekozen in de voorwaarden van Ryanair. Daarom moest naar Iers recht worden gekeken of er een overeenkomst tot stand was gekomen langs de zogeheten browse-wrap constructie, die neerkomt op dat je akkoord gaat met voorwaarden door een site te bezoeken (browsen), zonder dat je actief ergens op klikt (dan heet het click-wrap) om apart aan te geven dat je akkoord gaat.
Ryanair kwam met een hoop Ierse jurisprudentie aan die dit zou bewijzen, maar het Hof wordt niet overtuigd. Naar Iers recht moet je bepalen of objectief bekeken de wederpartij zich gedraagt alsof hij de intentie heeft gebonden te worden. Dus is die handeling (hier het websitebezoek) er eentje waarvan je mag zeggen, wie dat doet die zit aan de voorwaarden vast. Nee:
PR Aviation bezocht de website, langs geautomatiseerde weg, om gegevens te verzamelen die voor een ieder gratis en vrij toegankelijk waren en juridisch door geen enkel recht werden beschermd – noch door een databankrecht noch door een auteursrecht noch anderszins. Waar deze juridisch onbeschermbare gegevens voor een ieder gratis en vrij toegankelijk zijn openbaar gemaakt op een openbare website, zal een redelijk persoon niet denken dat PR Aviation, louter door de website te bezoeken en/of deze gegevens te verzamelen, zich wilde binden aan de gebruiksvoorwaarden die haar verbieden om die gegevens te verzamelen en te gebruiken, noch aan de daarin opgenomen rechtskeuze. Ter vergelijking: wie op straat aan een muur, of in een étalage zichtbaar vanaf de openbare weg, een aanplakbiljet heeft opgehangen met een tekst waarvan de eerste regel luidt: “Wie verder leest, moet € 5,- betalen”, mag er niet zo maar op vertrouwen dat een voorbijganger die de tekst verder leest, zich heeft willen binden aan deze voorwaarde.
Ten overvloede wordt nog bepaald dat ook naar Nederlands recht er géén rechtsgeldige overeenkomst tot stand komt. Diezelfde redenering hierboven leidt er namelijk bij ons toe dat je er als wederpartij niet op mag vertrouwen (art. 3:35 BW) dat je bezoeker akkoord wilde gaan.
De conclusie leunt wel zwaar op het feit dat de voorwaarden PR Aviation een nadeel opleveren dat er normaal niet is. Het is inderdaad erg onwaarschijnlijk dat iemand dan zou zeggen, dat nadeel wil ik wel aanvaarden en ik hoef er niets voor terug. Dat laat een gaatje voor andersoortige voorwaarden die via browse-wrap worden aangeboden, maar voor mij voelt dat nogal theoretisch.
Wat voor voorwaarden zouden dat moeten zijn immers? Een beperking van aansprakelijkheid (disclaimer) gaat volgens mij net zo keihard onderuit: wettelijk gezien kun je een website-eigenaar onder bepaalde voorwaarden aansprakelijk stellen, dus waarom in vredesnaam zou ik een disclaimer aanvaarden waarin staat van niet? Idem voor auteursrechtelijke beperkingen, zoals dat je niets mag overnemen zonder toestemming – dat zou je rechten zoals citaatrecht immers van tafel vegen zonder dat daar wat tegenover staat.
Natuurlijk, als je zegt, tegen betaling van X euro krijg je toegang tot Y en dat moet je geheim houden, dan zie ik de logica wel dat er een overeenkomst tot stand gekomen is. Ook als je niet heel expliciet op “ik ga akkoord met de voorwaarden” klikt. Maar juist dat komt in de praktijk nooit voor. Als men iets wezenlijks wil vragen van de klant, dan wordt dat expliciet gedaan en dan heb je evident een overeenkomst. Daarom durf ik toch wel te zeggen dat de browse-wrap overeenkomst niet rechtsgeldig is.
Arnoud