Politie wil bij ernstige verdenkingen foto’s van kentekencamera’s gebruiken

De Nederlandse politie wil foto’s van kentekencamera’s, waar bestuurders zichtbaar op zijn, gebruiken als er ernstige verdenkingen zijn, las ik bij Tweakers. Men hoopt op méér ruimte van de wetgever, want juist door de strenge wet wordt meer privacy geschonden dan nodig is. Denk aan een gewapende overval, moord of doodslag, of een dodelijke aanrijding waarbij een verdachte is doorgereden. Nu wordt daar dan GSM-gegevens voor opgevraagd, waardoor van vele burgers locatiegegevens binnengeharkt worden.

Agenten krijgen een melding wanneer de auto van een verdachte langs een ANPR-camera rijdt. Volgens de huidige wet mag de politie met de ANPR-camera’s alle kentekens van passerende voertuigen vastleggen. Op die foto’s staan ook mensen, maar die moeten worden geblurd. Daar heeft de politie dan moeite mee:

De ANPR-foto’s gebruiken om daarop verdachten te herkennen mag niet. Daarom worden nu vaak telecomgegevens van zendmasten langs de snelweg opgevraagd om daarmee verdachten in de geregistreerde auto’s te identificeren. Dat zijn nog eens gegevens van duizenden onschuldige burgers. „Dat hoef ik niet meer te doen als de foto gewoon laat zien wie er achter het stuur zit.”
Men haakt hierbij in op de geplande evaluatie van de wet, die de input moet geven of deze wordt verlengd of ingetrokken, wat in 2022 zou moeten gebeuren. Sectorhoofd Sjoerd Top van de ANPR-camera’s: “Door de wet uit 2019, kunnen we bijvoorbeeld tien minuten voor en tien minuten na de overval alle kentekens opvragen die langs een camera in de buurt gekomen zijn.” Het probleem is dat nu beelden van ongeblurde mensen worden gebruikt bij onderzoeken (althans tot 1 juni), terwijl er voor het verzamelen ervan helemaal geen wettelijke basis was.

De politie pleit voor een uitbreiding van hun bevoegdheden: ongeblurde foto’s inzien bij ernstige misdrijven, waarbij wel de rechter-commissaris vooraf per geval beoordeelt of dit toegestaan is. Die opzet is de gebruikelijke voor zware opsporingsmiddelen, maar heeft natuurlijk als nadeel dat het zeer arbeidsintensief is. Ik zou dan ook zeer bezorgd zijn dat dit op korte termijn er weer af gaat als blijkt dat het een succes is.

Arnoud

Politiekorpsen VS mogen Ring-video’s eeuwig bewaren en onbeperkt delen, en bij ons?

Politiekorpsen in de VS die van buurtbewoners video’s ontvangen van slimme deurbel Ring mogen dat beeldmateriaal eeuwig bewaren en onbeperkt delen met bijvoorbeeld andere korpsen of overheidsinstanties. Dat las ik bij Tweakers. Het vervolgt eerdere berichten dat Ring in de afgelopen jaren samenwerkingsovereenkomsten heeft gesloten met vierhonderd korpsen in de VS, die zo toegang krijgen tot beelden van de dienstverlener. Ring verzamelt en bewaart beeldopnames van de deurbel-met-camera op haar servers, en kan er dus over beschikken wanneer politie of Justitie daarom vraagt. Naar Amerikaans recht lijkt dat dus in orde, maar vele lezers vroegen zich af, hoe zit dat dan in Nederland gezien de AVG? En jaja, komt ie weer met z’n diensteneconomie.

Eerst maar dat bewaren door de politie. Als die beelden hebben verkregen, worden die in principe alleen gebruikt voor het betreffende onderzoek. Maar ze kunnen (Wet politiegegevens, artikel 8 en verder) ook voor andere onderzoeken worden ingezet. Zomaar een berg verzamelen en bewaren kan dus niet. Maar lijkt me ook niet heel praktisch want wat moet je met een berg video’s waar hooguit een datum en locatie bij zit?

Handiger is lijkt mij ze gewoon per geval vorderen (zoals ook gebeurt bij ons) want dan heb je precies wat je nodig hebt wanneer je het nodig hebt. En ja, vorderen moet, de politie kan beelden niet zomaar vragen omdat er persoonsgegevens op staan. Dat vereist een bevel van de officier van justitie en dat kan alleen worden gegeven in het belang van een strafrechtelijk onderzoek.

Daar staat tegenover dat een burger door hemhaarzelf gemaakte beelden vrijwillig mag afgeven. Als ik meen een misdrijf gefilmd te hebben, dan mag ik daarmee aangifte gaan doen en dan is er geen bevel meer nodig, ik kan dan gewoon die usb-stick met de beelden overhandigen. Dat geldt ook voor bedrijven, dus ook voor Ring. Als die vrijwillig beelden aan de politie willen geven, dan mag dat dus.

Complicatie hier is wel dat het niet hun eigen beelden zijn – de camera’s zijn eigendom van hun klanten, zij bewaren de beelden alleen maar op hun servers. Maar nee, zo werkt dat hier niet. Want daar is ie weer met de diensteneconomie: nee, zo werkt dat hier niet. Data is juridisch niets. Ring levert een dienst, en de artefacten van die dienst (zoals de camerabeelden) bestaan juridisch niet als zelfstandige entiteit. Ring kan daarmee dus doen wat ze wil, tenzij ze contractueel heeft afgesproken van niet. Maar zoals je van Amerikaanse diensten verwacht, zeggen die voorwaarden juist dat men alles mag.

In Nederland zou dat dus in principe ook zo gaan, zij het dat je hier als huiseigenaar er wél wat over te zeggen hebt. Jij hangt die camera op, jij filmt de openbare ruimte (ook al is het slechts bij aanbellen) dus dan zou je best eens de verwerkingsverantwoordelijke voor die beelden kunnen zijn met Ring als verwerker. En een verwerker mag natuurlijk niet zelfstandig de persoonsgegevens aan derden verschaffen. Ook niet als in de algemene voorwaarden staat van wel.

Arnoud

Heb ik onder de AVG recht op beelden van de diefstal van mijn motorfiets?

Een lezer vroeg me:

Enkele dagen geleden is mijn motor gestolen die voor mijn huis geparkeerd stond. De plaatselijke supermarkt heeft dit feit opgenomen met één van hun beveiligingscamera’s. Heb ik recht op inzage?

Het recht op inzage in camerabeelden komt uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming, en geldt dus alleen voor camerabeelden waar jouw persoonsgegevens in opgenomen zijn. Kort gezegd: alleen als je in beeld bent, heb je recht op de beelden.

Een afbeelding van een huis of motorfiets is als zodanig geen persoonsgegeven, omdat die objecten niet tot jou te herleiden zijn. Alleen heel indirect, als het adres van het huis zichtbaar is dan zou je via het Kadaster bij jou als eigenaar uit kunnen komen. En voor een motorfiets zou hetzelfde gelden via het nummerbord en de RDW. Maar of dat genoeg is voor inzage van die beelden, betwijfel ik zeer.

Zelfs als je de beelden ter inzage krijgt, dan nog zit je met een probleem. De beelden van de daders van de diefstal zijn hún persoonsgegevens, en jij hebt daar in principe geen recht op. De supermarkt zou die beelden dus moeten pixelen voordat jij ze krijgt, onder je recht van inzage.

De AVG biedt echter een escape: het “verwerken van persoonsgegevens”, hier dus het afgeven van de beelden, mag als er een eigen legitiem belang is bij jou als ontvanger. Aangifte kunnen doen van de diefstal lijkt me evident zo’n belang. Dan kom je in de belangenafweging van de AVG terecht, en die zou best in jouw voordeel uit kunnen vallen als de beelden inderdaad overtuigend zijn.

Een risico voor de supermarkt is dat jij de beelden voor andere doeleinden gaat gebruiken, bijvoorbeeld op internet publiceren met een “Wie deze motor buitengerechtelijk terughaalt, krijgt 1000 euro van me” tekstje er bij. Dat is een probleem want dat is geen legitiem doel, en zij zijn dan aansprakelijk voor de schade bij de huidige houder van de motorfiets. Ik vermoed dat zij dat risico niet willen lopen. Praktisch gezien kom je dan ook uit bij dat ze de beelden niet aan jou mogen geven, maar dat je ze wel moet kunnen bewegen tot aangifte. Of dat jij aangifte doet en meldt dat de supermarkt beelden heeft, die de politie dan kan vorderen.

Arnoud

Mag de politie particuliere beveiligingscamera’s in een database stoppen?

Particulieren en bedrijven hebben al 160.000 beveiligingscamera’s aangemeld bij de politie, las ik bij Nu.nl. Via de database kunnen camerabeelden sneller worden opgevraagd na misdaden. De politie kan (uiteraard) niet live meekijken in al die databases, maar wel sneller een relevante camera vinden die mogelijk beelden van een ongeval of strafbaar feit heeft vastgelegd. Wat de vraag oproept, mogen ze die database zo opbouwen en mag men dan ook beelden opvragen bij de camera-eigenaar?

De politiedatabank, Camera in beeld geheten, is een politiesysteem dat alle (particuliere en overheids-)camera’s op een kaart weergeeft. Het gaat dus alleen om contactgegevens van de eigenaar en gegevens over de locatie van de camera en wat er wordt gefilmd. Er komen geen beelden in de databank.

Ik zie weinig bezwaren tegen het opbouwen van zo’n databank. De mensen die meedoen, doen dat geheel vrijwillig en niemand is verplicht om zijn cameragegevens aan de politie te verstrekken.

Het opvragen van die beelden ligt iets ingewikkelder. Op zich is -zoals de site van de politie ook terecht meldt- het volstrekt legaal om particuliere camerabeelden in te brengen als bewijs. Een ondernemer die een misdrijf vastgelegd ziet op zijn camerabeelden, kan daar dus zonder problemen mee naar de politie om aangifte te doen (ook als hij geen slachtoffer is overigens maar alleen getuige). Dat geldt zelfs wanneer zijn camera er in strijd met de wet hangt, bijvoorbeeld omdat er geen duidelijk waarschuwingsbordje hangt.

Alleen wat hier gebeurt, is dat de politie het initiatief neemt om de camerabeelden op te vragen wanneer zij een redelijk vermoeden heeft dat er een strafbaar feit op te zien is. Denk aan een vluchtende overvaller of een beroving in het zicht van die camera. De regels worden anders wanneer de politie dingen doet: wanneer dat raakt aan de privacy of andere grondrechten van de burger, dan mag dat alleen wanneer daar een specifieke wettelijke regeling voor getroffen is.

De Vraag en Antwoord geven aan:

Wanneer de politie het vermoeden heeft dat de beelden een daadwerkelijke meerwaarde kunnen geven in een opsporingsonderzoek. De politiefunctionaris zal altijd met een machtiging van het Openbaar Ministerie de betreffende beelden vorderen.

En zo hoort het. In 2010 bepaalde de Hoge Raad dat camerabeelden alleen gevorderd kunnen worden, en dan ook nog eens onder de zware eis dat de rechter-commissaris er een machtiging voor geeft. Dit omdat camerabeelden bijzondere persoonsgegevens (zoals ras/etnische afkomst of gezondheid) bevatten van de mensen in beeld.

Wel vond het Hof Arnhem een tijdje later dat het wel uitmaakt of het gaat om camerabeelden van gewone openbare locaties, in tegenstelling tot de pasfoto’s die in de Hoge Raad-zaak werden gevorderd.

Om meer of anders dan een foto- of videoregistratie van de (bij een duidelijke opname voor het bewijs bruikbare) fysionomie van degene die voor een bepaalde geldtransactie van de pinautomaat in kwestie gebruik heeft gemaakt, gaat het hier niet. Van een (aan de beelden of de opnamen daarvan) voorafgegane verwerking van gevoelige persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16 Wet bescherming persoonsgegevens, is bij deze registratie geen sprake geweest.

De politie mocht toen de beelden vorderen onder het ‘gewone’ artikel voor opeisen van persoonsgegevens. Maar het basale punt blijft: er mag alleen worden gevorderd, en dus niet gevraagd.

Arnoud

Van wie is een foto gemaakt door een werknemer?

Een lezer vroeg me:

Als een van onze medewerkers opnames (film of foto) maakt met een mobiele telefoon van de zaak, wie is dan de eigenaar van deze opnames, het bedrijf of de medewerker?

Dat hangt af van of de opnames gerelateerd zijn aan zijn werk. Als dat zo is, dan komen de auteursrechten op die opnames toe aan het bedrijf, anders zijn ze van de werknemer privé. Het doet er niet toe of de apparatuur privé-eigendom is en of de foto gemaakt werd onder werktijd of op kantoor.

Een simpel voorbeeld is een cameraman bij een productiehuis: dan komen alle rechten uiteraard toe aan de werkgever. Maar het hoeft niet de kern van zijn werk te zijn. Ook bij een bouwvakker die een foto maakt van het werk voor het dossier dat zijn baas van elke klus bijhoudt, komen de rechten toe aan de werkgever. Die foto is ook gewoon deel van het werk.

Wie om half zes even een foto maakt van zijn kantoortuin om het thuisfront te laten zien hoe druk het is, heeft zelf de (auteurs-)rechten op die foto. Ook al is het op het werk gemaakt, onder werktijd en zelfs met de telefoon van de zaak. Die foto heeft niets met het werk te maken. (Mogelijk overtreed je een huisregel dat er niet gefotografeerd mag worden op de werkvloer, maar dat is een arbeidsrechtelijk ding dat los staat van auteursrechten.)

Twijfelgevallen zijn er natuurlijk genoeg. Een werknemer die bij het afscheid van een collega gevraagd wordt even een foto te maken van de toespraak. Het vastleggen van een aanrijding met de bedrijfsbus. Tijdens de lunchpauze een foto maken voor een spontane Linkedin-update. Of ’s avonds langs kantoor lopen en een mooie sfeerfoto delen in de bedrijfs-appgroep. Daar zul je dan in redelijkheid samen uit moeten komen.

Een arbeidscontract (niet het personeelsreglement) kan de grenzen anders leggen. Werkgever en werknemer kunnen afspraken maken over auteursrecht. Die afspraken moeten wel redelijk zijn, de werkgever mag bijvoorbeeld niet alle auteursrechten opeisen op alles dat de werknemer maakt totdat het contract eindigt. Dan zouden ook de vakantiefoto’s van de werkgever zijn, en dat is niet redelijk.

Arnoud

OM mag opnamen van geweldsincidenten tonen om daders te vinden

dome-camera.jpgHet Openbaar Ministerie mag in de openbare ruimte opgenomen camerabeelden van ernstige publieke geweldincidenten in het openbaar tonen om zo dader(s) van dit geweld te kunnen opsporen, las ik (alweer een tijdje geleden) op Rechtspraak.nl. Sorry, ik loop wat achter. De Hoge Raad introduceert meteen maar een checklist met 7 factoren waarmee getoetst kan worden of het legitiem is om te publiceren uit camerabeelden die misdrijven vastleggen.

Het arrest komt uit de zogeheten kopschopper-zaak. In 2013 schopten acht jongens een ander tegen het hoofd bij een vechtpartij op de Eindhovense Vestdijk. Justitie koos ervoor beelden hiervan naar buiten te brengen in de hoop de daders te identificeren. Deze publicatie leidde bij het Gerechtshof tot strafvermindering vanwege “de “enorme media-aandacht” die aan het incident is gegeven en “de hetze die daardoor jegens hem in de diverse media, onder welke internet, is ontketend”.”

In cassatie moet het HR nu aangeven of en wanneer het publiceren van zulke camerabeelden toegestaan is. In beginsel is het publiceren van beelden een inbreuk op de privacy, ook als de beelden van de openbare weg komen. In de context van opsporing door het OM is publicatie toegestaan afhankelijk van deze factoren:

  1. het publieke dan wel private karakter van de plaats welke op het beeldmateriaal waarneembaar is waar of van de situatie waarin de betrokkene zich bevindt;
  2. de persoon van de betrokkene, waaronder diens leeftijd of bijzondere kwetsbaarheid;
  3. de hoedanigheid van de betrokkene, zoals de publieke bekendheid van de betrokkene, dan wel of hij verdachte is van een (ernstig) strafbaar feit;
  4. de mate van herkenbaarheid van de betrokkene op het beeldmateriaal en de aard en indringendheid van de informatie die door of in samenhang met het beeldmateriaal wordt verstrekt omtrent de identiteit, uiterlijke kenmerken of gedragingen van de betrokkene;
  5. het doel waarmee het beeldmateriaal is vergaard en geopenbaard, waarbij aan de orde kan komen of het gaat om opsporing of identificatie van verdachten van (ernstige) strafbare feiten en of voorzienbaar is dat het beeldmateriaal wordt gebruikt op een wijze die verder gaat dan hetgeen redelijkerwijze nodig is voor het te bereiken doel;
  6. de wijze van vergaring en openbaarmaking van het beeldmateriaal, waarbij aan de orde kan komen of het beeldmateriaal is gemaakt en gepubliceerd met toestemming van de betrokkene, of de beeldopnamen zijn gemaakt op publieke plaatsen waar opnameapparatuur normaliter wordt gebruikt met een gelegitimeerd en voorzienbaar doel, en of er sprake is van een naar tijd en reikwijdte beperkt gebruik dan wel dat de beelden integraal zijn vrijgegeven aan het algemene publiek;
  7. de mate waarin het beeldmateriaal in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving is verkregen en verspreid.

Het is dus een factor of de beelden van de openbare weg zijn, maar niet de enige. Als het gaat om iets kleins, dan is publicatie van de beelden nog steeds een te zwaar middel. Wel vind ik een mooie (factor 6) dat de wijze van vergaring meeweegt: als je weet dat ergens camera’s normaliter hangen, dan kun je minder snel bezwaar maken als die beelden dan ook worden gepubliceerd. Maar ook weegt mee (factor 5) of de kans groot is dat de beelden worden misbruikt door langdurige herpublicatie op andere plaatsen (hoi Dumpert).

Verder bevestigt de HR dat een rechtbank rekening mag houden met de gevolgen van publicatie van de beelden, ook als deze publicatie op zichzelf niet tegen de regels was. Dat bevreemdt me een beetje. Als deze toets ertoe leidt dat het gebruik legitiem was, hoezo moet dat dan gevolgen hebben voor de straf?

Arnoud

Wat kan een thuiszorger doen tegen een filmende cliënt?

dome-camera.jpgEen lezer vroeg me:

Het komt steeds vaker voor dat mijn collega’s of ik als thuiszorg bij een cliënt thuis worden gefilmd met een webcam. Zij hebben geen idee wat er met die beelden gebeurt. Soms zit familie op afstand mee te kijken, maar soms wordt ’t ook gewoon opgenomen, zonder dat bekend is wat er verder met deze beelden gebeurt. Wij voelen ons hierdoor soms erg bezwaard. Wat kunnen wij hiertegen doen?

Antwoord: Het filmen van personen in een niet-openbare ruimte zoals een huis is verboden, tenzij je dit duidelijk aankondigt en een zwaarwegende reden hebt om om deze manier mensen te filmen (art. 139f Strafrecht). Natuurlijk zijn er redenen genoeg om in je huis te willen filmen, maar de wetgever vindt de privacy van je (legale) bezoekers óók belangrijk en eist daarom dat je een belangenafweging doet.

Aankondigen dát je met cameratoezicht werkt, is daarbij eigenlijk ook verplicht. In zeer uitzonderlijke situaties kun je wegkomen met verborgen camera’s, maar dan moet het echt gaan om een allerlaatste redmiddel nadat bewezen alle andere opties zijn uitgeput en niets hebben opgeleverd.

Het idee van dat aankondigen is dat de bezoeker dan kan besluiten toch maar niet naar binnen te gaan. Maar bij de vraagsteller is dat lastiger: die móet naar binnen, het is zijn of haar werk om in dat huis de bewoner te verzorgen of te helpen. Daar wordt het filmen dus opgedrongen, en dat is juridisch twijfelachtig. Dan moet je belang wel een stuk groter zijn.

Om problemen te voorkomen, lijkt het me het beste om dit in de zorgovereenkomst af te spreken. In goed overleg zijn er vast regels te verzinnen over waar wel en waar geen camera, wie bij de beelden mag en wat daarmee kan gebeuren. De modellen daarvoor die ik kon vinden hebben hier helaas geen clausules voor.

Het is een lastig dilemma. Enerzijds is het héél benauwend om continu gefilmd te worden als je gewoon je werk gaat doen (zeker bij persoonlijke dienstverlening). Anderzijds gaan er met enige regelmaat helaas dingen mis bij thuiszorg, dus vanuit preventie-oogpunt een camera snap ik dan wel weer. Plus, die camera hangt er misschien niet eens vanwege wantrouwen naar de thuiszorg maar vanuit een zorg over de grootouders die wellicht zomaar onwel kunnen worden. Maar poe zeg, als ik 80 ben en fysiek slecht gesteld zou ik toch nog steeds niet willen dat ik de hele dag bekeken word.

Arnoud

Politie mag geen camerabeelden wissen

De politie had een filmpje van een politie-optreden op de mobiele telefoon van een verdachte niet mogen wissen, las ik bij Mediareport. De rechter oordeelt dat daarmee “de enige reële mogelijkheid voor verdachte om zijn onschuld voor de rechter aan te tonen” gewist is, zodat daarmee zijn grondrecht op een eerlijk proces (en vrije informatiegaring) geschonden worden.

Bij de winkel van verdachte voor de deur werd een verkeerscontrole houden, wat hij erg vervelend vond omdat zijn klanten zich daaraan ergerden. Hij had in het verleden daar de agenten op aangesproken en voelde zich daarbij slecht behandeld, maar dat was natuurlijk zijn woord tegen dat van de agenten. Daarom besloot hij deze keer een en ander te filmen. Dan zit er iets van een gat in de beschreven feiten, want de volgende stap is dat hij wordt gearresteerd en het filmpje wordt gewist. En het is nu net dat gat in de feiten dat nodig is om te bepalen wat er is gebeurd en of er iemand strafbare handelingen heeft begaan.

De politierechter is hard tegen de wissende agenten: die beelden waren cruciaal bewijs en hadden dus nooit gewist mogen worden. In situaties waarin de verklaring van een agent tegenover die van een burger staat, krijgt de agent per definitie gelijk (art. 344 Sv). Alleen met die beelden had de verdachte dus nog een kans op vrijspraak gehad.

Daar komt bij dat de politie geen wettelijke grondslag heeft voor het wissen van gegevens (of eisen dat de verdachte dat zelf doet). De politie mag alléén dingen vragen of vorderen die een wettelijke grondslag hebben. Mijn collega Itte Overing schreef daar al eerder over, net als jurist Jan-Jaap Oerlemans. Kort gezegd: de politie MAG niet vrijwillig vragen om dingen, ze MOET een bevoegdheid hebben om iets te eisen. Is er geen bevoegdheid, dan is het eenvoudigweg verboden om langs de weg van “vragen staat vrij toch” alsnog te proberen iets voor elkaar te krijgen.

Natuurlijk kan de agent menen dat zijn portretrecht wordt geschonden door dit filmen. Maar: A. is het enkele filmen nog geen portretrechtschending en B. kan hij op die grond niet als opsporingsambtenaar optreden.

Het enige dat de politie in een zaak als deze zou mogen doen, is de telefoon in beslag nemen omdat deze kan worden gezien als een “voorwerp dat de waarheidsvinding kan dienen” (art. 94 Sv). Maar in beslag nemen is natuurlijk precies het tegenovergestelde van beelden wissen.

Update: ook in deze zaak is de rechter streng over camerabeeldenwissende agenten:

De rechtbank constateert dat het Openbaar Ministerie verdachte heeft vervolgd voor tweemaal poging doodslag en hem onder deze verdenking een jaar na dato heeft opgeroepen ter openbare terechtzitting te verschijnen. Eerst een aantal dagen voor de zitting heeft de officier van justitie haar voornemen te kennen gegeven dat zij deze ernstige verwijten zou laten vallen.

Nu het openbaar ministerie niet ambtshalve heeft gezorgd dat getuigen in deze zaak werden gehoord en voorts verdachte onnodig lang heeft belast met de verdenking van zeer ernstige strafbare feiten, levert dit naar het oordeel van de rechtbank een dusdanige veronachtzaming van de belangen van de verdachte op dat dit zou dienen te leiden tot strafvermindering in de zin van artikel 359a van het Wetboek van Strafvordering.

Arnoud