E-mailende werknemers zijn productiever

Email maakt werknemers productiever, zo meldt De Scopist. Het baseert deze conclusie op een analyse van het emailgedrag van de werknemers van een Amerikaanse headhunter-bedrijf, beschikbaar in het rapport Information Technology Use and Productivity at the Individual Level (PDF).

Uit de analyse blijkt dat vooral het aantal email-contactpersonen binnen het bedrijf een grote positieve invloed heeft op de productiviteit (lees: het totale notabedrag) van een werknemer. Het aantal mailtjes is van minder belang, het gaat vooral om de sociale positie binnen het (digitale) netwerk van het bedrijf. Die factor is zelfs belangrijker – zo blijkt uit het onderzoek – dan bijvoorbeeld de ervaring, leeftijd en opleiding van de werknemer. Wie zijn adresboek goed beheert, en zijn emailcontacten warm houdt, zit als een spin in het web van het bedrijf. Zo iemand maakt meer klaar dan de ervaren collega die elke maand op cursus gaat, maar zijn outlook met tegenzin opent.

Wellicht is er dus hoop voor de veelmailer die nu stiekem het ICT-reglement van het werk probeert te omzeilen.

Arjan Dasselaar is het er niet mee eens en citeert uit “wat willekeurige e-mails van een niet nader te noemen AEX-genoteerd bedrijf” om te laten zien waarom.

Arnoud

Hoe herken je een fotograferende terrorist?

Kunst op de openbare weg mag je fotograferen of filmen. Maar dat gaat niet voor iedereen even makkelijk. Bruce Schneier komt met dit mooie filmpje over het filmen van bruggen en nucleaire reactors. Motto: je kunt je beter kleden als Amerikaanse toerist (met Hawaiishirt en grote camera) dan als Arabier als je dat van plan bent.

Arnoud

Europees Octrooibureau presenteert scenario’s voor toekomst octrooisysteem

Het Europees Octrooibureau heeft vier scenarios voor de toekomst van het octrooisysteem gepresenteerd. In een project van twee jaar zijn 150 belanghebbenden, inclusief critici, geïnterviewd over hoe intellectueel eigendom en octrooien zich kunnen ontwikkelen in de komende vijftien tot twintig jaar. Dit leverde vier scenarios, vier verhalen over de toekomst op.

Market Rules
Het eerste scenario gaat uit van volledige marktwerking. Steeds meer zaken worden octrooieerbaar, en uitvinders dienen steeds meer aanvragen in. Het risico dat men hier signaleert, is dat het systeem onder haar eigen gewicht in kan storten.

Whose Game?
In het tweede scenario zijn het juist de ontwikkelende landen, en niet de westerse (noordelijke) landen met hun bestaande octrooisysteem, die de verandering veroorzaken. IP wordt dan een wapen in de concurrentie tussen Noord en Zuid, zoals in dit omineuze diagram te zien is:

Om dit te voorkomen, moet er (veel) meer gedaan worden aan kennis en innovatie delen met ontwikkelende landen.

Trees of Knowledge
Het derde scenario gaat uit van de groeiende kritiek op het octrooi- en IP-systeem in het algemeen. De trend die hier wordt geëxtrapoleerd, is dat deze kritiek zal leiden tot een gereduceerde rol van IP in innovatie.

De open vraag hier is dus hoe er meer openheid van kennis kan worden gerealiseerd, waarbij ontwikkelaars en uitvinders toch nog voldoende beloond worden voor hun innovaties.

Blue skies
En bij het vierde scenario zijn het de technocraten die de leiding nemen. Door de steeds grotere afhankelijkheid van technologie ontstaat een behoefte aan gedifferentieerde bescherming. Sommige technologie moet lang en breed beschermd worden, andere technologie heeft genoeg aan korte, beperkte bescherming. Er kan bijvoorbeeld een kortlevend exclusief recht voor software ontwikkeld worden in plaats van het 20 jaar lopende octrooi of het “levenslang plus 70 jaar” durende auteursrecht op software.

Arnoud

Google waardevolste merknaam

Planet meldde op maandag: Merk Google meer waard dan Microsoft’.

Google heeft Microsoft van de troon gestoten als de meest waardevolle merknaam ter wereld. De naam van de Amerikaanse internetonderneming heeft een waarde van 66,4 miljard dollar (48,9 miljard euro).

Op twee staat het industriële conglomeraat General Electric (GE) met 61,8 miljard dollar, gevolgd door Microsoft met 54,9 miljard dollar. Dat blijkt uit een maandag gepubliceerd onderzoek van de Amerikaanse marktonderzoeker Millward Brown naar de honderd meest waardevolle merknamen ter wereld.

Het persbericht van Millward Brown is als PDF beschikbaar.

Arnoud

Vrijspraak in hoger beroep denial-of-service aanval

In hoger beroep is onlangs een man vrijgesproken van de aanklacht dat hij denial-of-service of verstikkingsaanvallen zou hebben uitgevoerd, zo meldt Solv. In november 2005 kreeg de man een geldboete opgelegd wegens het opzettelijk vernielen of onbruikbaar maken van een geautomatiseerd werk.

Planet legt uit:

De verdachte computerprogrammeur was door de grote hoeveelheid spam die hij ontving zodanig geïrriteerd dat hij de websites van de twee afzenders bombardeerde met mails, bestellingen en faxberichten. Dit maakte de bedrijven onbereikbaar via web en fax.

Het orderverwerkingssysteem raakte overbelast en werkte niet meer. De internetserviceprovider heeft ook nog eens het bedrijf afgesloten vanwege de grote hoeveelheden verkeer.

Tegenwoordig zou een aanval als deze letterlijk onder artikel 138b Wetboek van Strafrecht vallen als verstikkingsaanval, maar omdat het gebeurd was voor 1 september vorig jaar, en het artikel pas toen werd ingevoerd, mag hij daaronder niet vervolgd worden.

Onder de oude wet werd hij veroordeeld wegens het verstoren van de werking van het netwerk van de provider in kwestie. Dit is strafbaar onder artikel 161sexies Wetboek van Strafrecht. Maar bij deze aanval werden alleen de computers van de provider gestoord, en niet het Internet of een ander openbaar telecommunicatienetwerk. En het artikel eiste nu eenmaal dat je een openbaar netwerk stoort en niet alleen maar een lokaal netwerk dat daar aan hangt.

Een andere insteek is dat door de verstikkingsaanval de IP-adressen, E-mailadressen en/of internetwebsite van het slachtoffer niet meer bereikbaar waren. Het is namelijk ook strafbaar om gegegvens te vernielen of ontoegankelijk te maken. Vroeger heette dat “het onbruikbaar maken en ontoegankelijk maken van gegevens”. Als je nu deze IP-adressen, E-mailadressen en /of website als gegevens ziet, dan zou je kunnen zeggen dat deze onbruikbaar en ontoegankelijk gemaakt worden door een verstikkingsaanval.

Maar, zo oordeelt het Hof in haar arrest, dat is alleen het geval als die gegevens zelf zijn gewist, gemanipuleerd of veranderd. En dat is hier natuurlijk niet zo. De IP- en e-mailadressen zijn niet aangeraakt, dus daar is niets aan vernield. Ze waren alleen ontoegankelijk van buitenaf.

Niet elk onbruikbaar of ontoegankelijk maken daarvan [valt] onder de werking van artikel 350a van het Wetboek van Strafrecht. Dit is slechts het geval indien die gegevens zelf zijn gewist, gemanipuleerd of veranderd.

Uit de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is daarvan niet gebleken. Integendeel, van aantasting van de IP-adressen, E-mailadressen en/of website van aangever was geen sprake; zij zijn onbruikbaar en ontoegankelijk geworden door de veelheid van berichten die er door toedoen van verdachte naar werden verzonden.

De verdachte werd dan ook vrijgesproken.

Arnoud

Utah wil porno via draadloze netwerken verbieden

Meeliften op andermans netwerk is strafbaar als computervredebreuk. Sinds 1 september 2006 ook als daarbij geen beveiliging wordt doorbroken. Computercriminelen zijn zo dus makkelijker aan te pakken.

Maar wat moeten we met de omgekeerde situatie: iemand zet zijn netwerk open, en allerlei onfrisse derden plegen misdrijven via dat netwerk? Moet je strafbaar zijn als je geen wachtwoord instelt? Dan houden nuttige diensten als FON snel op natuurlijk.

In de Amerikaanse staat Utah wordt gepleit voor het volledig verantwoordelijk houden van netwerkbeheerders voor wat er via hun draadloos netwerk gebeurt, zo meldt Security.NL:

“Als je voor een draadloos netwerk kiest, en iedereen maar toestaat om het te gebruiken, dan ben je daar verantwoordelijk voor, en moet je maatregelen nemen om te voorkomen dat minderjarigen van je dienst gebruik maken”, aldus Preston.

Het idee is dat netwerkbeheerders niet zomaar ongecontroleerd iedereen toegang mogen verschaffen, maar of een wachtwoord, of een filter moeten installeren op wat er gedaan kan worden met het netwerk. Ik heb het altijd raar gevonden dat de eis van een beveiliging werd afgeschaft in de Wet Computercriminaliteit, maar ja dat moest van Europa heet het dan. Mij lijkt een wachtwoord dan wel het minste.

Arnoud

Zoekt de OPTA werkgelegenheid?

De OPTA, de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit, wil “passende technische en organisatorische maatregelen” invoeren voor internetaanbieders, zo schreef ik vrijdag.

Deze maatregelen gaan bijvoorbeeld over het filteren of blokkeren van netwerkverkeer dat niet hoort voor te komen, of het helpen bij installeren van firewalls of virusscanners.

Simon Hania, technisch directeur van XS4All op het Opinieweblog vindt dit nergens voor nodig.

Ten eerste zitten de meeste problemen niet bij Nederlandse providers, omdat die zich over het algemeen al goed beveiligen. De meeste problemen zitten bij slecht beheerde servers in het buitenland.

Maar de belangrijkste reden:

Maar waarom ik vooral tegen deze regelzucht ben, is omdat de maatregelen zodanig standaard zijn, dat ze allang door elke welopererende ISP in Nederland genomen zijn. En met de huidige consolidatiegolf in de markt zijn er alleen nog maar weloperende ISPs. We gaan dus nu een reguleringcircus optuigen voor iets dat er al is. Da’s nodeloos ambtenaren aan het werk zetten.

Arnoud

Leesbevestiging in pleitnota

Ik zou het zelf niet snel durven, maar advocaten die nieuwsgierig zijn of de rechter hun pleitnota’s lezen kunnen wellicht wat leren van deze truc:

“The last few times that I sued a spammer in Washington Small Claims Court, I filed a “booby-trapped” written legal brief with the judge, about four pages long, with the second and third pages stuck together in the middle. I made these by poking through those two pages with a thumbtack, then running a tiny sliver of paper through the holes and gluing it to either page with white-out. The idea was that after the judge made their decision, I could go to the courthouse and look at the file to see if the judge read the brief or not, since if they turned the pages to read it, the tiny sliver of paper would break. To make a long story short, I tried this with 6 different judges, and in 3 out of 6 cases, the judge rejected the motion without reading it.”

Meer op Slashdot | Anti-Spam Suits and Booby-Trapped Motions.

Arnoud

Google koopt DoubleClick – privacy-probleem of niet?

Vorige week werd bekend dat Google het advertentiebedrijf DoubleClick koopt. Alhoewel Google heeft laten weten dat DoubleClick naar alle waarschijnlijkheid als zelfstandig bedrijf zal blijven opereren onder het nieuwe moederbedrijf, blijven een hoop mensen zich toch zorgen maken over de privacy-aspecten van deze aankoop. Zowel Google als Doubleclick houden gigantische hoeveelheden gegevens bij over de sites die je bezoekt.

Google weet precies wat je zoekt, en Doubleclick weet welke sites je bezoekt. De combinatie van die twee betekent dan dat Google alles weet wat je op het Web uitspookt. In een recente column (gevonden via Tech Law Prof Blog) geeft David Lazarus een paar mooie voorbeelden. In Nederland werd Remy Chavannes er ook al nerveus van. En Google heeft nu zelfs de Web History dienst die je laat zoeken in alles wat je gedaan hebt via Google, zo las ik op Ars Technica.

Maar is dit nu wel zo’n reden tot zorg? Beide bedrijven bestaan al lang, en houden al even lang al zelf genoeg gegevens bij over gebruikers. Daarmee kunnen ze passende advertenties tonen, en kennelijk zitten een hoop mensen daar op te wachten. Google sleepte tenslotte alleen vorig kwartaal al vier miljard dollar aan advertentie-inkomsten binnen.

Tekenend vind ik wel dat de grootste protesten komen van Microsoft en AT&T. Microsoft was immers eerder zelf van plan om Doubleclick te kopen. Als privacy vooral een zuur argument blijkt van de verliezende concurrent, dan zal het wel meevallen met die inbreuken die GoogleClick gaat plegen. Toch?

Arnoud

Uitkijken met GPLv3 – is deze geschreven voor juristen of programmeurs?

IPcentral Weblog komt met een top 10 van redenen waarom software-ontwikkelaars moeten uitkijken met GPLv3. Het meeste is redelijk kort door de bocht, maar er zit wel een waar woord in item 1 (“De formuleringen uit GPLv3 zijn lastig te begrijpen”):

A license should clearly inform people what they can and cannot do. GPLv3 does neither. Lawyers assume that they could understand it if only they were software engineers, and engineers assume that the lawyers grasp it. Both are wrong.

Dat verklaart waarom juristen zo veel praten over dynamisch en linken (alsof dat de enige manieren zijn om software te combineren) en programmeurs lijken te denken dat het vast wel goed zit omdat er zo veel lange zinnen in staan, en het door een hoogleraar rechten opgesteld is.

Arnoud