TLC: zijn digitale kopieën van publiek-domein werken beschermd door het auteursrecht?

Olivier Oosterbaan (zwaai) heeft weer een mooie analyse op zijn blog Technology Law Culture: zijn digitale reproducties van werken uit het publieke domein beschermd door het auteursrecht?

First, as background, we will explain why we want to use such a work, and why we prefer or even need to use a reproduction made by someone else. Second, we will explain why explicit permission to use such reproduction might not be necessary as far as copyright is concerned. Third, we will explain why again we will err on what is perhaps the safe side of things (…).

Arnoud

Innovatie in draadloos breedband: Nederland versus VS

In Nederland zal het nog wel even duren voor we landelijk draadloos breedband hebben. Het laatste nieuws hier is dat we een “proeftuin voor digitale diensten” gaan beginnen dit najaar. Zo kan bijvoorbeeld een rederij in de haven een kleine FM-zender neerzetten om wachtende passagiers via de autoradio te informeren. Hoe innoverend.

Nee, dan de VS. Daar komt het 700 MHz spectrum vrij omdat alle Amerikaanse televisie in 2009 digitaal moet zijn. De FCC organiseert een veiling voor bedrijven die draadloze breedbandnetwerken op deze frequenties willen aanbieden. Traditioneel zitten in de VS draadloze netwerken meestal stevig op slot, en de apparaten zijn beperkt in hun mogelijkheden. Dankzij lobbywerk van Google gelden voor dit spectrum nu andere regels.

Die netwerken moeten open zijn: klanten mogen op zo’n netwerk willekeurige applicaties gebruiken, zoals bijvoorbeeld Skype, en het moet werken met elk apparaat op het draadloos netwerk. Het belangrijkste doel van de veiling lijkt daarmee gedeeltelijk gehaald: met zo’n open netwerk ontstaat een derde manier van toegang tot Internet, naast kabel en (ADSL)-telefoon.

In een kritisch artikel in Fortune maakt Brent Schlender zich nog zorgen over de marktmacht van Google die blijkt uit dit lobbywerk en wat Google van plan is met die bandbreedte. Google is een advertentiefirma die zo veel mogelijk kanalen wil openstellen om advertenties aan gebruikers van hun diensten te kunnen tonen:

Google wants to take its breathtakingly profitable targeted advertising beyond PCs and inject it into any other medium it can find, whether it be radio or TV or even newspapers and magazines. But the biggest prize of all may be cellphones. Why? Because there are so damn many of them, and they’re behaving more and more like pocket-sized, full-blown computers (e.g. the iPhone).

Ik hoef geen iPhone, maar ik wil wel landelijk dekkend draadloos breedband. Dan zoek ik op de site wel op wanneer de veerboot vertrekt.

Arnoud

Zit Microsoft aan GPLv3 vast?

GPL versie 3 is tegen Microsoft. En helemaal tegen die man die die creatieve deal met Novell bedacht heeft, waarbij Microsoft tegen betaling octrooilicenties geeft aan klanten van Novell voor het gebruik van SuSE Linux. Dus liep GPLv3 acht maanden achterstand op met als doel een constructie te verzinnen waardoor Microsoft nu aan GPL versie 3 hangt.

Op het eerste gezicht lijkt dat raar. Microsoft verspreidt geen GPL versie 3 software, en heeft dus geen GPL licentie nodig zou je zeggen. Bovendien, alleen de licentietekst aanpassen is niet genoeg. Microsoft moet ook iets doen waaruit blijkt dat ze akkoord zijn met de licentie. Zo meldde Slashdot onlangs dat een advocaat heeft gezegd (jaja, betrouwbare bronnen) dat Microsoft niet aan GPL versie 3 vastzit. Want, zo vertelt ze:

The strategy, Lam-Beattie said, will ultimately fail because parties have to willingly enter contracts, and contracts can’t be retrospective.

In this case, she said, Microsoft never acted – never ‘entered’ into the agreement, and the terms and conditions can only apply to new actions by Microsoft, not older ones. She said: “Their actions so far are not enough to say that they are bound.”

Maar het gaat niet om het feit dat Novell en Microsoft ooit een overeenkomst sloten en dat daardoor Microsoft nu aan GPL versie 3 vastzit. Dat kan inderdaad niet. “Iedereen die vorig jaar een contract sloot met Novell, verklaart zich daarmee nu alsnog akkoord met mijn licentie.”

Dat stukje “willingly” is gedeeltelijk waar. Je kunt in principe niet aan een contract gebonden worden tegen je wil. Maar als jij doet alsof je het wel wilt, kun je achteraf niet zeggen dat je het eigenlijk stiekem toch niet wilde. Als je iets doet waaruit blijkt dat je akkoord bent met de licentie, kun je daarna niet meer roepen dat je dat eigenlijk niet wilde. Zeker bij auteursrecht. Stel je verspreidt software. Dan ben je of akkoord met de licentie, of je bent auteursrecht aan het schenden. Wat is nu het meest logisch? Ik zou zeggen dat je akkoord bent met de licentie.

Nee, het plan is anders. En het gaat wel degelijk over toekomstige activiteiten. Zoals ik al schreef op Livre: Novell gaat straks GPL versie 3 software verspreiden, en Microsoft geeft Novell-klanten daar een octrooilicentie op. Maar GPL versie 3 eist dat Novell zo’n licentie voor de hele wereld had moeten afsluiten. Dus Novell schendt de GPL door toch te verspreiden met zo’n beperkte licentie.

Microsoft zet Novell daartoe aan. We weten uit de Amerikaanse Grokster-uitspraak dat “aanzetten tot inbreuk” ook inbreuk op het auteursrecht is (wat laatst nog bij een pornozaak aan de orde was). En de GPL zegt dat je je akkoord verklaart met de GPL door iets te doen dat normaal inbreuk is. Dus Microsoft zit nu vast aan GPL versie 3 en licentieert daarmee al haar octrooien gratis aan de hele open source gemeenschap. Pardon, vrije software gemeenschap.

Arnoud

Vraag het Mr. Ras: Wanneer is een blog hoster aansprakelijk? (op ISPam.nl)

In de serie Vraag het Mr. Ras op ISPam.nl beantwoordt Steven Ras van ICTRecht vragen over internetrecht. En zolang hij mij linkt bij de antwoorden, verwijs ik er graag naar. 🙂

De nieuwste vraag gaat over de aansprakelijkheid van providers. Een hostingprovider is in principe niet aansprakelijk voor informatie die klanten via hun websites of blogs op de server van de provider aanbieden. De wet bepaalt dat providers wel moeten werken met een “notice and take down” regime: optreden bij klachten. Maar wat is nu gepast optreden?

Indien jullie een melding ontvangen met het verzoek bepaalde informatie te verwijderen of te blokkeren, dient deze melding door jullie te worden beoordeeld. Mijn advies bij de beoordeling:
  • Niet aan de informatie komen bij twijfel over de onrechtmatigheid. Raadpleeg eventueel een jurist.
  • Verwijder of blokkeer de informatie indien onomstotelijk vaststaat dat het onrechtmatige informatie betreft (bijvoorbeeld zoals de in de vraag genoemde speelfilm).
Bij twijfel zal uiteindelijk de rechter moeten beoordelen of de informatie daadwerkelijk onrechtmatig is. Ik ben namelijk van mening dat een webhoster niet op de stoel van de rechter moet gaan zitten.

En zo hoort het ook. Zorgelijk is de ontwikkeling dat de webhoster of provider juist gedwongen wordt zelf te beslissen of iets onrechtmatig is.

Arnoud

Een ideeënbus is nog geen open innovatie

Open innovatie is cruciaal om te kunnen blijven innoveren. Bij open innovatie gebruik je niet alleen je eigen ideeën en concepten, maar ook en juist die van anderen. Hoe krijg je nu ideeën van anderen binnen? Een populaire manier is het ideeënplatform: een website waar bedrijven aangeven met welke problemen ze worstelen, en wie de oplossing heeft, kan deze aanleveren. Het wordt wel gepromoot als de “elektronische ideeënbus“.

En daar zit gelijk het probleem. Bedrijven kennen de ideeënbus: mensen geven je een idee, en dan beslis jij wat je er mee wilt. Ga je het gebruiken, dan krijg de medewerker een mooi stuk papier voor aan de muur. Goed gedaan jochie!

Die denigrerende houding naar “innovatie buiten de deur” zie je ook weer terug bij dit soort activiteiten. Maar dan wat juridischer geformuleerd: alle rechten op uw idee komen toe aan ons. Wat zegt Fellowforce, dat zich promoot als platform voor open innovatie, bijvoorbeeld:

By posting an innovation proposal or challenge pitch, you transfer all rights, including intellectual property rights, to the receiving organization, giving the receiving organization the unrestricted right to use and disclose any of the posted materials. As third parties may receive the same ideas or freely copy unpatented ideas, most companies are unwilling to accept any restrictions on postings except for claims arising under patents. Please recognise that it is not in any organizations interest to not reward a legitimate posting. They need you and your ideas!

Fellowforce staat daarin niet alleen. Het Nederlandse Battle of Concepts doet hetzelfde.

Dat is geen open innovatie maar juist zo gesloten als het maar kan. Nog steeds weigeren bedrijven te zien dat anderen ook nuttige innovaties kunnen produceren en dat je daar op voort kunt bouwen. Een idee van buiten inpikken is geen open innovatie. Het gaat om samenwerken en het creëren van een markt voor innovatie. Bij open innovatie verdien je geld door uitvindingen en oplossingen te kopen en verkopen.

Fellowforce zegt dan nog wel “Open innovation is about building a relation with experts and enthusiasts on the outside” maar mist volledig waar het om gaat. Een relatie opbouwen doe je niet door te zeggen “geef alles maar hier en vertrouw ons dat we je zullen betalen”. Een relatie krijg je als je iemand betaalt voor het gebruik van je vinding.

Arnoud

Is Surfnet een openbare Internetaanbieder?

Planet meldt over een “keiharde botsing tussen Surfnet en de OPTA”. De OPTA is belast met het toezicht op de naleving van de Telecommunicatiewet. Openbare Internetproviders moeten zich aan allerlei regels uit die wet conformeren, waar besloten providers geen last van hebben. Surfnet biedt netwerkdienstverlening voor de aangesloten organisaties, en ziet zichzelf niet als een openbare Internetprovider:

Surfnet zegt zich met aanbod van toegang tot internet te beperken tot onderzoek, onderwijs en culturele instellingen, zo ongeveer het veld van het ministerie van OC&W, onderwijs, cultuur en wetenschap. Het departement financiert Surfnet indirect het meest via bijdragen die onderwijs- en onderzoeksinstellingen betalen voor de internetontsluiting.

De OPTA heeft nu Surfnet gesommeerd zich te conformeren aan de Telecommunicatiewet. In het besluit motiveert de OPTA waarom zij vindt dat Surfnet wel degelijk een openbaar elektronisch communicatienetwerk exploiteert en daarom gebonden is aan de wet.

Dat Surfnet een wat de wet noemt “elektronisch communicatienetwerk” onderhoudt, is duidelijk. De vraag is dus of het een “openbaar” netwerk is. Dat is het geval als sprake is van een

elektronisch communicatienetwerk dat geheel of hoofdzakelijk wordt gebruikt om openbare elektronische communicatiediensten aan te bieden, waaronder mede wordt begrepen een netwerk, bestemd voor het verspreiden van programma’s voor zover dit aan het publiek geschiedt.

En een “openbare elektronische communicatiedienst” is dan weer een “elektronische communicatiedienst die beschikbaar is voor het publiek”. Dat wordt uitgelegd als hoofdzakelijk beschikbaar voor het publiek. Wordt het Surfnet-netwerk dus hoofdzakelijk gebruikt voor elektronische communicatiediensten voor het publiek?

Surfnet zelf stelt dat hun netwerk niet beschikbaar is voor het publiek, maar uitsluitend voor de instellingen die passen binnen de doelomschrijving. Nu is dat misschien wat simpel gezegd, er zijn Internetproviders genoeg die zich op specifieke doelgroepen richten (bedrijven, nonprofit instellingen, particulieren) maar daarmee zijn ze nog wel openbaar. Bij de behandeling van de Telecommunicatiewet werd bijvoorbeeld een bedrijfsnetwerk (LAN) genoemd als voorbeeld van een besloten communicatiedienst. Maar waar trek je de grens?

De OPTA grijpt naar de definitie die gebruikt werd bij de vergunningsprocedure rond Public Access Mobile Radio, een openbaar elektronisch communicatienetwerk voor mobiele communicatiedienstverlening ten behoeve van besloten gebruikersgroepen. En die regeling definieert een besloten gebruikersgroep als volgt:

Een besloten gebruikersgroep bestaat uit gebruikers van elektronische communicatiediensten die onderling een duurzame professionele relatie hebben en daardoor binnen de groep een communicatiebehoefte hebben die voortvloeit uit het gemeenschappelijke belang dat aan deze duurzame relatie ten grondslag ligt. De duurzame professionele relatie omvat meer dan alleen het gezamenlijk afnemen van elektronische communicatiediensten en de besloten gebruikersgroep is niet uitsluitend opgezet om elektronische communicatiediensten af te nemen.

Het criterium wordt hiermee of de groep vooral onderling wil communiceren. Bij een bedrijfsnetwerk is dat duidelijk de bedoeling. Een Internetprovider voor particulieren wil het juist mogelijk maken dat de klant met de hele wereld kan communiceren. Klanten kunnen ook wel met elkaar communiceren natuurlijk, maar dat is in principe irrelevant.

Surfnet gaat bezwaar maken, en vermoedelijk daarna in beroep. Ondertussen heeft Surfnet zich toch maar geregistreerd.

Arnout Veenman ziet het als het zoveelste bewijs van de reguleringsdrang van de OPTA.

Arnoud

Laat je presentaties plakken

Op Presentation Zen een boekbespreking van drie nieuwe boeken over presenteren. Of nou ja, presenteren: er staat geen woord over Powerpoint of hoe je interactieve Flash in een bolletjeslijst integreert in.

Most of the great books that will help you make better presentations are not specifically about presentations at all, and certainly not about how to use slideware. The first book gives the context. The second one gives the basics of design. And the final one which I am introducing to you today — Made to Stick — gives you the ammunition for crafting messages that are simple, effective, and “sticky.”

Een interessant boek lijkt mij Universal Principles of Design, waarover eerder al Lammert Postma schreef:

Geweldig overzichtelijk boek en een must voor iedere (interaction-)designer. Het boek behandeld meerdere theorieën en principes op een helder en overzichtelijke manier. Per 2 bladzijden wordt een theorie/principe uitgelegd met zowel beeld als tekst.

Maar het gaat vooral om het boek Made to Stick van Chip Heath en Dan Heath. Hoe leg je iets zo uit dat het blijft ‘plakken’ bij je luisteraars? De essentiële vraag voor elke presentatie natuurlijk.

Het antwoord van Heath zit hem in de observatie die zij “de Vloek der Kennis” noemen. Veel sprekers gaan er van uit dat het publiek hetzelfde weet als zij, dus ze zetten het even op een rijtje en dan volgt iedereen het wel. Niet dus. Of erger nog, ze gebruiken vaktaal en wollig taalgebruik dat voor henzelf te volgen is, maar voor het publiek totaal niet.

Mooi voorbeeld van Reynolds is deze:

“Our mission is to become the international leader in the space industry through maximum team-centered innovation and strategically targeted aerospace initiatives.”

Oftewel Kennedy’s “binnen 10 jaar wil ik iemand op de maan hebben lopen”.

De lessen:

    <li>Houd het simpel. Stamp je sheets niet vol met plaatjes en tierelantijnen. Een witte sheet met 1 woord er op heeft veel meer impact. Mits het het goede woord is natuurlijk.</li>
    <li>Doe iets onverwachts. Toon bij presentaties over uitvinden bijvoorbeeld geen gloeilamp, maar <a href="https://blog.iusmentis.com/2007/04/04/gloeilamp-niet-met-lucifer-aansteken-aub/">dit bordje</a>.</li>
    

  1. Wees concreet. Gaat het over de voordelen van het nieuwe kantoor, laat dan foto’s van de werkplek, de koffiehoek en het kopieerapparaat zien. Geen bolletjeslijst met zinnen als “voor interactie geoptimaliseerde conversatieruimtes” of “ergonomische bureaus”.
  2. Wees geloofwaardig. Onderbouw wat je zegt met citaten, statistieken of ander bewijs. Maar pas op: een grafiek kan je boodschap ook ondersneeuwen met irrelevante gegevens. De eerste vraag bij een grafiek is daarom altijd of je die wel echt nodig hebt. Vaak heb je uiteindelijk maar één cijfer nodig. Toon dat dan gewoon.
  3. <li>Prikkel de emotie. En dat doe je <a href="https://blog.iusmentis.com/2007/04/16/hoe-verzorg-je-professionele-visuals/">met professionele visuals</a>, niet met clipart.</li>
    <li>Vertel een verhaal. Zie <a href="https://blog.iusmentis.com/2007/04/09/stop-met-voorlezen-begin-te-vertellen/">Stop met voorlezen, begin te vertellen</a>.</li>
    

In het Engels zijn de woorden zo gekozen dat ze SUCCES spellen. Suggesties hoe dat in het Nederlands ook kan, zijn welkom natuurlijk.

Allemaal lessen waar ik het alleen maar helemaal mee eens kan zijn. Niemand zit te wachten op iemand die “iets gaat vertellen”. Je geeft een presentatie om een bepaalde boodschap over te brengen. Je publiek moet iets gaan doen met wat je ze vertelt. Informeren is daar hooguit een onderdeel van. En dat doe je met deze technieken.

Arnoud

Duitse rechter weigert persoonsgegevens filesharers af te geven

Schending van auteursrecht is Bagatellkriminalität, aldus de Duitse rechter. In Duitsland kun je als auteursrechthebbende niet zoals in Nederland van een provider eisen dat deze persoonsgegevens van gebruikers afgeeft als die je auteursrecht schenden. Alleen het Openbaar Ministerie kan dit opvragen, wanneer er sprake is van een misdrijf. Maar in deze recente beslissing (die volgens Heise niet uniek is in Duitsland trouwens) wordt schending van auteursrechten niet als ernstig genoeg gezien.

On the grounds of “obvious disproportionateness” the Local Court (AG) in Offenburg had on July 20 prohibited the local public prosecutor’s office from requesting that a provider reveal the personal data that match the IP addresses of alleged P2P network users. Offering a few copyright-protected music tracks via a P2P network client was “a petty offense,” the court declared.

Bovendien leek het niet waarschijnlijk dat de organisatie werkelijk geïnteresseerd was in strafvervolging.

The case did not fulfill the indispensable condition of an investigation being in the public interest, because the offenses committed by the alleged users of the file-sharing network had not “disturbed law and order beyond the sphere of life of the client,” the chief public prosecutor’s office in Celle declared. In addition the offenses were “minor.” And there was no evidence that substantial damage had been done. The chief public prosecutor’s office goes on to say that “some parties may regret the fact” that the legislator has not given holders of copyrights a civil law right to obtain the type of information in question from providers. Such parties “could not however expect such omissions on the part of the legislator to be offset in other areas and in every minor case by the endeavors of the prosecuting authorities with their limited resources.”

Het Duitse beleid is daarmee in lijn met het advies dat onlangs aan het Europese Hof van Justitie werd gegeven over precies dit onderwerp.

Arnoud

Inderdaad strengere toets in Amerikaans octrooirecht

Amerikaanse octrooien worden sneller triviaal geacht: de KSR versus Teleflex-beslissing lijkt wel degelijk een strengere toets voor obviousness, gebrek aan inventiviteit, op te leveren. Zoals ik in mei schreef:

Kort gezegd komt de beslissing erop neer dat een uitvinding die bestaat uit een combinatie van bestaande zaken, vermoed wordt voor de hand liggend te zijn. Dat kun je weerleggen door bijvoorbeeld aan te tonen dat er sprake is van onverwachte synergie of dat niemand in het vakgebied verwachtte dat die combinatie mogelijk was. Maar het legt de lat wel hoger. Vroeger moest het USPTO aantonen dat een vakman die combinatie zou willen maken, en als dat niet lukte vond men de uitvinding automatisch inventief.

Alhoewel veel Amerikaanse octrooijuristen dit al voorspelden, was het USPTO daar niet van overtuigd.

In deze zaak werd Realnetworks aangeklaagd door octrooihouder Friskit wegens vermeende inbreuk op octrooien over het zoeken in en selecteren van streaming media en het beheren van playlists. De octrooien dekten mediasoftware en -spelers af met een bepaalde combinatie van features. Elk van die features bleek op zich bekend. De vraag was dus, was het inventief om die met elkaar te combineren tot één product?

Nou ja, betoogde Friskit: het was toch (in 2000) een lastig probleem om al die dingen te integreren. Dat had nog nooit iemand gedaan. Welnee, luidt het vonnis:

Here, the solution to the problem of tedious user experience—integration—was well known and had already been utilized by others. And Friskit’s achievement of a seamless user experience was the anticipated or predictable result of its integration of different pre-existing elements. … Nor was the functionality of the Friskit player novel or unpredictable.

Maar ja, als je je uitvinding zo uitlegt:

In fact, Friskit’s previous motion for summary judgment included a chart, entitled “Friskit’s patents deliver the glue to put existing technologies together into a single application,” which had streaming media as one of the existing technologies.

dan is het ook niet zo gek dat mensen concluderen dat het alleen maar aan elkaar plakken van bestaande zaken is. En dat is niet snel inventief.

Dit past in de lijn die The fire of genius signaleert en bijhoudt: tot nu toe zijn de octrooien elke keer vernietigd, omdat de nieuwe toets uitwees dat de uitvinding niet inventief was.

Arnoud

OM: “downloaden niet langer gedogen” – was dat illegaal dan?

Het Openbaar Ministerie gaat in hoger beroep in de strafzaak over het aanbieden van links naar inbreukmakende werken. In die zaak werd beslist dat het aanbieden van zulke links medeplichtigheid aan inbreuk op auteursrecht kan opleveren. In De Telegraaf legt het OM uit waarom ze hoger beroep aantekenen:

“Het is bijna normaal geworden om illegale kopieën in bezit te hebben”, aldus officier van justitie Annemieke Drogt. “Nederlandse websites die toegang bieden tot kwalitatief hoogwaardig materiaal, breiden zich uit als een olievlek. Met deze eerste strafrechtelijke vervolging geven we een signaal af: dit accepteren wij in ons land niet langer.”

Nou kan het OM wel van alles vinden, maar voordat iets strafbaar is, moet het toch echt bij wet verboden worden. Opzettelijke inbreuk op het auteursrecht is een misdrijf (art. 31 jo. 33 Auteurswet), dat is waar. Ook het “bewaren uit winstbejag” van een voorwerp met daarop een inbreukmakend werk is strafbaar (art. 32 sub d Auteurswet). Dus aanpakken van sites die werk aanbieden, of links daarnaar, kan inderdaad op grond van de strafbepalingen uit de auteurswet.

Maar die eerste zin verhoudt zich moeizaam tot het Nederlands recht, zou mijn docent Encyclopedie Rechtsgeleerdheid zeggen. Hoezo illegale kopieën in bezit hebben? Veel gedownload werk is een thuiskopie: een kopie die voor strikt eigen gebruik gemaakt wordt en niet met anderen wordt gedeeld. De thuiskopie is legaal, punt uit. En een legale thuiskopie is geen inbreuk op het auteursrecht. Het hebben of maken van een thuiskopie is dus ook geen strafbaar feit.

Ja, dat roep ik al sinds april 2002. Maar ik ben heus niet de enige.

De rechter in de zaak TechnoDesign versus BREIN:

Anderzijds heeft de wetgever blijkens zowel de huidige Auteurswet en de Wet op de naburige rechten als de reeds genoemde Richtlijn en het daaruit voortvloeiende Wetsontwerp bepaald dat op zichzelf het kopiëren (in dit geval door middel van downloaden) van een inbreuk-makend/illegaal mp3-bestand voor eigen gebruik, geen strijd met de Auteurswet of de wet op de naburige rechten oplevert.
In het hoger beroep werd hier niet verder op ingegaan: “Of deze ontvanger recht heeft op een zogenoemde ’thuiskopie’ kan daarom in dit verband verder onbesproken blijven.”

Antwoord op kamervragen aan de Minister van begin augustus:

Vraag 3
Geldt [de thuiskopie-regeling] ook voor het aanbod van werken op het Internet die nog niet legaal voor het publiek te koop zijn of openbaar gemaakt zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord
Artikel 16c Auteurswet stelt niet de eis dat een privékopie uitsluitend mag worden gemaakt van een legale bron. Het ontbreken van de eis dat het origineel ‘legaal’ moet zijn leidt tot een voor consumenten ruimhartig thuiskopieregime. Inherent daaraan is dat van een illegale bron legale privékopieën kunnen worden gemaakt, voor zover de overige wettelijke voorwaarden in acht worden genomen (Kamerstukken II, 2002-2003, 28 482, nr. 5, blz. 33 en Kamerstukken II, 2002- 2003, 28 482, nr. 8, blz. 13). Daaraan heeft allereerst het feit ten grondslag gelegen dat artikel 5, tweede lid, onderdeel b, van Richtlijn nr. 2001/29 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij (PbEG L 167; hierna: de richtlijn) evenmin de voorwaarde van de legale bron stelt. Verder kan in een Internetomgeving van een gebruiker over het algemeen niet worden gevraagd te beoordelen of er al dan niet sprake is van een legale dan wel illegale bron. Voorts werd betwijfeld of de introductie van dit onderscheid bij de thuiskopieregeling wel handhaafbaar zou zijn (Kamerstukken II 2002-2003, 28 482, nr. 5, blz. 33), omdat het thuiskopiëren zich bij uitstek in het privédomein van de consument afspeelt.

Uit het daarboven genoemde Kamerstuk 28 482, nr. 5, blz. 33:

Het ontbreken van de eis dat het origineel legaal moet zijn, kan er dus toe leiden dat van een illegale bron legale privé-kopieën worden gemaakt, voor zover de overige voorwaarden die artikel 16c stelt in acht worden genomen. De beperking inzake privé-kopiëren staat het niet toe dat zo’n kopie wordt afgegeven of wordt openbaar gemaakt. … Het heeft mijn voorkeur dat alleen van een legale bron een privé-kopie wordt gemaakt.

Uit het daarboven genoemde Kamerstuk 28 482, nr. 8, blz. 13:

[De thuiskopie-regeling] verbindt aan het privé-kopiëren de voorwaarde dat een vergoeding wordt betaald. Die vergoeding is verschuldigd ongeacht of er sprake is van een legale of illegale bron en wordt geheven bij de producent of importeur en doorberekend aan de consument. Indien bij de vaststelling van de vergoeding de privé-kopie van een illegale bron niet in aanmerking zou worden genomen, dan zou de gebruiker die illegale werken kopieert in feite goedkoper uit zijn. De wet zou dan een premie zetten op gebruik van illegaal werk. Dat dat niet de bedoeling kan zijn verklaart dat ook de richtlijn niet de beperking stelt dat het moet gaan om een legale bron. Het feit dat een heffing is betaald legitimeert overigens niet dat een kopie daarvan vervolgens in omloop of anderszins in het verkeer wordt gebracht. Dat blijft niet toegestaan. Evenmin is toegestaan een privé-kopie in opdracht van derden te maken of een privé-kopie af te geven.

(Deze twee links met dank aan GeenCommentaar.nl’s Parlando maar dan goed)

En al in 2000 schreef auteursrechtexpert en hoogleraar Bernd Hugenholtz:

Downloaden is reproduceren, daarover zijn de auteursrechtgeleerden het wel eens. Is hier sprake van kopiëren voor eigen gebruik? Vermoedelijk wél; als het kopiëren van gehuurde of geleende CD’s is toegestaan, moet het downloaden van Napster-bestanden ook kunnen.

Arnoud