Mogen Hyvesfoto’s zomaar in de krant?

verkeerde-karst-tates.pngEen lezer vroeg zich af:

Mag een krant, omroep of weblog zomaar foto’s van een Hyves profiel halen als degene van wie het profiel is in het nieuws is. Bij voorbeeld de foto van de verkeerde Karst Tates op de voorpagina van het AD en het gebruik van Hyves foto’s door Geenstijl.

Ook op “amateurfoto’s” zoals op Hyvesprofielen, Flickr-pagina’s en weblogs zit auteursrecht. Wil een krant of ander medium die foto publiceren, dan hebben ze in principe toestemming nodig van de fotograaf. Er zijn wettelijke uitzonderingen zoals het (beeld)citaatrecht. Als de foto nieuws is, dan mag deze worden getoond bij het nieuwsbericht, maar uiteraard wel met bronvermelding.

In het Karst Tates-voorbeeld denk ik dus dat het wel had gemogen, hoewel de verplichte bronvermelding lijkt te ontbreken. En natuurlijk had men wel de goede foto moeten pakken. Je ziet het vaker, ik herinner me een voorbeeld van langer geleden van een meisje dat onder de trein was gekomen. Een foto van haar Hyve stond bij het artikel.

De Hyves-voorwaarden bepalen alleen dat je Hyves en haar hulppersonen een licentie geeft, en die is beperkt tot gebruik door Hyves zelf. Zo mag Hyves je foto’s laten zien in een reclamefilmpje, en misschien ook wel als illustratie bij een artikel over Hyves aanleveren. Maar daar gaat het hier niet om: de persoon op de foto is in het nieuws en dus leent de krant maar even een foto van iemands Hyves.

Wel heb ik sterk het gevoel dat er hier met twee maten gemeten wordt door de betreffende media. Kranten nemen foto’s over omdat het materiaal er is en “wij de pers zijn”. Maar neem je een foto uit diezelfde pers over voor je weblog, dan krijg je binnen de kortste keren een hoge rekening wegens auteursrechtschending.

Arnoud

Impliciete licenties op toegestuurde productfoto’s

envelop-hand.pngVia Boek9.nl een interessant vonnis over productfoto’s. Als je een CD-ROM met productfoto’s ontvangt, mag je die dan publiceren als winkel zijnde? En, intrigerend: wie heeft die CD eigenlijk opgestuurd als zowel de fotograaf als de groothandel ontkennen dit gedaan te hebben?

Het bedrijf Moooi handelt in designmeubels en had een fotograaf ingehuurd voor een setje mooie productfoto’s. Deze productfoto’s waren auteursrechtelijk beschermd (wat niet altijd zo hoeft te zijn) en doken na enige tijd op op de website “fundadesign.nl” (nu: “designwonen.nl”) en op de website van NPU, waar de fotograaf niet blij mee was. Die stuurde dan ook een rekening, die NPU weigerde te voldoen omdat zij meende een licentie te hebben gekregen om deze foto’s te mogen gebruiken.

NPU had namelijk enkele jaren als wederverkoper van Moooi gewerkt, en in die tijd had zij een CD-ROM gekregen per post waarop de foto’s stonden, plus productomschrijvingen van de producten van Moooi. Dat kon maar één doel hebben: dat NPU die foto’s en teksten op haar site zou plaatsen om zo de Moooi-producten te herverkopen. En dus mocht NPU er vanuit gaan dat zij ook een licentie had onder de auteursrechten op die foto’s om dit te doen. Zoals de rechtbank het formuleert:

Het is immers gebruikelijk dat informatiemateriaal, dat rechtstreeks afkomstig is van de producent/leverancier, door de afnemer van de producten waarop dat informatiemateriaal ziet ten behoeve van de verkoop van die producten in de regel wordt gebruikt en mag worden gebruikt. Dit uitgangspunt wordt overigens bevestigd door de omstandigheid dat ook andere afnemers van Moooi-producten, dus niet zijnde NPU, op hun websites de door [eiser] gemaakte foto’s toonden (en thans tonen).

Alleen: Moooi ontkende die CD-ROM ooit opgestuurd te hebben. En de fotograaf gooide daar nog bovenop dat Moooi die licentie helemaal niet kon geven zelfs als ze die CD hadden verstuurd, omdat de afgesproken licentie alleen voor de geautoriseerde dealers van Moooi gold en dus niet voor NPU. Maar, zo reageerde NPU dan weer, hoe had zij moeten weten dat Moooi slechts voor bepaalde dealers licenties afspreekt?

Een lastige kwestie dus, die sterk draait om de vraag waar die CD dan toch vandaan kwam. Want:

  1. Als de CD direct van Moooi afkomstig was, dan mocht NPU er vanuit gaan dat zij geautoriseerd was om de inhoud daarvan online te zetten om de Moooi-producten te helpen verkopen.
  2. Als de CD van een ander afkomstig was, dan had NPU eerst moeten onderzoeken hoe het zat met licenties op de inhoud.

Omdat niet duidelijk is waar de CD vandaan komt, krijgt NPU de gelegenheid om eens in het archief van de postkamer te gaan zoeken. Ook mag ze getuigen laten opdraven die kunnen verklaren wat er op de envelop stond of wat ze aan begeleidende brieven hebben aangetroffen in die envelop.

Een leuke: ik bewaar echt niet alle licentieteksten bij het materiaal van derden dat ik gebruik. Ik lees het bij het moment dat ik het kopieer, en ga er vanuit dat er later nooit meer iemand komt klagen. Maar kennelijk kun je een jaar later opdracht krijgen om alsnog een licentie te overleggen. Oeps. Ik ga toch maar wat vaker screenshotten wat ik kopieer.

Arnoud

Imiteren van je concurrent, hoe ver mag je gaan? (bij Netters.nl)_

Productfoto’s en -tekst overnemen van je concurrent, mag dat, schreef ik in juni vorig jaar naar aanleiding van een rechtszaak tussen reformwebwinkels De Roode Roos en De Rooij. Nu is er een bodemvonnis (via Boek9.nl) dat een en ander bevestigt. Naar aanleiding hiervan schreef ik een artikel bij webbouwersgemeenschap Netters:

Het sleutelwoord voor een goede site is en blijft goede content. Veel mensen hier bouwen webwinkels voor allerlei artikelen. Wat is dan goede content? Inderdaad, productomschrijvingen, fotootjes en een goede categorie/tagstructuur zodat mensen je producten kunnen vinden en je goed gevonden wordt op de producttermen. Maar ga je dat voor elke winkel opnieuw schrijven? Zeg eens eerlijk, wie hier heeft er nog nooit een producttekstje of foto geleend van de concurrent?

Lees verder in Imiteren van je concurrent, hoe ver mag je gaan? bij Netters.nl.

En ook voor u de vraag: wat vinden jullie van de twee websites? (De Roode Roos en De Rooij). Webwinkels van dertien-in-een-dozijn? Of zit er bij De Roode Roos toch echt wel iets bijzonders?

Arnoud

AD wil principeuitspraak over citaatrecht bij nieuws

regioselect-eindhoven.png Het Algemeen Dagblad daagt de Telegraaf Media Groep voor de rechter wegens ‘onevenredig gebruik’ van zijn nieuwsberichten op de website Telegraaf Regioselect, Tweakers gisteren. Regioselect is een regionale nieuwsbrief van de Telegraaf, met daarin koppen en samenvattingen van artikelen op regionale nieuwswebsites. Volgens het AD wordt daarbij onrevenredig veel gebruik gemaakt van regionale edities van het AD. Het AD wil nu dan ook een principiële uitspraak over citaatrecht bij nieuws. Zo’n uitspraak kan ook bij weblogs en andere internetmedia erg belangrijk zijn.

Samenvatten en doorgeven van nieuws valt onder het citaatrecht (“citeren in de vorm van persoverzichten uit in een dag-, nieuws- of weekblad of tijdschrift verschenen artikelen”), en belangrijker nog onder de zogeheten persexceptie. De pers heeft het recht om actueel nieuws over te nemen. Het is immers een belangrijke vorm van vrije meningsuiting om nieuws te kunnen melden. Wel moet het dan gaan om een “medium dat een zelfde functie vervult” als een dag-, nieuws- of weekblad of tijdschrift. Een nieuwsbrief via internet lijkt me daar in principe wel onder te vallen. Alleen, de nieuwsbrief komt drie maal per week uit. Hoe actueel is de berichtgeving daarin nog?

De nieuwsbrief lijkt mij dan ook eerder een digitale knipselkrant. Ook die kunnen van de persexceptie gebruik maken, maar dat recht is wel beperkter dan bij actueel nieuws. Bij de parlementaire behandeling van de laatste aanpassing van de Auteurswet merkte de minister daarover op dat de grens zou liggen bij

de situatie waar het gebruik van nieuwsberichten een economisch zelfstandige betekenis krijgt en die ook een exploitatiebelang van rechthebbenden raakt, bijvoorbeeld omdat rechthebbenden in die behoefte met behulp van dienstverlening voorzien.

In die gevallen zou de zogeheten driestappentoets uit de Berner Conventie de doorslag moeten geven bij de vraag of er sprake is van een legitiem gebruik van de persexceptie. En dat zal neerkomen op de vragen of de “normale exploitatie” van de regionale AD-websites wordt aangetast, en of dat een onredelijke schade oplevert voor het AD.

In PCM vs. kranten.com werd erkend dat een overzicht van koppen met hyperlinks maken mocht, “om op deze wijze een overzicht van de berichten en artikelen in diverse media te geven.” Hoe belangrijk dat ‘diverse media’ was in dit vonnis durf ik niet te zeggen, maar ik zou verwachten dat het vonnis anders uitgevallen was als men zich maar op één site had gebaseerd.

Update (3 februari) via-via hoor ik dat er is geschikt. Geen toelichting over de onderlinge afspraken.

Arnoud

Associated Press gek geworden, wil geld voor citaten

tarieflijst-ap-citaten-nieuws.jpgVorige week werd bekend dat de Associated Press boos was op weblog Drudge Retort vanwege het overnemen van stukjes van nieuwsberichten. Het overnemen van een kop en ‘lead’ (eerste alinea) van een nieuwsbericht zou inbreuk op het auteursrecht zijn, aldus de sommatiebrief van AP naar het linkse alternatief voor de Drudge Report. Na heftige kritiek kwam AP met een oplossing: men biedt nu betaalde licenties aan voor het gebruik van enkele woorden.

Onzin natuurlijk, want het overnemen van de titel en eerste alinea van een tekst valt volledig binnen de grenzen van het citaatrecht. Op die manier kondig je namelijk aan wat er in die tekst te lezen is. En voor citaten hoef je niet te betalen, zolang je maar de bron vermeldt. Iets dat vrijwel elke blogger doet bij het citeren van een stukje uit een nieuwsbericht.

Dutchcowboys schrijft nog:

De actie van AP is op zijn minst opvallend te noemen. Er wordt online zeer veel gebruik gemaakt van het quoten van nieuwsdiensten en andere websites/ blogs. Bovendien is het verkrijgen van links van anderen voor velen juist heel belangrijk. Ook al linken de betreffende bloggers naar de AP, het AP wil niet gequote worden. Is hier sprake van een trend? Het AP heeft immers vaker dit soort dingen gedaan. En gaat dit straks overwaaien naar Europa?

Ik maak me daar geen zorgen om. Het citaatrecht is duidelijk voor gevallen als dit. Bovendien hebben we voor nieuwsmedia nog een andere wettelijke uitzondering. Nieuwsmedia mogen gratis nieuwsberichten van elkaar overnemen namelijk, zo staat in artikel 15 van de Auteurswet.

De vier eisen uit het wetsartikel voor een toegelaten overname van het artikel zijn:

  1. Het overnemen moet gebeuren door een dag-, nieuws- of weekblad of tijdschrift, in een radio- of televisieprogramma of ander medium dat een zelfde functie vervult.
  2. Artikel 25 moet in acht worden genomen (dat wil zeggen, het artikel mag niet zomaar worden gewijzigd of verminkt).
  3. De bron, waaronder de naam van de maker, moet op duidelijke wijze worden vermeld.
  4. Het auteursrecht mag niet uitdrukkelijk zijn voorbehouden, behalve als het om gewoon nieuws gaat, daarvoor kan geen voorbehoud worden gemaakt.

Is een blog of nieuwssite een “medium dat een zelfde functie vervult”? Jazeker. Websites zijn vandaag de dag zonder meer op één lijn te stellen met de traditionele, gedrukte media zoals dagbladen en tijdschriften. Zeker wanneer zij actueel nieuws verzamelen over hun onderwerp en dit aan hun bezoekers beschikbaar stellen. Dit is ook al eerder in de rechtspraak erkend. Zo werd in de Kranten.com-zaak de website kranten.com als een persorgaan in de zin van artikel 15 Auteurswet aangemerkt (r.o. 4.6).

De website kranten.com is als een persorgaan in de zin van artikel 15 Aw aan te merken. Kranten.com geeft immers uitsluitend een actueel overzicht van de titels op de websites van diverse media. Daarmee is zij niets anders dan een nieuwsmedium dat periodiek (te weten dagelijks) een overzicht geeft van hetgeen die media actueel melden, waarbij de namen van die media uitdrukkelijk worden genoemd.

Kranten.com nam weliswaar alleen koppen over, maar artikel 15 staat toe om het gehele nieuwsartikel over te nemen.

En alsof het nog niet duidelijk genoeg was dat websites onder “nieuwsmedia” konden vallen, is in 2004 de Auteurswet gewijzigd, onder andere met een verruiming van dit artikel 15. Bij de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel blijkt expliciet dat het de bedoeling van de wetgever was om websites onder de reikwijdte van artikel 15 te kunnen rekenen:

Het voorgestelde artikel 15 breidt de werkingssfeer van de bepaling thans expliciet uit tot andere media die een soortgelijke functie als de geschreven en ongeschreven media vervullen. In navolging van het advies van de commissie auteursrecht is geopteerd voor een functionele benaderingswijze. … Afhankelijk van de concrete omstandigheden van het geval kunnen de websites van een schoolkrant, een sportvereniging en een individuele website binnen de reikwijdte van de beperking vallen. Rechthebbenden die daar bezwaar tegen hebben kunnen hun belangen beschermen door het maken van een voorbehoud.

Ik zou dus werkelijk niet weten hoe Associated Press, of welke krant of persmedium dan ook, geld zou kunnen vragen voor het overnemen van een lead of zelfs een heel nieuwsbericht.

Via Singularity (bedankt, Olivier!)

Arnoud

Productfoto’s en -tekst overnemen van je concurrent, mag dat?

Stel je wilt een webwinkel beginnen. Dan zijn foto’s en teksten van je producten natuurlijk een must. Dat kun je wel zelf gaan schrijven en fotograferen, maar niet iedereen heeft daar zin in. Wat doe je dan? Dan kopieer je dat van de concurrent. En wat doet die dan? Die begint een rechtszaak wegens inbreuk op het auteursrecht.

Webwinkel De Roode Roos had teksten en foto’s van “orthomoleculaire voedingssupplementen” (wie weet wat dat zijn, mag het zeggen) online. Concurrent De Rooij bleek dezelfde foto’s en teksten te hebben, inclusief spelfouten. Inbreuk op het auteursrecht, volgens De Roode Roos. Welnee, volgens De Rooij. Die teksten kwamen uit het Vademecum Integrale Geneeswijzen, en die foto’s waren helemaal niet auteursrechtelijk beschermd.

Pardon? Natuurlijk, als er geen creativiteit bij een foto komt kijken, zit daar geen auteursrecht op. Denk aan een pasfoto uit zo’n fotohokje, of de opnames van een vast opgehangen beveiligingscamera. Maar er is meestal maar bar weinig creativiteit nodig. Een productfoto vereist toch enig nadenken over hoek, belichting, kleurstelling en dergelijke om het product goed uit de hoek te laten komen. Maar De Roode Roos had toch iets meer moeten doen:

Het product maakt het hoofdbestanddeel uit van de foto, daaromheen is slechts een klein wit kader te zien. Kennelijk stond bij het maken van de foto’s een zo objectief mogelijke weergave van het product, van hoge kwaliteit en met goede zichtbaarheid van het etiket, centraal. … Hoewel de voorzieningenrechter niet ontkent dat ook binnen dit kader nog marginale variaties mogelijk zijn, zijn deze in dit geval van ondergeschikt belang aan de zo natuurgetrouw en correct mogelijke weergave van het te fotograferen product.

Daarmee waren deze productfoto’s niet auteursrechtelijk beschermd. Het enige creatieve was het watermerk met het logo van De Roode Roos, en juist dat had De Rooij er afgesloopt voordat ze de foto overnamen.

Ook op de teksten zat geen auteursrecht. De Roode Roos had niet letterlijk overgetypt, maar zich wel zwaar gebaseerd op dat Vademecum, en op de etiketten van de producten. Bovendien beschreven de teksten alleen kort en zakelijk objectieve informatie over de producten. En een opsomming van eigenschappen en ingrediënten van een product is niet auteursrechtelijk beschermd.

Toch kwam De Rooij niet zomaar weg met het overnemen van al die teksten en foto’s. Zo veel materiaal van je concurrent overnemen is maatschappij onzorgvuldig (“niet netjes”) en daarom toch onrechtmatig. In plaats van alles bij je concurrent te halen, had je ook zelf wat foto’s en teksten kunnen maken. Profiteren van het werk van je concurrent is niet de bedoeling.

Via Volledig bericht, pardon Boek 9.

Arnoud

Hergebruik van andermans idee, mag dat?

Een lezersvraag over de mogelijkheid andermans idee te hergebruiken:

In een Amerikaans boek kwam ik iets interessants tegen. Een bekende designer heeft een systeem ontworpen waarmee hij alle vrouwen in kan delen in 48 types (wel zo gemakkelijk toch?). Helaas doet hij hier verder weinig mee (hij heeft dus alleen dat boek geschreven). Ik vind dat zijn ideeën ook in Nederland verspreid moeten worden. De inhoud, titel, vormgeving moet dan echter wel drastisch worden veranderd (te Amerikaans). De opzet van het boek is verder prima. In hoeverre schend ik zijn auteursrecht wanneer ik “zijn theorie en ideeën” als uitgangspunt neem voor een eigen boek?

Een idee is vrij. Je mag dus je eigen boek schrijven over 48 types vrouwen. Wat niet mag, is de uitwerking uit dat boek vertalen en in je eigen boek overnemen. De namen en beschrijvingen van die 48 types zul je dus zelf moeten invullen. Maar ik denk dat Nederlandse vrouwen onvergelijkbaar zijn met Amerikaanse, dus dat zou geen probleem moeten zijn. (Toch? Dames, laat van u horen, tot nu toe is deze blog men only gebleken)

Vermeld je zijn theorie, dan mag je stukken citeren uit zijn boek (ook in vertaling), mits je dat maar zo kort mogelijk houdt en uiteraard de bronvermelding noemt.

Geheel los van het auteursrecht en andere juridische zaken denk ik dat het wel zo netjes is om te noemen op wiens werk je je baseert. Het kan worden gezien als plagiaat om zonder bronvermelding je eigen uitwerking van andermans idee te presenteren. Ook als er geen sprake is van inbreuk op het auteursrecht.

Arnoud

De geschriftenbescherming: tegen integraal overnemen

Naar aanleiding van het Jaap-vonnis nog even over de geschriftenbescherming die succesvol ingeroepen werd tegen de integrale overnamen van huizenomschrijvingen van de makelaarsites. De tekstjes in kwestie waren zo kort dat je je af kunt vragen of ze wel creatief genoeg waren voor auteursrecht. Maar dat deed er niet toe, want Jaap nam integraal over en dat mag ook niet bij “onpersoonlijke geschriften”.

Artikel 10, lid 1, sub 1 van de Auteurswet bepaalt dat onder werken van letterkunde, wetenschap of kunst mede verstaan worden “alle andere geschriften”. Uit met name dat alle heeft de Hoge Raad afgeleid dat voor geschriften de eis van creativiteit en originaliteit niet geldt. De enige eisen zijn:

  1. De tekst is op schrift gesteld. Een elektronisch geschrift telt ook.
  2. <li>De geschriften zijn openbaar gemaakt of bestemd om openbaar te worden gemaakt. Boodschappenlijstjes zijn dus niet beschermd door de geschriftenbescherming.</li>
    

Een puur feitelijk en zakelijk lijstje woorden is als zodanig dus ook beschermd. De omvang van de bescherming is wel een stuk minder dan bij creatieve werken. Alleen het openbaar maken en/of verveelvoudigen van een ‘eenvoudige herhaling’ van het werk is verboden.

Wel moet bij inbreuk worden bewezen dat er specifiek van dat geschrift is overgenomen. Dat is lastiger dan het lijkt: is mijn woordenlijst ontleend aan het Groene Boekje, het Witte Boekje of de dikke Van Dale? Je moet dan bijvoorbeeld kijken naar typefouten en andere slordigheden die uniek zijn voor het geschrift.

Geschriftenbescherming staat los van de auteurswet. Zoals Dick van Engelen het omschrijft:

Uit het Televizier-arrest (NJ 1966, 116) blijkt dat, hoewel deze geschriftenbescherming op een uitleg van artikel 10(1)(1) Aw is gebaseerd, het geen auteursrecht betreft maar om een sui generis recht gaat. De Hoge Raad gaf aan dat de bepalingen van de Auteurswet slechts naar analogie op niet-oorspronkelijke geschriften van toepassing zijn. Voor ieder voorschrift van de Auteurswet dient afzonderlijk bekeken te worden of, en in hoeverre, dat op een niet-oorspronkelijk geschrift van toepassing is.

Geschriftenbescherming is altijd een ‘hot topic’ geweest voor juristen. Het past niet binnen de Auteurswet, die immers ontworpen is voor creatieve en originele werken. Geschriftenbescherming beschermt iets dat met alleen hard werken (een lijstje maken) verkregen is.

Toen de Databankenrichtlijn er door kwam, was dan ook de verwachting dat de geschriftenbescherming opgeheven zou worden. Een databankrecht was specifiek bestemd voor het beschermen van lijstjes die met hard werken maar zonder creativiteit verkregen was.

Geschriftenbescherming komt uit de auteurswet, en ook die werd aangepast naar aanleiding van de Databankenrichtlijn. Voor lijstjes en dergelijke mocht vanaf toen alleen nog de eis worden gehanteerd dat “de keuze of de rangschikking van de stof een eigen intellectuele schepping van de maker vormt”. Een bloemlezing of een lijst met de “Top 100 mooiste popsongs” is daarmee beschermd. Maar een onpersoonlijk geschrift waaruit geen creatieve keuze of rangschikking blijkt, valt buiten de boot. Einde van de geschriftenbescherming dus.

Niet helemaal. Uit de parlementaire geschiedenis van de wetswijziging blijkt dat de wetgever bij de omzetting van de Databankenrichtlijn er uitdrukkelijk voor heeft gekozen om de geschriftenbescherming krachtens de Auteurswet in haar toen bestaande vorm te handhaven. Art. 10 lid 4 van de Auteurswet sluit alleen geschriftenbescherming uit voor geschriften die als databank te zien zijn. Professor Hugenholtz (IVIR) merkte al in zijn annotatie bij Hof van Justitie 9 november 2004 (British Horseracing Board/William Hill) op dat dit niet hoort:

de richtlijn is in de Nederlandse wet verkeerd geïmplementeerd. De wet had geen ruimte mogen laten voor auteursrechtelijke bescherming van niet-oorspronkelijke databanken, ongeacht of daarin substantieel geïnvesteerd is of juist niet.

Geschriftenbescherming blijft daarmee een rare kronkel in het Nederlands auteursrecht.

Lex Bruinhof van Wieringa Advocaten ergert zich aan het oprekken van de geschriftenbescherming tot ook foto’s:

Een foto kan dus tot geschrift worden (althans onder dezelfde bescherming vallen) als deze samen met tekst één geheel vormt. Aldus de rechter, althans. Dat gaat mij veel te ver. De geschriftenbescherming is al een buitenbeentje in ons auteursrecht; het ook nog eens gaan oprekken daarvan is mijns inziens vragen om moeilijkheden. En ook helemaal niet nodig. In mijn beleving zijn foto’s op makelaarssites doorgaans oorspronkelijk genoeg om voor bescherming in aanmerking te komen. Maar goed, de rechter erkent thans dus ook “fotogeschriften”.

Arnoud

Huizenzoekmachine Jaap moet stoppen met overnemen

Huizenzoekmachine Jaap mag niet langer de teksten en foto’s van te koop staande huizen overnemen van makelaarsites, inclusief Funda, zo bepaalde de rechter afgelopen donderdag. Wel mag Jaap korte stukjes, adresgegevens en een thumbnail-versie van de foto blijven gebruiken. Het waren eigenlijk stiekem twee zaken, die de rechtbank nu tegelijk afdoet.

In de ene zaak (LJN BB1207) had de stichting Baas in eigen Huis een proces aangespannen tegen huizenzoekmachine Jaap. Die stichting heeft als doel het behartigen van de belangen van makelaars inzake intellectuele eigendomsrechten.

In de andere zaak (LJN BB1209) had Jaap Funda, NVM en de stichting gedaagd met als eis dat deze zouden stoppen met het bemoeilijken van Jaap’s dienst. Zo zou de NVM haar leden geen aanwijzingen meer mogen geven over het hinderen van Jaap, en al helemaal niet door gebruik te maken van de erecode van makelaars.

Eerst maar eens de inbreuk. De huizenzoekmachine Jaap verzamelt gegevens over te koop staande huizen en stelt die gratis beschikbaar op hun eigen site. Niet alleen van de bekende sites zoals Funda, maar ook van andere sites. Nu bestaan dit soort huisadvertentieverzamelsites (scrabble!) al langer, maar Jaap wijkt op een belangrijk punt af van bijvoorbeeld Zoekallehuizen.nl: Jaap kopieert alle gegevens naar hun eigen site. Sites als Zoekallehuizen werkten met dieplinks vanaf de overzichtspagina, waardoor bezoekers van ZAH meteen bij de makelaar in kwestie uitkwamen. Dat mocht.

“Jaap neemt meer over dan Zoekallehuizen.nl, die laatste plaatst slechts een kleine foto en een tekst van 155 karakters. Dat Jaap neemt alles over. Is er dan nog sprake van citaatrecht?” vroeg Tjeerd Overdijk van Steinhauser Hoogenraad zich af in het AD.

Overnemen is wat anders dan linken, zelfs als je bij de link een stukje overneemt of een verkleinde foto laat zien. Dat was -zo bleek uit de ZAH-zaak– een toelaatbaar citaat:

ZAH doet in feite niet meer dan nodig is om de gebruiker in staat te stellen de voor hem (mogelijk) van belang zijnde websites van de makelaars te vinden door daarnaar te verwijzen via enkele belangrijke gegevens. Het gebruik van deze gegevens valt te beschouwen als of staat op gelijke voet met het citeren uit een werk ten behoeve van een aankondiging. Het heeft immers de strekking de gebruiker aan te kondigen wat hij te zien zal krijgen als hij de door ZAH aangeboden hyperlink volgt.

Overnemen is in principe inbreuk op het auteursrecht.

Jaap’s verweer was sterk: die teksten zijn kort en feitelijk, en de foto’s weinig creatief, dus er is geen sprake van auteursrecht. En zonder auteursrecht is overname gewoon toegestaan.

Nu hebben we in Nederland alleen een eigenaardige kronkel in het auteursrecht. Ook zogeheten onpersoonlijke geschriften zijn beschermd door het auteursrecht. Kort door de bocht geformuleerd zit ook auteursrecht op wat je krijgt als je een paar keer met je vuist op het toetsenbord slaat en dat publiceert. Dat recht (geschriftenbescherming) is wel veel beperkter. Alleen als er sprake is van (bijna) letterlijk overnemen van (zowat) de hele tekst, is sprake van inbreuk op dit recht. U mag dus rustig op uw toetsenbord blijven meppen.

En met deze kronkel heeft de stichting toch een recht gevonden dat ingezet kan worden tegen Jaap. Want Jaap neemt alles letterlijk over.

De rechter zag wel in dat het volledig verbieden van Jaap ook weer te ver ging. Zeker omdat sites als Zoekallehuizen wel informatie mogen overnemen van Funda en andere sites. De oplossing? Verbied het, behalve als

de overgenomen en gepubliceerde gegevens niet meer omvatten dan (i) een tekst met maximaal 155 tekens, (ii) daarnaast de adresgegevens en (iii) de vraagprijs van het object, alsmede een bij een en ander te plaatsen foto met een formaat van ten hoogste 194×145 pixels.

Op zich word ik altijd heel zenuwachtig van auteursrechtelijke regels met getallen er in, want ze gaan al snel een eigen leven leiden. Zo heeft de BUMA in 1997 ooit eens gezegd dat ze geen rekening sturen voor fragmenten van 10 seconden, wat zich ondertussen vertaald heeft naar “een citaat mag maximaal 10 seconden duren”. Maar goed. In dit geval is duidelijkheid gewenst, anders zitten de partijen volgende maand weer voor de rechter.

Oh ja, en dat andere vonnis. Daarin protesteerde Jaap dus tegen het gelobby van de stichting en van de NVM om makelaars zo ver te krijgen dat ze Jaap de toegang tot hun site zouden ontzeggen. Maar dat mocht, omdat Jaap fout zat. Handig dat dat net in het eerste vonnis besloten was. De brief was ook niet meer dan een reactie op Jaap’s acties, en wie hard inzet moet niet gek opkijken als hard teruggeslagen wordt.

De rechter werd nog mooi geciteerd in de NRC:

De rechter begreep de eis van de NVM-makelaars niet goed. Hij onderbrak één van de advocaten en vroeg: „Waarom zou een makelaar zijn auteursrecht beschermen? Het is toch in het belang van woningverkopers dat op zo veel mogelijk plekken is te zien dat hun woning te koop staat?”
Maar ja, het gaat niet alleen om de belangen van de makelaars. Voor een belangenorganisatie als de NVM is ook het exclusief houden van de groep belangrijk. Dat geeft meerwaarde aan het etiket ‘NVM’.

Arnoud

Overnemen van nieuwsberichten door blogs

Wie blogt over nieuws, mag best stukjes van nieuwsberichten overnemen (met bronvermelding, dat wel). Dat is een citaat, en als onderdeel van commentaar op het nieuws of wijzen op een nieuwsbericht mag dat.

Een heel bericht overnemen is lastiger. Er is een uitzondering in de auteurswet die zegt dat persorganen zakelijk nieuws van elkaar mogen overnemen. Via die uitzondering is dus het voorlezen van de ochtendbladen in het ochtendjournaal toegestaan. En het lijkt mij dat een nieuwsblog aanspraak kan maken op diezelfde uitzondering en dus nieuwsberichten mag overnemen van andere sites.

Op De Telegravin las ik over een wel heel extreem geval: de site NOSmagazine.nl werd gesommeerd om te stoppen met het overnemen van complete nieuwsberichten. Weliswaar werd er een bronvermelding gegeven (“Powered by WordPress & NOS”, helemaal onderaan), maar een site wordt geen nieuwssite door er gewoon maar nieuws op te plakken.

De NOS schreef ze dan ook:

Met het overnemen van nieuwsberichten afkomstig van de officiele websites van het NOS Journaal, en het kopieren van de vormgeving van de NOS vormt u een enstige inbreuk op het merken- en auteursrecht van de NOS.
Bovendien zou sprake zijn van misleiding, nu de naam van de site ook nog eens het woord “NOS” bevat. De kans is immers reëel dat mensen denken dat NOSMagazine.nl een site is van de NOS zelf.

De makers zien dat anders, zij onderhouden slechts een fansite:

Wij hebben dus besloten, er zat niks anders op, om deze site te doen stoppen, wij vinden dit natuurlijk erg jammer en hebben dan ook laten weten dat: Wij teleurgesteld zijn in dit besluit, maar absoluut niet de bedoeling was om mensen te misleiden, want NOS Magazine was een FANSITE die gemaakt én bezocht werd door liefhebbers en fans van het NOS Journaal.
Toch hebben ze er voor gekozen om de site te sluiten. Een paar reacties suggereren om terug te gaan naar het oude adres nosmagazine.web-log.nl omdat web-log “wel het maken van fansites toelaat”. Natuurlijk mag je best een fansite voor de NOS maken, maar gewoon al het nieuws overnemen is geen fansite. En het webadres is daarbij totaal irrelevant.

Arnoud