Moet je bij een rit door België je dashcam registreren bij de overheid?

Autobezitters die een dashcam in hun voertuig hebben geïnstalleerd moeten rekening met de privacyregels houden. Dat las ik bij Security.nl vorige week. De Belgische politie voelde zich geroepen automobilisten met dashcam uit te leggen wat de AVG daarover zegt; mij is niet duidelijk waarom gezien ook in België handhaving van die wet niet onder het strafrecht valt en de politie daar dus niet over gaat. Maar opmerkelijk was wel dat je in België je bewakingscamera verplicht moet registreren, en dat dat ook geldt voor dashcams. En naar de letter ook voor Nederlanders die door België rijden met dashcam, wat nog een leuke wordt nu de site waar je de registratie moet doen, alleen werkt voor Belgen met een eID.

Dat het maken van elektronische video-opnamen van mensen onder de AVG valt, is volgens mij geen verrassing. Gelukkig gaat dat specifiek bij dashcams meestal vanzelf goed, omdat je je dan kunt beroepen op de uitzondering voor strikt persoonlijk of huishoudelijk gebruik. Maar, zo merkt de Belgische politie op, als je van plan bent die beelden aan je verzekeraar of advocaat te geven in verband met een aanrijding of iets dergelijks, dan val je buiten die uitzondering en moet je dus gewoon volledig voldoen.

Dáár kijk ik wel een beetje van op, omdat het mij nog steeds huishoudelijk voorkomt dat ik mijn advocaat een procedure laat starten of mijn verzekeraar laat zien dat een ongeval niet mijn schuld was. Helaas is er bar weinig jurisprudentie over deze term. Ja, de Rynes-zaak met die bewakingscamera die ook de openbare weg filmde. Daar was het criterium dat de verwerking buiten de privésfeer van de verantwoordelijke raakte, maar dat helpt niet héél erg. Want is mijn rechtszaak een privéaangelegenheid?

Belangrijker is wel dat in België er een aparte wet is die eist dat je bewakingscamera’s registreert (de Camerawet), en dat -wederom aldus de politie- dashcams daar ook onder vallen. En dat lijkt te kloppen, die wet regelt ook mobiele bewakingscamera’s. Maar daar twijfel ik (oké, ik ben geen Belgisch jurist) over want een bewakingscamera heeft tot doel “de bewaking en het toezicht van [] plaatsen” en dat is niet waar je een dashcam voor inzet. Dat gaat om bewaking van een rijdend voertuig.

Dus daarom zou ik zeggen dat een dashcam er niet onder valt. Dat gezegd hebbende, een agent zit zelden te wachten op spitsvondige juristerij, zeker als die erop neer komt dat zijn baas verkeerde informatie heeft verstrekt. Dan zit je nog wel even bij de zwaantjes. Ik zou het dus niet doen.

Arnoud

Arnoud

Facebook overtreedt Belgische privacywet door volgen niet-gebruikers

Facebook overtreedt de Belgische privacywet door het internetgedrag te volgen van mensen die geen account bij het sociale netwerk hebben. Dat meldde Nu.nl zaterdag. De vind-ik-leuk knopjes die alomtegenwoordig zijn, zetten cookies en gebruiken andere trackingtechnieken om internetgedrag op te slaan. Ook bij mensen die geen klant (product?) zijn van het sociaal netwerk, en dat is waar de Belgische privacytoezichthouder over viel. De rechtbank bevestigt dit en eist op straffe van een dwangsom van 250.000 euro per dag dat Facebook ermee stopt.

Bij Reuters lees ik dat Facebook het blabla teleurstellend vindt (duh) en meent dit te mogen omdat het een industriebreed gebruik is. Dat is zonder licht fietsen ook, maar toch mag het niet. En dat je “enable hundreds of thousands of businesses to grow their businesses” met deze truc, maakt natuurlijk ook helemaal niets uit als het gaat om mensen hun privacy.

Voor mensen die Facebookgebruiker zijn, kun je misschien nog zeggen dat ze gekozen hebben voor deze functionaliteit op andere sites dan de blauwe hoofdsite. Maar voor mensen zonder Facebook (ja, het bestaat) kan dat argument niet opgaan natuurlijk. En dan is de “clear notice” die het bedrijf eist dat websites met de knop geven, natuurlijk niet genoeg. Als die cookies of trackers achter de knop mensen volgen, dan moet je daar toestemming voor vragen en dat doe je niet door te melden dat je ze aan het volgen bent.

Ja, hieronder staan ook socialenetwerkknopjes die tracking doen. Maar let op: die staan pas aan als je daar expliciet toestemming voor geeft (dank, Arjan Snaterse) en dat doe je door op de standaard dichtgeklapte balk te klikken. Dat is wél in lijn met de Europese wet, en het lijkt me niet moeilijk om dat overal uit te rollen. Ben benieuwd hoe veel sites dit op 25 mei hebben aangepast.

Arnoud

Skype krijgt boete in België om weigeren medewerking in politieonderzoek

skype-chat-meetingMicrosoft-dochter Skype heeft in België een boete van 30.000 euro gekregen, omdat de dienst geen informatie over gesprekken vrij kon geven in een politieonderzoek. Dat meldde Nu.nl vorige week. De Belgische autoriteiten wilden toegang tot Skype-gesprekken, maar volgens het bedrijf waren die technisch niet te verstrekken. Bovendien zou de Belgische justitie geen rechtsmacht hebben omdat Skype in Luxemburg gevestigd zit.

Wanneer in een land een strafbaar feit is begaan, kan de lokale Justitie (politie en het openbaar ministerie, of hoe dat ter plaatse heet) daar natuurlijk onderzoek naar doen. Ook als het strafbaar feit (mede) via internetdiensten wordt gepleegd.

Daar kunnen buitenlandse partijen bij betrokken zijn die informatie hebben die nodig is voor het onderzoek. De meest voor de hand liggende manier om daarmee om te gaan is een rechtshulpverzoek bij Justitie in dat buitenland. Zo kan onze politie een verzoek bij de Amerikaanse FBI indienen als een verdachte mailt via Gmail of Microsoft Outlook.com. Deze beoordeelt dan het verzoek en haalt de gegevens op, zodat wij weer verder kunnen.

De Belgische rechtbank gaat echter een stapje verder. Skype adverteert haar diensten in België, en wordt daarmee geacht in België te opereren. Een niet onbekend argument, hoewel het hier natuurlijk gaat om strafrecht en niet om burgerlijk recht. Maar ik vind er wel wat voor te zeggen: als je de lusten wilt van zaken in een land, dan ook de strafrechtelijke lasten.

Het blijft een lastige. In de Eerste Wereldoorlog hadden we de zaak van het Azewijnse paard, dat vanuit Duitsland met een touw Nederland uit getrokken werd. Was dat nu een exporthandeling in Nederland (in strijd met de wet op dat moment)? Ja, want door het touw verbond men zich met het in Nederland bevindende paard en dus werd de strafbare handeling in Nederland gepleegd.

Als je dat als analogie loslaat op internet, dan is best verdedigbaar dat een communicatielijn naar een Belgische klant ertoe leidt dat je onder Belgisch recht valt. Zeker als je welbewust mikt op dat land. Dat je dan feitelijk lastiger aan te pakken bent (want je hebt geen directeur die d cel in kan of een bankrekening waar een boete van afgehaald kan worden) is een praktisch detail.

Arnoud

Facebook mag niet-ingelogde internetters in België weer gaan volgen

facebook-vind-ik-stomFacebook mag niet-ingelogde Belgische internetters weer twee jaar gaan volgen met een datr-cookie, meldde Tweakers vorige week. In 2015 verbood de rechtbank dit volgen op verzoek van de Privacycommissie (de Belgische Autoriteit Persoonsgegevens), maar dat verbod wordt nu ongeldig verklaard omdat er onvoldoende spoedeisend belang zou zijn geweest.

Facebook weet alles van iedereen, onder meer omdat heel veel websites zo’n handig “Vind ik leuk/Deel dit”-knopje hebben opgenomen met door Facebook aangeleverde scripting. Dat knopje zet cookies en stuurt informatie door over de bezoeker, ongeacht of die persoon ingelogd is op Facebook of zelfs maar een Facebook-account hééft.

Dat gaat een tikje ver, en zeker onder de Europese cookieregels lijkt me dat niet in de haak. Om cookies te mogen zetten, moet toestemming zijn gegeven. En die Facebookwidget doet dat niet. Daarmee overtreedt men dus de cookiewet. En daarom besloot eind 2015 de Belgische rechter in kort geding dat dit onmiddellijk moet stoppen.

Facebook ging in hoger beroep, en won op een formeel punt: zij doen dit al sinds 2012, en de rechtszaak kwam pas in 2015, dus hoezo is er dan nog spoed bij deze zaak? En ja, dat is een argument want in kort geding gaat het allemaal even wat sneller en dus minder grondig, en dat doen we omdat er zulke grote spoed bij is dat we niet kunnen wachten op een bodemprocedure. Blijkt er dus geen grote spoed te zijn, dan moet de rechter in kort geding de eis afwijzen en de partijen naar de bodemrechter verwijzen. En dat is wat hier is gebeurd.

Ergerlijk, maar het betekent niet dat Facebook dus legaal is. Ik kan eerlijk gezegd geen enkel argument bedenken waarom dat zo zou zijn. Facebook roept dan steeds dat de cookies belangrijk zijn voor de beveiliging tegen cybercriminelen en malware, maar dat klinkt mij als marketingblaat (wie corrigeert me?). Dus voor mij leest deze uitspraak als een juridische trucje van Facebook on mog even door te mogen gaan tot die bodemprocedure in 2017 afgerond is.

Arnoud

Moeten wij nu ook schadeclaims betalen voor downloaden van films?

download-downloading-uploadenEen Belgische man dreigt een schadevergoeding van meer dan 60.000 euro opgelegd te krijgen omdat hij films, software en muziek had gedownload van de site belgium-scene.be, las ik bij Tweakers. Hij had Disneyfilms gedownload voor zijn dochters, maar werd door de Belgische Brein (BAF) aangeschreven voor € 37.714 nadat men dankzij een schikking met de sitebeheerders de downloaders had weten op te sporen. En nu we in Nederland een downloadverbod hebben, roept dat de vraag op: kan dat bij ons ook?

Het is natuurlijk ‘maar’ een eis, wat het vonnis gaat zijn moeten we maar afwachten. Maar in principe werkt het in België net als bij ons: je mag geen kopie maken van een werk zonder toestemming, en doe je dat toch dan schend je het auteursrecht. Dat is formeel een onrechtmatige daad, net als iemands auto bekrassen. En wie dat doet, moet de schade vergoeden. Ook als je het per ongeluk deed, ook als je niet wist dat het niet mocht en ook als je geen commerciële bedoelingen had.

De vraag is dus: wat is de schade? Bij een auto bekrassen is dat nog wel te bepalen. Vraag een paar offertes op van autospuiterijen, neem het gemiddelde en klaar ben je. Maar bij auteursrechtinbreuk heel wat lastiger – zie de discussie over schade bij foto-inbreuk. Waar vraag je offertes op van auteursrechtinbreukherstel?

De BAF rekent voor het gemak de verkoopprijs van de DVD als schade. Dat voelt wat erg makkelijk, maar er zit een kern van juistheid in. De schade is in beginsel de waarde van de licentie die je zou hebben gekocht in de hypothetische situatie dat je het netjes gevraagd had. In die foto-inbreukzaken wordt de schade dan ook gewoonlijk gesteld op de prijs van de foto (met 25% opslag voor opsporing en aanverwant gedoe). En als dat werkt bij foto’s, waarom dan niet bij films?

Brein heeft bij ons altijd gezegd niet van plan te zijn achter downloaders aan te gaan. Deze zaak laat zien waarom: deze meneer is zielig want onwetend en Disneyfilms dus kleine huilende dochters in roze tutu’s op televisie, dat kost je je reputatie als eerzaam handhaver van auteursrechten. Dan liever zelfverklaarde piraten aanpakken onder geroep over winst die ze maken, btw die ze dan niet afdragen en wellicht connecties naar georganiseerde misdaad of terrorisme.

Daar komt bij dat Brein als belangenorganisatie geen schadevergoeding mag eisen namens hun achterban (art. 3:305a lid 3 BW) dus het houdt snel op, mochten ze van gedachten veranderen over tutumeisjes. (Dit is bij de Belgische BAF dus anders, een equivalent van 3:305a BW kennen ze niet.)

Maar dat geldt dan alleen voor een dergelijke organisatie. Een individuele rechthebbende mag wél schadevergoeding eisen van een downloader, mits hij deze kan vinden natuurlijk. Dat zal nog niet meevallen bij filesharing, hoewel je natuurlijk altijd een honeypot kunt opzetten en IP-adressen gaan loggen. En dan via de provider deze geïdentificeerd krijgen, wat in principe zou kunnen via het Lycos/Pessers arrest.

Veel zul je er niet aan overhouden. Goed, je krijgt de verkoopprijs van de DVD als schade, en de dader moet de volledige rekening van je advocaat vergoeden. Maar zelfs voor auteursrechthebbenden lijkt het me wat harteloos om voor €17,99 iemand €8000 aan proceskosten aan te doen.

Arnoud

Zijn vergunningsloze taxi’s echt anders wanneer je ze per app bestelt?

kroes-tweet-uberNeelie Kroes is boos, meldde de NOS. De eurocommissaris vindt het belachelijk dat taxidienst Uber is verboden in Brussel. De Belgische rechter had Uber verboden haar “UberPop” dienst aan te bieden, omdat ze in strijd met de Belgische taxiwetgeving rijdt. Zo had men geen taxivergunning, toch een vrij basaal iets als je met taxi’s gaat rondrijden.

Eerder schreef de NOS al dat Uber ook bij ons de wet overtreedt. En de reden is heel simpel: de taxibranche is sterk gereguleerd. Je mag beroepsmatig geen mensen vervoeren tegen betaling, staat in de Wet personenvervoer 2000. En een taxivergunning krijgen (of een vergunning voor een taxicentrale) is niet eenvoudig te krijgen.

Uber had die vergunning niet, dus dan ligt het voor de hand dat er een verbod komt als de welvergunninghebbende concurrenten dat bij de rechter gaan eisen. Dat is immers het hele punt van vergunningen. De boosheid van Kroes verbaast me dan ook een beetje. Is dit zó bijzonder, dat de rechter een vergunningsloze taxicentrale verbiedt?

Ja, ik snap best dat die wet niet geschreven is voor het soort luxe bakken dat je via Uber kunt laten voorrijden. Dat gaat om snorders en vage figuren die nietsvermoedende toeristen op de Dam oppikken en 50 euro laten betalen voor een rit naar het Rembrandtplein. Uber is hip en heeft een app, bovendien is het peer-to-peer, dat is volstrekt iets anders dan .

Toch? Is het wérkelijk archaïsch om te zeggen, taxi’s moeten een vergunning ook al gaat het per hippe app? Ik ben alleszins voor innovatie, maar we weten uit het verleden dat de taxibranche zonder regulering volloopt met slechte kwaliteit dienstverleners. Dus dan maar een vergunning, net zoals dat bakkers aan hygiëne-eisen moeten voldoen. We willen geen bakkers met vies brood, en geen vervelende taxichauffeurs met slechte auto’s. Of is het genoeg dat Uber met reviews werkt zodat het systeem zichzelf reguleert?

Arnoud

“Verkeersovertreding fotograferen voor Twitter is strafbaar”

belgisch-nummerbord.pngMag dat, een voertuig fotograferen dat te snel rijdt of een gevaarlijk manoeuvre uitvoert? En mag je die beelden dan online plaatsen? Neen, zegt de Belgische Privacycommissie (hun College Bescherming Persoonsgegevens) tegen De Standaard. “Er bestaat zoiets als het recht op afbeelding: je mag alleen een foto van een ander publiceren met diens toestemming’, zo wordt men geciteerd.

Achtergrond van deze zaak was een een werknemer van Fabricom die met zijn bedrijfswagen veel te snel reed. Daar werd over getwitterd mét foto:

tweet-fabricom.png

Een nummerbord is een persoonsgegeven, want het is tot de bestuurder/eigenaar van de auto herleidbaar. In België meer dan bij ons, omdat daar het nummerbord, eh de nummerplaat dus aan de eigenaar gebonden is en niet aan de auto. Maar ook in Nederland kun je formeel het nummerbord zien als persoonsgegeven. Het identificeert misschien van tijd tot tijd verschillende personen, maar dát maakt niet uit. Zolang het op enig moment enige persoon identificeert, is het op dat moment een persoonsgegeven. Dus ja, precies zoals IP-adressen persoonsgegevens zijn. (Hela, een vergelijking tussen internet en auto’s die nog klopt ook.)

Raar is wel dat iets dus een persoonsgegeven is zodra iemand het gegeven kan vertalen naar een natuurlijk persoon. Voor nummerplaten is de hulp van de DIV nodig, en die krijgt alleen de overheid zelf. Voor IP-adressen is de provider nodig. Maar dat maakt niet uit: als er een pad is dat met ‘redelijke’ inspanning tot identificatie leidt, dan is het gegeven een persoonsgegeven. In het absurde doorgetrokken is het getal 315 dus een persoonsgegeven – als ik erbij zeg dat dit een klantnummer is van één van mijn klanten. Jullie mogen het nummer 315 nu dus niet meer gebruiken zonder zijn toestemming.

Foto’s zijn overigens ook persoonsgegevens. De regels voor een foto zijn dus hetzelfde als voor een naam. Voor foto’s bestaat al langer het portretrecht, maar wanneer het portretrecht wordt ingeroepen vanwege privacyoverwegingen dan komt dat op hetzelfde neer als inroepen van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Wanneer je persoonsgegevens op internet zet, ‘verwerk’ je die in de zin van de privacywet (bij ons de Wet bescherming persoonsgegevens en in België de Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer). Uitgangspunt is dat je dan toestemming nodig hebt van de betrokkene, of een contract met hem hebt op grond waarvan de verwerking noodzakelijk is. Het enkele feit dat de persoonsgegevens in een openbare bron te vinden zijn, is niet genoeg om ze te mogen hergebruiken in een andere context.

Als er geen toestemming is, dan is er echter nog een escape: wanneer de verwerking “noodzakelijk is voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de verantwoordelijke” én dat belang zwaarder weegt dan de privacy, dan mag de verwerking alsnog. Ook zonder toestemming. De vrije meningsuiting is het bekendste voorbeeld van zo’n belang. Oftewel: als het genoeg nieuwswaarde heeft om iemands persoonsgegevens te gebruiken, dan mag het. Bij ons werd op die grond Blik op de weg toegestaan beelden van verkeersovertreders uit te zenden, hoewel daarbij de gezichten en de kentekenplaat waren gemaakt. Wegmisbruikers maakt sowieso altijd nummerplaten onherkenbaar als er geen toestemming is.

De vraag is dus: mag je iemands nummerbord twitteren als je meent dat die auto een verkeersovertreding begaat?

Die melding heeft enige nieuwswaarde, want het is een opmerkelijk feit dat nog niet bij het publiek bekend was. Je bent immers in ieder geval journalistiek bezig wanneer je

de bekendmaking aan het publiek van informatie, meningen of ideeën tot doel hebt, ongeacht het overdrachtsmedium. Deze activiteiten zijn niet voorbehouden aan mediaondernemingen en kunnen een winstoogmerk hebben.

Daar staat tegenover dat de nieuwswaarde niet héél groot is, en je je kunt afvragen of bij het nieuwsfeit de identiteit van de persoon wel relevant is. Dat zal van de persoon afhangen lijkt me. Als je Koos Spee met die snelheid voorbij ziet scheuren, mag je dat zeker melden. Ben ik het, dan is het discutabel (een jurist heeft voorbeeldfunctie, maar is mijn verkeersgedrag relevant voor wat ik doe?). Is het een willekeurige burger, wat is dan het belang van diens naam noemen?

Wellicht dat je soms kunt spreken van een “educatief belang”, zoals ook in de Blik-op-de-wegzaak:

Voor zover [eisers] vreest als wegmisbruiker te boek te zullen staan, weegt dit individuele belang (dat vrijwel voor alle voor “Blik op de weg” gefilmde verkeersovertreders geldt) niet op tegen het door Leo de Haas c.s. mede gediende algemene belang van een educatief programma.

Het ‘gewicht’ van het persoonsgegeven lijkt me ook relevant. Hoe sneller iemand te identificeren is of hoe meer het gegeven zegt over iemand, hoe ernstiger de privacyinbreuk als het gegeven zomaar wordt verwerkt. Dat getal 315 ergens noemen schaadt de privacy van mijn klant niet. De nummerplaat is in België aan de persoon gekoppeld, en niet aan de auto, dus daarmee is een dergelijke tweet eerder te herleiden tot die persoon dan in Nederland. Immers, er hoeft maar één publicatie ooit te zijn geweest waarin de koppeling is gedaan (een autotekoopadvertentie van jaren terug) en de link is nu gelegd.

Hoewel, in dit geval gaat het natuurlijk om een bedrijfsauto en dat nummer is dus gekoppeld aan het bedrijf. Alleen zéér indirect – door de interne administratie van de werkgever – is de natuurlijke persoon zelf nog te identificeren. Daarmee zou het privacybelang voor mij erg laag zijn. De nieuwswaarde is echter ook niet erg hoog. Beide kanten zijn daarmee verdedigbaar, maar van mij zou dit moeten mogen.

Arnoud

Belgische spoorwegmaatschappij verbiedt deeplinken naar zijn site

belgieDe Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen verbiedt sites om naar zijn internetpagina’s te linken, meldde Tweakers gisteren. Linken naar de startpagina mag alleen na toestemming:

Om een link te leggen, dient u de hierna volgende procedure te volgen:
  • u vraagt per e-mail (communicatie@b-holding.be) aan de NMBS of u een link mag leggen, met vermelding van de naam van de site, van de verantwoordelijke ervan en van het doel waarvoor de link wordt gevraagd; en
  • u verklaart uitdrukkelijk in voormelde e-mail dat u de voorwaarden van de NMBS om een link te leggen alle zonder enig voorbehoud aanvaardt en zal respecteren; en
  • de NMBS onderzoekt uw aanvraag en geeft u, voorafgaandelijk aan het leggen van de link, per e-mail haar akkoord of desgevallend haar weigering.

Kan dit ook in Nederland, vroegen diverse mensen mij.

Nee, dit kan niet. Het is een volstrekt uitgemaakte zaak dat een gewone hyperlink naar een gewoon vrij online staande webpagina niet verboden kan worden. Pas als je linkt naar iets dat niet online hoort te staan of naar een pagina die niet direct toegankelijk hoort te zijn (maar dat door bv. een programmeerfout is) kán dat anders komen te liggen. Dat blijkt bv. uit de zaak Deutsche Bahn vs Indymedia) en XS4All/Deutsche Bahn).

Een site kan natuurlijk wel op basis van de referer mensen blokkeren die via jouw link op hun site komen. Het is hun site dus zij bepalen wie erop mag (Ab.Fab/XS4all).

Arnoud

Belgische retourtermijn gaat naar 14 dagen

Onze Zuiderburen lopen op de Europese muziek vooruit: de Belgische <a href=”http://www.elfri.be/WMPC->Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming die binnenkort in werking treedt verlengt de bedenktijd bij aankopen via internet naar veertien dagen. In Nederland is dit zeven werkdagen (bij Thuiswinkel-leden al wel veertien), maar er wordt in Europees verband gesproken over een verplichte verlenging naar veertien dagen. Nu gaat deze blog alleen over Nederlands recht, maar dit feitje vond ik toch belangrijk want er zijn genoeg Nederlandse webwinkels die ook wel eens aan Belgen leveren. Vallen die nu voor de Belgische klanten onder Belgisch recht?

In Europa is sinds eind 2008 de Verordening 593/2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (kortweg Rome I) van toepassing. Deze vervangt het Verdrag met dezelfde lange naam (kortweg EVO). Om te bepalen of Nederlands, Belgisch of ander Europees recht van toepassing is, moet je dus in deze Verordening kijken.

Bij overeenkomsten waarbij fysieke producten worden geleverd geldt volgens artikel 4 “het recht van het land waar de verkoper zijn gewone verblijfplaats heeft”. Maar speciaal voor consumentenovereenkomsten (dus tussen verkopende bedrijven en kopende consumenten) gaat artikel 5 boven artikel 4, en daarin wordt juist “het recht van het land waar de consument zijn gewone verblijfplaats heeft” aangewezen. Een Belgisch consument kan dus aanspraak maken op het Belgisch recht bij een internetkoop bij een Nederlandse winkel.

Daarbij moet echter wel gelden dat: a) de verkoper zijn commerciële of beroepsactiviteiten ontplooit in het land waar de consument woonplaats heeft, of b) de verkoper dergelijke activiteiten richt op dat land of op verscheidene landen, met inbegrip van dat land,

Item b kan voor internetwinkels gelden: een webshop is ook in België bereikbaar, dus je zou kunnen zeggen dat deze ‘zich richt op dat land’. In de aanhef van deze Verordening wordt herinnerd aan een gezamenlijke verklaring over een eerdere verordening (44/2001) over de bevoegde rechter. Artikel 15 daarvan regelt dat de rechter voor de woonplaats van de consument in principe bevoegd is, maar in die verklaring werd afgesproken dat

het feit dat een internetsite toegankelijk is, op zich niet voldoende is om artikel 15 toe te passen; noodzakelijk is dat de consument op die site gevraagd wordt overeenkomsten op afstand te sluiten en dat er inderdaad een dergelijke overeenkomst gesloten is, ongeacht de middelen die daartoe zijn gebruikt. De taal en de munteenheid die op de internetsite worden gebruikt, doen in dat opzicht niet ter zake

Dat klinkt heel mooi, maar het beantwoordt nog steeds niet de vraag hoe het nu zit met webwinkels die ook aan Belgen leveren. Ik denk dat je in dat geval aan Belgisch recht gebonden kunt zijn, maar er moet wel meer zijn dan alleen het feit dat je een webshop hebt en dat Belgen een bestelling kunnen plaatsen. Denk aan zaken als adverteren in Belgische media of korting geven specifiek aan Belgen.

Een webshop zou in zijn algemene voorwaarden Nederlands recht kunnen aanwijzen. Dat mag, mits de consument daardoor maar niet

de bescherming verliest welke hij geniet op grond van bepalingen waarvan niet bij overeenkomst kan worden afgeweken volgens het recht dat overeenkomstig lid 1 toepasselijk zou zijn geweest bij gebreke van rechtskeuze.

En deze 14 dagen is zo te lezen dwingend recht, een Belgische webwinkel mag niet in de algemene voorwaarden de veertien dagen inperken. Een Nederlandse webwinkel die geacht wordt zich te richten op België, mag dat dus ook niet.

Het wachten is op de eerste Belg die een Nederlandse webshop voor de Belgische rechter sleept.

Arnoud

Belgisch verbod op koppelverkoop verboden

friet-mayo.pngKoppelverkoop is bij ons in Nederland legaal (zolang je geen machtspositie misbruikt om dingen te koppelen), maar bij de zuiderburen ligt dat anders. Zo kun je daar geen goedkope GSM in combinatie met een abonnement krijgen, omdat dat in strijd is met de Belgische Wet op de Handelspraktijken (“Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument”). En die wettelijke bepaling is nu zelf weer in strijd met Europese regels, zo bepaalde het Europese Hof van Justitie onlangs.

U weet wellicht nog dat we sinds kort de wet over oneerlijke handelspraktijken hebben, die is gebaseerd op Europese Richtlijn 2005/29/EG. En die Richtlijn is genuanceerder dan de Belgische wet, zodat die wet nu aangepast zal moeten worden op dit punt.

De belangrijkste reden voor deze beslissing is dat deze Richtlijn volledige harmonisatie van het Europese recht over oneerlijke handelspraktijken nastreeft. Daarmee mogen alleen die dingen toegestaan of verboden zijn die de richtlijn toestaat of verbiedt. Die Richtlijn heeft een zwarte lijst, en die dingen mogen dus keihard verboden zijn. In andere gevallen moet er echter altijd een afweging worden gemaakt, en dat doet de Belgische wet niet.

Dit arrest kan ook nog best eens belangrijk zijn voor Nederland: het feit dat alleen praktijken die in die Richtlijn staan oneerlijk kunnen zijn, is wel een verrassing. Ik ga het wetboek eens doorbladeren, wie weet wat voor leuks er nog te vinden is.

Update (4 mei): Ywein van den Brande vond er al een paar. Zo blijken in België ook “verkopen met verlies, uitverkopen naar believen en solden aanbieden buiten het seizoen” categorisch verboden, maar zegt de Richtlijn niets over deze zaken.

Arnoud