Zijn voorwaarden ook algemene als ze in het contract zelf staan?

pen-contract-ondertekenen-algemene-voorwaardenEen lezer vroeg me:

Ik wilde opzeggen bij mijn sportschool maar dat mocht maar eens per jaar. Ik wees ze op de Wet Van Dam, omdat ik al jaren lid ben en ze steeds stilzwijgend verlengen. Alleen, nu zegt de sportschool dat die regels niet gelden, omdat ze niet met algemene voorwaarden werken maar alleen met contracten. En inderdaad, de opzegtermijn staat in een document van 1 A4 waar “Contract” boven staat en niet “Algemene voorwaarden”. Maar zó simpel kan het toch niet zijn?

Nee, zo simpel is het zeker niet. Wat de sportschool denkt, hoor ik wel vaker: dat regels over algemene voorwaarden alleen gelden als het gaat om dingen die in een apart document staan waar “Algemene voorwaarden” boven staan, al dan niet gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel.

Zo werkt het niet. Algemene voorwaarden zijn volgens de wet (art. 6:231 BW) “bedingen die zijn opgesteld teneinde in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen”. Dat staat dus los van in welk document ze staan of welke kopjes er boven staan. Het gaat er alleen om of je diezelfde bedingen naar meer klanten toe gebruikt.

Grof gezegd betekent dit dat een voorwaarde algemeen is tenzij het om een onderhandeld contract gaat. Als je immers beiden hebt geschaafd aan een beding, dan kun je dat moeilijk “opgesteld teneinde in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen” noemen. Wat natuurlijk niet betekent dat enkel “je kúnt altijd piepen” genoeg is. Er moet wel realistisch gezien ruimte zijn om te onderhandelen, en bij consumentencontracten is die ruimte er zelden werkelijk. Natuurlijk kun je altijd zeggen “ik wil niet per jaar verlengen” maar dan zegt de sportschool “dan kun je hier niet sporten”.

ADV: En nu we het toch over contracten en algemene voorwaarden hebben: medio mei verschijnt het Handboek ICT-contracten van mij en ICTRecht-collega Steven Ras. Meer dan honderd contractsclausules en meer dan dertig ICT-contracten in detail uitgewerkt en besproken.

Of het nu onwil is of gewoon “ik heb half iets gehoord en dat klinkt wel juridisch dus laat ik dat maar zeggen”, daar ben ik nog niet over uit. En het probleem is natuurlijk, je kunt er moeilijk wat tegen doen afgezien van de automatische incasso stopzetten en de deurwaarder afpoeieren.

Arnoud

Kun je een e-mailadres meenemen als de dienstverlener stopt?

email-e-mail-elektronische-post-envelopIk had het nieuws ook gemist maar internetprovider Knoware is overgenomen door Telfort en het domein gaat binnenkort uit de lucht. Dat gaf allerlei klachten zo lees ik van mensen die graag hun jarenlange mailadres @knoware.nl willen behouden. Dat “kan niet” volgens de helpdesk. Maar er is kunnen en willen, volgens mij.

Technisch zie ik op zich geen bezwaren. Het doorsturen van mail op adres A naar adres B is een standaardfunctie van mailservers, en als dat eenmaal ingesteld is dan kan dat tot in de eeuwigheid (of het afschaffen van e-mail) gewoon blijven draaien. (Heren en dames mailadmins, mis ik iets?)

Of je het moet willen is vers twee. Je bent afhankelijk van twéé maildienstverleners nu, beiden kunnen spamfilters, storingen en configuratiefouten hebben dan daarmee vergroot je de kans op verloren e-mail. En je hebt dubbele kosten natuurlijk want verlangen dat men grátis een dienst actief houdt, lijkt me niet helemaal redelijk. Maar beiden zouden je eigen keuze moeten zijn.

Alleen wat nu als de dienstverlener er gewoon geen trek meer in heeft, ook niet voor $veel geld? Ik vrees dat je dan gewoon pech hebt.

De wet kent nergens een regel dat een overeenkomst tot dienstverlening eeuwig moet kunnen worden voortgezet als de klant daarom vraagt. Logisch op zich, een bedrijf moet kunnen stoppen zou je zeggen. Zolang alle lopende contractstermijnen worden uitgediend, en er dus tijdig wordt opgezegd, is dat niet meer dan logisch. Het probleem lost zichzelf dan op: in de voorwaarden staat dat het jaarlijks opgezegd kan worden, dus dan heb je een jaar om je voor te bereiden op een overstap.

Toch wringt dit voor mij een beetje. Een e-mailadres is geen onderhoudscontract voor je CV-ketel. Overstappen naar een ander impliceert gedoe welhaast vergelijkbaar met een fysieke verhuizing. En zou het vanwege dát gedoe niet redelijk zijn dat je nog een tijd een forward mag verwachten, of misschien zelfs levenslang?

Arnoud

Wanneer is een e-mail schriftelijk in de zin van de wet?

email-e-mail-elektronische-post-envelopEen lezer vroeg me:

Bij onze vereniging staat in de statuten dat men schriftelijk moet opzeggen. Echter al jaren werken wij met opzeggingen per mail, en niemand vindt dit een probleem. Nu hebben wij een nieuw bestuur en dat is nogal formeel. Zij retourneren opzeggingen per mail met de vraag dit per post te sturen “omdat e-mail niet wordt gezien als schriftelijk stuk”. Hebben zij gelijk? Wanneer is e-mail schriftelijk?

De wet zegt zelden iets over de manier waarop een mededeling moet worden gedaan. Zo’n ‘vormvereiste’ is meestal iets dat partijen zelf verzinnen. Dat mag, want in statuten -of contracten of algemene voorwaarden- mag je afspreken wat je wilt, inclusief procedurele regels. In het verenigingsrecht geldt géén eis van schriftelijk moeten opzeggen (art. 2:35 en 2:36 BW).

Meestal is de reden om een geschrift te eisen dat daarmee duidelijk bewijs geleverd wordt van wat de bedoeling is. Bij een mondelinge opzegging kan er discussie ontstaan achteraf over wel/niet, hoe had men het exact bedoeld, in welke emotionele staat was men en ga zo maar door.

De wet zegt dat een elektronisch document schriftelijk is wanneer aan een aantal strenge eisen is voldaan (art. 156a Rechtsvordering. Zo moet het document niet zomaar te manipuleren zijn, moet de identiteit van de partijen duidelijk zijn en moet er een elektronische handtekening op zitten. Een simpele e-mail voldoet niet aan deze eis. Dus als de wet, statuten of contract een geschrift eisen, dan heb je in theorie een lastige situatie als je het per se toch per mail wilt doen.

In de praktijk zie ik hier zelden problemen mee. Wanneer beide partijen het eens zijn dat de mail is ontvangen en wat de inhoud is, waarom zou men dan nog bezwaar maken enkel omdat het een mail is in plaats van papier? Zeker bij zaken als een opzegging is daar geen enkele reden voor. In deze zaak had de rechtbank er geen moeite mee om de algemene voorwaarde “opzeggen moet schriftelijk” te passeren sterker nog e-mail en geschrift werd gewoon gelijk gesteld:

Naar het oordeel van de kantonrechter dient een dergelijke vorm van opzegging, gelet op de tegenwoordige stand van de communicatie, gelijk te worden gesteld met een schriftelijke opzegging zoals bedoeld op het inschrijfformulier. Vast staat dat Gymnasion genoemde e-mail heeft ontvangen.

Wel heb je bij e-mail een iets lastigere bewijspositie dat deze is ontvangen. Dat moet de verzender bewijzen, en daarbij is het niet genoeg dat men kan bewijzen de mail te hebben verzonden. Dat weten we uit deze zaak:

Nu [gedaagde] geen ontvangstbevestiging van de e-mail heeft overgelegd en nu de getuigen wél kunnen verklaren dat [gedaagde] de e-mail heeft verzonden, maar niet kunnen bewijzen dat Lis de e-mail heeft ontvangen, kan aan deze e-mail niet het beoogde effect van opzegging van het proefabonnement worden toegekend.

Het devies blijft dus: nabellen of namailen totdat je zeker weet dat het bericht is aangekomen. En een reactiemail met “Uw opzegging is ontvangen maar sorry dit moet echt per post” is natuurlijk heel mooi bewijs dat de opzegging ontvangen is.

Arnoud

Inloggen op een opgezegd abonnement: rekening volgt!

login-inloggen-pin-number-nummer-password-wachtwoordEen lezer vroeg me:

Ons bedrijf had een abonnement op een informatiedienst, dat we per 1 april hebben opgezegd. Echter onlangs kregen we een mail met een factuur voor extra gebruik ná 1 april, omdat uit hun logs bleek dat er nog medewerkers van ons bedrijf inlogden op de dienst. Moet ik dat betalen? Ik heb toch opgezegd, dan moeten zij toch de dienst ontoegankelijk maken?

Dit voelt als een dilemma. Enerzijds: er is opgezegd, dus hoezo kán er nog worden ingelogd. Anderzijds: waarom wérd er nog ingelogd nadat het bedrijf had opgezegd?

Natuurlijk behoort een bedrijf na opzegging ervoor te zorgen dat medewerkers niet meer zomaar gaan inloggen op een dienst, zeker niet als het gebruik van die dienst geld kost per minuut, megabyte of iets dergelijks. Na opzegging is die dienst niet meer beschikbaar, behoort men daar weg te blijven.

Het bedrijf heeft dat niet (adequaat) gedaan, waardoor mensen alsnog zijn gaan inloggen en de dienst gebruiken. Daarmee heeft het bedrijf kosten gemaakt, en zij zouden dit mogen opvatten als “kennelijk wilde u alsnog onze dienst gebruiken” dus dan is factureren zoals het ten tijde van het abonnement ging, een logische stap.

Echter, het lijkt me na opzegging van een informatiedienst primair de taak van de dienstverlener om deze ontoegankelijk te maken. Dat is zo standaard en gebruikelijk dat je dat wel mag verwachten van die leverancier. En als bedrijf zou je dan op die verwachting af mogen gaan, wat dus betekent dat je geen aparte stappen hoeft te nemen om inloggen vanuit je organisatie te verhinderen.

Wat vinden jullie?

Arnoud

Mag analoge televisie zomaar uit een televisiepakket gehaald worden?

vodafone-thuisDiverse mensen mailden me over een actie van Vodafone: men heeft een abonnement op Vodafone Thuis, en daar is zomaar analoge televisie uit geschrapt. En oh ja, opzeggen mag niet want in de voorwaarden staat dat dit niet nadelig is. Eh, hoezo?

Vodafone Thuis is een pakketdienst waarbij je volledig vrij om precies dát pakket samen te stellen dat jij wilt, aldus het bedrijf. Waarbij je dan wel steeds één van de drie keuzes moet nemen die men biedt, maar goed. En tot voor kort kon je bij dat samenstellen ook analoge televisie bij je digitale ontvangst opnemen.

In een recente brief meldt het bedrijf “Vodafone Thuis bied geen analoge televisie meer aan.” Je moet als consument nu dus toch digitaal, in ieder geval als je meer dan één televisie in je huis hebt. Veel mensen hebben digitale televisie in de woonkamer en gebruiken het analoge signaal voor extra tv’s in bijvoorbeeld de slaapkamer of keuken.

De Telecommunicatiewet (art. 7.2) bepaalt dat een internet- of televisieaanbieder een wijziging minstens een maand van tevoren moet aankondigen. De consument heeft dan een opzegrecht. De OPTA, tegenwoordig ACM, heeft daar echter al een paar jaar terug bij bepaald dat dit alleen geldt bij een negatieve wijziging. Is de wijziging in je voordeel (bijvoorbeeld een prijsverlaging of hogere internetsnelheid) dan mag je niet opzeggen.

Vodafone herhaalt die wet in hun algemene voorwaarden, artikel 7.2:

Als jij een consument bent, dat wil zeggen dat jij niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, mag jij de overeenkomst met Vodafone kosteloos opzeggen als een wijziging objectief in jouw nadeel strekt. Dit moet jij dan doen gedurende ten minste één maand voorafgaande aan het tijdstip waarop de wijziging in werking treedt.

(Ik erger me wezenloos aan ‘jij’-communicatie, ik ben toch geen kleuter. En hoe jij gedurende een maand opzegt, ontgaat mij even.)

Echter, de klantenservice meldt desgevraagd dat dit niet geldt voor analoge televisie, omdat dit in de algemene voorwaarden is gedefinieerd als een kadootje (art. 29.2, oude versie):

Vodafone levert, naast de standaard door haar geleverde televisiedienst via IP-TV, kosteloos extra digitale en/of analoge televisiediensten via een glasvezelnetwerk. Vodafone mag de levering van een van deze twee extra diensten, of allebei, beëindigen. Voor deze wijziging geldt de opzegmogelijkheid van artikel 7 niet.

En nu staat er:

Vodafone kan de samenstelling van de door haar geleverde TV pakketten wijzigen. Wijzigen kan onder meer het vergroten of het verkleinen van het pakket inhouden. Als Vodafone het aantal zenders in het pakket met meer dan 5% terugbrengt, stelt Vodafone jou hiervan een maand voorafgaand aan de wijziging op de hoogte. Jij kan de overeenkomst in dat geval kosteloos opzeggen in overeenstemming met artikel 7.2. Voor overige wijzigingen geldt de opzegmogelijkheid van artikel 7 niet.

Beide voorwaarden claimen dus dat Vodafone analoge televisie eruit mag gooien zonder opzegmogelijkheid. Maar in dit geval gaat de wet bóven de voorwaarden, want artikel 7.2 Telecommunicatiewet is dwingend recht zoals dat heet. Daarvan kan niet in een contract of algemene voorwaarden worden afgeweken.

Een dienst een “kosteloos extraatje” noemen, gaat daar weinig aan veranderen. Het gaat er niet om hoe je het noemt, maar wat je levert. En als het pakket wijzigt en de consument heeft daar nadeel van, dan heb je als consument een opzegrecht. Ook bij kadootjes die je ontnomen worden en ook als het pakket maar 2% krimpt. Nadeel is nadeel.

Natuurlijk moet je dit redelijk opvatten, en dat 1 van de 300 zenders eruit gaat is denk ik geen redelijke grond om te spreken van ‘nadeel’. Maar analoge televisie vind ik toch wel iets meer dan een vage Roemeense kookzender die van het aanbod afgaat.

Naar de klachtencommissie dus hiermee. En ik ga me nu op voorhand cynisch zitten ergeren aan het feit dat zelfs als die zegt dat Vodafone ongelijk heeft, Vodafone haar voorwaarden of beleid hier niet op aan zal passen. Meneer krijgt dan uit coulance een opzegging en dat is het. Dáár zouden ze nou eens iets voor moeten verzinnen.

Arnoud

‘Ruim van tevoren uw contract opzeggen is helaas niet toegestaan’

account-opheffen-sluiten-annuleren-verwijderen.pngOké, onverwacht schriftelijk: wat betekent ‘opzegtermijn’ volgens u?

Inderdaad ja, de uiterlijke termijn waarop je opzegging binnen moet zijn bij de wederpartij. Mis je die termijn (een deadline dus, eigenlijk), dan wordt je contract automatisch verlengd.

Toch zijn er nog veel bedrijven die de termijn opvoeren als de vroegst mogelijke termijn waarop je mag zéggen dat je van het contract af wil. Wie eerder piept, heeft pech en wordt genegeerd. En dat is echt belachelijk. Ik kan me dan ook ernstig opwinden als ik zie dat de NS Webcare met deze flauwekulinterpretatie aan komt zetten.

Op Twitter werd ze de vraag gesteld waarom men niet nu al een contract mocht opzeggen dat eind 2014 zou gaan eindigen. “Eerder dan 3 maanden van tevoren is dat niet mogelijk”, was de reactie, want “Daar zijn in het verleden veel problemen mee geweest.” Eh.

Vervolgens wordt gegooid met de algemene voorwaarden, waar in artikel 5.2 staat

Als het eerste Abonnementsjaar is verstreken, heeft u het recht het Abonnement voor onbepaalde tijd op te zeggen tegen dezelfde dag van de maand als de dag waarop uw Abonnement is gestart. (…)

Dit leest de NS dus kennelijk als “in het eerste abonnementsjaar mag u niet tegen ons zeggen dat u het Abonnement wilt opzeggen”. Wat een onzin. Het is logisch (en toegestaan) dat het contract minstens één jaar moet duren, maar het is volstrekt legaal om te willen opzeggen ruim voor het einde van dat eerste jaar. Je kunt bij wijze van spreken vijf minuten na contractsluiting al een opzegging ervan doen. Die krijgt pas effect aan het einde van de eerste contractsperiode natuurlijk maar hij is rechtsgeldig gedaan en moet dus worden gehonoreerd.

En waar mijn bloeddruk dan gevaarlijk hoog van wordt, is van opmerkingen als “Daarover verschillen we dan van mening denk ik.” Toegegeven, het recht is een bak meningen bij elkaar maar déze mening van @NS_online zou op het tentamen contractenrecht toch sterk afwijken van de mening van het modelantwoord, gok ik zo.

Argh. En ja leuk zo’n rant maar hier gaat de NS écht haar beleid niet van bijstellen. Je mag in je handjes knijpen dat je een herinnering gaat krijgen tegen de drie maanden voor einde contract, want eigenlijk kun je het toch maar het beste gewoon in je agenda zetten. Argh.

Arnoud

Een klant bestelt en gaat op vakantie

webshop-closed-gesloten-geschlossen.pngEen lezer vroeg me:

Een klant bestelde iets bij mijn webwinkel. Voor ontvangst van de bestelling moest getekend worden. De bezorger is 4 maal langsgeweest en en tot 4 keer toe was er niemand thuis. Er zijn briefjes achtergelaten, maar niets. Een paar weken later kreeg ik de melding dat het product door DHL aan mij geretourneerd was. En nu wil de klant dat ik het nogmaals verstuur; hij bleek op vakantie een paar weken. Moet ik dat doen? En vooral: moet ik dat betalen?

Het product opnieuw opsturen zal moeten, lijkt me. Het product is verkocht, en de verkoper heeft dan de plicht tot levering (want ook bezorging is deel van de afspraak). Een koop wordt niet ongeldig omdat de verzending is mislukt.

Wel kun je je afvragen wie de kosten van deze nieuwe verzending moet betalen. Daarbij zal de eerste vraag zijn of de klant had moeten weten dat de winkel zou leveren tijdens zijn vakantie. Stond er een geschatte leverdatum op de site? Of was het gebruikelijk dat de winkel zou leveren in die periode, oftewel dat had hij kunnen zien bij eerdere acties?

Als de klant geen rekening hoefde te houden met bezorging tijdens zijn vakantie, dan moet het herversturen voor uw rekening komen. Had de klant het wél moeten weten, dan zijn de kosten van herversturen voor zijn rekening (art. 6:58 BW). Een situatie als deze noemt de wet ‘schuldeisersverzuim’:

De schuldeiser komt in verzuim, wanneer nakoming van de verbintenis verhinderd wordt doordat hij de daartoe noodzakelijke medewerking niet verleent of doordat een ander beletsel van zijn zijde opkomt, tenzij de oorzaak van verhindering hem niet kan worden toegerekend.

Volgens artikel 6:63 BW heeft de schuldenaar, de winkel dus, dan recht op vergoeding van de redelijke kosten die hij daardoor moet maken. De wet noemt daarbij met name de ‘bewaring’, je moet als winkel dat product misschien speciaal ergens opslaan totdat die koper zich eens meldt, en dat opslaan kost geld. Nu is dat bij een webwinkel denk ik niet snel aan de orde, maar de kosten van het nogmaals verzenden lijken me evident voor rekening van de schuldeiser in deze context.

Belangrijkste vraag is dus, had de klant dit kunnen zien aankomen? Ik vind dat nog een lastige. Enerzijds, het is niet zo slim dingen te bestellen vlak voordat je op vakantie gaat. Maar wellicht dat je hoopt op aflevering bij de buren, of op een tijdige levering gezien teksten als “binnen enkele werkdagen in huis” en je vertrekdatum van een week na besteldatum.

Bij de bestelling opmerken “als ik het 12 november niet heb dan laat maar, dan ben ik met vakantie” is misschien nog een optie. Hopelijk leest de webwinkelier dat. Want zo’n melding blokkeert een beroep op schuldeisersverzuim. Dan wéét je het als winkel en dan moet je er dus wat mee.

Arnoud

Je beroepen op je auteursrecht als vrijwilliger bij een vereniging, kan dat?

Een lezer vroeg me:

Bij onze vereniging stapt de webmaster met grote ruzie op een geeft te kennen dat hij de huidige site van de vereniging die hij ontwikkeld heeft, binnen een termijn van 3 weken offline zal halen. Hij beroept zich op het auteursrecht. Nu is er nooit iets op papier geregeld maar kan dit zomaar? Wij zijn dan behoorlijk onthand!

Dit soort ruzies lijken met enige regelmaat in vele verenigingen zich voor te doen, ik schat dat ik elke maand wel een mail van deze strekking krijg.

Natuurlijk, het beste is om expliciet af te spreken wat de vereniging wel en niet mag en wat het lid wel en niet moet maar lang niet iedereen denkt daaraan. Of, de klassieker, je bent lid omdat je de vereniging een warm hart toedraagt en dan ga je toch geen kil-zakelijke voorwaarden stellen? Tsja.

Gelukkig werkt de wet niet zó keihard dat als je weggaat je zomaar al je werk ongedaan mag maken. Samenwerkende partijen moeten zich in het rechtsverkeer gedragen naar redelijkheid en billijkheid, zo staat in de wet. En als er dan niet expliciet iets is afgesproken, dan moet je naar diezelfde redelijkheid en billijkheid kijken om te bepalen wat er dan impliciet afgesproken zou kunnen zijn.

Je beroepen op auteursrecht klinkt natuurlijk heel stoer maar ook dát valt onder die redelijkheid en billijkheid. Als je een vereniging toestaat je werk te gebruiken, en je wéét dat ze sterk afhankelijk zijn van jouw code, dan mág je eenvoudigweg niet zomaar die toestemming intrekken. Dat is niet redelijk, punt. Ook ineens een licentievergoeding gaan vragen mag niet. Dat had je dan vooraf moeten melden. (Natuurlijk mag je wél gaan piepen als de vereniging ineens iets heel anders met je code doet, bijvoorbeeld het als commercieel pakket gaat verkopen aan andere verenigingen.) discussies

Bij social media accounts van de vereniging geldt een vergelijkbare situatie.

Verder kan een vereniging zich mogelijk beroepen op artikel 8 Auteurswet:

Indien eene openbare instelling, eene vereeniging, stichting of vennootschap, een werk als van haar afkomstig openbaar maakt, zonder daarbij eenig natuurlijk persoon als maker er van te vermelden, wordt zij, tenzij bewezen wordt, dat de openbaarmaking onder de bedoelde omstandigheden onrechtmatig was, als de maker van dat werk aangemerkt.

Als dus op de site staat “© 2013 Vereniging X” dan is de vereniging de auteursrechthebbende, ondanks dat een vrijwilliger het werk maakte. Staat de naam van de vrijwilliger erbij, dan geldt deze regeling niet. En ook als de vereniging dit vermeldt terwijl uitdrukkelijk was afgesproken dat ze dit níet mogen vermelden, dan geldt deze regeling niet.

Arnoud

Voorwaarden Pathé Unlimited onredelijk bezwarend

pathe-unlimited.jpgEen lezer met een Pathé Unlimited kaart besloot de voorwaarden eens te lezen. Nu de Wet Van Dam al een tijdje van kracht is, was hij benieuwd hoe de bioscoopketen daarmee om zou gaan. Volgens deze wet mag je elk abonnement na de eerste periode per maand opzeggen, als het stilzwijgend verlengd wordt na die eerste periode. Dat geldt voor het sportschoolabonnement net zo goed als voor de Unlimited-kaart waarmee je onbeperkt tegen een laag bedrag naar de film mag.

Het begint goed:

3.1 Het Abonnement wordt aangegaan voor een periode van minimaal 4 volledige kalendermaanden, behoudens het bepaalde in artikel 4.3 t/m 4.5.
3.2 Na bovenstaande periode kan het Abonnement worden opgezegd conform de artikelen 4.1 en 4.2.

Ok, duidelijk. Vier maanden of langer, en wie niet opzegt binnen die vier maanden krijgt een stilzwijgend verlengd contract. We gaan snel door naar artikel 4.1:

4.1 Een Abonnement kan worden opgezegd met inachtneming van de minimale abonnementsperiode van 4 volledige kalendermaanden en een opzeg termijn van minimaal één volledige kalender maand, waarbij geldt dat het abonnement afloopt op de laatste dag van de volgende kalendermaand. Als het Abonnement dus bijvoorbeeld ingaat op 15 januari en Abonnee zegt schriftelijk op op 19 april, dan loopt het abonnement af op 31 mei. Indien de Abonnee schriftelijk op 19 mei opzegt, loopt het Abonnement af op 30 juni.

En dát klopt dus niet. Volgens de Wet Van Dam gaat de opzeggingstermijn van één maand lopen op de dag van opzegging. Je bent dus de maand erop, op de dag met hetzelfde nummer, van het contract af. De wet (art. 6:236 sub j BW) zegt immers “te allen tijde op te zeggen met een opzegtermijn van ten hoogste een maand”. En wie op 19 mei opzegt, is op 30 juni méér dan een maand later nog gebonden aan het Abonnement. Ook staat er dat onredelijk is “dat de wederpartij verplicht de verklaring tot opzegging van een [stilzwijgend verlengd contract] te laten plaatsvinden op een bepaald moment”

Dit klopt ook niet:

4.2 Opzeggen kan alléén door: een volledig ingevuld opzegformulier te e-mailen naar unlimited@pathe.nl of per post te verzenden naar Antwoordnummer 6032, 5902 VB, Venlo. Opzegformulieren zijn te downloaden via www.pathe.nl/ unlimited of aan te vragen via de klantenservice (zie Artikel 9).

De wet verbiedt namelijk het blokkeren van een specifiek kanaal voor opzegging, als dat kanaal gebruikt is om het contract aan te gaan. Een Unlimited-kaart krijg je aan de balie en hierboven wordt het opzeggen aan de balie verboden.

Nóg gekker is deze:

3.3 Indien een Abonnement is opgezegd conform artikel 4.1/ 4.2 en de voormalig Abonnee wil binnen 2 jaar na het einde van het Abonnement een nieuw Abonnement afsluiten, geldt dat het Abonnement wordt aangegaan voor minimaal 4 volledige kalender maanden en is naast de maandelijkse abonnementsprijs een éénmalig bedrag van ” 35,- aan administratiekosten verschuldigd welke direct aan de kassa dient te worden voldaan.

Deze creatieve truc heb ik nog niet eerder gezien. De bedoeling is natuurlijk om mensen niet al te makkelijk te laten beslissen hun Unlimited-kaart op te zeggen. Want op grond van de Wet Van Dam kan dat (na de verlenging) op elk moment, en je kunt dus bij een wat langere zomervakantie even drie maanden kaartloos op reis en daarna snel een nieuwe aanvragen. Maar dát is niet de bedoeling natuurlijk, dus dan kost het je ” 35.

Hoewel dit niet letterlijk in de wet verboden is, lijkt het me 90% zeker dat een rechter deze “administratiekosten”, beter gezegd de opzegboete, zal vernietigen als zijnde onredelijk bezwarend.

Wie heeft er nog meer leuke abonnementen waarbij gekke anti-opzegbepalingen in staan?

Arnoud

Geldt storneren van je betaling als ontbinding van de koop?

Als je ontevreden bent over een aankoop, kun je die dan ongedaan maken door de betaling laten storneren? In maart vorig jaar schreef ik nog dat me dat niet verstandig leek: op zich heb je inderdaad recht op je geld terug wanneer de wederpartij niet levert wat hij heeft beloofd, maar zo makkelijk als “oh het bevalt niet” zeggen en gauw storneren is dat niet. Op zijn minst zul je eerst het bedrijven moeten aanschrijven over de gebrekkige kwaliteit van de dienst, zodat ze een poging kunnen wagen je alsnog tevreden te stellen.

Verder is voor ontbinden van een koop een mededeling, die schriftelijk of elektronisch mag zijn (art. 6:267 BW). Maar is een stornering van de betaling zo’n mededeling? Ik dacht van niet, hoe moet de verkoper daaruit begrijpen dat je de koop ongedaan maakt?

De kantonrechter in Haarlem dacht daar echter anders over. In een recente zaak over vliegtickets die via internet gekocht waren, beschouwt hij de stornering als een terechte en juiste manier om een overeenkomst te annuleren.

In deze zaak had Cheaptickets.nl (echte naam Beins Travel Group, BTG) bemiddeld bij een vliegticket Amsterdam-Kopenhagen via maatschappij Sterling. Kort na de boeking is Sterling failliet gegaan, zodat de reiziger geen gebruik kon maken van het ticket. Hij storneerde dan ook meteen de betaling, maar Cheaptickets.nl stapte naar de rechter: zij had toch keurig het bestelde ticket geleverd, dus er moest gewoon betaald worden.

De rechter constateert allereerst dat in de procedure van Cheaptickets.nl gezegd wordt dat je na je eerste bevestiging binnen 24 een tweede e-mail met daarin het e-ticket moet krijgen. Die was nooit ontvangen, zodat Cheaptickets.nl in gebreke is gebleven. Omdat Sterling ondertussen failliet is, is het onmogelijk voor Cheaptickets.nl om alsnog deze leverplicht na te komen. En bij een situatie van “blijvende onmogelijkheid tot nakoming” mag de wederpartij de overeenkomst meteen annuleren.

En dat heeft de reiziger gedaan door de stornering:

[gedaagde] heeft vervolgens door middel van de stornering van de betaling de overeenkomst tussen partijen (feitelijk) ontbonden op grond van het tekortschieten van BTG en is daardoor niet (meer) gehouden om BTG te betalen.

De rechter leest dus in een stornering impliciet de boodschap “ik doe dit omdat jullie niet meer kunnen nakomen”. Dat is klantvriendelijk maar ik zou het toch een risico vinden. En een briefje of mailtje met toelichting lijkt me dan ook weinig moeite om je formeel in te dekken.

Oh, en zelfs als Cheaptickets.nl wel het e-ticket had gemaild voordat Sterling failliet zou zijn gegaan, had ze geen recht op de volledige som gehad. Cheaptickets.nl bemiddelde immers slechts, dus alleen Sterling had de volledige reissom kunnen opeisen. Een bemiddelaar heeft slechts aanspraak op een bemiddelingsvergoeding, en wel van zijn principaal – Sterling dus.

Arnoud