Een lezer vroeg me:
Een tijd geleden kocht ik via Marktplaats een telefoon. Ik had vanaf het begin al twijfels, gezien de advertentie en de status van de verkoper, maar ik wilde de gok toch wagen want de prijs was wel erg mooi. Maar je raadt het al: na betaling hoorde ik niets meer. Eerst nog wat smoezen over ziekte en familieproblemen, maar zelfs dat krijg ik nu niet meer. Ik ben naar de politie geweest, en die zeggen dat dit een civiele zaak is (wanprestatie). Maar hoe lang moet ik nu wachten voordat ik wél aangifte van oplichitng kan doen?
Van oplichting (art. 326 Strafrecht) is sprake als je met slinkse trucs iemand anders geld, producten of iets dergelijks probeert af te troggelen. Het gaat dus niet zozeer om de tijd waarin je aan het lijntje wordt gehouden, maar om de intentie van de verkoper. Die moet de bedoeling hebben gehad om jou je geld afhandig te maken en daarvoor geen product te willen sturen.
Nu is dit lastig te bewijzen. Een lange tijdsduur en verbroken contact kan een aanwijzing zijn, want normale verkopers doen dat zelden en oplichters doen dat vaak. Maar doorslaggevend is het niet, het is denkbaar dat ook een welwillende verkoper ineens van de aardbodem verdwijnt. Dat maakt hem nog geen oplichter, in juridische zin. Update (8 mei 2012) de Hoge Raad bepaalde eerder:
dat het enkele aangaan van een overeenkomst en het vervolgens in gebreke blijven op zichzelf – ook indien degene die de overeenkomst is aangegaan al voorzag niet aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen – niet het aannemen van een valse hoedanigheid noch een listige kunstgreep als bedoeld in artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht oplevert.
Niet leveren is dus geen oplichting, óók niet als je bij het sluiten van de koop wist dat je nooit zult kunnen gaan leveren. Je moet iets listigs of valsigs doen, bijvoorbeeld vals bewijs dat het product verzonden is aanleveren zodat de klant niet meer weet waar het te zoeken.
Wel heeft hij ondertussen al het geld ontvangen, dat hij nu onder zich houdt en niet wil teruggeven. Je zou kunnen zeggen dat hij dat verduisterd heeft (art. 321 Strafrecht), immers hij verkreeg het legaal maar behoudt het nu wederrechtelijk. Maar ik twijfel of dat opgaat. Als hij namelijk nog steeds meent te kunnen leveren, dan is hij gerechtigd het geld te houden. Pas als de koper hem in gebreke stelt en de koop ontbindt, moet het geld terug. En dan nog: niet terugbetalen van geld na zo’n ontbinding is wederom een contractueel probleem en niet automatisch een strafbaar feit.
De enige echte manier om oplichting aan te tonen, is te laten zien dat er sprake is van een patroon. Eén gedupeerde is waarschijnlijk nog een civiele zaak, tien of honderd gedupeerden geven een vermoeden dat iemand dat met opzet doet. Of dat hij failliet aan het gaan is natuurlijk.
Update (22 januari 2013) zie ook dit arrest met goede samenvatting van de jurisprudentie en een flink aantal voorbeelden van wel en niet bewezen oplichting.
Arnoud