Van wie is die oude harde schijf?

Een lezer vroeg me:

Ik heb een vraag aangaande een interne harde schijf die binnen een maand na aankoop stuk gegaan is. Ik ben teruggegaan en de winkel kwam na onderzoek tot de conclusie dat de harde schijf “stuk” was, maar men kon niet zeggen waarom. De gegevens op de schijf waren niet meer terug te halen, zei men. Ik kreeg gratis een nieuwe harde schijf van hetzelfde type. Prima service, zou je zo zeggen.

Alleen: er stonden onvervangbare bestanden op die schijf en ik wil toch proberen die terug te krijgen via een gespecialiseerd bureau. Ik heb dus gevraagd of ik de oude, kapotte schijf mee mag nemen. De winkel weigert dit, biedt mij de schijf eventueel tegen nieuwprijs te koop aan maar zegt mij dat de vervangen schijf mijn eigendom niet meer is. Klopt dat?

Het bedrijf heeft gelijk. De schijf die je een maand geleden kocht, werd je eigendom toen je deze meenam. Maar nu heb je deze omgeruild voor een nieuw exemplaar, omdat de oude niet conform de eisen was (harde schijven horen ~3 jaar mee te gaan). Daarmee is het nieuwe exemplaar nu je eigendom geworden – in plaats van de oude dus. Ik zie niet hoe je zonder betaling de oude schijf nu ook mee naar huis mag nemen.

Wellicht is te verdedigen dat de winkel de gegevens op de schijf moet terughalen, omdat dit een vorm van schade is die jij hebt geleden door hun ondermaatse harde schijf. Maar als zij aangeven dit te hebben geprobeerd en niets terug kunnen halen, dan houdt het voor hen denk ik op. Ik zie niet hoe je kunt eisen dat je dan de schijf terug moet krijgen zodat je elders een laatste poging kunt wagen.

Arnoud

Mag de reparateur zomaar mijn harde schijf formatteren?

Een lezer vroeg me:

Onlangs ging mijn computer defect. Deze had twee harde schijven, waarvan ik er een voor Windows gebruikte en de andere voor diverse data. Ik zat nog in de garantieperiode, dus heb de computer meteen teruggebracht ter reparatie. Er bleek nogal wat stuk, kreeg ik later te horen: het moederbord en de grafische kaart waren volledig kapot, en de schijf met de Windows installatie was ook gecrasht en niet meer te repareren. Dat was allemaal vervangen, maar mijn dataschijf (waar dus niets mis mee was) bleek ook maar geherformatterd. Gelukkig had ik een recente backup maar ik vraag me toch af of dat zomaar kan?

Bij computerdefecten is het vaak onvermijdelijk dat er gegevens kwijtraken, dus het is een goede zaak dat de vraagsteller backups heeft gemaakt. (Hoe oud is jullie laatste backup?) Hier is de data verdwenen tijdens de reparatie. In deze zaak (met dank aan Alex’ gastpost over data recovery) bleken na een reparatie allerlei gegevens van een harde schijf verdwenen te zijn. Daar keek de klant nogal van op:

Vast staat daarnaast dat [gedaagde] niet aan [eiser] heeft meegedeeld dat het formatteren van de harde schijven een standaardonderdeel is van de reparatieprocedure; niet heeft gevraagd of er gegevens op de harde schijven stonden of dat daarvan kopieën waren gemaakt; niet heeft gewaarschuwd voor de gevolgen van de formattering en dat hij [eiser] niet de gelegenheid heeft gegeven om voorzorgsmaatregelen te nemen om het wissen van de bestanden te voorkomen terwijl hij evenmin zelf maatregelen heeft genomen om de bestanden te behouden.

Dit was volgens de rechter onzorgvuldig gedrag van de reparateur. Hij had niet zomaar die harde schijf mogen formatteren.

Als de schijf dusdanig defect is dat een low-level formatteeractie de enige mogelijkheid is om de data terug te krijgen, dan mag het natuurlijk wel. Alleen zou ik dan wel verwachten dat daarover iets gemeld wordt in het verslag van wat er gerepareerd of vervangen is. De eerste stap is dus opheldering vragen: waarom is die schijf opnieuw geformatteerd?

Ik vermoed alleen dat het antwoord iets zal zijn als “bij grote reparaties is het beleid dat we alle gegevensdragers in originele staat terugbrengen”. En dat is dus net iets te onzorgvuldig om legaal te zijn.

Arnoud

United Breaks Guitars (gastpost)

united_breaks_guitars.jpgDave Carroll is een artiest in de Verenigde Staten van Amerika die countrymuziek maakt. In de lente van 2008 reisde hij met United Airlines. Op een tussenstop in Chicago riep een vrouw achter hem “O mijn God, ze gooien daar met gitaren”. David Carolls dure Taylor gitaar bleek bij aankomst in twee stukken gebroken. Aan de laatste persoon die zijn verzoek om schadevergoeding afwees, deed hij de belofte dat hij niet één, niet twee, maar liefst drie liedjes over deze gebeurtenis zou schrijven en die op YouTube zou plaatsen.

Zijn eerste nummer heet ‘United Breaks Guitars’ en bleek al gauw een grote hit op het internet te zijn. En daarmee is het wereldnieuws geworden. In Nederland heeft o.a. de NOS er aandacht aan besteed. Daarop hebben ongetwijfeld een aantal kijkers verontwaardigd “SMAAD!!!” geroepen. Daarom deze keer een stukje over wat smaad is en vooral wat het niet is.

Het delict smaad wordt strafbaar gesteld in artikel 261 van het Wetboek van Strafrecht:

  1. Hij die opzettelijk iemands eer of goede naam aanrandt, door telastlegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, wordt, als schuldig aan smaad, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.
  2. Indien dit geschiedt door middel van geschriften of afbeeldingen, verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen, of door geschriften waarvan de inhoud openlijk ten gehore wordt gebracht, wordt de dader, als schuldig aan smaadschrift, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
  3. Noch smaad, noch smaadschrift bestaat voor zover de dader heeft gehandeld tot noodzakelijke verdediging, of te goeder trouw heeft kunnen aannemen dat het te last gelegde waar was en dat het algemeen belang de telastlegging eiste.

Het zwaartepunt van dit wetsartikel ligt bij de term ‘bepaald feit’. Hierbij moet het gaan om een concrete historische gebeurtenis die bovendien nog eens de goede eer of goede naam kan aantasten van de ander. Daarvan kan alleen spraken zijn in het geval dat het feit een misdrijf betreft of een daad betreft die strijdig is met de heersende moraal. Wordt iemand beschuldigd van een overtreding, dan levert dat in beginsel geen smaad op.

Dave Carroll beschuldigde de vliegmaatschappij United Airlines van het vernielen van zijn gitaar, en dat is een misdrijf. De wet vereist echter dat aangegeven wordt waar en wanneer het feit gepleegd zou zijn. 1

Dave geeft in het nummer aan dat zijn gitaar het slachtoffer is geworden van een gruwelijke daad die opzettelijk gepleegd was op het vliegveld van Chicago, O’Hare Airport. Dave legt de achtergrond van het liedje uit en meldt daarin dat het feit plaats gevonden heeft in maart 2008. Hiermee voldoet het aan alle eisen en toch pleegt Dave hiermee geen smaad.

Primair omdat, als dit zich voor zou doen in Nederland, hij zich zou kunnen beroepen op het derde lid. Hoe een bedrijf om gaat met zijn klanten is in het algemeen belang van de burger. Als dan ook nog eens ter goede trouw mag worden aangenomen dat het feit waar is, dan mag daaraan ruchtbaarheid gegeven worden. Bovendien verdedigt de band hiermee de belangen van de consument.

Daarnaast beschermt de zanger met zijn clips de goederen van toekomstige klanten. Een gewaarschuwd mens geldt immers voor twee. Dat de vliegmaatschappij daarbij een negatief stempel krijgt op gedrukt is spijtig, maar kan niet redelijkerwijs voorkomen worden.

Secundair omdat hij dan beschermd zou worden door artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Dit beschermt meningen, feiten die meningen vormen, of informatie verzameling over publieke en commerciële aangelegenheden. Echter komt deze vrijheid wel met plichten en verantwoordelijkheden. Daarvan is voor deze column alleen de goede naam van het bedrijf van belang.

Wanneer de vrijheid van meningsuiting centraal staat en het publieke debat in gevaar is, dan gunt het Hof gunt de lidstaten weinig ruimte om zelf afwegingen te maken. En gezien de opvattingen van het hof, zal een veroordeling voor smaad in dergelijke gevallen niet snel stand houden.

Daarbij geldt dat publieke personen meer moeten kunnen verdragen dan niet-publieke personen. Maar ook dat beschuldiging ergens op gebaseerd moeten zijn. Als dit het geval is dan zullen waardeoordelen niet snel als een strafbare belediging kunnen worden opgevat.

Kan daarentegen worden aangetoond dat de bewering onwaar is of verzonnen, dan is een veroordeling voor smaad goed mogelijk. En als je de bewering niet kunt staven, dan kom je er natuurlijk niet mee weg door een bepaalde daad dan maar te insinueren.

Tot slot geldt dat bij ernstige beschuldigingen verwacht mag worden dat er ‘hoor en wederhoor’ is toegepast. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een beschuldiging van misbruik van kinderen of moord.

Maar goed ik dwaal af. In het geval van onze artiest gaat het om een relatief licht misdrijf dat waar hij zelf getuige van is geweest. Met het maken van de clips waarschuwt hij anderen voor misstanden bij United Airlines. Niet alleen informeert de clip over de beroerde kwaliteit van dit bedrijf, het draagt ook bij aan het publieke debat. Immers wordt hier het politieke vraagstuk aangesneden of bedrijven hun aansprakelijkheid (onbeperkt) zouden mogen uitsluiten.

Alex

Alex is een ingenieur die elektronica en informatica heeft gestudeerd en juridische interesse heeft. Op zijn website kun je artikels over het besturingssysteem FreeBSD vinden, die je helpen bij het configureren er van.

  1. ^  De vliegmaatschappij United Airlines heeft geen misdrijf gepleegd, maar is daar naar Nederlands recht wel civiel aansprakelijk voor. Het is een onbekende medewerker die de daad heeft verricht. Voor de lopende discussie doe net alsof het rechtspersoon is die schuld draagt voor het breken van de gitaar, in plaats van slechts verantwoordelijkheid, omdat ik anders snel klaar ben.

Consumenten hebben toch geen geldboom in de tuin? (2) (Gastpost)

In mijn artikel “Consumenten hebben toch geen geldboom in de tuin?” besprak ik de situatie waarin een product ver voor de gemiddelde levensduur kapot gaat en de koper daardoor voor kosten komt te staan. De verkoper, van een non-conform product moet die kosten dan vergoeden. Consumenten hebben immers geen geldboom in de tuin, niet waar?

Het commentaar dat bij mijn artikel geplaatst werd ging in overwegende maten over de aansprakelijkheid bij diensten. Echter, diensten en producten zijn in de ogen van de wetgever heel iets anders. Daarom staat deze keer de aansprakelijkheid rondom diensten centraal.

Hoewel de wetgever een speciale wet heeft gemaakt waarin de aansprakelijkheid wordt geregeld van producten (en onroerend goed), gaat dit niet op voor diensten. Hiervoor moeten we dus terug vallen op de algemene regels zoals deze in boek 6 van het burgerlijk wetboek staan beschreven.

Net zoals bij de wetgeving rondom producten geldt dat je hier ook niet direct je geld terug kunt eisen. Anders is dat, in tegenstelling tot bij goederen, dit ook geldt voor een schadevergoeding. De wederpartij moet namelijk eerst in verzuim zijn. Daar kan hij op verschillende wijze in terecht komen. Ten eerste als er een fatale termijn, een (exacte) datum waarvoor hij had moeten leveren, is afgesproken en hij daarna nog niet heeft geleverd. Dan is er nog de mogelijkheid dat hij zijn verbintenis niet kan nakomen. En tenslotte kan hij daar in terecht komen doordat hij van jou een ingebrekestelling heeft ontvangen.

Een ingebrekestelling is een brief waarin de verkoper een laatste kans geeft om als nog aan zijn verplichtingen te voldoen. Je moet de tegenpartij wel een redelijke termijn geven om hieraan te voldoen. En wat redelijk is, verschilt natuurlijk per situatie. Daarna kun je de koop ontbinden, maar ook schadevergoeding en de wettelijke rente eisen. In je brief stel je de verkoper hiervan natuurlijk in het vooruitzicht. Vaak is het verstandig om deze brief aangetekend te versturen, voor het geval dat je naar de rechter moet. Echter soms is het versturen van zo’n brief al genoeg om de raderen aan het werk te krijgen. Een ingebrekestelling is dus breed inzetbaar: van het niet leveren van een product of dienst tot en met het innen van achterstallige betalingen. Je zou haast gaan denken dat de wetgever denkt dat winkeliers ook geen geldboom in de tuin hebben staan! 😉

Er is echter een valkuil waar je in terecht kunt komen. Dit hele verhaal valt namelijk onder regelend recht, wat zoveel inhoudt als dat partijen vrij zijn om hierover iets anders af te spreken. Verkopers zouden hiervan misbruik kunnen maken door in de algemene voorwaarden een exoneratieclausule op te nemen waarin staat waar ze allemaal niet voor aansprakelijk te stellen zijn.

Neem bijvoorbeeld de algemene voorwaarden mobiele telecommunicatiediensten van KPN:

De Contractant (de klant, in casu de consument) is aansprakelijk voor schade die door een hem toerekenbare tekortkoming is ontstaan. Een Consument is uitsluitend aansprakelijk voor bedrijfs- of gevolgschade van KPN indien die schade met opzet, of roekeloos en met de wetenschap dat die schade daaruit zou ontstaan, door de Consument is veroorzaakt.

Nu heeft de KPN een voor consumenten heel voordelig exoneratieclausule maar het kan ook anders. Een bedrijf kan dit omdraaien en wat dikker aanzetten zoals zij alleen bij grove schuld of opzet aansprakelijk zijn te houden. En dan ook nog eens de gevolgschade uitsluiten, zodat ze enkel hoeven te betalen als ze niet leveren, of tot een bepaald bedrag. Dat laatste was de praktijk van Dell tot voor de veroordeling in de rechzaak HCC tegen Dell.

De wetgever heeft een dergelijk misbruik namelijk voorzien en heeft daar een oplossing voor bedacht. Algemene voorwaarden mogen niet onredelijk bezwarend zijn voor de wederpartij (de klant). Daarnaast geldt er voor consumenten en (in zekere mate) kleine ondernemers, zogenaamde ZZPers, een zwarte- en grijze lijst van bedingen die zeker of waarschijnlijk onredelijk bezwarend zijn. De wetgever heeft dit verhaal onder dwingend recht laten vallen.

Op de zwarte lijst staat een verbod op het beperken of uitsluiten van het recht op ontbinding. Eveneens staat op de zwarte lijst een verbod op bedingen waarbij de wederpartij (de klant) en de gebruiker (de verkoper) vrijwaart voor aansprakelijkheid. KPN gaat in de eerder aangehaalde voorwaarden op dit punt de mist in. En dan staat op de grijze lijst een algemeen verbod op het uitsluiten van schadevergoeding. Hier mogen bedrijven alleen afwijken als ze daar een goed verhaal bij hebben, waarom hun beding niet onredelijk bezwarend is voor de klant.

Totslot wil ik een vraag van Martijn Lodewijk beantwoorden die hij eerder stelde:

Ik [werk] bij een telecombedrijf / internetprovider die gevolgschade uitsluit in de algemene voorwaarden. Nu kan ik me best voorstellen dat een klant redelijke kosten moet maken om zijn gelijk te krijgen met betrekking tot een niet functionerende dienst (internet of telefonie bijvoorbeeld). Het kan ook voorkomen dat die klant tijdelijk meer mobiel moet bellen omdat zijn vaste aansluiting het niet doet. Dit uiteraard niettegenstaande onze inspanningen om zo’n dienst snel weer werkend te krijgen wil het toch nog wel eens voorkomen dat dit geruime tijd duurt en dat de klant zich hierdoor benadeeld voelt. Mijn vraag is dus mag een dienstverlenend bedrijf doodleuk via voorwaarden uitsluiten dat dergelijke kosten ooit vergoed worden?

Het antwoord is ja en nee, of dat hangt er van af. Allereerst moeten we vaststellen dat dergelijke voorwaarden wel onbeperkt in de overeenkomst zelf mogen worden geplaatst. Maar als een dergelijke beding in de algemene voorwaarden (leveringsvoorwaarden, actievoorwaarden, etc.) staat dan is deze in beginsel ongeldig. Het uitsluiten van kosten voor de telefoon acht ik onredelijk voor consumenten en dus mag dat niet. Ik ben wel benieuwd naar het verhaal dat de provider hierbij heeft.

Alex de Kruijff
Alex is een ingenieur die elektronica en informatica heeft gestudeerd en juridische interesse heeft. Op zijn website kun je artikels over het besturingssysteem FreeBSD vinden, die je helpen bij het configureren er van.

DDoS-ers overheidssites veroordeeld tot schadevergoeding

Tienduizend euro schadevergoeding voor het DDoS-sen van overheidswebsites. Dat is wat de rechtbank Breda woensdag oplegde aan de “DDoS-kabouters” die in oktober 2004 onder andere overheid.nl, regering.nl en nederland.nl platlegden (en ook diverse Telegraaf-sites). Een hoog bedrag, maar een stuk lager dan de overheid via haar automatiseringsafdeling ICTU had geëist, namelijk een slordige 471.553,54 euro.

De verantwoordelijken voor deze denial-of-service aanvallen kregen eerder al voorwaardelijke straffen (zie o.a. LJN AT0222 LJN AT0224 en het hoger beroep, LJN AV1454). Nu meldde ICTU zich met een schadeclaim voor het opruimen van de rommel.

Allereerst speelde de vraag of ICTU wel mócht claimen, nu niet zij als stichting maar diverse overheidsinstanties schade hadden geleden. De rechtbank vindt van wel. ICTU werd als beheerder gehinderd in haar taak door de DDoS-aanvallen, en moest maatregelen nemen die ze normaal niet had hoeven nemen. Ook stonden de domeinnamen op naam van ICTU, en dat geeft nog een reden voor ICTU om op te treden tegen deze verstoring van het gebruik van de domeinnaam.

Een andere leuke vraag is wie van de DDoS-kabouters nu verantwoordelijk was voor welk deel van de schade. Daar kom je eigenlijk niet uit, maar dat hoeft ook niet. De wet kent de groepsclaim (6:166 BW), waarbij je als slachtoffer ieder lid van een groep kunt aanspreken op de hele schade. De daders regelen dan maar onderling wie wat betaalt. En dat gaat hier op voor de groep DDoS’ser. Zij hebben samen de aanvallen besproken en gecoördineerd, en aanvaardden dus elk het risico dat er schade zou ontstaan door deze aanvallen. Daarom zijn ze samen aansprakelijk.

Dan komen we bij de hoofdmoot: de hoogte van de schade. ICTU moest noodmaatregelen nemen (zoals extra bandbreedte inkopen en een extra router inzetten om te kunnen filteren), en heeft ook de nodige structurele maatregelen genomen om te zorgen dat dit niet nog een keer kon gebeuren. Mag die hele rekening naar de DDoS’sers? Nee, dat niet:

Slechts de kosten, gemaakt ten behoeve van de oplossing van de crisissituatie, ontstaan als gevolg van de aanvallen, kunnen aan gedaagden worden toegerekend. Kosten als gevolg van structurele (beveiligings)maatregelen dienen voor rekening van ICTU te blijven.

ICTU krijgt dus alleen de kosten van de noodmaatregelen en de consultancykosten om die goed in te voeren vergoed. Een terecht vonnis wat mij betreft. Dit was puur vandalisme en dan mag je betalen voor het opruimen van de rotzooi.

Via ISPam.nl.

Arnoud

Welke schade lijdt een Creative Commonsgebruiker?

creative-commons.gifEen lezer wees me op dit interessante artikel van Dan Heller over schadevergoeding bij inbreuk op Creative Commonslicenties. Waar het artikel in het kort op neerkomt, is dat je in de VS nogal zwak staat bij inbreuk op Creative Commons foto’s. Je hebt namelijk geen schade omdat je de foto zelf al gratis op internet zet(!). En zonder schade geen schadevergoeding.

Is dat ook zo in Nederland, vroeg deze lezer zich af. Ja, ook in Nederland heb je dan een interessant probleem. Je kunt best schadevergoeding eisen, maar welke schade heb je als jouw CC-foto in een tijdschrift wordt gezet? Adam Curry kreeg bijvoorbeeld geen schadevergoeding van Weekend nadat ze zijn CC-BY-NC foto’s van Flickr hadden afgedrukt.

De commerciële waarde van de vier foto’s is echter gering te achten, nu zij reeds op internet voor eenieder toegankelijk zijn. Vooralsnog is niet aannemelijk geworden dat de materiële schade die [eiser1] door het publiceren van de foto’s heeft geleden nog niet voldoende is weggenomen door het plaatsen van de onder 1f geciteerde mededeling en door het aanbod een vergoeding van € 1.500,- te betalen. … De conclusie tot zover is dat het schenden van de Licentie door gedaagden geen schade (meer) oplevert.

Het punt is dat je als fotograaf moet bewijzen dat je schade hebt. En dat is lastig als je je foto zelf al gratis weggeeft. Welke royalty had je dan gevraagd aan die inbreukmaker? Welk bedrag ben je misgelopen, of hoe veel ben je er nu op achteruit gegaan? En dat is vrij lastig, zo niet onmogelijk aan te tonen als je je foto’s gratis weggeeft.

Wel legde de rechter Weekend een verbod op om nog meer foto’s te publiceren, en koppelde daar een dwangsom van € 1.000,- per overtreding aan (met een maximum van € 20.000,-). En die dwangsom zijn dus een leuke variant op de ‘statutory damages’ uit de VS. Dat is namelijk het grote dreigmiddel daar: de wet bepaalt daar dat je vaste bedragen mag eisen, tot anderhalve dollarton aan toe, mits je je werk maar vooraf geregistreerd hebt (17 USC 412).

Je zou eventueel nog winstafdracht kunnen vorderen (art. 27a Auteurswet), maar dan moet je wel bewijzen welk deel van de winst van de publicatie door jouw foto komt. Ook niet triviaal.

Wie heeft er succes met aanpakken van schenders van zijn Creative Commonslicentie?

Arnoud

Het boetebeding bij auteursrecht-claims

Gisteren verscheen in De Nieuwe Reporter ‘Bloggers moeten niet zeuren over blafbrieven’, een mooi overzichtsartikel over de recente perikelen rond bloggers en claims van journalisten en anderen wier werk onterecht zou zijn overgenomen. Ik werd geïnterviewd als “advocaat van de blogger-community”, wat nogal veel eer is (en bovendien ben ik geen advocaat).

Hier wilde ik nog even dieper ingaan op één quote van mij uit het artikel:

“Ik ben geen fan van de manier waarop bedrijfjes als Cozzmoss en Swordstone, maar tot op zekere hoogte ook de NVJ, te werk gaan”, zegt Engelfriet. “Lang niet iedereen is goed op de hoogte van de wettelijke regels. Dat is natuurlijk geen excuus, maar wel een reden om rekening mee te houden als je als rechthebbende iemand aanspreekt. Een blogger die te goeder trouw is en meent een heel artikel als citaat te mogen overnemen, behoort geen sommatie van duizenden euro’s, inclusief een verhoging van driehonderd procent conform de NVJ-tarieven, opgelegd te krijgen in een brief.”

Die 300% verhoging staat in de algemene voorwaarden van de NVJ (en de Fotografenfederatie) als vergoeding die verschuldigd zou zijn bij ongeautoriseerd gebruik. Veel claimers roepen dat dit normaal is en in de jurisprudentie erkend zou zijn. Dat steekt me behoorlijk, want het is simpelweg niet waar.

De rechtspraak staat namelijk juist in overwegende mate afwijzend tegenover constructies als deze, waar een claim wordt gelegd met het karakter van een boete. Ik citeer uit een aantal relevante vonnissen. Update zie ook mijn artikel met samenvatting van meer dan 50 uitspraken Vaststellen van schade bij online auteursrechtinbreuk dat in AMI verscheen in 2012.

In Rb. Maastricht 8 februari 2006, zaaknr. 103834/HA ZA 05-836 (LJN AV2506) oordeelde de rechtbank in r.o. 3.5:

Voor ophoging van [het schadebedrag] met een opslag van 200 %, zoals door Magnovit c.s. met verwijzing naar de algemene voorwaarden van de Fotografenfederatie bepleit, ziet de rechtbank geen grond. Een dergelijke opslag draagt naar het oordeel van de rechtbank het karakter van een boete, waarvoor in het onderhavige geval een contractuele noch een wettelijke grondslag bestaat. Bovendien is niet gebleken van bijzondere omstandigheden – wat de plaatsing zonder toestemming betreft – die aanleiding zouden kunnen geven tot een hogere schadebegroting.

Rechtbank ’s-Hertogenbosch 11 januari 2006, zaaknr. 126357 HA ZA 05-1099 (LJN AU9504):

5.12. Voor toekenning van de door [eiser] gevorderde additionele vergoeding van 200% van de gebruikelijke vergoeding overeenkomstig artikel 15 van de Algemene Voorwaarden van de Fotografenfederatie, bestaat geen ruimte. Toepasselijkheid van die voorwaarden is immers niet tussen [eiser] en [gedaagde] overeengekomen en er bestaat evenmin een wettelijke grondslag voor het opleggen van een dergelijke verhoging, die naar het oordeel van de rechtbank het karakter van een boete heeft.

En in het standaardwerk Auteursrecht (Kluwer Recht en Praktijk 42) van Spoor/Verkade/Visser staat op pagina 498-499:

Gebruikelijke tarieven of percentages kunnen menigmaal een reëel aanknopingspunt vormen [voor een schatting van de schade]. Zulke tarieven zijn echter weer niet zonder meer gelijk te stellen met eventuele door de eiser gehanteerde tarieflijsten. … Een beroep op deze variant gaat o.i. niet op, voor zover de tarievenlijsten (soms zeer aanzienlijke) verhogingen inhouden voor het geval men het niet vooraf eens geworden was. Het gaat dan immers juist niét om gebruikelijke overeengekomen of overeen te komen tarieven, maar om eenzijdig geproclameerde boetes. Een grondslag voor het hanteren van evenbedoelde “boetes” voor berekening van schadevergoeding treffen wij niet aan in de artikelen 6:96 en 6:97, noch elders in de wet. [cursivering in origineel.]

Als iemand meer bronnen heeft, hoor ik dat graag!

Ook gepubliceerde jurisprudentie waarin deze claims wel overeind bleven, is welkom.

Update (19 juli 2011): Rb. Den Haag over luchtfoto’s:

4.27. Voor toekenning van de door Aerodata gevorderde additionele vergoeding van 300% van haar gebruikelijke vergoeding voor het publiceren zonder toestemming en zonder naamsvermelding zoals volgens haar in de fotografie branche gebruikelijk is, bestaat geen ruimte. Dat een dergelijke richtlijn in de fotografie branche wordt toegepast heeft Aerodata onvoldoende nader onderbouwd en er bestaat evenmin een wettelijke grondslag voor het opleggen van een dergelijke verhoging, die naar het oordeel van de rechtbank het karakter van een boete heeft.

En zie ook de Sapph-zaak uit januari van dit jaar.

Update (21 juli 2011): Rb. Dordrecht in een Cozzmoss-zaak:

4.19. De rechtbank neemt voor de begroting van de schade als uitgangspunt dat de kranten tenminste aanspraak hebben op voldoening door BVFP van een redelijke gebruiksvergoeding. … [Echter,] De rechtbank begrijpt uit de stellingen van Cozzmoss dat het gevorderde freelance tarief het tarief is dat de NRC betaalt aan een auteur voor het schrijven van een artikel. Naar het oordeel van de rechtbank kan dit tarief niet zonder nadere toelichting worden gehanteerd als maatstaf voor de begroting van een redelijke hergebruik vergoeding.
Van Cozzmoss mag worden verwacht dat zij voldoende stelt om aan te kunnen nemen dat sprake is van een hogere schade dan de gederfde gebruiksvergoeding. Anders komt de verdubbeling neer op een boete, in plaats van schadevergoeding. Voor toewijzing van een boete is binnen het kader van artikel 27a Auteurswet geen plaats. … Het enkele feit dat het auteursrecht is geschonden/aangetast is onvoldoende. De daardoor veroorzaakte schade wordt in een geval als dit – waarin de rechthebbenden toestemming voor hergebruik tegen betaling plegen te geven – immers volledig gecompenseerd door de redelijke gebruiksvergoeding.

Update (12 september 2011) Rb. Utrecht in een Cozzmoss-zaak:

Uit de stellingen van Cozzmoss kan echter onvoldoende worden afgeleid dat Trouw, de Volkskrant en ND een hogere schade lijden dan de gederfde gebruiksvergoeding. Het gestelde dat het auteursrecht is geschonden/aangetast en dat sprake is van verlies van exclusiviteit van de auteursrechten en vermindering van exploitatiemogelijkheden is onvoldoende om als schadevergoeding meer dan een redelijke gebruiksvergoeding toe te wijzen …

Voor zover uit het betoog van Cozzmoss is af te leiden dat de verdubbeling dient ter preventie tegen toekomstige inbreuken op het auteursrecht, leidt dit ook niet tot toewijzing van een hoger bedrag dan een redelijke gebruiksvergoeding. Voor toewijzing van een boete is binnen het kader van artikel 27a Auteurswet immers geen plaats.

Update (16 februari 2012) Rb. Haarlem:

De rechtbank zal deze 100%-opslag afwijzen, nu zonder nadere motivering – die ontbreekt – niet valt in te zien waarom een (vaste) extra opslag boven de gederfde licentie-inkomsten in verband met het feit dat men achteraf voor de afbeeldingen betaalt, moet worden aangemerkt als schade die Masterfile Corporation heeft geleden.

Update (20 maart 2013) Gerechtshof Arnhem:

… het bedrag van de schadevergoeding worden afgeleid uit elementen als het bedrag aan royalty’s of vergoedingen dat verschuldigd zou zijn geweest indien de inbreukmaker toestemming had gevraagd om het intellectuele eigendomsrecht te gebruiken. Daarbij dient tevens rekening worden gehouden met de kosten van de rechthebbende, zoals voor opsporing en onderzoek.
Schade wordt berekend als 1,25 maal de gebruikelijke licentievergoeding per woord. Zie ook mijn latere blog hierover.

Update (20 maart 2013) Rb. Midden-Nederland:

Voor zover [Eiser] betoogt dat de verhoging op zijn plaats is ter preventie tegen toekomstige inbreuken op het auteursrecht, gaat de kantonrechter daaraan voorbij. Dit zou neerkomen op een boete in plaats van schadevergoeding en voor toewijzing van een boete is binnen het kader van artikel 27a Aw geen plaats.

Update (24 maart 2013) Rb. Midden-Nederland:

Verhoging van het schadebedrag met de factor 1,25 wordt afgewezen, nu onvoldoende is gebleken dat Trouw een hogere schade lijdt dan de gederfde gebruiksvergoeding en verhoging ter preventie tegen toekomstige auteursrechtinbreuk zou neerkomen op een boete, waarvoor binnen het kader van artikel 27 Aw geen plaats is.

Arnoud

Recordbedrag schadevergoeding voor illegaal filesharing

Het eerste echte vonnis over filesharing in de VS: vorige week werd de 30 jaar oude Jammie Thomas veroordeeld tot het recordbedrag van $222,000 voor inbreuk op auteursrechten. Ze zou via Kazaa zo’n duizend liedjes aangeboden hebben, en filesharing is meestal illegaal. Downloaden niet trouwens.

Volgens de jury was bewezen dat ze 24 liedjes uitgewisseld had, en daar stond een schadevergoeding van $9,250 per liedje op. Er zijn weinig artiesten die $9,250 per kopie aan royalties kunnen vragen, dus hoe komt men bij zo’n bedrag?

Het antwoord: ‘statutory damages’, wettelijk voorgeschreven schadevergoedingen. Een probleem bij inbreuk op auteursrecht is heel vaak hoe hoog de schade is die de rechthebbende lijdt door een inbreukmaker. Is dat de opbrengst of de winst die de inbreukmaker maakt? De verkoopprijs die de rechthebbende normaal gekregen zou hebben? Het winstdeel van die verkoopprijs? Je standaardtarief? Een gemiddeld tarief in de branche? Om die vragen te vermijden, heeft de Amerikaanse wetgever een bijzonder systeem ingevoerd: de wet schrijft voor dat de rechthebbende een standaardbedrag tussen de $750 en $30,000 mag eisen, waarbij de jury bepaalt hoe veel het uiteindelijk precies moet zijn. In dit geval dus $9,250.

In Nederland doen we niet aan dergelijke constructies, en al helemaal niet aan boetes voor inbreuk op auteursrecht. De rechthebbende moet aantonen welke schade hij lijdt, en die krijgt hij dan vergoed. Wel kan deze eventueel de door de inbreukmaker genoten winst opeisen, zoals bijvoorbeeld in de Sjopspel-zaak. En natuurlijk kun je, zoals bij de publicatie van verkiezingssoftware, eisen dat de inbreuk moet ophouden, eventueel met een dwangsom. Ongeacht of je op geld waardeerbare schade lijdt door de inbreuk.

Dan was er ook nog een hele discussie over het bewijs. Kun je wel bewijzen dat een bepaalde persoon die specifieke werken heeft gedeeld via Kazaa? Tenslotte kan iedereen je PC gebruiken, al dan niet via kaapsoftware. En als de eiser een screenshot laat zien, wie bewijst dan dat dat screenshot echt is?

Meer algemeen: hoe zit het met de bewijslast (waarover Ars Technica uitgebreid bericht, en The Register korter en wat hatelijker). In dit soort zaken geldt in de VS de standaard van “preponderance of the evidence”, is het ene net iets waarschijnlijker dan het andere. Oftewel, wat ligt meer voor de hand: dat de gedaagde muziek zat uit te delen op Kazaa, of dat de RIAA screenshots vervalst om een willekeurige internetter er bij te lappen voor $222,000?

Je kunt dus wel allerlei theoretische mogelijkheden verzinnen, maar daarmee kom je niet weg. Bij een strafzaak wel: daar geldt de eis dat “beyond a reasonable doubt” bewezen moet zijn dat de verdachte het feit gepleegd heeft. Je zou redelijke twijfel kunnen hebben over de echtheid (of accuratesse bij het maken) van een screenshot, maar het is waarschijnlijker echt dan nep.

Wat wel een lastige vraag is, is of het enkele aanbieden van een werk via Kazaa al telt als “distributie” van het werk. Naar Amerikaans recht pleeg je pas inbreuk als je een kopie hebt gemaakt, en niet als je aanbiedt er eentje te maken. Mevrouw Thomas gaat dan ook in hoger beroep tegen dit aspect van de zaak.

Arnoud

Grootste schadevergoeding in octrooizaak ooit ongeldig verklaard

Het vonnis van anderhalf miljard dollar wegens octrooiinbreuk door Microsoft is ongeldig verklaard, meldt de Financial Times. In maart werd Microsoft veroordeeld wegens inbreuk op twee octrooien die zouden lezen op het MP3-compressieformaat. De schadevergoeding van anderhalf miljard was een record. Dat kan nu dus weer doorgehaald worden.

Judge Brewster threw out the verdict on one of the dispute patents on the grounds that it was co-owned by Fraunhofer. US law requires co-owners to sue jointly in such cases, and Microsoft had already licensed the technology from Fraunhofer. He also ruled that Alactel-Lucent had failed to prove that Microsoft infringed on the other patent.

Uiteraard gaat Alcatel in hoger beroep.

Arnoud