Vanaf nu te koop: mokken met foto’s van andermans kinderen (en misschien wel die van jou)

mok-privacy-kindOuders zetten vaak achteloos de meest intieme foto’s van hun kinderen online, zonder te beseffen dat bedrijven daar van alles mee mogen doen. Dat las ik bij De Correspondent, in het kader van een creatief experiment waarbij je mokken kunt bestellen met zo’n foto erop. Het juridisch argument: dat mag, want mensen zetten dit zelf online onder Creative Commons, en dat staat (als je daarvoor kiest) alle vormen van commercieel hergebruik toe. Alle? Nee, één klein dorpje in Gallië… oh nee wacht, andere vergelijking.

Het werd al veel langer geroepen, maar het experiment van Tokmetzis is de eerste keer dat ik het echt zie: “als je je foto op Flickr/sociale media zet, mogen ze er alles mee doen”. Meestal gaat dat trouwens over Facebook en consorten zélf, die dan je foto zouden mogen verkopen op mokken en t-shirts. Dat staat in de algemene voorwaarden, maar of dat rechtsgeldig is, valt te betwijfelen.

Bij Flickr en veel andere fotosites is daarover een stuk minder twijfel: daar moet je expliciet kiézen voor een licentie, en gebruikelijk is dan de Creative Commons verzameling van licenties aan te reiken. En afhankelijk van je keuze sta je dan ook commercieel hergebruik van je foto toe, zoals door het afdrukken op een mok en het verkopen daarvan. De mokmaker mag dat dus doen zonder jou als fotograaf daar een vergoeding voor te betalen. (Deze blog is ook Creative Commons en staat commercieel hergebruik toe, zie onderaan.)

Dat gaat over auteursrechten, maar in het experiment van Tokmetzis speelt ook portretrecht een rol. Wanneer je namelijk een foto met een herkenbaar persoon daarop exploiteert, kan die persoon daar bezwaar tegen maken als er een redelijk belang tegen publicatie is. Bij commerciële exploitatie van een gezicht zit je daar in principe al snel aan, hoewel het afhangt van hoe prominent je in beeld bent en hoe privé de situatie is. Bij foto’s van kinderen is dat eigenlijk al héél snel een gewonnen race voor de ouders.

Alleen: hier zijn het de ouders zelf die de foto online zetten. En een redelijk belang inroepen tegen publicatie terwijl je zélf de foto online zette met een “doe maar wat je leuk vindt, inclusief geld verdienen” licentie erop, dat gaat volgens mij niet samen. Dat is dan immers dezelfde soort beslissing.

Het deed met denken aan deze rechtszaak, waarin een fotograaf samen met de ouders optrad tegen overname van een foto van een kind op een forum. De portretrechtclaim werd afgewezen omdat de overname in dezelfde context plaatsvond als de originele foto, waarbij door de ouders toestemming voor publicatie was verleend:

Deze heeft immers plaatsgevonden in een context die, zo niet gelijk, dan in ieder geval vergelijkbaar is met die waartoe toestemming was verleend. Dat het bestaan van een redelijk belang zonder nadere toelichting niet valt aan te nemen, geldt temeer nu I. op de foto niet duidelijk herkenbaar in beeld is gebracht, en in ieder geval op de verkleinde foto niet aanstonds zodanig herkenbaar was dat aan te nemen valt dat de verschijning op de site van Maroc (op relevante schaal) tot herkenning door derden zal hebben geleid.

In het experiment hier ging het natuurlijk om een heel andere context: publiceren op een gezellige socialemediafotosite is heel wat anders dan kille commerciële exploitatie in een mokkenwinkel. Maar de gegeven toestemming bepaalt volgens mij of de context ‘anders’ is, en de toestemming is hier generiek. Doe álles dat je wilt, in welk medium en op elke manier. Dus dan meen ik dat je daarna tegen geen enkele exploitatie meer bezwaar kunt maken.

Natuurlijk, het kan gebeuren dat mensen andermans foto’s uploaden en onder een Creative Commons licentie aanbieden. Dat mag niet, en de mokmaker neemt dus een risico aangesproken te worden door de fotograaf. En in die situatie kan óók op basis van het portretrecht vrij eenvoudig een claim worden ingediend. Maar daar gaat het me even niet om: in de meeste gevallen zijn deze foto’s echt door de ouders gemaakt en gepubliceerd, onnadenkend over de implicaties maar toch. Moet het recht daar rekening mee houden, dat je niet nadenkt over de strekking van zo’n licentie?

Arnoud

Heb je van beide ouders toestemming nodig om een kinderfoto op Facebook te zetten?

nikon-camera.jpgEen lezer vroeg me:

Bij het verjaardagsfeestje van mijn zoon heb ik alle ouders gevraagd om toestemming om wat foto’s op Facebook te zetten. Die kreeg ik, maar achteraf kreeg ik van een (niet bij het feest) aanwezige vader een licht verbaasde mail waarom ik dat zo deed. Na uitleg dat zijn vrouw dit goedgekeurd had, vond hij het ook goed, maar ik vroeg me toen af: had hij het kunnen verbieden, oftewel was mijn toestemmingsvraag wel juridisch in orde?

Voor privacygerelateerde zaken van kinderen (personen onder de zestien) is inderdaad in beginsel toestemming van de ouders nodig. Dat staat in de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Er zijn wel uitzonderingen maar die zijn erg beperkt en volgens mij niet relevant bij een verjaardagsfoto. De vraagsteller heeft het dus correct aangepakt.

Wanneer beide ouders het gezag hebben over het kind, moeten ze eigenlijk allebei toestemming geven. (Overigens moeten ze daarbij ook het belang van het kind in het oog houden.) Dit zou echter een lastige situatie geven voor personen als de vraagsteller; heb je net een duidelijk ‘ja’ gekregen van de moeder, komt de vader een dag later met ‘ho ho nee nee’. Wat moet je dan?

De Wbp regelt dit niet expliciet, dus je moet dan terugvallen op de algemene regels uit het recht. En die bieden gelukkig een regel voor dit soort situaties. Art. 3:35 BW bepaalt dat als je redelijkerwijs mag vertrouwen op iemands mededeling dan is die persoon eraan gebonden. En art. 3:61 BW zegt dat als je erop mag vertrouwen dat een persoon namens een ander mag spreken, dat dan die ander eraan is gebonden.

De vraag is natuurlijk altijd wanneer je van redelijkerwijs gegeven vertrouwen mag spreken, maar specifiek bij de situatie dat een ouder een mededeling doet over wat er wel of niet mag met een kinderportret zou ik dat eigenlijk altijd wel willen aannemen. Het is volstrekt irreëel om van de wederpartij te verwachten dat die na zo’n toezegging nog de vader zou moeten benaderen om een bevestiging te krijgen.

Wel is het zo dat toestemming gegeven onder de Wbp te allen tijde kan worden ingetrokken (art. 5 Wbp). Dus zelfs als je onder bovenstaande redenering echt bindende toestemming hebt verkregen van moeder én vader, dan moet je na intrekking (wat die vader dan kan doen) de foto alsnog verwijderen of het betreffende kind uitblurren.

Je zou natuurlijk tegen de intrekking kunnen inbrengen dat je dáár twijfels hebt over de bevoegdheid mede namens de moeder te spreken. In gewone taal “sorry willen jullie dit eerst even onderling afstemmen en dán zeggen wat je wilt” reageren dus.

Arnoud

Mag ik zomaar mensen interviewen en op Youtube zetten?

camera-foto-filmen-straat-openbare-weg.pngEen lezer vroeg me:

Voor een filmproject wil ik op straat mensen gaan filmen en interviewen met gekke vragen. Die film zet ik dan op Youtube en ik hoop dat hij viral kan gaan. Maar moet ik dan van iedereen een ondertekende portretrechtverklaring vragen of kan ik ze gewoon in beeld “dit mag op Youtube” laten zeggen? En wat als men zich achteraf bedenkt?

Je mag mensen op straat filmen, ook als ze herkenbaar in beeld komen. Zolang het gaat om gewoon straatbeeld, is dat volgens de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam geen schending van portretrecht. Filmen in genante of rare situaties kan wél tegen het portretrecht aanlopen.

Laat je mensen meedoen aan een video-opname, dan heb je eigenlijk toestemming nodig. En dat betekent ook vooraf uitleggen waar het over gaat. “Wilt u in een filmpje” is te kort door de bocht voor toestemming. “Het komt op Youtube” vind ik twijfelachtig. Enerzijds weten mensen best dat Youtube wereldwijd is, anderzijds weten ze niet wat het betekent als iets groots viraal gaat en waar het dán terechtkomt.

Het is verstandig toestemming op papier te krijgen (een quitclaim) omdat een ondertekend stuk papier als zwaar bewijs geldt. Maar een mondelinge gegeven en gefilmde toestemming is ook rechtsgeldig. Zolang maar duidelijk is waar men toestemming voor geeft.

Privacytoestemming kan in principe worden ingetrokken maar de reden voor intrekking moet wel redelijk zijn. Enkel je bedenken is niet redelijk; dat het viral gaat en een veel groter publiek bereikt dan je kon bedenken misschien wel. (En ik blijf twijfelen of artikel 5 Wbp, waar staat dat toestemming “te allen tijde worden ingetrokken” eigenlijk niet alleen gaat over toestemming betreffende kinderpersoonsgegevens.)

De vraag zal eerder zijn of mensen konden overzien waar ze toestemming voor gaven. Als je mensen zo’n vraag stelt en ze geven antwoord én ze weten dat dit op Youtube gaat, dan zou ik denken van wel. Maar als je iemand verrast met een camera en die persoon voelt zich overvallen en durft geen nee te zeggen, dan wordt het lastig.

Arnoud

Mijn buren verzamelen bewijs per foto tegen mij, mag dat wel?

schutting-buren-erf-overpadDiverse lezers vroegen me, in lichte variatie:

Mijn buren fotograferen/filmen mijn tuin/huis/erf. Ze doen dit zogenaamd om bewijs te verzamelen omdat ik ruzie met ze heb over de erfgrens/de nieuwe aanbouw/geluidsoverlast/hondenpoep. Maar ze doen het wel op rare momenten dus het voelt als pesten. Kan ik hier wat tegen doen? Is dit niet in strijd met de wet op de privacy?

Op zich is het legaal om huizen of erven te fotograferen, zolang je dat maar vanaf de openbare weg doet of vanaf een erf waar je met toestemming mag zijn. Er is geen portretrecht voor gebouwen.

Als je ménsen op de foto zet in huin huis of tuin, dan schend je mogelijk hun privacy. Zeker als je gaat publiceren moet je rekening houden met portretrecht. Dit recht zegt dat als mensen een redelijk belang kunnen aanvoeren tegen publicatie (bijvoorbeeld omdat het een evidente privésituatie was) je de foto niet mag publiceren.

Gebruik als bewijs, bijvoorbeeld bij de rechter of gemeente in een bezwaarprocedure, is eigenlijk altijd toegestaan. Je moet bewijs kunnen verzamelen van waar je klacht (of verweer tegen een klacht) over gaat. Natuurlijk mag zulk verzamelen van bewijs mensen niet hinderen, dus kies bij voorkeur een rustig moment en vermijd mensen op de foto tenzij dát essentieel is voor het bewijs.

Als je foto’s of films maakt als bewijs, is het natuurlijk niet de bedoeling dat dat vervolgens op Youtube verschijnt om je standpunt nog eens kracht bij te zetten. Ook niet als je de procedure verliest en tóch vindt dat je gelijk hebt.

Arnoud

Mag je geld vragen voor foto’s in het publiek domein?

grenscontrole-marechaussee-foto-haagedoorn.jpgEen lezer vroeg me:

Vele musea, beeldbanken, archieven, bibliotheken e.d vragen forse vergoedingen om foto’s te mogen gebruiken op bv. een website. Kunnen ze dat op basis van louter de eigendom van een betreffend beeld, voorwerp of document, als er geen auteursrecht op berust? Het zijn immers veelal openbare archieven met hele oude foto’s.

Het auteursrecht op een foto verloopt zeventig jaar na de dood van de maker. Iets preciezer: op 1 januari van het jaar 70 jaar na het sterfjaar. Van een fotograaf die op 3 mei 1934 overleed, zijn de auteursrechten dus per 1 januari 2005 verlopen. Niet 3 of 4 mei 2004 al dus.

Als het auteursrecht is verlopen, mag iedereen de foto’s verveelvoudigen en openbaarmaken oftewel alles doen dat de Auteurswet normaal verbiedt. Alleen: dan moet je wel beschikken over de foto’s. En daar zit hem hier de kneep, want het museum is de enige met een exemplaar.

Op grond van je eigendomsrecht mag je in principe alles eisen dat je wilt. Dit is bijvoorbeeld hoe de KNVB en de voetbalclubs regels kunnen stellen over uitzendrechten van voetbalwedstrijden: wie die niet accepteert, mag het privégrondgebied van de voetbalclubs (het stadion) niet betreden om te filmen. Alleen: digitale data is geen iets dat je in eigendom kunt hebben. Dus kun je, mag je dan wel regels stellen over de digitale data op je website?

In januari stelde onze HR prejudiciële vragen (zeg maar een juridische hulplijn) aan het Europese Hof over precies deze materie, hoewel dan in de context van databankenrecht. Vliegboer Ryanair wilde niet dat haar prijsinformatie door een online prijsvergelijker werd overgenomen, en beriep zich op het databankenrecht, auteursrecht en haar gebruiksvoorwaarden. Die rechten werden vrij snel van tafel geveegd, maar het Hof van Justitie moet nu zeggen of je (gebruiks-)voorwaarden mag stellen aan het gebruik van een databank waar geen databankrecht op rust, enkel omdat het op jouw server draait.

Ik zou het zelf bijzonder storend vinden als ik een publiek-domeinfoto ergens vandaan pluk en dan een sommatie (of factuur) krijg van een museum of beeldbank. Het hele idee van publiek domein is nou juist dat, eh, het hele publiek hierbij mag.

Arnoud

Van wie is de Oscarselfie van Ellen Degeneres?

ellen-degeneres-selfie-oscarDe meest geretweete foto ooit: de selfie van Ellen Degeneres tijdens de Oscaruitreikingen. Doel: zo veel mogelijk beroemdheden op één foto en die dan zo vaak mogelijk verspreid via social media. Dat is gelukt, maar vervolgens lokte ze ook nog de juridische vraag uit: van wie is deze foto nu? Immers niet Ellen zelf maar meneer Bradley Cooper rechtsonder drukte op het knopje.

Hoofdregel uit het auteursrecht is dat de partij die het werk tot stand brengt, daar de rechten op heeft. Meneer Cooper is geen aap maar een mens, en hij stelde de compositie samen en drukte op het knopje van de telefoon, waardoor de foto werd gemaakt. Daarmee lijkt het evident: zijn foto. (Degeneres heeft waarschijnlijk een brede licentie tot verspreiding van de foto, want Cooper wist dat dit haar plan was.)

Maar het recht zou het recht niet zijn als hier geen uitzonderingen op te bedenken zijn. Al is het maar om in een juridische blog mee te kunnen liften op de bekendheid van de Oscars en de socialmediahype rond deze foto.

In de VS heeft men het concept work for hire, wat kort gezegd inhoudt dat de rechten toekomen aan degene die inhuurde, niet aan de inhuurder. De definitie:

(1) a work prepared by an employee within the scope of his or her employment; or (2) a work specially ordered or commissioned for use as a contribution to a collective work, as a part of a motion picture or other audiovisual work, as a translation, as a supplementary work, as a compilation, as an instructional text, as a test, as answer material for a test, or as an atlas, if the parties expressly agree in a written instrument signed by them that the work shall be considered a work made for hire. (17 U.S.C. § 101)

Cooper was geen werknemer van Degeneres’ bedrijf, dus optie (1) valt meteen af. Optie 2 zou kunnen: er was sprake van een “specially ordered” werk en dat zou nog een deel van een audiovisual work ook worden (een tweet met foto). Alleen die eis van het “written instrument” zit hier nogal in de weg, want zo’n document is er niet. Dus ook daarmee ga je er niet komen. Met als consequentie dat Cooper inderdaad zelf de auteursrechten heeft.

Bij ons is de status van de werknemer dezelfde: wie iets maakt in de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst (al dan niet onder werktijd en al dan niet onder eigen apparatuur), heeft daarop zelf geen rechten. Die komen toe aan de werkgever.

De status van een ingehuurde freelancer is echter anders. Wie ingehuurd wordt om een werk te maken (al dan niet schriftelijk vastgelegd) heeft daar zélf de rechten op. Niet de opdrachtgever. Menig opdrachtgever is daar achteraf erg verbaasd over: wel betalen, geen rechten? Maar inderdaad. Zo rolt de auteurswet. Natuurlijk mag je best afwijken van deze wettelijke regeling, dat moet je alleen wel expliciet afspreken. En daarna schriftelijk en ondertekend de rechten overdragen.

Die verbazing van opdrachtgevers kan wellicht ingegeven zijn door artikel 6 Auteurswet:

Indien een werk is tot stand gebracht naar het ontwerp van een ander en onder diens leiding en toezicht, wordt deze als de maker van dat werk aangemerkt.

Alleen wordt hiermee niet bedoeld een werk in opdracht, maar een werk waarbij de ander al het creatieve werk deed. De typiste die mijn creatieve dictaat uitwerkte, heeft dus geen auteursrecht. Maar ook de stagiair die die tekst vervolgens uitwerkt tot mooiere zinnen, aangevuld met relevante voetnoten en hier en daar wat mooi beeld, zou geen auteursrecht hebben aangezien ook hij onder mijn leiding en toezicht werkte. Maar de grens is vaag: zou ik een externe eindredacteur inhuren en zeggen “maak er eens wat moois leesbaars van” dan zou die wellicht wél een eigen auteursrecht hebben. Die heeft immers niet zo veel toezicht nodig als een stagiair.

Intrigerend was nog de opmerking uit The Wire dat Samsung de rechten op de foto wellicht had. Immers Degeneres had (naar verluidt) een contract met de telefoonmaker waarin stond dat zij de telefoons zou promoten en dat Samsung vervolgens exclusief rechthebbende zou worden op alle foto’s die ze maakte. Dat kan; dat is dan geen work for hire maar gewoon een contractuele deal waar overdracht van auteursrechten deel van uitmaakt.

Alleen moet ook dan natuurlijk Degeneres wel om te beginnen de rechten hébben. En aangezien de foto van Cooper is, is dat contract met Samsung niet relevant – hij is daar immers geen partij bij. Heel heel misschien als hij wist van het contract en wist dat ook deze foto eigenlijk daaronder had moeten vallen. Dan heeft hij misschien stilzwijgend óók dat contract aanvaardt. Maar ik zou er niet op durven vertrouwen, als dat mijn enige juridische basis was om de auteursrechten te claimen als Samsung zijnde.

Afijn. Leuk die hele juridische analyse, maar ondertussen is de foto dus dik drie miljoen Twitterfeeds door gegaan en hebben alle media er mooi publiciteit mee gegenereerd. En dat zonder een cent aan Degeneres of Cooper. (Niet dat die daar wakker van liggen natuulijk.) En dan kun je je afvragen of het überhaupt nog relevant is, auteursrecht op selfies en socialemediabeeld.

Arnoud

Israëlische wet verbiedt ‘wraakporno’, hoe zit dat bij ons?

porno.jpgIsraël heeft het uploaden van seksueel getinte foto’s en filmpjes zonder toestemming van de personen in beeld verboden, om ‘wraakporno’ tegen te gaan, las ik bij Tweakers. Wie seksueel expliciete afbeeldingen van een ander publiceert, is strafbaar als hij geen toestemming heeft. Daarmee wil men het fenomeen ‘revenge porn’ oftewel wraakporno aan banden leggen: het publiceren van expliciet privébeeld om zo de ex-partner terug te pakken. En hoe zit dat in Nederland?

In Nederland is geen aparte wetgeving tegen wraakporno. Er zijn twee sporen waarlangs een dergelijke publicatie kan worden aangepakt: smaad en portretrecht.

Van smaad is sprake als je opzettelijk iemands eer of goede naam aanrandt. Dat kan ook per foto: in 2008 werd een man veroordeeld voor het verspreiden van naaktfoto’s van zijn exvriendin via internet. Door deze foto’s te voorzien van haar naam, was het duidelijk dat zijn doel was haar reputatie te beschadigen.

Wel moet daarbij sprake zijn van een publiek aanbieden, zo leerden we afgelopen juli. Een filmpje met één persoon delen via WhatsApp is geen smaad; daarmee komt het filmpje niet “voor het publiek” beschikbaar en dat is een vereiste bij smaad.

Een ander discusiepunt is of de publicatie wel bedoeld is om iemands reputatie te beschadigen. Dat klinkt evident, maar in de Manon Thomas-zaak werd in hoger beroep bepaald dat daar geen sprake van was. Kennelijk is het voor een BN-er een compliment als je naakt over internet gaat?

Thomas kreeg wél gelijk op het punt van portretrecht. Wie herkenbaar in beeld is (wat ook zonder je gezicht mogelijk is, bv. omdat mensen je naam erbij zetten), kan zich verzetten tegen publicatie van dat beeld. Daarbij onderscheidt de wet twee situaties. Als de foto’s in opdracht van het model zijn gemaakt, dan is toestemming nodig. Zijn de foto’s zonder opdracht gemaakt (zoals bij straatkiekjes) dan is een belangenafweging nodig tussen nieuwswaarde en privacy (of ander portretrechtbelang).

Veel wraakporno is door het slachtoffer zelf gemaakt of door diens toenmalige partner, je mag dan veronderstellen dat dit in opdracht is gemaakt. De expartner mag dit dan niet publiceren zonder toestemming. Echter, als de partner de foto’s stiekem maakte dan zou je inderdaad spreken van een portret zonder opdracht, zodat het slachtoffer zou moeten aantonen dat de privacy zwaarder weegt dan de publicatiewaarde. Maar de nieuwswaarde van zulke foto’s lijkt me minimaal en de privacyschending maximaal, dus dat zou wel een héél uitzonderlijke situatie moeten zijn die publciatie rechtvaardigt.

Een aparte wet tegen dit fenomeen lijkt me dus niet echt nodig. Maar ja, het klinkt stoer.

Arnoud

Een bruidsfoto in je portfolio opnemen, mag dat?

Een lezer vroeg me:

Als beginnend fotograaf probeer ik een portfolio op te bouwen. Ik had via internet geadverteerd voor een bruidspaar dat gratis een trouwreportage wilde, met daarbij “Om mijn portfolio aan te vullen”. Ik heb de foto’s gemaakt en de mooiste online op mijn site gezet. Nu krijg ik echter een boze mail dat deze foto’s eraf moeten wegens het portretrecht. Maar hoe moet ik dan een portfolio opbouwen?

Met enige regelmaat krijg ik vragen van mensen die hun portretfoto’s op internet terugvinden, of van fotografen die dit willen doen en zich afvragen of dat mag. Als hoofdregel zegt de wet dat je geen portretten mag publiceren als je ingehuurd werd om die te maken. Een ‘portret in opdracht’ mag alleen gepubliceerd met toestemming.

Bij portretrecht denken de meeste mensen aan die regel vanhet “redelijk belang”, een afweging die je als fotograaf moet maken tussen het belang bij publicatie en het belang (zoals privacy) dat juist tegen publicatie pleit. Maar die afweging is niet aan de orde als de foto’s in opdracht van de geportretteerde gemaakt zijn. Dan is de wet simpel: toestemming.

In een situatie als deze met gratis foto’s en een verwijzing naar portfolio opbouwen zou ik zeggen dat het bruidspaar wel moet begrijpen dat deze foto’s gepubliceerd zouden worden. Daarmee zou de toestemming dan stilzwijgend deel zijn van de overeenkomst. De fotograaf zou de opdracht niet aangenomen hebben als hij de foto’s niet mocht publiceren in zijn online portfolio.

De enige discussie kan nog zijn hoe open en bloot je de foto’s mag publiceren. Namen erbij zou ik bijvoorbeeld niet zomaar acceptabel vinden. En het moeten ook geen ‘gekke’ foto’s zijn natuurlijk.

Wellicht is het raadzaam in de advertentie voortaan “portfolio (incl. internet)” te zetten. Dan kan niemand meer zeggen “ik dacht dat je het alleen in een mapje zou doen om aan opdrachtgevers te showen”. Misschien overdreven maar nou ja. Als mensen het verkeerd begrijpen dan moet je kennelijk iets.

Arnoud

Wanneer wordt je portretrecht geschonden?

Met enige regelmaat krijg ik vragen over portretrecht en het mogen publiceren van foto’s waar mensen op staan. Vandaag dus weer eens een juridischesamenvattingsblog: wanneer is er bij een foto sprake van schending van portretrecht?

De eerste vraag is of er sprake is van een portret. Van een mens dus; huizen en dieren hebben geen portretrecht. Maar die mens hoeft niet per se met z’n gezicht op de foto te staan. Zodra je redelijkerwijs herkenbaar bent, is sprake van een portret. De heer Van Erven Dorens was op Streetview best goed te herkennen ondanks de algoritmische gezichtsblur van Google.

Daarna is de vraag hoe het portret wordt gebruikt. Een misverstand daarbij is nog dat je met je portretrecht het fotograferen (of filmen) tegen kunt houden. Dat kan niet. Portretrecht geldt bij publicatie van de foto. In Zweden ligt een wetsvoorstel om ook fotograferen als zodanig te verbieden als dat “obtrusive, intrusive, or hidden” gebeurt en met de intentie om iemands privacy serieus te schaden. In hoeverre dát kan onder de vrijheid van meningsuiting, moeten we nog maar eens zien. (In een heel intieme situatie iemand fotograferen kan wél verboden zijn, volgens het Europese Hof.)

Het gebruik van iemands portret in een publicatie is toegestaan, tenzij die persoon een ‘redelijk belang’ (zoals de wet dat noemt) daartegen in stelling kan brengen. In het specifieke geval dat je opdracht gaf tot maken van dat portret, geldt een strengere regel – de fotograaf heeft toestemming nodig voor publicatie, los van dat redelijk belang. Denk aan trouwfoto’s die ineens op de site van de fotograaf staan.

Dat redelijke belang is meestal de privacy. Zomaar met je smoel in het openbaar neergezet worden voelt niet prettig, en daar hebben we het grondrecht privacy tegen. Maar dat grondrecht is niet absoluut: als de publicist óók een belang heeft, dan moet je die twee belangen tegen elkaar afwegen. Meestal zal het dan gaan om nieuwswaarde – jij of de situatie waar je in bent, was nieuws en dat mag dan worden gepubliceerd.

Wanneer je gezicht nu nieuws is, is een moeilijke. Dat je op de openbare weg was, is niet automatisch doorslaggevend maar het is ook niet automatisch een inbreuk. De vraag is wat de foto bijdraagt aan het nieuwsfeit en hoe belangrijk jij als persoon daarbij bent. Loop je toevallig in een winkelstraat die net geopend is, dan kun je weinig doen als je met je gezicht in de krant staat bij een reportage over de winkelopening. Een snapshot in een openbaar toilet op Dumpert.nl lijkt me niet erg nieuwswaardig.

Ben je politieagent en bezig met je publieke taak, dan is fotograferen toegestaan en publicatie meestal ook – hoewel blurren van het gezicht dan al snel gepast is. Of je als internetmeme nog portretrecht hebt, is een open vraag.

Een meme is soort van bekend, en bekende personen hebben al snel een verzilverbaar portretrecht: wie hun gezicht commercieel wil exploiteren, moet een vergoeding betalen. Voor gewone mensen geldt iets vergelijkbaars: ongevraagd het ‘gezicht’ van reclame worden is al snel een schending van het portretrecht (HR Discodanser-arrest). Hoewel dat tegenwoordig wel een tikje subtieler ligt, sinds het Hof in Amsterdam bepaalde dat een gewone straatfoto met herkenbare mensen geen inbreuk op het portretrecht is, ook niet bij commerciële exploitatie (stockfoto) van die foto.

Ik vraag me wel af hoe lang deze regels nog houdbaar zijn. Ik lees net dat Facebook nu standaard gaat gezichtsherkennen, en over vijf jaar heeft iedereen z’n eigen nanodrone met camera of Google Glass met permanente getagde livestream. Is het dan nog zinnig om te verwachten dat mensen afwegingen gaan maken over redelijke belangen van mensen die voor de camera lopen? Moeten we gaan verplichten dat camera’s standaard gezichten herkennen en uitblurren tenzij de geportretteerde middels elektronische handtekening een “geen bezwaar” afgeeft?

Arnoud

Gastpost: Mag de school zomaar foto’s van mijn kind op Facebook plaatsen?

facebook-upload.pngDeze en volgende week ben ik met vakantie. Daarom vandaag een gastpost van blogger Nathalie Gloudemans-Voogd.

Foto’s van mijn kind op Facebook: ik ben er zelf terughoudend mee. De crèche waar mijn baby sinds kort naar toe gaat gelukkig ook. Maar ik heb meerdere vaders en moeders in mijn tijdslijn en zie tot mijn verbazing vaak foto’s gedeeld en ge-vind-ik-leukt van pagina’s die speciaal aangemaakt zijn door scholen. En op die foto’s prijken de schattige leerlingen van die onderwijsinstellingen. Als ik, zonder die pagina’s zelf leuk te vinden, zulke afbeeldingen in mijn tijdslijn kan zien is er iets mis. Die foto’s zijn dan namelijk openbaar. Is dat ok? Nee, niet echt.

Een foto zegt meer dan 1000 woorden aan persoonsomschrijving. Zo is uit een foto het ras van de afgebeelde persoon te achterhalen. En dat soort gevoelige gegevens vormen in de Wet bescherming persoonsgegevens ‘bijzondere persoonsgegevens’ (artikel 16 voor de liefhebbers) en genieten extra bescherming.

Een foto van een kind biedt dus teveel persoonlijke informatie om zomaar gedeeld te mogen worden zonder goedkeuring van de ouders. Uit onze Wet bescherming persoonsgegevens volgt dan ook: zonder uitdrukkelijke toestemming van de ouders mag zo’n foto van je kind niet online geplaatst worden. Pas zodra je spruit 16 is geworden, kan de school bij het kind zelf terecht voor toestemming. Toestemming die je eerder al gegeven hebt, kun je later trouwens intrekken.

Maar toestemming van de ouders is niet genoeg. Los daarvan heeft de school aanvullende verplichtingen om de privacy van haar leerlingen te beschermen. Op de school rust bijvoorbeeld de verplichting om de gegevens af te schermen van onbevoegden en zoekmachines.

Het Cbp noemt de optie van een wachtwoord op een site zetten, maar met een geheime en besloten groep op Facebook voldoe je hier waarschijnlijk ook aan. Zulke groepen worden niet gevonden binnen de Facebook zoekopties en zoekmachines. Anderen kunnen de inhoud van de groep niet zien en ook niet wie er lid van is. Bovendien kun je je alleen aansluiten bij die groep op uitnodiging van de groepsbeheerder.

Tegen ouders die net als ik een terughoudend beleid voor foto’s van hun kids op Facebook voeren en die foto’s verwijderd willen zien: untag de foto en dien een verzoek tot verwijdering in via Facebook. Dit doe je door de foto in Facebook te openen, via ‘opties’ de link ‘tags rapporteren/verwijderen’ te kiezen en aan te vinken wat van toepassing is. Lees voor een uitgebreide beschrijving van dit stappenplan mijn blogpost op kispi.nl.

En tegen die scholen met Facebook pagina’s vol afbeeldingen van groep-achters die afscheid nemen en vrolijke verjaardagsfeestjes van kleuters en wat er allemaal nog meer voorbij komt: maak alsjeblieft een geheime en besloten Facebookgroep aan. Niet alleen hebben scholen een wettelijke plicht om de privacy van hun leerlingen meer te beschermen, maar ook maatschappelijk gezien zouden we terughoudend moeten zijn met kiekjes van onze kinderen. Al was het maar vanwege nare bewerkingen die sommige mensen op die ogenschijnlijk onschuldige foto’s loslaten.

Althans, dat vind ik. Hoe denken jullie erover: kinderfoto’s op Facebook, prima of liever niet?

Nathalie Gloudemans-Voogd is blogger voor onder andere ondernemersblog kispi.nl en oprichter van saunagespot.nl.