Mag een accountant zijn klant uit de cloud gooien?

archief-opslag-bestanden-filesMag een accountant zijn klant afsluiten van de cloudadministratieomgeving die hij aanbiedt als de klant het contract opzegt? Uit een recente uitspraak (15/232) van de accountantskamer blijkt van niet: per direct afsluiten is in strijd met de gedragsregels voor accountants.

Het begon in deze zaak met een probleempje rond indiening van de jaarrekening. Wat er nu precies misgegaan is, kan ik niet uit de uitspraak halen maar de jaarcijfers lagen te laat bij de KVK en de klant vond dat een reden om op te stappen. Vervolgens bleek direct (één dag later) zijn toegang tot het online pakket (Twinfields) afgesloten te zijn, waardoor alle daarin opgeslagen administratieve gegevens van het bedrijf dus ontoegankelijk werden.

Op zich een begrijpelijke stap van die accountant. Die dienstverlening is er voor klanten, en meneer wil geen klant meer zijn maar per direct weg. En in het algemeen is het zo dat als de overeenkomst tot dienstverlening ophoudt, je de dienstverlening mag staken. Ja, ook bij clouddiensten en accounts. Dat is dienstverlening in een softwarejasje maar daarvoor kent de wet geen aparte regels. Je mag stoppen met diensten leveren, en dus ook met software of data toegankelijk maken zodra het contract is afgelopen.

Bij accountants ligt dat anders, en wel omdat zij gedragsregels hebben die onder meer “het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid” nader uitwerken. Dit beginsel geldt ook na afloop van de dienstverlening. Als accountant moet je nazorg plegen als een klant weg wil, en daaronder valt -blijkens deze uitspraak- dus ook het nog even toegankelijk houden van de data of het verstrekken van een kopie zodat men elders verder kan.

We hebben het al vaker gehad over opvragen van “je” gegevens. Dat gaat hem niet worden, want data zijn geen eigendom volgens de wet. Het is gestolde dienstverlening, meer niet. Daarover merkt de Accountantskamer toch iets opmerkelijks op:

Daarvan uitgaande overweegt de Accountantskamer dat klaagsters recht hadden op ‘teruggave’ van de ingevoerde, nog niet bewerkte digitale gegevens, omdat het hun gegevens waren. Van betrokkene kon dan ook verlangd worden dat hij na de beëindiging van de opdracht met X3 in overleg was getreden over de vorm waarin en de termijn waarop hij deze de gegevens ‘overgedragen’ wilde krijgen, zeker nadat X3 in zijn brief van 22 juli 2014 te kennen had gegeven dat hij niet gebaat was met de prints van “de grootboekkaartjes 2013 en 2014 van de beide administraties”.

Het belang van data-opslag en clouddiensten voor bedrijven wordt alleen maar groter. Het wordt wat mij betreft dan ook de hoogste tijd dat hier wettelijk wat voor geregeld wordt. Je ziet dat al wel een beetje doorschemeren in de jurisprudentie, bijvoorbeeld dit vonnis uit 2012 waarin de rechter een dichtzetten van een softwaresysteem wegens wanbetaling disproportioneel vindt. Terecht. Natuurlijk mag je je dienstverlening opschorten als de wederpartij niet betaalt, maar die maatregel moet wel in verhouding staan tot de wanbetaling. En in gevallen als deze tref je iemand héél erg zwaar, veel zwaarder dan bij bijvoorbeeld een tijdschrift dat je tijdelijk niet opstuurt of een waszak die je een week niet ophaalt.

Arnoud

Mag ik een hosted dienst afsluiten bij wanbetaling?

Het lijkt vrij logisch bij een internetdienst: als de klant niet betaalt, dan sluit je de toegang tot de dienst af. Dat is immers het sterkste machtsmiddel dat je hebt. En aangenomen dat de klant die dienst belangrijk vindt (waarom betaalt hij er anders voor), zal hij dan snel alsnog over de brug komen met de achterstallige betalingen. Maar helemaal zonder risico is het niet.

De wet noemt het tijdelijk niet leveren van een dienst bij wanbetaling van de wederpartij ‘opschorten’. In principe ben je vrij in de keuze hoe je wilt opschorten, maar je moet daarbij wel altijd rekening houden met de redelijke belangen van de klant en de hoogte van de wanbetaling. De wet zegt dat “opschorting slechts toegelaten [is], voor zover de tekortkoming haar rechtvaardigt.” Het is niet aan te raden om de gehele dienstverlening naar de klant te staken als deze alleen de BTW op een factuur is vergeten te betalen. E-mail van zijn klanten laten bouncen is zelden verstandig. Uitgaande diensten (verzenden van mail bijvoorbeeld) kun je probleemloos wel gewoon blokkeren.

Ik raad altijd aan om een gefaseerd proces van opschorten te hanteren, en dat ook duidelijk in de voorwaarden op te nemen. Mijn standaardaanpak: eerst gaat de applicatie op read only, een week later worden gewone gebruikersaccounts geblokkeerd en een week daarna wordt de gehele applicatie ontoegankelijk. Door dit vooraf te melden én op een duidelijke en redelijke manier uit te werken, sta je sterk als de klant naar de rechter stapt en claimt dat je niet proportioneel hebt gehandeld.

De periode van opschorting mag je in principe laten lopen tot de klant zijn rekening heeft betaald. De klant moet echter gewoon zijn lopende verplichtingen blijven voldoen. Hij moet dus ook betalen voor de periode dat je de dienstverlening opgeschort hebt. Eventueel kun je ook af- of aansluitingskosten in rekening brengen. Maar ook hier geldt: dit moet wel redelijk zijn in de gegeven omstandigheden. Plus, het bestaan van dergelijke kosten moet in de voorwaarden zijn gemeld.

Opschorten is niet zonder risico: als achteraf blijkt dat dit niet terecht was, moet je de klant schadeloos stellen voor de periode dat de dienst niet te gebruiken was. Verwijzen naar de beperkte aansprakelijkheid uit je algemene voorwaarden gaat je niet helpen. Opschorten valt onder “opzettelijK” handelen en daarvoor mag je nooit je aansprakelijkheid uitsluiten.

Als zelfs opschorting geen zoden aan de dijk zet, zal de volgende stap opzegging van het contract zijn wegens wanprestatie. Ook dit middel moet in redelijke verhouding staan tot de wanbetaling. Maar dit middel is een stuk zwaarder, want je gaat nu onherstelbare dingen doen: het account afkoppelen, de dienst onbereikbaar maken en mogelijk zelfs data wissen.

Lastig is dat hier allemaal weinig over geregeld is in de wet. Data is niets dus als die weg is dan kun je als klant niets eisen. Dat voelt niet helemaal lekker, zeker niet als achteraf blijkt dat de reden voor afsluiting een misverstand of overmacht was. Ook hier dus: zorg voor een duidelijke procedure bij afsluiting en bewaar als het even kan de data totdat je zeker weet dat de klant weg blijft.

Arnoud

Wacht even, afgesloten internetverbinding voor 18-jarige KPN-hacker?

kpn-afgeslotenDe 18-jarige jongen die vorig jaar KPN-servers heeft gehackt heeft een celstraf van 45 dagen en een taakstraf van 100 uur gekregen, meldde Webwereld. Omdat de jongen exact dat aantal dagen al in voorarrest had gezeten, hoeft hij niet meer de cel in. Het vonnis lijkt niet gepubliceerd, logisch omdat het om een minderjarige gaat (ten tijde van de inbraak). Maar ik werd geïntrigeerd door de opmerking dat zijn internetverbinding afgesloten was door KPN.

Ik las namelijk deze opmerking in het persbericht van het Openbaar Ministerie:

Vanwege ontoelaatbaar internetgedrag was de verdachte in 2010 al door KPN gewaarschuwd. Zijn internetaansluiting is toen enige tijd afgesloten. Dat heeft hem er niet van weerhouden om verder te gaan met het binnendringen in computersystemen tot letterlijk aan het moment van zijn aanhouding.

Dit is opmerkelijk, omdat dat (sinds netneutraliteit) helemaal niet meer mág, iemand afsluiten omdat hij “ontoelaatbaar internetgedrag” vertoont. Nu geldt die wet pas sinds 1 januari jongstleden, en de inbraak was vorig jaar dus echt relevant is dat niet. Maar ik weet dat het nog steeds gebeurt bij diverse providers.

De Telecommunicatiewet (art. 7.6a) is duidelijk: afsluiten van een consument mag alleen op grond van één van deze zes voorwaarden:

  1. op verzoek van de abonnee;
  2. bij een tekortkoming in de nakoming van de betalingsverplichting door de abonnee of faillissement van de abonnee;
  3. bij bedrog in de zin van artikel 3:44 van het Burgerlijk Wetboek door de abonnee;
  4. wanneer de looptijd van de overeenkomst van bepaalde duur tot levering van de internettoegangsdienst afloopt en de overeenkomst met instemming van de abonnee niet wordt verlengd of vernieuwd;
  5. ter uitvoering van een wettelijk voorschrift of rechterlijk bevel; en
  6. bij overmacht en onvoorziene omstandigheden in de zin van artikel 6:258 van het Burgerlijk Wetboek.

De eerste twee lijken me evident. Van ‘bedrog’ is sprake als de consument KPN misleid heeft, bv. door een valse naam op te geven omdat zijn echte op een zwarte lijst staat. Nummer vier is ook weer evident. Nummer zes gaat over situaties waarin de feiten zó zijn gewijzigd dat je onmogelijk nog kunt verlangen van KPN dat ze met je doorgaan.

Nummer vijf klinkt als een grond voor afsluiten wegens abuse, maar is dat niet: het gaat daar over afsluiten als in de wet staat dat dat mag, of als de rechter bepaalt dat het contract opgezegd moet worden. Dat iemand een strafbaar feit pleegt via de internetverbinding, is weliswaar een overtreding van een wetttelijk voorschrift (namelijk art. 138ab Strafrecht, computervredebreuk) maar KPN voert dat wetsartikel niet uit.

KPN mag wél tijdelijk de internetverbinding blokkeren wanneer sprake is van “een inbreuk op de integriteit of veiligheid van het netwerk of de [internettoegangs]dienst” (art. 7.4a Tw), maar de blokakde moet dan noodzakelijk zijn om die inbreuk te beëindigen. Je zou dan kunnen denken aan een computer afsluiten omdat deze een ddos-aanval uitvoert of een virus of worm verspreidt. Maar hoe een hack op een computer van een derde “de integriteit of veiligheid van het netwerk of de [internettoegangs]dienst” in gevaar brengt, ontgaat me. “Abuse on the Net is not the same as abuse of the Net”, was ooit een internetmotto, en volgens mij geldt dat in deze wet nog steeds.

Meer dan een verbinding verbreken omdat er via die verbinding iets illegaals gebeurt, kun je volgens mij niet doen op grond van netneutraliteit. Iemand afsluiten wegens abuse mag dus niet (meer).

Arnoud

Webshop offline na verdenking van oplichting, mag dat?

fake-ipad.pngDe politie doet onderzoek naar Telzone.nl, een webshop die deze maandag live ging met een stuntaanbieding: een iPad met 130 euro korting. Het gaat mogelijk om een oplichterstruc, schreef Webwereld vorige week. Het reclamebureau dat de webshop had gebouwd had aangifte gedaan omdat ze de situatie verdacht vond. Op de site stond onder meer dat men onderdeel zou zijn van Eurofiber, maar die provider wist van niets. Toen de webshop-eigenaar niet reageerde op bezorgde telefoontjes, nam het reclamebureau zelf actie:

Wij, Reclamebureau WPRG, hebben naar aanleiding hiervan contact opgenomen met de politie om hen van deze zaak te verwittigen. Na overleg met de politie is besloten om gisteravond 07 maart 2011 rond 19:00 de webshop offline te zetten. Door het offline zetten van deze webshop hebben wij geprobeerd de schade aan consumenten zo beperkt mogelijk te houden.

Naar aanleiding van deze berichten werd onder meer de bankrekening van de shop geblokkeerd door de ING bank.

Een dag later reageerde de shophouder boos bij Tweakers: het reclamebureau zou hem met ‘mooie praatjes’ hebben overgehaald om de webshop te laten bouwen. En het zou ook WPRG zijn geweest die aangedrongen had op vermelden van de Eurofiber-informatie.

Deze actie verbaast me nogal, voornamelijk omdat de website offline gehaald werd op de dag van lancering. Maandagochtend ging de reclamecampagne grootschalig live, en om 19.00 diezelfde dag was het voor het reclamebureau al duidelijk dat hier sprake was van oplichting. Maar waar leidde men dat uit af? Ik kom niet verder dan dat Eurofiber ’s middags had geklaagd over hun naamsvermelding, dat de webshopeigenaar niet meteen reageerde en dat de politie had gezegd dat dit dan wel eens oplichting had kunnen zijn.

Ik moet zeggen dat ik dat toch wat magertjes vind. Is het zó gek dat een webshopeigenaar niet meteen bereikbaar is op de dag van lancering, zeker als die gepaard gaat met grootschalige reclame in kranten en op de radio? En moet je dan echt meteen kiezen voor het zware middel van offline halen en een tekst publiceren dat “de alarmbellen [begonnen] te rinkelen”? Waarom niet even het bestelformulier uitzetten en een gefingeerde foutmelding met “komt u morgen terug alstublieft”?

Helaas krijgen de berichten geen vervolg dat ik kan vinden, dus hoe het echt zit zullen we wel nooit weten. Maar ik zou dit nooit een klant durven adviseren. Als de beschuldigingen namelijk niet kloppen, kan de webshophouder je aansprakelijk stellen voor de gederfde winst.

Arnoud<br/> Afbeelding: iPad Nokia clone? (iFake)

Ziggo hoeft Pirate Bay niet te blokkeren

brein-fail-ziggo-xs4all-verlies-auteursrecht-rechtszaak.pngDit betreft een voor Nederland unieke zaak, vindt de kortgedingrechter zelf ook. Kan een internetprovider worden verplicht om een website ontoegankelijk te maken? Nee, vonnist de kortgedingrechter in Den Haag: een dergelijke, verstrekkende, vordering is “naar voorlopig oordeel eenvoudigweg niet toewijsbaar”. BREIN moet individuele abonnees aanklagen als blijkt dat die auteursrechten schenden via Bittorrent. Niet de provider. Die hoeft pas in te grijpen bij een “concrete en individualiseerbare inbreuk op auteursrechten.”

Er is in de pers steeds gezegd dat BREIN The Pirate Bay ontoegankelijk wilde laten maken, dus het verbaasde me nogal om in het vonnis alleen maar te lezen over Ziggo-abonnees die auteursrechten schenden. Kennelijk vond BREIN dat ze sterker zou staan met het argument “Ziggo zit vol piraten die via TPB handelen” dan “TPB is illegaal verklaard, mag het afgesloten”.

Het argument was dan kortweg:

nu Ziggo de grootste provider van kabelinternet in Nederland is en de hoogste downloadsnelheden biedt de conclusie gerechtvaardigd [is] dat Ziggo een substantieel deel van de Nederlandse gebruikers van The Pirate Bay tot haar abonneebestand mag rekenen.

Die nogal boude stelling onderbouwt BREIN met een steekproef die zou aantonen dat van de 325 gecontroleerde Nederlandse IP-adressen van Pirate-Bay gebruikers 27% tot de IP-adressen van Ziggo behoort. Hoe weten ze dat, vraag ik me dan af? Omdat die de torrents met thepiratebay.org als tracker gebruiken? Maar die is toch uit de lucht?

De blokkade van TPB is dus gebaseerd op het idee “een kwart van TPB’s gebruikers zit via u illegaal materiaal uit te wisselen, draait u eens centraal de kraan dicht.” Dat is héél wat anders dan “TPB is door de rechter verboden, staak doorgifte van die site”.

Hoe dan ook, de toegang tot TPB moest worden geblokkeerd. Daarvoor nam BREIN de insteek dat Ziggo een tussenpersoon is “wier diensten door derden worden gebruikt om inbreuk op het auteursrecht en naburige rechten te maken”. Volgens artikel 26d Auteurswet kan de rechter zo’n tussenpersoon bevelen de diensten die worden gebruikt om die inbreuk te maken, te staken. Die ‘derden’ zijn dan in dit geval de abonnees van Ziggo, omdat die illegaal uploaden dankzij de Pirate Bay.

BREIN leest dat artikel als “providerbreed blokkeren van een website”, maar de rechter citeert de minister die bij het invoeren van dit wetsartikel verklaarde:

De tussenpersoon dient redelijkerwijs in staat te zijn aan de vordering te voldoen, zonder daarvoor onevenredige kosten te moeten maken. Indien de tussenpersoon zelf geen inbreuk pleegt en het dagvaarden van de inbreukmaker evenzeer voor de hand ligt en even goed mogelijk is als het dagvaarden van een tussenpersoon, dan zal de vordering tegen de tussenpersoon afgewezen dienen te worden. De vordering tegen de tussenpersoon zal een zelfstandig doel moeten dienen dat niet op enige andere wijze te realiseren is via de inbreukmaker zelf.

Daarom kan dit artikel alleen worden ingezet tegen een specifieke, oftewel concrete en individualiseerbare inbreuk op auteursrechten. Zeg maar: we weten dat vanaf IP-adres X nú de film Komt een vrouw bij de dokter wordt verspreid, blokkeer dat.

Hoofdregel is en blijft dat je de uploaders moet aanpakken. En dat is dus ook wat BREIN had moeten doen, zo verwijt de rechter de organisatie:

[N]iet [valt] in te zien waarom het onmogelijk zou zijn een of meer abonnees in rechte aan te spreken. Brein zou onder omstandigheden de NAW-gegevens van de betreffende abonnee bij Ziggo kunnen opvragen, iets waarvan Ziggo ter zitting ook heeft aangegeven daartoe in beginsel bereid te zijn.

Dat dat niet wenselijk zou zijn is “een eigen afweging van Brein” en niet doorslaggevend. Dat ondergraaft het “de cirkel is rond”-argument van BREIN dat

ThePiratebay zegt: “ik doe niks mijn gebruikers maken inbreuk”, die gebruikers zeggen: “je moet je klanten niet aanpakken, criminaliseer mij niet, ik heb recht op mijn privacy en op vrije toegang tot informatie”, Ziggo zegt: “ik doe niks je moet bij ThePiratebay wezen”.

Dat “recht op mijn privacy” is een stroman-argument om bezwaren van o.a. Bits of Freedom weg te zetten als beschermers van illegale verspreiding. Wie de wet schendt, heeft geen recht op privacy. De privacybezwaren ontstaan wanneer internetverkeer van onschuldige mensen structureel wordt gemonitord. BREIN is kennelijk prima in staat om te zien wie er zit te uploaden “via TPB” en kan dus die personen gewoon aanpakken. Het is dus niet nodig om tussenpersonen lastig te vallen met afsluitclaims.

Bits of Freedom wijst er op dat BREIN al jarenlang als beleid voert dat ze geen eindgebruikers aanpakt. BREIN zou daar dus op terug moeten komen wil ze de suggestie van de rechter volgen. Ik ben er nog niet uit of dat een goed idee is. Mij lijkt het logisch dat je achter de uploaders aangaat als er illegaal geüpload wordt, niet achter partijen die hooguit een afgeleide verantwoordelijkheid hebben. Maar het opent wel het risico van Amerikaanse toestanden met hoge claims bij armlastige partijen. Ik weet niet of we daarop zitten te wachten.

Vorige week werden trouwens ook de Belgische providers Telenet en Belgacom ook niet verplicht Pirate Bay te blokkeren, hoewel dat vonnis vooral werd gewezen omdat de rechter niet vooruit wilde lopen op een al aangespannen bodemprocedure.

BREIN meldt in hoger beroep te gaan én een bodemprocedure aan te spannen.

Arnoud<br/> Fotocredit: House M.D. van Retecool

Achterkamertjespolitiek in Europees Parlement over afsluiten internetgebruikers (gastpost)

vrijschrift.pngEen gastbijdrage van Walter van Holst van stichting Vrijschrift.

Aanstaande woensdag staat een amendement op de toekomstige kaderrichtlijn Telecommunicatie op de agenda van het Europees Parlement met betrekking tot het afsluiten van internetgebruikers. Achter deze gortdroge aankondiging zit een lopend gevecht tussen lobbyisten van de media-industrie, de EU-ministerraad en het Europees Parlement over het mogen afsluiten van internetters wegens auteursrechtenschendingen. Aanleiding is de Franse HADOPI-wetgeving die onlangs in (gewijzigde) vorm <a href=”http://webwereld.nl/nieuws/63764/-three-strikes”definitief-erdoor-in-frankrijk.html”>toch is ingevoerd. Kort en bondig gezegd: notoire downloaders van auteursrechtelijke beschermd materiaal kunnen in Frankrijk hun internetverbinding kwijtraken. In het Verenigd Koninkrijk is soortgelijke regelgeving aangekondigd.

Het Europese parlement had met grote meerderheid een amendement (inderdaad, nummer 138) op de komende kaderrichtlijn Telecommunicatie aangenomen dat het vermogen van de EU-staten om dergelijke regelgeving in te voeren, in zou perken. Dit uiteraard tot grote woede van met name Sarkozy, maar ook andere lidstaten dan Frankrijk hebben hun bedenkingen. Amendement 138 eist namelijk een rechterlijke toetsing voordat dergelijke maatregelen doorgevoerd mogen worden, een onderwerp wat officieel niet tot de bevoegdheden van de EU behoort. Dit heeft in het verleden de EU er overigens niet van weerhouden om toch richtlijnen uit de vaardigen die de rechtsgang raken, waaronder de Handhavingsrichtlijn Auteursrecht die geresulteerd heeft in een revolutie in proceskostenveroordelingen in Nederland.

De discussie tussen het Europees Parlement en de EU-ministerraad is een blokkade voor invoering van de nieuwe kaderrichtlijn Telecommunicatie, wederom een gortdroge term waar een wereld van politiek, economie en lobbyen achter verscholen ligt. Deze kaderrichtlijn is de grootste verandering in de regeluring van de telecommunicatiesector in de EU in tien jaar. Onder andere het zogenaamde digital dividend,de verdeling van door de invoering van digitale televisie vrijgekomen radiofrequenties maken hier onderdeel van uit. Tegelijkertijd bevat Amendement 138 aanknopingspunten voor netneutraliteit. Dit alles staat nu in de ijskast tot de ruzie over afsluiten van internetgebruikers is opgelost.

Om uit de impasse te geraken heeft de voorzitter van de verantwoordelijke commissie van Europarlementariërs, Catherine Trautmann, een compromis gesloten met de EU-ministerraad wat ogenschijnlijk in de geest is van Amendement 138 zoals dat door het EP is aangenomen. Echter, dit compromis wijkt op essentiële punten af:

  • In de oorspronkelijke tekst werd gesproken over maatregelen in het algemeen, in de compromistekst wordt gesproken over maatregelen door de lidstaten. Dit betekent dat de beperkingen niet van toepassing zijn op regelgeving op EU-niveau;
  • In de compromistekst wordt niet langer meer rechtspraak voorafgaand aan de afsluiting van internetgebruikers geëist, dit betekent dat rechterlijke toetsing achteraf ook mogelijk is. Denk aan onze wet-Mulder die veroorzaakt heeft dat verkeersboetes pas aangevochten kunnen worden nadat betaald is;
  • De aanknopingspunten voor netneutraliteit (het recht van gebruikers om zelf hun toepassingen en apparatuur te kiezen) zijn verwijderd.

De voorgaande punten leiden tot een optelsom die buitengewoon veel collateral damage kan leiden. Denk maar eens aan bedrijven die als gevolg van ondoorzichtige afsluitingsprocedures waarin pas achteraf sprake kan zijn van hoor en wederhoor afgesloten worden van internet. En niet alleen bedrijven: toegang tot het internet is steeds meer een essentiële voorwaarde voor participatie in een informatiemaatschappij. Uitsluiting daarvan zou hooguit langs strafrechtelijke weg moeten kunnen, met alle rechtsbescherming die daarmee gepaard gaat.

De discussie in het Europees Parlement is nog niet afgerond en Europese digitale burgerrechtengroepen zijn in actie gekomen, in het bijzonder het Franse La Quadrature du Net. Voor wie hier aan wil bijdragen geldt dat het de voorkeur verdient dat zij telefonisch contact opnemen met Europarlementariërs (lees eerst de tips).

Het belangrijkste doel wat bereikt zou moeten worden is dat niet de compromistekst van Trautmann, maar de democratisch tot standgekomen tekst van het Europees Parlement leidend dient te zijn in de discussie met de EU-ministerraad.

Walter van Holst is in het dagelijks leven IT-jurist en daarbuiten vrijwilliger voor Stichting Vrijschrift.org. Vrijschrift wil dat vrije informatie – zoals vrije software, vrije leermiddelen en literatuur uit het publieke domein – gestimuleerd wordt om de ontwikkeling van de mensheid te versnellen.

Europese illegale downloaders blijven ongestraft (gastpost)

europa-kaart-poppetjes.pngAuteursrechtenorganisaties zitten er maar mee in de maag: het internet. Het publiek kan dankzij dit medium heel gemakkelijk auteursrechtelijk beschermde werken met elkaar uitwisselen. Burgers zien geen enkel moreel bezwaar en dus wordt er op grote schaal gedownload.

Dit bemoeilijkt de handhaving omdat voor iedere overtreding apart naar de rechter gegaan moet worden. Frankrijk dacht daarvoor de oplossing te hebben gevonden. Het Franse plan bood een simpele oplossing voor de pijn van de entertainmentindustrie. En doorgaans werkt een simpel plan beter dan een ingewikkeld plan. De vraag is alleen wat het doel is?

Ze hebben simpelweg toegegeven aan de verleiding om aan de ene kant de procedures te versoepelen en aan de andere kant de straffen te verhogen. “Dan laten ze het wel uit hun hoofd” is de gedachte hierachter. Het doel is dus duidelijk om effectief op te komen voor de belangen van de gene die de auteursrechten bezitten. En effectief opkomen voor deze belangen doet het. Het bezwaar is dat met de belangen van alle partijen moet worden opgekomen.

Deze versoepeling gaat zo ver dat private auteursrechtenorganisaties de macht krijgen om eigenhandig internet provider te dwingen om hun klanten af te sluiten. Het moge duidelijk zijn dat dit plan op gespannen voet staat met het burgerrecht op een onafhankelijk oordeel van een rechter (art. 6 EVRM). En om dan ook nog eens zo ver te gaan dat mensen volledig van het internet afgesloten worden, maakt dat hier spraken is van een doodzonde.

auteur-author-tekst-schrijven-handschrift.pngPartijen die zelf een belang hebben in de zaak kunnen zelf niet effectief opkomen voor de belangen van de klant. De belangen van de klant zijn immers veelal tegenover gesteld aan de gezamenlijke belangen van de internet provider en de auteursrechtenorganisaties. De belangen van de auteursrechtenorganisaties worden niet geschonden op het moment dat klanten onterecht worden afgesloten. Maar de belangen van die klant worden wel geschonden door dit onderonsje tussen de internetprovider en deze auteursrechtenorganisaties.

Niet verwonderlijk dus dat de Europese ministers het Franse plan afwezen. Maar om de Franse regering niet helemaal in de kou te laten staan heeft de Europese Commissie nog eens goed naar het Franse plan gekeken. En zij zijn tot een compromis gekomen.

Het Europees Parlement heeft echter voor dat compromis een stokje gestoken. Een meerderheid in het parlement vond het geen goed idee om de veroordeling van internetters over te laten aan een door de overheid ingestelde commissie. Het is een beetje te vergelijken met dat je een product hebt gekocht, een geschil met de winkelier krijgt en dan verplicht naar een geschillencommissie moet. Daar zitten winkeliers in die zelf een indirect belang hebben bij de zaak. Hier heeft de Franse overheid een belang in de zaak. Onder druk van de overheid kunnen dan onrechtmatige beslissingen genomen.

De hoop is nu dat Frankrijk haar plannen zal laten varen. Anders is de kans groot dat dat een slecht plan over een paar maanden weer effectief zal worden weggestemd.

Alex de Kruijff
Alex is een ingenieur die elektronica en informatica heeft gestudeerd en juridische interesse heeft. Op zijn website kun je artikels over het besturingssysteem FreeBSD vinden, die je helpen bij het configureren er van.

Europese ministers wijzen anti-’three strikes’ amendement af

De Europese telecomministers hebben het amendement van het Europese Parlement tegen de voorgestelde ’three strikes, you’re out’-regels afgewezen, meldde Tweakers gisteren. Over een verder nogal saai pakket regels voor de telecomsector woedt al een tijdje een verhitte discussie. Europa zou hiermee stiekem een “three strikes”-beleid willen invoeren, waarbij internetproviders hun klanten moeten afsluiten na drie vermeende schendingen van auteursrecht. Dat bleek niet waar, maar het Europees Parlement nam toch maar voor de zekerheid een amendement aan waarin zulk beleid nog eens expliciet werd verboden. En daar hadden de telecomministers dus weer geen zin in.

Frankrijk werkt al een tijd aan regels die internetproviders moeten verplichten om klanten af te sluiten wanneer deze tot drie maal toe auteursrechten zou schenden. Het kwalijke aan deze regels is dat het afsluiten zou moeten gebeuren zonder rechterlijke tussenkomst. Drie meldingen van rechthebbenden zouden genoeg moeten zijn.

In Europees verband heeft Frankrijk zich juist tegen auteursrechtbepalingen in dit telecompakket gekeerd. Uit principe, of omdat men bang was dat de verkeerde amendementen in de richtlijn terecht zouden komen?

Bij Tweakers wordt nog gezegd dat “Dit betekent dat providers abonnees niet kunnen afsluiten zonder tussenkomst van de rechter” wat natuurlijk onzin is. Providers mogen op iedere redelijke grond abonnees afsluiten, mits dat maar in de algemene voorwaarden opgenomen staat. Schending van auteursrechten door de abonnee staat in vrijwel alle algemene voorwaarden genoemd als grond om af te sluiten.

De interessante vraag is daarmee of het redelijk is om zo’n schending als grond voor afsluiting aan te merken. Het gaat mij nogal ver. Op grond van de algemene notice en takedown verplichting is een provider alleen verplicht om doorgifte van inbreukmakend materiaal te staken. Niet om de doorgever af te sluiten van internet als geheel. Pas wanneer de provider zelf overlast krijgt door die doorgifte, zou hij tot afsluiting kunnen overgaan.

Helemaal onredelijk wordt het als internettoegang nu eindelijk eens als universele dienst wordt aangemerkt. Internet is tenslotte een basisvoorziening van de informatiemaatschappij. Daarmee zouden providers de plicht krijgen om de toegang tot internet (althans de meestgebruikte diensten) tegen een redelijke prijs te garanderen voor iedereen.

Wat vinden jullie? Mogen providers op eigen houtje mensen afsluiten wegens geconstateerde schendingen van auteursrechten?

Arnoud